[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Brief aan Het College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Tholen

Bijlage

Nummer: 2008D14245, datum: 2008-11-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Bijlage bij: Strippenkaart voor ouders t.b.v. extra verlof (2008D14243)

Preview document (🔗 origineel)


  DOCPROPERTY adres  Het College van Burgemeester en Wethouders

van de Gemeente Tholen

Postbus 51

4690 AB  THOLEN 



	  DOCPROPERTY plaats  Den Haag 	  DOCPROPERTY _onskenmerk  Ons kenmerk 
  DOCPROPERTY _uwbriefvan   	  DOCPROPERTY _uwkenmerk   

13 mei 2008  DOCPROPERTY datum   	  DOCPROPERTY onskenmerk  PO/BB/12261 
  DOCPROPERTY uwbriefvan   	  DOCPROPERTY uwkenmerk   



  DOCPROPERTY _onderwerp  Onderwerp 	  DOCPROPERTY _bijlage  Bijlage(n) 

  DOCPROPERTY onderwerp_fmt  Leerplicht 	  DOCPROPERTY bijlage_fmt 
Brief VPCO Tholen e.o. aan de inspecteur 

van het onderwijs  (29 januari 2008)

  DOCPROPERTY aanhef  Geacht College, 

De Inspectie van het Onderwijs heeft mijn aandacht gevraagd voor een
onregelmatigheid bij het naleven van de Leerplichtwet in uw gemeente.
Volgens de informatie van de inspectie wordt op sommige basisscholen in
uw gemeente een zogenoemde strippenkaart gehanteerd die leerlingen van
deze scholen het recht geeft op vier extra dagdelen
‘strippenkaartverlof’ naast de vakanties en de andere vrije dagen,
zoals deze zijn gepubliceerd in de schoolgids van de betrokken scholen. 
De inspectie is hierover in contact getreden met het schoolbestuur VPCO
Tholen e.o. 

De inspecteur, mevrouw drs. S.S. Rodgers, heeft op 17 januari 2008 aan
het schoolbestuur VPCO Tholen e.o. laten weten dat de strippenkaart geen
rechtsgrond heeft. Aan het schoolbestuur is verzocht het werken met de
strippenkaart te staken. De algemeen directeur van dit schoolbestuur
heeft op 29 januari 2008 gereageerd op de brief van de inspecteur.
Daarbij vraagt hij aandacht voor het feit dat de Leerplichtwet uit 1969
niet meer zou aansluiten bij de maatschappelijke omstandigheden van nu.
De inspectie wordt uitgenodigd deze kwestie aan te kaarten bij de
minister. Bovendien plaatst de algemeen directeur kanttekeningen bij het
verzoek van de inspectie om het werken met de strippenkaart te staken. 

Op 16 oktober 2007 nam uw College het besluit om basisscholen in uw
gemeente de mogelijkheid te bieden deze strippenkaart in te voeren. Op
de website van de Gemeente Tholen is te lezen dat dit onderwerp op 25
maart 2008 opnieuw aan de orde is geweest in uw College. Ik begrijp dat
uw College, na kennis genomen te hebben van het standpunt van de
inspecteur van het onderwijs, besloten heeft het collegebesluit van 16
oktober 2007 over het gebruik van de strippenkaart binnen het
basisonderwijs te handhaven, in afwachting van landelijke richtlijnen.

Naar aanleiding hiervan moet ik u erop wijzen dat de Leerplichtwet  geen
mogelijkheden biedt tot het opnemen van zogenoemde ‘snipperdagen’.
De wet behelst in de artikelen 11 en 11a een limitatieve opsomming van
de gronden voor vrijstelling van geregeld schoolbezoek. Naast het geval
dat een leerling jonger is dan zes jaar, bestaat de mogelijkheid van
vrijstelling in concreet in de wet genoemde omstandigheden zoals ziekte,
dan wel andere gewichtige omstandigheden waardoor een kind verhinderd is
de school te bezoeken. Het zal geen nadere vermelding behoeven dat een
zogenoemde strippenkaart die ouders in staat stelt om hun kind om hen
moverende redenen van school te houden, niet onder de wettelijke noemer
van gewichtige redenen kan worden gebracht. Aangezien een strippenkaart
in strijd is met de Leerplichtwet, zouden ‘landelijke richtlijnen’
die een dergelijke strippenkaart zouden toestaan, eveneens met die wet
in strijd zijn. Het is dus niet mogelijk zulke richtlijnen vast te
stellen. Kortom, een strippenkaart is alleen mogelijk indien het
Parlement zou besluiten de Leerplichtwet daartoe te wijzigen. 

Ik ben niet voornemens een dergelijke wijziging te bevorderen, omdat een
vrijstellingssysteem dat ouders in staat stelt hun kind zonder noodzaak
onderwijs te laten verzuimen afbreuk zou doen aan het belang van een
ononderbroken leerproces dat de Leerplichtwet beoogt te dienen.
Behoudens het geval dat het om zeer jonge leerlingen gaat, ben ik van
mening dat een dergelijke onderbreking alleen te rechtvaardigen is als
daar een gewichtige reden voor bestaat, zoals de Leerplichtwet thans ook
voorschrijft. In de wet wordt de mogelijkheid van een automatische
vrijstelling beperkt tot leerlingen die nog geen zes jaar oud zijn.
Hieruit is af te leiden dat de wetgever een dergelijke vrijstelling voor
oudere leerlingen uitdrukkelijk niet heeft gewild. Vanzelfsprekend staat
het u vrij een andere opvatting te huldigen dan de formele wetgever,
maar dit laat onverlet dat van u als bestuursorgaan van een overheid in
een rechtsstaat mag worden verlangd dat u de hand houdt aan democratisch
tot stand gekomen wetten.

Sinds 1 augustus 2006 biedt de wet scholen ruimere mogelijkheden dan
voorheen om de indeling van de onderwijstijd vast te stellen. Zo mogen
scholen zeven keer per jaar een vierdaagse schoolweek inroosteren.
Afspraken over de indeling van de onderwijstijd en de schooltijden (dus
ook over de korte vakanties tijdens het schooljaar of het inroosteren
van ‘extra’ vrije dagen) worden op schoolniveau gemaakt. Scholen
moeten de ouders raadplegen voordat er in de MR een besluit kan worden
genomen over de indeling van de onderwijstijd en de schooltijden. Dit
betekent dat scholen bijvoorbeeld kunnen voorstellen om voorafgaand aan
een korte schoolvakantie een vierdaagse schoolweek in te roosteren. Op
deze manier kan de school tegemoetkomen aan de wens van ouders om al
voor het eerste weekend van de betreffende schoolvakantie naar hun
vakantiebestemming af te reizen, zonder dat dit ten koste gaat van het
belang van een ononderbroken leerproces. Informatie over de schooltijden
moet in de schoolgids worden bekendgemaakt, opdat alle ouders tijdig op
de hoogte zijn van de indeling van het schooljaar en de precieze
schooltijden.

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Sharon A.M. Dijksma

CC Hoofdinspecteur Primair Onderwijs

  DOCPROPERTY _pagina  blad    PAGE  1 /  SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT 
1 

  DOCPROPERTY e_organisatienaam  Ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap 

  DOCPROPERTY v_adres  Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den
Haag  T   DOCPROPERTY e_telefoon_org  +31-70-412 3456  F   DOCPROPERTY
e_fax_org  +31-70-412 3450  W   DOCPROPERTY e_website_org  www.minocw.nl


  DOCPROPERTY _pagina  blad    PAGE  3 /  SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT 
3 

 

  DOCVARIABLE clausule