Inbreng verslag van een schriftelijk overleg inzake de geannoteerde agenda Raad Algemene Zaken van 17 februari 2020
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2020D05321, datum: 2020-02-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2020D05321).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.S. Veldman, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M.A. Even, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2020Z02458:
- Indiener: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- 2020-02-10 12:00: Extra Raad Algemene Zaken dd 17 februari 2020 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Europese Zaken
- 2020-02-18 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-02-18 19:15: Debat over de buitengewone Europese top van 20 februari 2020 (Plenair debat (overig)), TK
- 2020-03-05 11:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Europese Zaken
- 2020-03-11 13:50: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2020D05321 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Europese Zaken bestond bij een aantal fracties de behoefte om aan het kabinet enkele vragen en opmerkingen voor te leggen met betrekking tot de geannoteerde agenda van de extra Raad Algemene Zaken op 17 februari 2020 (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2114)
De voorzitter van de commissie,
Veldman
De adjunct-griffier van de commissie,
Even
Algemeen
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de extra Raad Algemene Zaken op 17 februari 2020 en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de extra Raad Algemene Zaken op 17 februari 2020 en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de extra Raad Algemene Zaken op 17 februari 2020 en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de extra Raad Algemene Zaken op 17 februari 2020. Deze leden hebben nog enkele vragen.
De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de brief van het kabinet betreffende de extra Raad Algemene Zaken op 17 februari 2020, en hebben daar nog de volgende vragen over.
De leden van de SP-fractie hebben de agenda voor de extra Raad Algemene Zaken van 17 februari met interesse gelezen en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de extra Raad Algemene Zaken op 17 februari 2020 en hebben daarover enkele vragen.
De leden van de 50PLUS-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda en hebben nog de volgende vragen en opmerkingen.
Meerjarig Financieel Kader (MFK) 2021–2027
De leden van de VVD-fractie vragen zich af wat de stand van zaken is met betrekking tot de onderhandelingen over het MFK?
Krijgt de Tweede Kamer van te voren inzage in het voorstel dat tijdens de Europese Raad besproken wordt, zo vragen de leden van de VVD-fractie?
De leden van de VVD-fractie vragen het kabinet wat het effect is van het initiële voorstel van de Europese Commissie op de Nederlandse bruto betalingspositie aan de EU?
Wat is het effect van dit voorstel op de Nederlandse netto betalingspositie, zo vragen de leden van de VVD-fractie?
Hoe zouden de bruto en nettobetalingspositie van Nederland er in totaal uitzien als het initiële commissievoorstel zou worden overgenomen, zo vragen de leden van de VVD-fractie?
De leden van de VVD-fractie vragen zich af hoe het nu voorliggende voorstel verschilt ten opzichte van het Commissievoorstel wat betreft de Nederlandse netto en bruto betalingspositie?
Wanneer verwacht het kabinet exact dat het nieuwe «onderhandelingsdocument» zal worden gepresenteerd, zo vragen de leden van de PVV-fractie?
De leden van de PVV-fractie vragen zich af hoe dit aangepaste document tot stand is gekomen?
Worden er op de informele Top over het MFK Raadsconclusies aangenomen, zo vragen de leden van de PVV-fractie?
Is het kabinet van plan om, zolang we nog in die vreselijke EU zitten, een forse verlaging van de Nederlandse afdracht te eisen en iedere andere uitkomst van de onderhandelingen te blokkeren, zo vragen de leden van de PVV-fractie?
Kan het kabinet garanderen dat de uitkomst van de extra informele Top niet zal zijn dat de Nederlandse afdracht aan de EU stijgt, zo vragen de leden van de PVV-fractie het kabinet?
Vindt het kabinet het continue commentaar van de Nederlandse Eurocommissaris Timmermans op de inzet van het Nederlandse kabinet in de onderhandelingen over de meerjarenbegroting behulpzaam, zo vragen de leden van de PVV-fractie zich verder af?
