[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Aanbieding BOR-notitie overde 1e tweemaandelijkse rapportage Belastingdienst

Belastingdienst

Bijlage

Nummer: 2008D23692, datum: 2008-12-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Bijlage bij: Aanbieding BOR-notitie over de 1e tweemaandelijkse rapportage Belastingdienst (2008D23691)

Preview document (šŸ”— origineel)


Notitie over 1e tweemaandelijkse rapportage Belastingdienst (31 066, nr.
63)

1. Inleiding

In de procedurevergadering van 5 november jl. heeft de vaste commissie
voor Financiƫn besloten het BOR te verzoeken een verificatie te maken
van de 1e tweemaandelijkse rapportage van de Belastingdienst (31 066,
nr. 63). Tevens wordt aan het BOR gevraagd in te gaan op de eerder
geuite wens van de commissie om een externe audit uit te laten voeren op
de rapportage. 

BOR heeft de geleverde informatie in de 1e rapportage vergeleken met
hetgeen de commissie in de brief van 23 mei 2008 heeft genoemd als
gewenste periodieke gegevens. Voorts is BOR nagegaan wat de
bruikbaarheid is van de geleverde gegevens in de 1e rapportage. Wat voor
soort gegevens levert de rapportage (kengetallen, streefwaarden) en is
een vergelijking in de tijd mogelijk zodat beoordeeld kan worden of het
beter of slechter gaat? De Kamer heeft aangegeven behoefte te hebben aan
een samenhangend pakket van voortgangsrapportages, die geleverd worden
in de halfjaarlijkse rapportages. Echter bepaalde gegevens wil de Kamer
frequenter ontvangen om beter de vinger aan de pols te kunnen houden.
Wordt met deze 1e tweemaandelijkse rapportage inhoud gegeven aan de
informatiebehoefte van de Kamer? In paragraaf 2 gaan we in op de
voorgeschiedenis van deze rapportage, in paragraaf 3 wordt bekeken of de
gevraagde gegevens worden geleverd en in paragraaf 4 leveren we
verbeterpunten en conclusies aan. 

2. Voorgeschiedenis/wat vooraf ging

Tijdens het algemeen overleg van de vaste commissie voor Financiƫn op
16 april jl. met de staatssecretaris van Financiƫn  over de
informatievoorziening vereenvoudigingsoperatie Belastingdienst (31066,
nr.Ā 39) is gesproken over een mogelijke externe audit uitgevoerd door
de Algemene Rekenkamer. Bij de uitwerking van dit voornemen is onderkend
dat een dergelijke controlefunctie niet past binnen de taakopdracht van 
de Algemene Rekenkamer (hierna: ARK).  De uitkomst van de daaropvolgende
gesprekken met de ARK en de vaste commissie voor Financiƫn is dat de
Algemene Rekenkamer geen externe validatie zal uitvoeren. Ook de
rijksauditdienst heeft geen audit uitgevoerd, omdat de rapportage
hoofdzakelijk bestaat uit niet-financiƫle informatie. 

Het overleg tussen de commissie Financien met de Belastingdienst en de
ARK heeft geleid tot de volgende afspraken:

Met de Belastingdienst is afgesproken om volgens de hoofdlijnen van de
brief van 23 mei 2008 (08-Fin-B-32) de gewenste periodieke gegevens voor
de tweemaandelijkse rapportage aan te leveren;

De ARK heeft tijdens het gesprek aangegeven dat waar mogelijk de
informatiebehoefte van de Kamer zal worden meegenomen in het
bezwaaronderzoek Belastingdienst;

De commissie Financiƫn heeft besloten gebruik te maken van het aanbod
van de ARK  voor een besloten technische briefing over het lopende
bezwaaronderzoek Belastingdienst (zie hierna). Deze technische briefing
zal in overleg met de Rekenkamer worden gepland op een datum nĆ” het
kerstreces. 

