Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over het Fiche: Herziening verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels (CLP)(Kamerstuk 22112-3626)
Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2023D11286, datum: 2023-03-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2023D11286).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B.M.G. Smals, voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A.B. Coco Martin, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2023Z02956:
- Indiener: W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-03-09 13:25: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-03-09 14:00: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-03-20 14:00: Fiche: Herziening verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels (CLP) (TK 22112-3626) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-10-25 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Preview document (🔗 origineel)
2023D11286 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan het kabinet over het Fiche: Herziening verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels (CLP) (Classification, Labeling en Packaging) (Kamerstuk 22 112, nr. 3626).
De voorzitter van de commissie,
Smals
De adjunct-griffier van de commissie,
Coco Martin
Inhoudsopgave
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
II. Reactie van het kabinet
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brief omtrent het BNC-fiche herziening verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels (CLP). Zij hebben hierbij nog enkele vragen.
De leden van de VVD-fractie vinden het net als het kabinet belangrijk dat er duidelijk gecommuniceerd wordt over de gevaren van stoffen, mengsels en voorwerpen en juiste gebruik hiervan. Deze leden vragen het kabinet daarom hoe de website waarzitwatin.nl onder de aandacht wordt gebracht, als er gesproken wordt over duidelijke communicatie.
Daarnaast lezen de leden van de VVD-fractie dat het kabinet investeert in projecten en onderzoeken naar de ontwikkeling van methoden voor de identificatie en risicobeoordeling van gevaarlijke stoffen. Zij zouden graag een overzicht zien van de projecten en onderzoeken. Deze leden vragen wat de reden is dat er voor deze projecten en onderzoeken is gekozen.
Voorts lezen genoemde leden dat de uitbreiding van de bevoegdheid van de Europese Commissie om het recht van initiatief te krijgen voor geharmoniseerde indeling ervoor zorgt dat meer gevaarlijke stoffen kunnen worden geïdentificeerd, doordat naast lidstaten en industrie, ook de Commissie CLH-dossiers (harmonised classification and labelling) kan indienen. Kan het kabinet schetsen hoe een dergelijk proces eruitziet? Onder welke criteria mag de Commissie CLH-dossiers indienen en gelden die ook voor lidstaten en industrie?
De leden van de VVD-fractie lezen dat het kabinet de mogelijkheid tot digitale etikettering een goede aanvulling vindt op het fysieke etiket en sluiten zich hierbij aan. Deze leden vragen het kabinet hoe mensen gestimuleerd worden dit digitale etiket te raadplegen, zeker als het gaat om belangrijke informatie.
Ook lezen de leden van de VVD-fractie dat er vanuit de lidstaten steun lijkt te zijn voor de modernisering van de verordening, maar dat de voorstellen van digitalisering van de etiketten en online verkoop zouden kunnen leiden tot discussies. Waar zijn deze verwachtingen op gebaseerd? Welke mogelijke discussies verwacht het kabinet?
Het is aan de lidstaten om toezicht en handhaving van het voorgestelde optreden met betrekking tot online verkoop verder in te richten, zo lezen de leden van de VVD-fractie in het BNC-fiche. Kan het kabinet aangeven hoe het Nederlandse toezicht en handhaving hierop vorm zal krijgen?
Deze leden lezen dat het kabinet kritisch is over de stijging van het aantal werknemers ten gevolge van één van de voorgestelde maatregelen. Om welke maatregel gaat het hier en hoe ziet de Commissie dit voor zich gezien de huidige krapte op de arbeidsmarkt?
Genoemde leden lezen dat het kabinet nadere onderbouwing zal opvragen over de financiële consequenties van het voorstel voor burgers en bedrijven. Zullen er tot die opheldering er is geen onomkeerbare stappen worden genomen?
De Commissie stelt in het impact assessment dat als onderdeel van de strategie voor duurzame chemische stoffen er vóór 2024 een raamwerk wordt ontwikkeld, bestaande uit indicatoren die oorzaken en gevolgen van chemische vervuiling monitoren en de effectiviteit van de wetgeving inzake chemicaliën meten. Het kabinet is kritisch over de invulling van dit raamwerk, zo lezen de leden van de VVD-fractie. Kan dit nader toegelicht worden? En welke lidstaten vindt het kabinet in deze kritiek aan haar zijde?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met veel interesse kennisgenomen van het BNC-fiche. Deze leden vinden het belangrijk dat er als onderdeel van de Green Deal op Europees niveau gekeken wordt hoe de regulering van chemische stoffen en mengsels kan worden verbeterd. Deze leden maken zich namelijk grote zorgen over de effecten op mens en milieu als deze stoffen in afval- of grondwater terecht komen.
Deze leden begrijpen onder andere van waterzuiveringsbedrijven dat zij weinig zicht hebben op de stoffen die in medicijnen zitten, waardoor zij ook niet goed in staat zijn deze uit het water te filteren. Kan het kabinet onderschrijven dat met de regulering die de Europese Commissie voorstelt er wel beter zicht komt op de stoffen in medicijnen, zodat waterzuiveringsbedrijven hier ook rekening mee kunnen houden? Deze leden brengen ook graag de motie-Hagen/De Groot1) onder de aandacht, waarin de regering wordt verzocht om in samenwerking met de medicijnproducenten een Uitgebreide Producenten Verantwoordelijkheid (UPV) voor medicijnen in te stellen.