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet de Kamer een verslag en een appreciatie te geven van het gesprek dat de Minister-President had met Raadsvoorzitter Charles Michel. Deze leden vragen het kabinet of zij kan aangeven hoe de «contingent liabilities» zich zullen ontwikkelen met de nieuwe geplande maatregelen in de Green Deal? Voor de leden van de CDA-fractie is het van groot belang dat de garantstellingen, achter borgstellingen en andere voorwaardelijke commitments niet verder toenemen. Of zoals voormalig Minister van Financiën Ruding ooit zei: «De weg naar de budgettaire hel is geplaveid met garantstellingen». De leden van de CDA-fractie zien graag van het kabinet een precies overzicht van de garantstellingen zoals die maximaal gepland worden op dit moment en wat de Europese Commissie maximaal mag doen. Deze leden vragen het kabinet om nogmaals te bevestigen dat de inzet van het Nederlandse kabinet geen stijging is in nettobetalersfunctie. De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet alvorens in te stemmen met enige aanpassingen in het Gemeenschappelijk landbouwbeleid of de cohesiefondsen dit eerst aan de Kamer voor te leggen. Tevens vragen deze leden of het kabinet kan aangeven op welke manier het begrotingsinstrument voor convergentie en concurrentievermogen (BICC) inmiddels onderdeel uitmaakt van het voorliggende voorstel?
De leden van de D66-fractie zijn van mening dat de huidige uitdagingen waar de EU voor staat vragen om een ambitieus, modern en hervormd Meerjarig Financieel Kader. Deze leden verwachten van het kabinet een opstelling in de onderhandelingen die niet eenzijdig gericht is op het houden van de totaalomvang van het MFK op maximaal 1% BNI EU-27 of het voorkomen van een afdrachtenstijging, maar een even duidelijke inzet op hervormingen en ambities voor dit nieuwe MFK. De hervormingen zijn voor Nederland en de EU van ontzettend groot belang, zo menen de leden van de D66-fractie, omdat de EU-begroting een antwoord moet bieden op de uitdagingen waar wij op dit moment voor staan, zoals op het gebied van de klimaattransitie, onze veiligheid, migratie en de technologische machtsstrijd. Als deze onderhandelingen uiteindelijk leiden tot een matig hervormd en niet-ambitieus MFK, omdat de lidstaten zich blijven ingraven in vaste posities, is dit uiteindelijk schadelijk voor de gehele EU, zo stellen de leden van de D66-fractie. Dit vraagt om een flexibelere opstelling van het kabinet, een die gericht is op het bereiken van een compromis met de overige lidstaten, zo menen deze leden. Verwacht het kabinet, gelet op het huidige krachtenveld in de Raad, dat een akkoord mogelijk is tijdens de aanstaande extra Europese Top, zo vragen de leden van de D66-fractie zich af? Kan in algemene zin door het kabinet worden aangegeven wat de gevolgen zijn van het niet op korte termijn bereiken van een akkoord, zo vragen de leden van de D66-fractie? De leden van de D66-fractie begrijpen dat indien geen akkoord kan worden bereikt over een nieuw MFK, voor 2021 gewerkt zal worden met de maxima als vastgelegd in de EU-begroting voor 2020, maar dat bepaalde programma’s geen doorgang zullen vinden als gevolg van het ontbreken van deelverordeningen. Hierdoor is het lastig, aldus de leden van de D66-fractie, om de directe gevolgen voor de Nederlandse bijdrage aan te geven in het geval geen akkoord wordt bereikt over het nieuwe MFK. Wat wel duidelijk is, zo menden deze leden, is dat bij het uitblijven van een nieuw akkoord, de korting op de Nederlandse bijdrage ook direct vervalt. Kan het kabinet aangegeven wat het directe financiële gevolg is van het wegvallen van de korting op de Nederlandse bijdrage, mocht een nieuw akkoord niet tijdig bereikt worden, zo vragen de leden van de D66-fractie? Is het kabinet van mening dat het niet bereiken van een akkoord schadelijk is voor Nederland en de EU, en dat dit voorkomen moet worden, zo vragen de leden van de D66-fractie zich af?