Bezwaaronderzoek ARK

In het rapport bij het Jaarverslag van het ministerie van Financiƫn
(IXB) 2007 heeft de ARK aangekondigd over 2008 een bezwaaronderzoek in
te stellen. Het onderzoek zal zich naast de problemen bij toeslagen en
in de automatisering, ook richten op de geconstateerde problemen in de
reguliere bedrijfsvoeringsprocessen. De vragen die hierbij beantwoord
zullen worden, zijn of de Belastingdienst goede probleemanalyses maakt
en of de staatssecretaris van Financiƫn de problemen vervolgens
structureel oplost. De ARK heeft aangegeven dat de uitkomst van het
bezwaaronderzoek wordt verwacht op 20 mei 2009 (Derde Woensdag in Mei).

Door de Staatsecretaris is op 8 juni 2007 het plan van aanpak
Vereenvoudigingsoperatie Belastingdienst aan de Tweede Kamer aangeboden
( Kamerstukken II 2006/07, 31Ā 066, nr. 2). De in het plan van aanpak
geschetste vereenvoudigingsoperatie moet er toe leiden dat de
geautomatiseerde systemen toekomstbestendig zijn, nieuwe wet- en
regelgeving sneller wordt geĆÆmplementeerd, betere dienstverlening aan
burgers en bedrijfsleven wordt geboden, uitvoeringsadviezen over
maakbaarheid, haalbaarheid en uitvoerbaarheid van (complexe)
wetswijzigingen binnen drie maanden worden gegeven en dat complexe
nieuwe wet- en regelgeving binnen Ć©Ć©n jaar (na het definitief worden
van de wet- en regelgeving) wordt gerealiseerd.

Gewerkt wordt aan een herinrichting van de processen van de
Belastingdienst. Uitgangspunten zijn een eenduidige bedrijfsarchitectuur
en eenduidige werkwijzen, opdat de samenhang in de ICT-ontwikkelingen
binnen de Belastingdienst is gewaarborgd, efficiƫnter en goedkoper
wordt gewerkt, en de kans op fouten beduidend afneemt.

Over de uitvoering van het plan wordt halfjaarlijks aan de Tweede Kamer
gerapporteerd.

Gemaakte afspraken met de Kamer:

Op 23 juni 2008 heeft de vaste commissie voor Financiƫn een
wetgevingsoverleg gehouden over het jaarverslag 2007 van het ministerie
van Financiƫn (31 444 IXB, nr. 8). Op de agenda staan o.a. het rapport
van de ARK bij het jaarverslag 2007 van het ministerie van Financiƫn
(IXB) (31 444-IXB, nr. 2) en de halfjaarlijkse rapportage van de
vereenvoudigingoperatie Belastingdienst (31 066, nr. 48). De
staatssecretaris van Financiƫn constateert in dit wetgevingsoverleg op
p.24 dat er drie rapportagedocumenten aankomen, te weten:

Er komt een halfjaarlijkse rapportage over de voortgang van het
verbeterproces. Kamerstuk 31 066, nr. 48 beschouwt de staatssecretaris
als eerste versie van de halfjaarlijkse rapportage.

Er komen tweemaandelijkse statistieken. De eerste keer wordt nauwkeurig
aangegeven wat er precies wordt verstrekt, als het ware een legenda, zo
zegt de staatssecretaris toe.

Er komt een bezwaaronderzoek door de ARK zoals aangekondigd in het
rapport van de ARK bij het jaarverslag 2007 (31 444-IXB, nr. 2). 

3. Bevindingen BOR

3.1 De eerste tweemaandelijkse rapportage

Bij brief van 29 oktober 2008 heeft de staatssecretaris van Financiƫn
de 1e tweemaandelijkse rapportage Belastingdienst naar de Kamer
gestuurd. Het betreft de informatie over de periode januari tot eind
augustus 2008. Om te kunnen vergelijken zijn ook cijfers over 2006 en
2007 opgenomen. Bij elk onderdeel wordt nauwkeurig gedefinieerd wat
verstrekt wordt.  

