Gezondheidsraadadvies ‘Zicht op gehoorverlies bij kinderen en jongeren’
Preventief gezondheidsbeleid
Brief regering
Nummer: 2024D48476, datum: 2024-12-09, bijgewerkt: 2024-12-09 16:13, versie: 2
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: V.P.G. Karremans, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Gezondheidsraadadvies ‘Zicht op gehoorverlies bij kinderen en jongeren’
- Beslisnota bij Kamerbrief Gezondheidsraadadvies ‘Zicht op gehoorverlies bij kinderen en jongeren’
Onderdeel van kamerstukdossier 32793 -792 Preventief gezondheidsbeleid.
Onderdeel van zaak 2024Z20541:
- Indiener: V.P.G. Karremans, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- : Medische preventie (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-12-10 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-12-18 14:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2025-04-02 14:00: Publieke gezondheidszorg (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Preview document (🔗 origineel)
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
Nr. 792 Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 december 2024
Met deze brief bied ik uw Kamer het Gezondheidsraadadvies ‘Zicht op gehoorverlies bij kinderen en jongeren’ aan. Dit advies is aangevraagd naar aanleiding van een haalbaarheidsonderzoek van VeiligheidNL over een of meer extra contactmomenten van de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) voor screening van het gehoor van kinderen.1
Momenteel worden kinderen alleen bij hun geboorte en tussen hun vierde en zesde levensjaar gescreend voor het gehoor. Aan de Gezondheidsraad is gevraagd om advies uit te brengen over de doelmatigheid om zonder indicatie gehoorscreening over de gehele jeugdperiode (tot 18 jaar) in te zetten. Hierbij is ook gevraagd – in het geval uitbreiding niet gewenst is - welke maatregelen wel effectief zijn voor het tijdig signaleren van gehoorproblemen bij kinderen.
Inhoud advies
De Gezondheidsraad adviseert dat een uitbreiding van gehoorscreening naar de gehele jeugdperiode (tot 18 jaar) niet wenselijk is. Als reden hiervoor geeft de raad aan dat er momenteel nog te veel onduidelijkheden zijn over de interventies die de gevolgen van gehoorverlies kunnen helpen verlichten. Zo is het momenteel niet duidelijk of deze interventies effectiever zijn wanneer deze eerder worden ingezet, dan wanneer gehoorverlies in het dagelijks leven aan het licht komt. Daarbij benoemd de Gezondheidsraad dat gehoortesten zonder indicatie een aanzienlijke investering vergen en dat deze niet zijn gevalideerd voor screening.
De Gezondheidsraad adviseert daarentegen wel de volgende drie punten:
Momenteel zijn er drie JGZ-contactmomenten tussen het 10de en 18de levensjaar van een kind. Deze contactmomenten kunnen worden benut om het risico op gehoorschade uit te vragen. Hierbij acht de Gezondheidsraad het van belang om de vragenlijsten tijdens deze contactmomenten te standaardiseren en uniformeren. Daarnaast acht de raad het van belang dat deze uitkomsten centraal worden geregistreerd en gemonitord.
Er wordt geadviseerd om verschillende kennishiaten omtrent de oorzaken van gehoorverlies en de effectiviteit van interventies te dichten.
Het advies benadrukt dat primaire preventie een belangrijke pijler is bij het voorkomen van gehoorschade.
Vervolg
Een inhoudelijke reactie op bijgevoegd advies ontvangt uw Kamer in het voorjaar van 2025. Ik hoop uw Kamer voldoende te hebben geïnformeerd.
De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
V.P.G. Karremans
Kamerstukken II 2022/23, 32 793, nr. 697.↩︎