De leden van de D66-fractie vragen naar de rol van de Raad Algemene Zaken in voorbereiding op de Europese Top. Verwacht het kabinet dat hier daadwerkelijke stappen in de onderhandelingen worden gezet, of dat er alvast een inhoudelijke bespreking plaats zal vinden op basis van een nieuw onderhandelingsdocument (negotiating box)? De leden van de D66-fractie vragen het kabinet of zij inmiddels de nieuwe negotiating box van de voorzitter van de Europese Raad heeft ontvangen? Graag zouden deze leden de negotiating box ontvangen zodra deze door het kabinet ontvangen is, ook als de annotatie pas later kan volgen. Is het kabinet bereid, zo vragen de leden van de D66-fractie, de negotiating box direct na ontvangst aan de Kamer toe te sturen?
De leden van de GroenLinks-fractie constateren dat het kabinet vast wil houden aan een totaalomvang van het MFK van 1% van het EU27 BNI. Kan het kabinet een duidelijke, cijfermatige onderbouwing geven van hoeveel middelen van het MFK aan de Nederlandse prioriteiten moet worden toegekend? Hoeveel middelen moeten er volgens het kabinet binnen het MFK gaan naar klimaat, naar industriepolitiek, naar migratiebeleid en naar onderzoek & innovatie, vragen deze leden zich af? De leden van de GroenLinks-fractie vragen het kabinet welke medestanders zij hebben op elk van deze terreinen?
De leden van de GroenLinks-fractie vragen tevens of het kabinet nadere toelichting kan geven op het invoeren van een effectieve koppeling tussen de waarborging van de rechtsstaat in lidstaten en de besteding van Europese middelen? Hoe kan dit sanctiemechanisme verder uitgewerkt worden en is hier een meerderheid voor, vragen deze leden?
De leden van de SP-fractie vragen het kabinet wat haar verwachtingen zijn van de aankomende Raad Algemene Zaken die in het teken zal staan van het Meerjarig Financieel Kader? De leden van de SP-fractie wijzen erop dat in 2018 de motie Bisschop/Leijten (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1306) is aangenomen die de regering verzoekt, zich ervoor in te zetten dat de omvang van het nieuwe MFK ten opzichte van het huidige MFK bij voorkeur krimpt, maar hooguit gelijk blijft. Door als kabinet in te zetten op 1% BNI wordt er helaas niet gestreefd naar de voorkeur die de motie uitspreek constateren de leden van de SP-fractie. Gaat het kabinet wél vasthouden aan de eis dat het Meerjarig Financieel Kader moet vernieuwen en daarmee niet meer moet gaan kosten dan 1% van het BNI, zo vragen de leden van de SP-fractie? Heeft het kabinet voor de leden van de SP-fractie een indicatie van hoeveel er van de Cohesie- en Landbouwgelden af kan wat het kabinet betreft, mocht deze vernieuwing worden ingeslagen?
De leden van de SP-fractie vragen het kabinet hoe realistisch zij de kans acht dat er dit jaar daadwerkelijk een akkoord komt op een Meerjarenbegroting die 1% BNI of minder gaat kosten? De leden van de SP-fractie vragen zich af of het kabinet kans ziet om de onderliggende discussie te starten die inhoudt dat de begroting om doelen heen omgevormd moet worden in plaats van rondom een proces waarin de begroting steeds groter wordt, maar de effectiviteit sterk ontbreekt?
De leden van de SP-fractie vragen het kabinet hoe vaak het in de Europese discussies over de Europese Meerjarenbegroting voorkomt dat de vraag wordt geopperd of bepaalde onderwerpen niet meer gebaat zijn bij een nationale oplossing in plaats van een Europese oplossing?