Kanttekeningen die de staatssecretaris bij zijn rapportage plaatst:

Deze rapportage bestaat hoofdzakelijk uit niet-financiƫle informatie en
daarvoor geldt in zijn algemeenheid dat daaraan niet dezelfde hoge
betrouwbaarheidseisen gesteld kunnen worden als bij financiƫle
verantwoordingsinformatie, zo stelt de staatssecretaris.  

Er kleeft een inherente onzekerheid aan het genereren van cijfers
gedurende het jaar. Medewerkers moeten de verschillende
registratiesystemen juist en tijdig invullen. 

Niettemin acht de staatssecretaris de rapportage voldoende betrouwbaar
om inzicht te geven in de onderhavige processen van de Belastingdienst.
Een groot deel van de gegevens wordt geleverd. De staatssecretaris geeft
wel aan dat er een aantal gegevens niet geleverd worden. De gegevens
over de omvang van niet-gebruik toeslagen worden niet geleverd omdat
deze niet worden geregistreerd. Een aantal gevraagde categorieƫn
overlappen elkaar of vallen samen, waardoor de staatssecretaris aangeeft
er voor gekozen te hebben deze samen te voegen. Tot slot zijn er een
aantal gegevens die al periodiek aan de Kamer worden verstrekt in andere
rapportages zoals Beheersverslag, Miljoenennota, Voorjaarsnota,
Najaarsnota en Jaarverslag. 

De eerste tweemaandelijkse rapportage zou worden vergezelt van een
legenda. In de rapportage staan wel definities wat onder de
verschillende gegevens moet worden verstaan. Echter, de volgorde van de
commissiebrief van 23 mei 2008 is hierbij niet aangehouden,  waardoor de
rapportage een zoekplaatje wordt. 

Kan de staatssecretaris de volgende rapportage vormgeven in de volgorde
zoals aangegeven in de voornoemde commissiebrief, ofwel door middel van
een aansluitingstabel aangeven waar in de  rapportage de gevraagde
gegevens te vinden zijn?

Waarom kan van niet-financiƫle informatie niet hetzelfde
betrouwbaarheidsniveau worden verwacht als van financiƫle informatie?

Hoe wordt gewaarborgd dat de medewerkers de registratiesystemen goed
gebruiken? 

De staatssecretaris geeft aan dat hij bepaalde gegevens heeft
samengevoegd omdat er sprake zou zijn van overlapping. Om welke gegevens
gaat het precies? 

3.2 De door de commissie gevraagde gegevens vs de in de eerste
rapportage ontvangen gegevens.

Onderstaand zijn de gevraagde gegevens in een schema geplaatst met
daarbij aangegeven of  en waar deze gegevens terug te vinden zijn in de
eerste tweemaandelijkse rapportage van de Belastingdienst. Indien de
gevraagde gegevens ontbreken wordt in het schema aangegeven of hiervoor
een reden wordt genoemd en zo ja welke reden dat is. 

De betekenis van de arceringen is weergegeven in onderstaande legenda.:

Apparaatskosten en belasting- en premieontvangsten worden al periodiek
verstrekt. (Miljoenennota, voorjaarsnota, najaarsnota en jaarverslag) 

	Zie halfjaarsrapportage vereenvoudiging Belastingdienst.

