Corona: Hoe en waar krijgen we het? Niemand die het weet.
Ik blog al maanden over SARS-CoV-2 aka COVID-19 aka “het coronavirus”, waarbij ik grotendeels dingen uitleg en verwijs naar positieve ontwikkelingen.
Ook zijn er stukjes over medische experimenten, over ons immuunsysteem en recent iets korts over het vermoedelijke belang van goede ventilatie om COVID-19 besmettingen tegen te gaan.
Ik houd van de wetenschap en ben trots op het mooie onderzoek wat hier in internationale samenwerking verricht wordt.
Maar nu dan toch een zeurstuk: waarom weten we niet waar en hoe mensen in Nederland besmet raken? En welke mensen, zijn het specifieke beroepen of bevolkingsgroepen? We horen het niet. Terwijl de GGDs en RIVM wel over gegevens beschikken waar dat uit zou kunnen blijken.
Hoe krijgen we COVID-19 dan?
Wereldwijd is hier niet al te veel over gepubliceerd. Maar het is wel iets wat we voor onze specifieke omstandigheden moeten weten: waar lopen mensen Corona op, en hoe? Als we dat goed begrijpen zijn gerichte maatregelen mogelijk: specifieke bijeenkomsten kunnen dan verboden of beperkt worden, bijvoorbeeld. Ook zouden er gerichte adviezen uit kunnen komen over ventilatie om iets te noemen. Afsluitend zouden ook kennelijk risico-arme activiteiten eerder weer van start kunnen gaan.
Maar, we weten het niet.
Toen de uitbraak in Nederland begon werd iedere nieuwe besmetting nageplozen, en vonden we meestal een link met Noord-Italië of Oostenrijk. Ook werden dan alle contacten van de nieuwe patiënt benaderd om ze te isoleren.
Na verloop van tijd waren er zoveel nieuwe gevallen dat het in de meeste stukken van het land niet meer mogelijk (of nuttig) was onderzoek te doen na iedere besmetting. Desondanks moeten er in die tijd honderden zo niet duizenden infecties helemaal uitgezocht zijn.
Inmiddels zijn er bijna 40.000 besmettingen geconstateerd, waarvan er meer dan 10.000 in het ziekenhuis opgenomen (zijn) geweest. Ook schatten we dat meer dan een half miljoen mensen de ziekte al gehad heeft.
Het RIVM heeft onderzoek gepubliceerd naar de mogelijk rol van scholen in de verspreiding van COVID-19. Ook zijn er ooit wat statistieken geweest over hoeveel van de nieuwe besmettingen medewerkers in de zorg betroffen (heel veel).
Maar voor de rest is er in Nederland en daarbuiten vrijwel niets gepubliceerd over waar mensen besmet geraakt zijn, of denken dat te zijn. In mijn eerdere artikeltje voor scholen heb ik verzameld wat ik kon vinden, en daar komt alleen uit dat “buiten” veel veiliger is dan “binnen”, en dat goede ventilatie van belang lijkt.
Daarnaast heeft een blogger een overzicht gemaakt van al het nieuws over grote besmettingshaarden wat hij kon vinden.
De data is er
Het vreemde is, de GGDs die contactonderzoek gedaan hebben moeten deze data hebben. Tevens begrijp ik dat contactonderzoeken in het noorden van het land veel langer doorgegaan zijn, of zelfs nooit zijn gestopt.
De data zouden ons kunnen vertellen of mensen besmet raakten op hun werk, op school, in openbaar vervoer, bij sporten, in hun eigen huis, tijdens boodschappen doen of in restaurants of cafés. Of misschien wel bij de huisarts, apotheek, het zorgcentrum of ziekenhuis? En was het contact lang of kort?
Ook zou met nader onderzoek bekeken kunnen worden waarom bepaalde locaties meer of minder “besmettelijk” zijn. Is het de (gebrekkige) ventilatie? De temperatuur? De luchtvochtigheid? De hoeveelheid mensen per vierkante meter?
Ook zou daar misschien nog meer informatie uit kunnen komen over eigenschappen van patiënten die besmet raken, of juist over de “besmetter”: hoe ziek was die bijvoorbeeld. En misschien leren we ook nog iets over de beroepen of activiteiten van zowel verspreiders als ontvangers. In Londen en New York bleek werken in het OV heel gevaarlijk, om maar iets te noemen. In de US zien we nu veel besmettingen in de vleesverwerkende industrie.
Uit het RIVM scholenonderzoek blijkt dat er wel degelijk data is, er zijn grafiekjes over leeftijden van verspreiders en nieuw geïnfecteerden bijvoorbeeld (zie boven).
Nou is het natuurlijk wel zo dat de rauwe gegevens goed bestudeerd moeten worden. Zo zal er veel ‘ruis’ in de data zitten omdat besmettingen onjuist (of helemaal niet) gelokaliseerd zijn. Ook moet alle data statistisch goed geanalyseerd worden
- als 30% van de patiënten ZZP-er was klinkt dat heftig, tenzij onder die populatie sowieso 30% ZZP-er is, want dan betekent het weer niets.
Wat nu?
Ik hoop dat het RIVM of andere wetenschappers hier al mee bezig zijn, en ieder moment een ei kunnen leggen met mooie resultaten. Ze doen namelijk heel mooi onderzoek.
Maar gegeven het totale gebrek aan discussie over het onderwerp vrees ik dat we op korte termijn niets kunnen verwachten. Ook de RIVMs van andere landen zijn tot nu toe met weinig gekomen, wat ruimte laat voor speculatie.
Ook als het mogelijk nog wel even duurt voor een formele wetenschappelijke paper gepresenteerd kan worden zou de wereld nu al baat hebben bij interimresultaten.
Met dit stukje hoop ik dat met mij meer mensen gaan vragen om publicaties over hoe besmettingen in Nederland tot nu toe plaatsgevonden hebben, zodat we allemaal na kunnen denken wat dit betekent voor ons gedrag en eventuele nieuwe of andere maatregelen.