Lijst van vragen, gesteld aan de Algemene Rekenkamer, over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid (Kamerstuk 36100-VI-2)
Jaarverslag en slotwet Ministerie van Justitie en Veiligheid 2021
Lijst van vragen
Nummer: 2022D21493, datum: 2022-05-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D21493).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.H. van Meenen, voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M.C. Burger, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2022Z08719:
- Indiener: A.P. Visser, president van de Algemene Rekenkamer
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-05-19 13:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-05-25 14:00: Rapport resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid (36100-VI-2) (vragen aan de regering) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-05-25 14:00: Rapport resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid (36100-VI-2) (vragen aan de Algemene Rekenkamer) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-06-01 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-06-15 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-06-22 17:30: Slotwet en Jaarverslag (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2022-09-06 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2022D21493 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Algemene Rekenkamer over de brief van 18 mei 2022 inzake het Rapport resultaten verantwoordingsonderzoek 2021 bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid (aan de Algemene Rekenkamer) (Kamerstuk 36 100 VI, nr. 2).
De voorzitter van de commissie,
Van Meenen
De adjunct-griffier van de commissie,
Burger
Nr | Vraag |
1 | Hoe zou het toezicht van de Minister voor Justitie en Veiligheid op de rechtmatigheid en doelmatigheid verbeterd kunnen worden volgens de ARK, gezien het feit dat de Minister zelf niet primair verantwoordelijk is voor de rechtmatige en doelmatige besteding van het geld? |
2 | Heeft de ARK aanbevelingen die ertoe kunnen leiden dat zowel de Minister als de Kamer meer sturingsinformatie kan ontvangen en haar sturingsmogelijkheden kan vergroten, naar aanleiding van de constatering dat het ministerie een «ingewikkeld departement» is waarin «de Minister maar beperkte sturingsinformatie en -mogelijkheden heeft»? |
3 | Op welke versterking wordt gedoeld met de zin «zo zien wij dat de Minister recentelijk de aansturing van de J&V-organisatie heeft versterkt»? |
4 | De ARK schrijft dat bij de stelselherziening in de rechtsbijstand de eigen bijdrage voor mensen die rechtsbijstand krijgen, de kwaliteit van de rechtsbijstand en of er voldoende advocaten zijn om rechtsbijstand te geven, kwesties zijn om aandacht voor te hebben. Kan worden aangegeven waarom specifiek op deze punten gewezen wordt door de ARK? Ziet de ARK op deze punten zaken fout gaan op het ministerie? |
5 | Heeft de ARK (internationale) voorbeelden van begrotingen van J&V die meer sturingsinformatie opleveren omtrent bijvoorbeeld artikel 31 die ruim 44% van de begroting beslaat? |
6 | Kan worden verduidelijkt op welke manier het personeelsbeheer bij de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) niet op orde was en wat dit voor het functioneren van DJI als organisatie nu en in de toekomst betekent? |
7 | Is de ARK van mening dat bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid minder opererende organisaties zouden moeten zijn, gezien de ARK in haar nawoord het volgende aangeeft: «... ook in voorgaande jaren wezen we op de forse opdracht die de Minister heeft om de talrijke, soms zelfstandig opererende JenV-organisaties doeltreffend aan te sturen. Goed toezicht op en financiering van deze organisaties verdienen permanent aandacht van de Minister»? |