Terms of Reference Interdepartementale Taskforce Internationale Migratie
Bijlage
Nummer: 2024D51816, datum: 2024-12-20, bijgewerkt: 2024-12-20 16:17, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Bijlage bij: Besluit kabinet oprichting interdepartementale taskforce (2024D51815)
Preview document (🔗 origineel)
Terms of Reference Interdepartementale Taskforce Internationale Migratie
Samenwerking, afstemming en besluitvorming t.a.v. partnerschapsinzet internationale migratie
1. Beleidsopdracht uit Regeerprogramma relevant voor de taskforce
“Om de irreguliere migratie tegen te gaan en terugkeer en opvang in de regio te bevorderen zet het kabinet, ook in Europees verband, in op brede, strategische partnerschappen met relevante migratielanden, inclusief de aanpak van mensenhandel, mensensmokkel en irreguliere migratieroutes. Ook innovatieve vormen van migratiesamenwerking zijn hier onderdeel van. In dit verband loopt het kabinet voorop in het met gelijkgezinde lidstaten en de Europese Commissie verkennen van out-of-the-box oplossingen, binnen de kaders van het internationaal en Europees recht, zoals de afspraken die Italië met Albanië maakt of terugkeerhubs. Het kabinet benut het volledige instrumentarium en schuwt strategische maatregelen in Europees verband om samenwerking te bespoedigen niet. Nederland zet zich bovendien, waar mogelijk samen met gelijkgestemde EU-lidstaten, in voor aanpassingen van het VN-vluchtelingenverdrag.”
“Het kabinet richt, onder sturing van de (onder)Raad Asiel en Migratie, een interdepartementale taskforce Internationale Migratie op om de inzet van mensen en middelen samen te brengen, te coördineren en gericht in te zetten. Ook gaat het kabinet in dit kader op zoek naar gestructureerd overleg met maatschappelijke partners en de private sector.”1
2. Doelstelling oprichting interdepartementale Taskforce Internationale Migratie
Om de intensivering van de inzet op partnerschappen/samenwerking met derde landen te realiseren dient er breed interdepartementaal - van het politieke niveau tot de uitvoeringspraktijk - invulling gegeven te worden aan de uitvoering ervan. De taskforce speelt een coördinerende en richtinggevende rol,– terwijl de inhoudelijke samenwerkingsverbanden gezamenlijk met de betrokken organisatie(s) vormgegeven zullen worden, met behoud van de verschillende (politieke) mandaten van de betrokken (uitvoerings-)organisaties. De taskforce draagt op deze manier bij aan de volgende vier doelstellingen, om uiteindelijk duurzaam, efficiënt en effectief uitvoering te geven aan het internationale migratiebeleid2.
Samenbrengen van betrokken departementen en (uitvoerings-)organisaties en de multidisciplinaire perspectieven die daaruit voortkomen, teneinde in samenhang het regeerakkoord waar het internationale migratie betreft ten uitvoering te brengen. De taskforce zorgt voor afstemming, coördinatie, en informatiedeling.
Integraal sturing geven aan de intensivering van de brede partnerschapsinzet, zowel bilateraal als in EU verband, in lijn met internationaal, Europees en nationaal recht.
Uitbreiden van instrumentarium en het betrekken van Rijksbrede activiteiten, kennis, en middelen binnen deze partnerschappen, incl. maatschappelijk middenveld en bedrijfsleven en het ontsluiten van capaciteit daartoe.
Beheren van de Rijksbrede politieke en (hoog-)ambtelijke reisagenda op het gebied van internationale migratie.
3. Deelnemers Taskforce
Aan de Taskforce nemen ten minste de volgende organisaties deel, die allen een rol spelen in de vorming en uitvoering van het internationale migratiebeleid: DMB, COA, DT&V, Kmar, IND, Politie, DIE-EX/BZ, BZ regio- en themadirecties, SZW/AV, SZW/IZ, J&V, Defensie. Iedere deelnemer vaardigt ten minste één liaison (op werkniveau) af voor de Taskforce, zij nemen deel aan de taskforce in verschillende vorm en intensiteit, naargelang rol en capaciteit.
Kernteam: Teamleden A&M/BIM (incl. ketenvertegenwoordiging), en de voor migratie verantwoordelijke beleidsafdeling binnen BZ3. Zij vormen een kernteam dat op dagelijkse basis samenwerkt om de beleidsinhoudelijke, strategische lijnen uit te zetten. Waar het mandaat of beleidsterrein van andere taskforceleden wordt geraakt, zal het kernteam afstemmen met desbetreffende leden. Het kernteam betrekt daarvoor de overige stakeholders van de taskforce in een zo vroeg mogelijk stadium waar relevant (zie ook overlegafspraken).