De leden van de SP-fractie constateren dat Oostenrijk heeft aangegeven een Europese begroting groter dan 1% BNI te zullen blokkeren. Is het kabinet bereid eenzelfde belofte te maken, zo vragen de leden van de SP-fractie? Zo nee, waarom wilt zij dit niet beloven? De leden van de SP-fractie constateren dat de Europese Commissie alles uit de kast haalt om Nederland weg te zetten als gierig. Dit terwijl Nederland de grootste netto betaler aan de Europese Unie is, zo menen deze leden. Wat vindt het kabinet van deze verwijten? Is de ferme taal die Oostenrijk uitspreekt dan ook niet op zijn plaats voor Nederland, zo vragen de leden van de SP-fractie het kabinet?
De leden van de SP-fractie zijn ervan overtuigd dat door aan te geven dat de Europese Green Deal 1000 miljard euro moet kosten, het draagvlak onder Nederlanders niet echt is verhoogd. Is het kabinet het met de leden van de SP-fractie eens dat het noemen van dit soort exorbitante bedragen de afstand tussen de Europese Unie en de Nederlandse bevolking alleen maar groter maakt? In een artikel in the Guardian geven Yanis Varoufakis en David Adler aan dat de Green Deal vooral bestaat uit geld dat al in andere Europese fondsen zat plus nieuwe beloften aan de private sector om het kapitaal te mobiliseren op de lange termijn, en daarmee het risico van de private sector te faciliteren binnen de Europese begroting, zo constateren de leden van de SP-fractie.1 De leden van de SP-fractie vragen het kabinet of zij deze volgens deze leden terechte analyse deelt met Varoufakis en Adler? Zo nee, hoe weegt het kabinet de rol van de private sector in de Green Deal? De leden van de SP-fractie zien dat er 100 miljard euro wordt gevraagd voor het Just Transition Fund. Hoewel de solidariteit met de landen die nog afhankelijk zijn van de kolenindustrie begrijpelijk is voor de leden van de SP-fractie, zijn deze leden sceptisch over de financiering. De leden van de SP-fractie vragen het kabinet of het niet veel logischer is om juist dit bedrag uit het Cohesiefonds te betalen? Zo nee, waarom vindt het kabinet dit niet een geschikt fonds?
Voor de leden van de PvdA-fractie is het van belang dat het MFK aansluit bij de politieke prioriteiten van de EU in de komende jaren, zoals klimaat, veiligheid, migratie en werkgelegenheid. Om dit te verwezenlijken moet het MFK nodig worden gemoderniseerd, aldus deze leden. Dit betekent volgens de leden van de PvdA-fractie dat de uitgaven voor «oude» prioriteiten – met name landbouw – soberder moeten worden, terwijl er meer geld moet naar onderzoek en innovatie en de bestrijding van klimaatverandering. Hoe denkt het kabinet over het moderniseren en is het kabinet bereid hier een prioriteit van te maken in de onderhandelingen met andere lidstaten, zo vragen de leden van de PvdA-fractie? En hoe wil het kabinet inzetten op de hervormingen van het landbouwbeleid, nu volgens deze leden nog altijd blijkt dat dit aan herziening nodig is, zolang met name de grootverdieners in de landbouw de meeste subsidies opstrijken alsmede de herzieningen die (mogelijk) nodig zijn in het landbouwbeleid bij de te nemen klimaatmaatregelen?
Ook zijn de leden van de PvdA-fractie een groot voorstander van een koppeling tussen de waarborging van de rechtsstaat en de besteding van Europese middelen. Het kan niet zo zijn dat landen onbestraft Europese waarden aan hun laars lappen en tegelijkertijd blijven profiteren van EU-fondsen, aldus de leden van de PvdA-fractie. Kan het kabinet meer duidelijkheid geven over de stand van zaken in de onderhandelingen met betrekking tot deze koppeling, zo vragen de leden van de PvdA-fractie? Wat is het huidige speelveld en welke extra stappen zet het kabinet om deze koppeling daadwerkelijk te realiseren, zo vragen deze leden zich verder af?