	Gegevens te vinden in beheersverslag

	Deze gegevens worden niet geregistreerd

	Geen reden opgegeven 

	

Gevraagde gegevens	Ontvangen  

(ja/nee)	Waar vermeldt in de rapportage	Reden voor ontbreken gegevens

Personeel in fteā€™s en bezetting	Ja	2

	Ziekteverzuimcijfers in % 	Ja	2

	Aantal behandelde aangiften  	Ja	2

	Aantal voorlopige aanslagen 	Ja	2

	Aantal voorlopige teruggaven 	Ja	2

	Aantal uitgevoerde fiscale controles 	Ja	2

	Aantal uitgevoerde controles gericht op de bescherming samenleving 	Ja
2

	Aantal uitbetaalde toeslagen 	Ja	2

	Aantal terugbelafspraken belastingtelefoon uitgesplitst naar
werkstromen. 	Ja*	3a

	Aantal telefonische inlichtingen uitgesplitst naar werkstromen
(particulieren, ondernemingen, toeslagen, auto, douane en buitenland).
Ja*	3a

	Bereikbaarheid belastingtelefoon en reactiepercentage en ā€“termijnen
(norm en realisatie) backservice (ā€˜terugbellenā€™).	Ja*	3a

	Aantal afgehandelde telefoongesprekken belastingtelefoon naar
werkstromen. 	Ja*

	3a

	Storingsgevoeligheid website (gegevens van ICT Apeldoorn). 	Ja** 	3d

	Snelheid afhandeling complexe vragen (ā€œfroboā€™sā€) (percentage
vragen dat binnen 48 uur wordt afgehandeld) uitgesplitst naar
werkstromen.	Ja*	3b

	Aantal baliebezoekers 	Ja	3c

	Aantal beroep- en bezwaarschriften en klachten (norm en realisatie)
uitgesplitst naar werkstromen.	Ja	4

	Percentage beroep- en bezwaarschriften en klachten dat binnen de
vastgestelde termijn is behandeld uitgesplitst naar werkstromen.	Ja*	4,
niet over de beroepschriften. 

	Aantal ingezonden digitale formulieren versus papieren (daar waar
digitaal mogelijk is) uitgesplitst naar burgers en bedrijfsleven.	Ja***
5

	Aantal digitale verzoeken om uitstel uitgesplitst naar burgers en
bedrijfsleven. 	Ja***	5

	Aantal digitaal ingezonden bezwaarschriften uitgesplitst naar burgers
en bedrijfsleven. 	Ja***	5

	Aantal digitaal aangeleverde akten door notarissen. 	Ja****	5

	Percentage toekennen omzetbelasting en loonheffingnummer binnen 5
werkdagen. 	Ja	6

	Percentage burgers dat op tijd aangiften instuurt. 

	Ja	6

	Aantal ā€œuitgeworpen risicopostenā€™ā€™ ofwel aantal doorgestuurde
verzoeken naar inspecteur/ totaal aantal aangiften. 	Ja	6

	Aantal keren verzoek tot uitstel van aangifte (afgewezen en
gehonoreerd) uitgesplitst naar werkstromen. 	Ja *****	6

	Het percentage toeslagen van overledenen dat binnen acht weken na
melding bij het GBA wordt stopgezet. 	Ja	7.1

	Het percentages correcties toeslagen van burgers dat binnen acht weken
correct in het systeem wordt doorgevoerd. 	Ja	7.1

	Aantal aanvragen voor toeslagen die zijn behandeld binnen de daarvoor
gestelde termijn, uitgesplitst naar huur-, zorg- en kinderopvangtoeslag.
Ja******	7.1

	Aantal mutaties voor toeslagen die zijn behandeld binnen de daarvoor
gestelde termijn, uitgesplitst naar huur-, zorg- en kinderopvangtoeslag.
Ja******	7.1

	Aantal terugbetalingen door belastingplichtigen van teveel ontvangen
toeslagen uitgesplitst naar huur-, zorg- en kinderopvangtoeslag bij
definitieve afrekening (pallets bij definitieve terugbetalingen).	Ja	7.2

	Aantal vorderingen door belastingplichtigen van te weinig ontvangen
toeslagen uitgesplitst naar huur-, zorg- en kinderopvangtoeslag bij
definitieve afrekening.	Ja	7.2

	Het percentage definitieve toeslagen dat meer dan ā‚¬100 afwijkt
(erboven en eronder) van de voorlopig toegekende toeslagen.	Ja	7.2