Welke mogelijkheden ziet het kabinet om te sturen op de hele keten van chemische stoffen en mengsels, dus van producent, verkoper en gebruikers? Want regulering van het product is belangrijk, maar hoe wordt ervoor gezorgd dat gebruikers en verkopers zorgvuldig omgaan met deze stoffen en wordt voorkomen dat het in het grond- en afvalwater terecht komt, zo vragen de leden van de D66-fractie het kabinet.
Genoemde leden lezen dat het kabinet nog vragen heeft bij de financiële effecten van de regulering. Kan het kabinet aangeven bij wie de kosten neerslaan voor regulering en hoe voorkomen wordt dat dit overwegend de burgers zijn? Deze leden vragen het kabinet tevens of er ook een goede kosten-, maar vooral (maatschappelijke) batenanalyse kan worden gemaakt van de effecten van betere reguleren van de chemische stoffen en mengsels in medicijnen.
De leden van de D66-fractie vragen het kabinet hoe het voorstel van de Commissie zich verhoudt tot Nederlands beleid op dit onderwerp.
De leden van de D66-fractie hebben op 1 november 2022 de petitie van ReumaNederland in ontvangst genomen. Hierin wordt gevraagd om gebruikersvriendelijke verpakkingen van medicijnen voor mensen met aandoeningen zoals Reuma die hierdoor moeite hebben om reguliere verpakkingen te openen. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gaf eerder aan zich hiervoor op Europees niveau in te zetten. Kan het kabinet aangeven of gebruikersvriendelijke verpakkingen ook wordt meegenomen bij de kabinetsappreciatie van dit voorstel?2
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie heeft kennisgenomen van het BNC-fiche: Herziening verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsel en de appreciatie van het kabinet daarop. Het lid van de BBB-fractie ondersteunt de doelstelling van deze herziening om ervoor te zorgen dat consumenten, bedrijven en autoriteiten ten volle bescherming kunnen genieten tegen de gevaren van gevaarlijke chemische stoffen. Zij vindt het van belang dat er binnen de gehele Europese Unie dezelfde regels gelden en dat er eenduidigheid is in classificering en etikettering.
Wat het lid van de BBB-fractie betreft moet voorop staan dat consumenten altijd over de juiste informatie moeten kunnen beschikken om goed doordachte keuzes te maken. Uit het fiche blijkt dat dit nu niet het geval is. Zij vindt dat een slechte zaak en steunt dan ook het voorstel om dit zo snel mogelijk aan te passen.
Het lid van de BBB-fractie vraagt het kabinet hoe de Europese Unie invulling denkt te geven aan het tweede doel dat genoemd wordt: «de doeltreffendheid van de voorlichting over gevaren te verbeteren door de etiketten toegankelijker en begrijpelijker te maken voor gebruikers van chemische stoffen, en bedrijven meer flexibiliteit te bieden, waardoor de administratieve lasten worden verminderd zonder dat de veiligheidsniveaus dalen». Uit de kabinetsreactie maakt het lid van de BBB-fractie op dat dit voor het kabinet ook niet duidelijk is. Zij ondersteunt dan ook het voornemen om hierover opheldering te vragen.
Net als het kabinet vindt ook het lid van de BBB-fractie dat de online verkoop beter gereguleerd moet worden. Zij vraagt het kabinet hoe de naleving inzake etikettering en voorlichting bij online verkoop verhoogd kan worden. Aangezien deze naleving en de controle daarop nu al slecht is, verwacht het lid daar niet zomaar verbetering als de richtlijnen worden aangescherpt. Hoe kijkt het kabinet daar tegenaan? Hoe zou deze naleving verbeterd kunnen worden? Wordt dit ook in Europees verband opgepakt?
Het lid van de BBB-fractie vraagt het kabinet hoe het kan dat er met sterk verouderde databases wordt gewerkt waarin ook informatie mist. Logischerwijs zou dit jaarlijks, of in geval van wijzigingen bijgewerkt moeten worden. Hoe gaat de Europese Commissie er zorg voor dragen dat we over tien jaar niet weer in dezelfde situatie zitten? Kan het kabinet dit toelichten of vragen aan de Commissie?
Het lid van de BBB-fractie merkt op dat in de kabinetsreactie wordt gesteld dat de kosten van de herziening bij de industrie komen te liggen en de baten bij de burger. Het lid wil daar toch wel graag aan toe voegen dat kosten uiteindelijk bij de burger terechtkomen, omdat producten simpelweg duurder zullen worden.
Ten slotte vraagt het lid van de BBB-fractie het kabinet om inzicht in de kosten voor de lidstaten voor dit voorstel. Het is het lid van de BBB-fractie niet duidelijk wat deze kosten moeten inhouden daar de kosten toch vooral bij de industrie lijken te liggen. Zij ontvangt daar graag een toelichting van het kabinet op.