De leden van de 50PLUS-fractie constateren dat de leiders van de 27 EU-lidstaten zich de komende weken opnieuw gaan bezighouden met het MFK van de EU voor de periode 2021–2027. De Belgische voorzitter van de Raad, Charles Michel, hoopt dat er op 20 februari al een akkoord over de meerjarenbegroting kan worden gesloten, zo observeren deze leden. Hoe realistisch acht het kabinet dit, gezien de zeer aanzienlijke verschillen tussen de inzet van lidstaten als Nederland, Oostenrijk, Denemarken en Zweden (maximaal 1% van het BNI), de Europese Commissie (1,11% van het BNI) en het Europees Parlement (1,3% van het BNI) zo vragen de leden van de 50PLUS-fractie zich af?
Nederland en de andere drie zuinige lidstaten worden in de internationale media weggezet als «de gierige vier», zo observeren de leden van de 50PLUS-fractie. Volgens deze leden is dat verkeerde beeldvorming en zou «de verstandige vier» passender zijn. Is het kabinet dat met de leden van de 50PLUS-fractie eens en wat doet het kabinet om dat negatieve «frame» bij te stellen?
Wat vindt het kabinet van de opstelling van «onze» Eurocommissaris Frans Timmermans, zo vragen de leden van de 50PLUS-fractie? Is het kabinet van mening dat de heer Timmermans er met de Green Deal juist voor kan zorgen dat de Nederlandse burgers financieel minder belast worden, door de maatregelen in Europees verband en minder in nationaal verband te financieren, zo vragen de leden van de 50PLUS-fractie zich verder af?
Is het kabinet met de leden van de 50PLUS-fractie van mening dat een verhoging van de Nederlandse afdracht aan Brussel onnodig is mits de EU bezuinigt op zaken en taken die volgens de leden van de 50PLUS-fractie minder prioriteit moeten krijgen, zoals het gemeenschappelijk landbouwbeleid en de structuurfondsen voor de armere regio’s?
De leden van de 50PLUS-fractie constateren dat bij het verhaal over de positie van Nederland als nettobetaler vanuit de Europese Commissie ook het argument klinkt dat het bedrijfsleven zoveel profijt heeft van de EU. Vindt het kabinet dat daar dan ook (meer) lasten terecht zouden moeten komen, zo vragen de leden van de 50PLUS-fractie zich af?
Is het mogelijk een overzicht te krijgen van besparingen op concrete EU-uitgaven die overwogen worden of die volgens de Nederlandse regering overwogen zouden moeten worden, zo vragen de leden van de 50PLUS-fractie aan het kabinet? Is er een ombuigingslijst beschikbaar voor de EU, zoals we dat ook in Nederland kennen rond de verkiezingen en de vorming van een nieuw kabinet, zo vragen deze leden zich verder af? Indien nee, waarom niet? Deelt het kabinet de mening van de leden van de 50PLUS-fractie dat in de EU een cultuur ontbreekt van het dekken van gewenste nieuwe prioriteiten?
Kan het kabinet een inschatting geven van wat het voor de EU per jaar zou kosten, om alle verplichtingen van de lidstaten ten aanzien van het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) over te nemen, zo vragen de leden van de 50PLUS-fractie?
Is het kabinet met de leden van de 50PLUS-fractie van mening dat de noodzaak om het EU-budget fors te verhogen ook ondergraven wordt door het feit dat er sprake is van een forse onderbesteding van het vorige budget? De Europese Rekenkamer constateerde in 2019 immers dat de EU-lidstaten sinds 2011 ruim 280 miljard euro aan subsidies hadden laten liggen, zo constateren de leden van de 50PLUS-fractie. Dit had volgens de Rekenkamer verschillende redenen, waaronder langzame implementatie van Europese structuur-en investeringsfondsen (ESIF), de verhoging van het EU-budget en problemen met afspraken omtrent betalingen. Maar wellicht was het vorige budget ook gewoon meer dan ruim genoeg, zodat een verhoging nu overbodig is, aldus de leden van de 50PLUS-fractie. Of ziet het kabinet dat anders, vragen de leden van de 50PLUS-fractie?