	Voorlopige teruggave en betalingen toeslagen op 1 juli: percentages
burgers dat toeslagen moet terugbetalen en terugkrijgt aan
belastingdienst en de bedragen die hiermee gemoeid zijn (in
grootteklassen). 	Nee



Omvang niet-gebruik van toeslagen na afloop definitieve toekenning over
voorgaande jaar (t-1).	Nee	Brief

	Gemaakte kosten 	Nee



Belastingopbrengsten	Nee



Premieopbrengsten	Nee



Kosten van de vereenvoudigingsoperatie op twee hoofdgroepen personeel
(uitgesplitst naar vast en flexibel) en ICT. 	Nee	



	Percentage afdoen doorsneeverzoeken bedrijfsleven binnen 5 werkdagen. 
Nee



Aantallen fraudegevallen en niet fraudegevallen bedrijfsleven binnen 5
werkdagen. 	Nee



Aantal afgedane beroep- en bezwaarschriften en klachten (norm en
realisatie) exclusief uitspraken Hoge Raad uitgesplitst naar
werkstromen.	Nee 



Aantal afgedane zaken bij de fiscale rechter en uitspraak / uitkomst
voor de belastingdienst uitgesplitst naar werkstromen.	Nee*******





* 		De aangeleverde gegevens worden wel uitgesplitst naar verschillende
werkstromen, echter niet naar de exacte werkstromen zoals gevraagd per
brief van 23 mei jl.  

** 		De bereikbaarheidsgegevens van de website worden weergegeven. De
herkomst van de gegevens is echter onduidelijk

*** 		Niet uitgesplitst naar burgers en bedrijven, de reden hiervoor
ontbreekt

****		Let op pas sinds 1 april 2008 pilot, de landelijke regeling komt
waarschijnlijk per 1 januari 2009!

***** 		Geen uitsplitsing naar werkstromen

******		Ook kindertoeslag gemeld

*******	Hier wordt alleen aangegeven wat het percentage afgedane
beroepschriften is waarbij de Belastingdienst in het gelijk werd
gesteld. Of deze zaken bij de fiscale rechter lopen is niet duidelijk,
ook het totale aantal afgedane zaken staat niet vermeld. 

In totaal heeft de staatssecretaris voor 32 van de 42 gevraagde punten
gegevens geleverd in deze tweemaandelijkse rapportage. 

Voor 19 punten komen de geleverde gegevens precies overeen met de
gegevens zoals gevraagd in de brief van de Commissie. 

Voor 13 punten wordt maar een deel van de gegevens geleverd of is er een
kanttekening te plaatsen bij de geleverde gegevens.

Bij 5 punten worden de gevraagde gegevens niet geleverd, maar wordt er
wel een reden opgegeven hiervoor.

Bij 5 punten worden de gevraagde gegevens niet geleverd en wordt
hiervoor ook geen reden voor opgegeven. 

In de aanbiedingsbrief geeft de staatssecretaris aan dat hij sommige
gegevens niet heeft geleverd omdat deze te vinden zijn in andere
periodieke rapportages die hij levert aan de Kamer (Beheersverslag,
Miljoenennota, Voorjaarsnota, Najaarsnota en Jaarverslag). Ook verwijst
de staatssecretaris eenmaal naar het halfjaarlijkse beheersverslag. Deze
gegevens worden echter niet tweemaandelijks verstrekt en hiermee voldoet
de staatssecretaris niet aan de wensen van de Commissie. Daarnaast wordt
er ook niet duidelijk aangegeven waar deze gegevens dan precies te
vinden zouden zijn in de betreffende documenten, wat een onmogelijk
zoekopdracht met zich mee brengt.   

Waarom is er bij 5 punten Ć©n geen informatie geleverd Ć©n geen reden
opgegeven voor het ontbreken van deze informatie? 

