[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op verzoek commissie over de inzet tijdens het gesprek met Eurocommissaris Johansson

JBZ-Raad

Brief regering

Nummer: 2020D03203, datum: 2020-01-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32317-593).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 32317 -593 JBZ-Raad.

Onderdeel van zaak 2020Z01507:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020

32 317 JBZ-Raad

Nr. 593 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 januari 2020

Door middel van een brief van 23 januari jl. heeft de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid mij verzocht uw Kamer te informeren over mijn inzet tijdens het gesprek dat ik met Eurocommissaris Johansson zal hebben op 30 januari a.s.

Zoals gemeld tijdens het Algemeen Overleg met uw Kamer van 23 januari jl. (Kamerstuk 32 317, nr. 589), zijn de prioriteiten van dit kabinet ten aanzien van het Europees asiel- en migratiebeleid verwoord in het met uw Kamer gedeelde non-paper «A Renewed European Agenda on Migration.»1 Deze prioriteiten zijn nog steeds actueel en zal ik dan ook onder de aandacht brengen van commissaris Johansson opdat ze hun weerslag zouden kunnen vinden in het nieuwe pact.

Verder zal ik de commissaris aanraden haar oor goed te luisteren te leggen en voldoende tijd te nemen om te verkennen wat de problemen en prioriteiten van de diverse lidstaten zijn. In het nieuwe pact zal een balans moeten worden gevonden tussen de verschillende prioriteiten en zorgen van de lidstaten. Zo ervaart Nederland druk van secundaire migratie en ervaren de lidstaten aan de Zuidelijke en Oostelijke buitengrenzen druk van primaire migratie. De ambitie van de Commissie om tot een nieuw pact te komen legt bij hen de plicht om tot een breed gedragen visie te komen. Bij gebrek aan een gedeelde visie van de lidstaten lopen de Europese Commissie en de lidstaten het risico om in eenzelfde impasse te raken als bij de onderhandelingen over het Gemeenschappelijk Europees Asielstelsel (GEAS) onder de vorige Commissie.

Wat betreft de nieuwe EU-wetgeving in het kader van het pact, zet ik – zoals meerdere malen toegelicht in overleggen met uw Kamer – in op stapsgewijze verbeteringen en aanpassingen. Het verbinden van verschillende wetgevingsvoorstellen kan leiden tot een alles-of-niets situatie, waarbij ook relatief snel realiseerbare verbeteringen in gijzeling worden gehouden door meer fundamentele vraagstukken over stelselwijzigingen.

Tijdens de informele JBZ-Raad van 23 en 24 januari jl. constateerde de commissaris dat verbetering nodig is op het gebied van implementatie en handhaving van de Europese wet- en regelgeving inzake asiel en migratie. Daar zal ik me ook hard voor maken in het gesprek met de commissaris, omdat hiermee aanzienlijke winst zou kunnen worden geboekt op het gebied van registratie, identificatie, opvang, asielprocedures en terugkeer. Ook om een nieuw pact te laten renderen moeten de commissie en lidstaten erop kunnen vertrouwen dat alle partijen het asiel-acquis volledig implementeren.

Uiteraard zal tevens de externe component van het migratiebeleid worden besproken. Uw Kamer is bekend met de inzet van het kabinet op het in EU-verband sluiten van partnerschappen met landen van herkomst en transit om illegale migratie, mensenhandel en -smokkel tegen te gaan, terugkeer-samenwerking te bevorderen en, waar relevant, bescherming aan en opvang van vluchtelingen in de regio te versterken.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol


  1. A renewed European Agenda on Migration, Kamerstuk 35 078, nr. 1, Kamerstuk 21 501-20, nr. 1450↩︎