[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

CW 3.1 Beethoven talent

Bijlage

Nummer: 2024D45151, datum: 2024-11-20, bijgewerkt: 2024-11-20 16:07, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Bijlage bij: Nationaal Versterkingsplan van Microchip-talent (2024D45149)

Preview document (🔗 origineel)


Maatregel: Nationaal Versterkingsplan van Microchip-talent
1. Doel(en) De microchipindustrie is een van de belangrijkste pijlers van het huidige en het toekomstige verdienvermogen van Nederland. Het doel van dit versterkingsplan is om te zorgen voor een groei van technici voor de microchipindustrie. Voor deze sector wordt op korte termijn - tot en met 2030 - een groeiende talentvraag verwacht van 38.000 extra technisch opgeleide mensen.
2. Beleidsinstrument(en) De middelen worden aan de regio’s Brainport, Delft, Twente en het Noorden toegekend via een maatwerksubsidie door RVO. De vier regio’s hebben plannen ingediend die zijn beoordeeld door de regiegroep onder leiding van speciaal gezant, Hans de Jong. Met input vanuit vertegenwoordigers vanuit het onderwijs en bedrijfsleven. De studiefinancieringsmiddelen worden aan de reguliere SF-instrumenten op de OCW-begroting toegevoegd.

3. A. Financiële gevolgen voor het Rijk

Vanuit de Rijksoverheid is incidenteel € 450 miljoen tot en met 2030 en vanaf 2031 structureel € 80 miljoen per jaar beschikbaar.

De volgende bedragen zijn van de AP overgeheveld naar de departementale begrotingen.

In € x 1.000 2025 2026 2027
Opvragen AP 30.698 43.135 8.659
Activiteiten (EZ) 30.398 42.235 8.659
Bekostiging (OCW) 0 0  
Studiefinanciering (OCW) 300 900  
Restant AP 302 12.565 63.841
B. Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren De tekorten aan talent in de microchip sector zijn groot en de ambities zijn fors. Dit plan stelt bedrijven in de microchipindustrie in staat om stevig te groeien in Nederland. Dit heeft positieve effecten op de werkgelegenheid en de economische ontwikkeling en versterkt de wereldwijde positie van Nederland binnen de microchipindustrie.
4. Nagestreefde doeltreffendheid Elk plan is getoetst op hoe de maatregelen concreet gaan bijdragen aan voldoende talent voor de microchipindustrie. Een regiegroep onder leiding van Hans de Jong heeft advies uitgebracht mede op basis van input vanuit diverse experts uit het onderwijs en het bedrijfsleven. Voorts worden de plannen tussentijds op hun voortgang en effectiviteit gemonitord en geëvalueerd. Na twee jaar is er voor elke regio een ‘stage-gate’. Alleen bij voldoende progressie wordt een volgende reeks middelen beschikbaar gesteld voor de regio’s.
5. Nagestreefde doelmatigheid

In het voorjaar 2024 is er een convenant getekend tussen Rijk en regio. Hierin is de intentie uitgesproken om gezamenlijke de groei van de microchipsector in Nederland te versterken.

De middelen voor de regio’s worden ingezet om de instroom van (internationale) studenten te verhogen in technische opleidingen die opleiden voor onder andere de microchipsector. Door in te zetten op capaciteitsvergroting i.c.m. de inzet op het aantrekken van internationaal talent is er een (direct) effect van de inzet van deze extra middelen.

Ook wordt ingezet op het om- en bijscholen van mensen voor de microchipsector. Op dit punt worden aanvullende voorwaarden gesteld om zowel de activiteiten als doelstellingen realistisch en doelmatig te krijgen.

Gekeken is waar de verwachting is dat er extra personeel nodig is en waar dit personeel naar verwachting vandaan moet komen. Op afstand de grootste opgave ligt in de Brainportregio, waarvan ongeveer 68% van het personeel in de microchipindustrie hun werkkring vindt.

6. Evaluatieparagraaf Het gaat om een lerend traject waarbij het van groot belang is om te monitoren, te evalueren en tijdig bij te sturen. Er zijn doelstellingen en tussentijdse kpi’s geformuleerd, onder andere voor de verwachte groei van talent. In de eerste fase van de aanpak wordt primair gekeken naar de kwaliteit van de aanpak met daarbij ook een doorkijk naar hoe realistisch de verwachte kwantitatieve doelstellingen zijn. Het Platform Talent voor Technologie zal de monitoring en evaluatie uitvoeren en ondersteunen bij de vormgeving van de lerende aanpak. Elke twee jaar bezoekt een visitatiecommissie de regio’s voor de voortgang op hun plannen (stage-gate). Eind 2026 zal de eerste evaluatie plaatsvinden.