Waarom wordt bij de gegevens die uitgesplitst worden naar werkstromen
niet exact uitgesplitst naar de door de commissie gevraagde werkstromen?


Wat is de herkomst van de gegevens die over de website worden verstrekt?
De gegevens vermelden dat het openen van de startpagina altijd slaagt
bij de belastingdienst website, hoe zit het vervolgens met het
doorklikken/opzoeken van gegevens op de site? Is hier de beschikbaarheid
ook 100%?

In de aanbiedingsbrief wordt aangegeven dat de omvang van het
niet-gebruik van toeslagen niet wordt geregistreerd, waarom niet?Dit is
juist een zeer interessant gegeven als sturingsinstrument. 

Waarom verwijst de staatssecretaris voor een deel van de gegevens naar
andere rapportages en voldoet hij hiermee  niet aan de wens van de Kamer
 om deze gegevens tweemaandelijks te ontvangen. Kan de staatssecretaris
alsnog deze gegevens rapporteren? Mocht dit niet mogelijk/wenselijk zijn
kan de staatssecretaris dan in de volgende rapportage duidelijk aangeven
waar de gevraagde gegevens exact gerapporteerd worden (met paginanummers
e.d.)    

3.3 Bruikbaarheid van de geleverde gegevens

De meeste gegevens in de rapportage worden weergegeven in tabellen.
Naast de gegevens over dit jaar worden ook het jaar 2006 en 2007
weergegeven. De bedoeling hiervan is dat de cijfers vergeleken kunnen
worden met die van voorgaande jaren. De cijfers van 2008 beslaan alleen
de periode tot en met 31 augustus 2008. De cijfers van 2006 en 2007
hebben echter betrekking op een heel kalenderjaar. Dit maakt een
vergelijking onmogelijk. Het simpelweg vermenigvuldigen met 1 1/3 is
niet mogelijk vanwege de seizoensgebondenheid van een groot deel van het
werk van de Belastingdienst. Om dit op te lossen zou er voor moeten
worden gekozen om te rapporteren over 3 gelijke periodes (in dit geval
2006 en 2007 ook tot en met 31 augustus weergeven). 

Daarnaast bestaan de geleverde gegevens voornamelijk uit kengetallen.
Hierbij wordt soms een bepaalde norm (streefwaarde) aangegeven. In
meerdere gevallen gebeurt dit echter helemaal niet. Een kengetal op
zichzelf zegt erg weinig, hiervoor moet er minimaal een streefwaarde aan
gekoppeld worden. Bij de kengetallen waar wel streefwaarden worden
genoemd staat niet aangegeven hoe deze streefwaarden tot stand zijn
gekomen en of deze zijn bijgesteld door de jaren heen. Hierdoor is de
bruikbaarheid voor de Kamer gering. 

In de brief over de gewenste periodieke gegevens wordt opgemerkt dat het
optimaal zou zijn als met concrete maatregelen ook rechtstreeks de
koppeling gelegd kan worden met de bereikte effecten: oftewel inzicht in
de doeltreffendheid. Maatregelen worden echter niet expliciet genoemd.
Soms wordt wel een nieuwe norm of kader gehanteerd, wat waarschijnlijk
voortkomt uit bepaalde maatregelen, het blijft echter alleen impliciet
weergegeven. Inzicht in de doeltreffendheid biedt de rapportage dus
nauwelijks. Daarnaast geeft deze rapportage ook geen inzicht in de
doelmatigheid, oftewel de koppeling tussen de concrete maatregelen en de
daarvoor benodigde (extra) middelen. Hierdoor is de bruikbaarheid van de
rapportage voor de Kamer niet heel groot. 

Naast de bruikbaarheid voor de Kamer zou deze rapportage ook heel goed
kunnen functioneren als sturingsinstrument voor de Belastingdienst zelf.
Vooral wanneer er ook streefwaarden/indicatoren worden gekozen bij de
geleverde gegevens. 