5. Mandaten kernteamleden en taskforce
A&M draagt de coördinerende verantwoordelijkheid voor het internationale migratiebeleid van Nederland. Tegelijkertijd is BZ verantwoordelijk voor het brede buitenland beleid waar migratie een onderdeel van is. Dit betekent dat gezamenlijk verantwoordelijkheid gedragen wordt wanneer samengewerkt wordt met partnerlanden op het thema migratie. De bilaterale, Europese en multilaterale inzet liggen hierbij nadrukkelijk in elkaars verlengde.
Binnen de taskforce wordt intensief samengewerkt van werk- tot besluitvormingsniveau, het kernteam geeft hier de dagelijkse sturing aan, faciliteert informatie-uitwisseling binnen de taskforce en formuleert samen met de deelnemers de inzet en uitvoering.
In het kernteam wordt de gezamenlijke strategische inzet op migratiepartnerschappen, inclusief programmeringslijnen4 voorbereid. Daarbij wordt een monitoringsmechanisme opgezet om de middelen verantwoord te besteden, met in achtneming van het do-no-harm principe, en om adaptief programmeren mogelijk te maken. Hierbij worden externe partijen betrokken waar nodig.
Binnen het kernteam is programmeringsbudget beschikbaar voor de ondersteuning van partnerschappen op basis van jaarlijkse allocatie in de rijksbegroting. Eventuele afspraken met derde landen over migratiepartnerschappen dienen binnen de dan bestaande budgettaire kaders te worden gedekt. Wat betreft programmering is BZ verantwoordelijk voor het eigen ODA-budget dat beschikbaar is gesteld voor migratiesamenwerking. A&M is verantwoordelijk voor het budget, dat non-ODA is, is ten behoeve van de partnerschappen. Beide leden van het kernteam behouden hun eigen budgetverantwoordelijkheid en maken afspraken over stroomlijning van de inzet van de verschillende budgetten aan de hand van thema’s en doelstellingen per land.
Het is mogelijk en kan worden aangemoedigd dat leden van de taskforce middelen beschikbaar stellen ter ondersteuning van de partnerschappen. De leden van de taskforce zullen hierbij altijd verantwoordelijkheid houden over hun eigen budgetten.
6. Overlegafspraken en besluitvorming taskforce
Politieke besluitvorming verloopt via de Onderraad (I) A&M. Tevens wordt de onderraad eens per kwartaal ingelicht over de voortgang van de werkzaamheden van de taskforce.
Uitgangspunt is om de overleg- en besluitvormingsstructuur zo effectief mogelijk in te richten, zoveel mogelijk gebruikmakend van bestaande (hoog-)ambtelijke gremia.
De taskforce staat onder dagelijkse leiding van de plv. DG Internationaal Migratiebeleid (A&M) en de directeur Internationaal Migratiebeleid (BZ)5, en zal werken op basis van een korte- en lange termijnagenda.
Eenmaal per week overlegt het kernteam op werkniveau. Andere leden van de taskforce worden betrokken wanneer het werk van het kernteam raakt aan de taken en verantwoordelijkheden van anderen. Waar relevant blijven landenoverleggen, gecoördineerd door leden van het kernteam bestaan.
Het kernteam kan, waar nodig in samenspraak met relevante taskforce-leden, besluiten tot het oprichten van ad-hoc werkgroepen op specifieke onderwerpen/processen/dossiers, met instemming en betrekking van relevante taskforce leden.
Eén keer in de twee maanden een overleg op DG-niveau door de DG’s van BZ en A&M waaraan het kernteam rapporteert. DG’s uit overige delen van de taskforce kunnen worden uitgenodigd op basis van de agenda. Indien nodig wordt het DG-overleg op ad hoc basis bijeengeroepen. Dit overleg vervangt niet de besluitvorming in het AC A&M.
Minimaal twee keer per jaar bijeenkomst met de gehele taskforce.
Precieze frequentie van overleggen en oprichting, samenstelling en beëindiging werkgroepen kan gaandeweg aangepast worden.
Regeerprogramma kabinet-Schoof 2024 paragraaf 1, hoofdstuk 2↩︎
Internationale migratie betekent hier inzet daar waar het raakt aan samenwerking met derde landen – en in ieder geval niet OS-inzet op opvang in de regio en het EU-interne migratiebeleid. Waar nodig wordt aansluiting gewaarborgd;↩︎
Nu; DSH/Misa↩︎
Bijv. op basis van een gezamenlijk vastgestelde theory of change’ een methodologie waarmee een organisatie de stappen envoorwaarden identificeert die nodig zijn om specifieke, gewenste (sociale) veranderingen te realiseren en inzicht te krijgen in hoe en waarom deze veranderingen plaatsvinden.↩︎
Functie en directie in oprichting↩︎