Gewijzigd amendement van het lid Kathmann c.s. ter vervanging van nr. 56 over middelen voor de Informatiepunten Digitale Overheid
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2025
Amendement (gewijzigd/nader/vervangend)
Nummer: 2024D47428, datum: 2024-12-03, bijgewerkt: 2024-12-03 13:30, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B.C. Kathmann, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: M. van Nispen, Tweede Kamerlid (SP)
- Mede ondertekenaar: J.J. van der Werf, Tweede Kamerlid (D66)
Onderdeel van kamerstukdossier 36600 VII-108 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2025.
Onderdeel van zaak 2024Z20055:
- Indiener: B.C. Kathmann, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.J. van der Werf, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2024-12-05 12:55: STEMMINGEN (over alle begrotingen) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL | 2 | |
Vergaderjaar 2024-2025 | ||
36 600 VII | Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2025 | |
Nr. 108 | gewijzigd AMENDEMENT VAN HET LID kathmann C.S. ter vervanging van dat gedrukt onder nr. 56 | |
Ontvangen 3 december 2024 | ||
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor: | ||
De departementale begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 6 Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 3.000 (x € 1.000).
II
In artikel 13 Nog onverdeeld worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 3.000 (x € 1.000).
Toelichting
De Informatiepunten Digitale Overheid (IDO's) helpen mensen met ingewikkelde digitale dienstverlening van de overheid. Er is grote behoefte en waardering voor de persoonlijke hulp die bezoekers krijgen.1 Medewerkers zijn benaderbaar, geduldig en vriendelijk. Omdat de loketten worden gecoördineerd door bibliotheken sluit de hulp goed aan op de lokale gemeenschap en bestaande netwerken. IDO’s zijn in korte tijd onmisbaar geworden voor de grote groep Nederlanders die (wel eens) moeite heeft met ingewikkelde formulieren en digitale diensten van de overheid.2
De voorziening wordt gefinancierd via een specifieke uitkering aan gemeenten, een financieringsmodel waarvan de toekomst pas in het voorjaar van 2025 duidelijk is. Vanaf 2026 slaat ook de 10% bezuiniging toe, terwijl de huidige financiering de werkelijke kosten al niet dekt. 3 Bibliotheken geven aan dat door bezuinigingen vooral de loketten in wijk- en buurthuizen zullen verdwijnen waar juist de mensen worden geholpen die de overheid niet snel vertrouwen. Gemeenten erkennen dat SPUK-middelen voor andere doelen gebruikt gaan worden zodra ze op het Gemeentefonds belanden. Dat maakt de toekomst van de IDO’s erg onzeker.
Om dit te voorkomen stellen de indieners voor om een geoormerkte subsidie voor de IDO’s te behouden en deze structureel te verhogen tot minstens € 20,127 miljoen. Hiermee lopen indieners vooruit op de besluitvorming in het voorjaar van 2025. Door de snelle digitalisering van Nederland zal de vraag om hulp bij ingewikkelde dienstverlening de komende jaren alleen maar toenemen. Om te verzekeren dat IDO’s de vraag kunnen bijbenen, stellen de indieners een jaarlijkse indexatie voor. Dekking voor dit amendement wordt structureel gevonden in de nog onverdeelde middelen op artikel 13, bedoeld om overheidsdienstverlening bereikbaar en toegankelijk te maken door direct contact en eerstelijnsbalies. De middelen die op artikel 13 specifiek bedoeld zijn voor goed bestuur, rechtsstaat, slavernijverleden en erfgoed, en klokkenluiders mogen hiervoor niet worden aangegrepen.
Voor een relatief kleine bijdrage vanuit het Rijk kunnen burgers blijven vertrouwen op de persoonlijke begeleiding bij de loketten in hun wijk.
Kathmann
Van Nispen
Van der Werf