Kan de staatssecretaris de gegevens rapporteren in gelijke periodes (in
dit geval 2006 en 2007 ook tot en met 31 augustus), zodat er een
vergelijking te maken is met voorgaande jaren. 

Kan de staatssecretaris aangeven hoe de in de rapportage vermelde
streefwaarden tot stand zijn gekomen en aangeven of deze door de jaren
heen zijn bijgesteld? 

Het gewenste inzicht in de doelmatigheid en de doeltreffendheid wordt
niet geleverd door de rapportage, hoe denkt de staatssecretaris hier
verandering in te brengen?

Gebruikt de staatssecretaris deze informatie zelf als
sturingsinformatie? Zo nee, wat gebeurd hier dan precies mee binnen de
Belastingdienst?

4. Verbeterpunten en conclusies

Na bestudering van de 1e tweemaandelijkse rapportage van de
Belastingdienst en de voorafgaande communicatie hierover komen wij tot
een aantal verbeterpunten en conclusies. 

Verbeterpunten:

De rapportage zou gebruik moeten maken van vergelijkbare periodes. EĆ©n
manier om hieraan tegemoet te komen is om ook van voorgaande jaren
alleen de cijfers tot een bepaalde maand weer te geven. In dit geval
zouden ook de cijfers van 2006 en 2007 de periode tot en met eind
augustus moeten beslaan in plaats van voor het volledige jaar. 

Daarnaast zou de informatie nog vollediger moeten zijn. Nu worden maar
voor 32 van de 42 maatregelen cijfers verstrekt, waarbij ook nog een
deel niet precies volgens de vraag van de Kamer is opgeleverd. 

Indien gegevens niet geleverd kunnen worden altijd een reden opgegeven. 

De leesbaarheid/bruikbaarheid van de rapportage kan sterk verbeteren
door duidelijk de vindplaats aan te geven van de gevraagde informatie.

Bij veel gegevens ontbreken streefwaarden/indicatoren. Deze heeft de
Kamer nodig om zich een oordeel te kunnen vormen over hoe het gaat met
de Belastingdienst.

Conclusies over 1e tweemaandelijkse rapportage

De rapportage levert grotendeels de gewenste informatie. Slechts een
klein percentage van de gegevens wordt helemaal niet geleverd (Ā± 25%).
Echter voor Ā± 30% worden de gegevens niet exact aangeleverd op de
gevraagde manier. 

De rapportage bevat primair een opsomming van veelal kengetallen en
bevat nauwelijks streefwaarden/indicatoren. Hierdoor wordt weinig
inzicht gegeven in de doelmatigheid dan wel doeltreffendheid van het
gevoerde beleid. 

De vergelijkbaarheid van de gegevens is minimaal, vanwege het
rapporteren over verschillende perioden (voor 2006 en 2007 staat het
volledige jaar weergegeven en voor 2008 alleen tot en met 31 augustus).

De staatssecretaris verwijst een aantal malen naar reeds geleverde
informatie in andere rapportages (miljoenennota, voorjaarsnota,
najaarsnota, jaarverslag of het beheersverslag). De Kamer heeft echter
gevraagd deze gegevens tweemaandelijks te ontvangen. Door deze
verwijzing voldoet de staatssecretaris niet aan de wens van de Kamer.

Deze informatie zou heel goed een basis kunnen bieden voor interne
sturing. Het is niet duidelijk of de staatssecretaris deze informatie
ook daadwerkelijk gebruikt als sturingsinstrument. 

Het BOR kan indien uw commissie dat wenst, bijvoorbeeld ten tijde van de
vierde tweemaandelijkse rapportage opnieuw kijken naar de voortgang en
de bruikbaarheid van de tweemaandelijkse rapportage. 

 Zie 08-Fin-B-32

 31066, nr. 63

 Brief dd. 23-05-2008 kenmerk 08-FIN-B-32 / 08-BOR-B-008

  









  PAGE  2