Brexit
De leden van de CDA-fractie willen ten eerste het kabinet danken voor de snelle appreciatie van het conceptmandaat onderhandelingen toekomstige relatie EU-VK. Het uiteindelijke akkoord wordt vormgegeven op basis van artikel 217 dat inhoudt eenparigheid van stemmen in de Raad hetgeen betekent dat de te onderhandelen onderwerpen een samenhang kennen. De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet ook of zij kan duiden wat het betekent dat het artikel 218, lid (3) en (4) van kracht zijn op het onderhandelingsmandaat en of het klopt dat het daarmee een «EU only»-verdrag is en de lidstaten geen stem krijgen in het uiteindelijke verdrag?
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet precies uit te leggen hoe de Kamer wordt geïnformeerd over het uiteindelijke resultaat. Heeft de Kamer überhaupt een mogelijkheid om een appreciatie te geven van het uiteindelijke resultaat, zo vragen de leden van de CDA-fractie zich verder af?
De leden van de CDA-fractie zijn van mening dat er rekening mee gehouden moet worden dat er aan het einde van het jaar een beperkt akkoord of geen akkoord ligt. De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet of thema’s steeds in een soort hoofdstukken worden behandeld, en worden gesloten wanneer deze uitonderhandeld zijn, waardoor er in ieder geval een garantie is dat bepaalde basiszaken geregeld zijn? Of is er pas een deal als alles is uitonderhandeld, zo vragen de leden van de CDA-fractie? Ook vragen deze leden of het kabinet kan aangeven hoe de prioriteiten liggen van het kabinet en de prioriteiten van de hoofdonderhandelaar. Tevens vragen de leden van de CDA-fractie of op alle deelonderwerpen van de conceptrichtsnoeren afzonderlijk een deal wordt gesloten of op basis van bepaalde thema’s? Deze leden vragen het kabinet specifiek of daarbij afzonderlijke deals worden gesloten over luchtvaart en over visserij. Deze leden vragen het kabinet of dit conceptonderhandelingsmandaat überhaupt het de lidstaten mogelijkheid laat om deelakkoorden als een gemengd akkoord vorm te geven, zoals het kabinet zelf wenselijk acht in haar appreciatie van het onderhandelingsmandaat?
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet om aan te geven waar de rode lijnen liggen in een eindakkoord?
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet wanneer de Kamer geïnformeerd wordt over besluiten omtrent het verlengen van de transitieperiode, zoals op 1 juli 2020 besloten moet worden?
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet in hoeverre er bilaterale onderhandelingen of bilaterale gesprekken zijn met de Britten of de Schotten? De Schotten zijn voornemens een zeeverbinding te starten naar de Eemshaven, zo stellen deze leden. Is daar nog steeds sprake van en zijn er andere van deze dergelijke initiatieven, zo vragen de leden van de CDA-fractie aan het kabinet?
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet om een inventarisatie te geven, en de voortgang te beschrijven, van alle handelsverdragen met derde landen waarmee het Verenigd Koninkrijk (VK) eveneens onderhandelingen is gestart.
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet om aan te geven welke gevolgen de situatie heeft voor het uitleveren van personen van enkele EU-lidstaten aan het VK. Door de Brexit is het VK een derde land geworden en zijn een aantal lidstaten niet meer verplicht om burgers uit te leveren, dat geldt ook voor Duitsland, zo stellen de leden van de CDA-fractie. Deze leden vragen het kabinet om een analyse hiervan te maken en aan te geven of daar een veiligheidsrisico aan zit.
De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet in hoeverre er duurzaamheid en klimaatdoelstellingen gebaseerd op de Green Deal zijn opgenomen in de conceptonderhandelingsrichtsnoeren? Ziet het kabinet de voorgenomen maatregelen uit de Green Deal als een kans of als obstakel in de toekomstige relatie tussen de EU en het VK, zo vragen de leden van de CDA-fractie zich verder af?
Ten slotte vragen de leden van de CDA-fractie aan het kabinet of het VK aan alle afspraken heeft voldaan zoals in de deal was afgesproken?
https://www.theguardian.com/commentisfree/2020/feb/07/eu-green-deal-greenwash-ursula-von-der-leyen-climate.↩︎