Voorstel van wet
Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, de Wet op het financieel toezicht, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2464 met betrekking tot duurzaamheidsrapportering door ondernemingen (Wet implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering)
Voorstel van wet
Nummer: 2025D00742, datum: 2025-01-13, bijgewerkt: 2025-01-15 15:25, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36678-2).
Onderdeel van kamerstukdossier 36678 -2 Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, de Wet op het financieel toezicht, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2464 met betrekking tot duurzaamheidsrapportering door ondernemingen (Wet implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering).
Onderdeel van zaak 2025Z00251:
- Indiener: E. Heinen, minister van Financiën
- Medeindiener: T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2025-01-14 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-01-23 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
36 678 Wijziging van de Wet toezicht accountantsorganisaties, de Wet op het financieel toezicht, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2464 met betrekking tot duurzaamheidsrapportering door ondernemingen (Wet implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering)
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de uitvoering van Richtlijn (EU) 2022/2464 van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2022 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 537/2015, Richtlijn 2006/43/EG en Richtlijn 2013/34/EU, met betrekking tot duurzaamheidsrapportering door ondernemingen (PbEU 2022, L 322) noopt tot aanpassing van de Wet toezicht accountantsorganisaties, de Wet op het financieel toezicht, het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet op het financieel toezicht wordt gewijzigd als volgt:
A
In artikel 5:25a, eerste lid, onderdeel b, wordt na «jaarrekening» ingevoegd «of indien het de duurzaamheidsrapportering betreft, een accountant als bedoeld in artikel 393a, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of indien een uitgevende instelling zetel heeft in een andere lidstaat een externe accountant die, op grond van de wetgeving van die lidstaat ter implementatie van artikel 34 van de richtlijn jaarrekening, bevoegd is om een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering te verrichten».
B
Artikel 5:25c wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste, tweede, zesde, zevende en achtste lid, wordt «jaarlijkse financiële verslaggeving» telkens vervangen door «jaarlijkse verslaggeving».
2. Aan het tweede lid, onderdeel b, wordt na «het bestuursverslag» ingevoegd «waarin, in voorkomend geval, de duurzaamheidsrapportering is opgenomen ten aanzien waarvan een assurance-onderzoek is verricht».
3. Aan het tweede lid, onderdeel c, onder 2°, wordt na «zijn beschreven» ingevoegd «alsmede dat, in voorkomend geval, de duurzaamheidsrapportering in het bestuursverslag is opgesteld overeenkomstig de in artikel 29 ter, of in voorkomend geval, artikel 29 quater van de richtlijn jaarrekening bedoelde standaarden voor duurzaamheidsrapportering en met de op grond van artikel 8, vierde lid, van Verordening (EU) nr. 2020/852 van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2020 betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen en tot wijziging van Verordening (EU) 2019/2088 (PbEU 2020, L 198) vastgestelde specificaties».
4. Aan het derde lid, onderdeel b, wordt na «het Burgerlijk Wetboek» ingevoegd «waarin, in voorkomend geval, de duurzaamheidsrapportering bedoeld in artikel 2, onderdeel 18, van de richtlijn jaarrekening, die voldoet aan de krachtens artikel 391a, tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek gestelde regels, is opgenomen ten aanzien waarvan een accountant een assurance-onderzoek heeft verricht».
5. In het vierde lid, onderdeel b, wordt «de artikelen 19 en 20 van de richtlijn jaarrekening» vervangen door «de artikelen 19, 20 en 29 van de richtlijn jaarrekening en, in voorkomend geval, de artikelen 19 bis en 29 bis van de richtlijn jaarrekening, alsmede de assuranceverklaring over de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 28 bis van Richtlijn nr. 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen, tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad, en houdende intrekking van Richtlijn 84/253/EEG van de Raad (PbEU 2006, L 157) die is afgegeven door een accountant of door een onafhankelijke verlener van assurancediensten als bedoeld in artikel 2, onderdeel 20, van de richtlijn jaarrekening».
C
Artikel 5:25d wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid, tweede lid, aanhef, derde en vierde lid wordt «halfjaarlijkse financiële verslaggeving» telkens vervangen door «halfjaarlijkse verslaggeving».
2. In het zevende lid wordt «jaarlijkse financiële verslaggeving» vervangen door «jaarlijkse verslaggeving».
D
Het eerste lid van artikel 5:25v komt te luiden:
1. Uitgevende instellingen met zetel in een staat die geen lidstaat is en waarvan Nederland lidstaat van herkomst is, kunnen hun op grond van artikel 5:25c, eerste lid, algemeen verkrijgbaar te stellen jaarlijkse verslaggeving en hun op grond van artikel 5:25d, eerste lid, algemeen verkrijgbaar te stellen halfjaarlijkse verslaggeving opmaken overeenkomstig de in die staat geldende wettelijke voorschriften, voor zover ten aanzien van die voorschriften een besluit inzake de gelijkwaardigheid als bedoeld in artikel 23, vierde lid of zevende lid, van de richtlijn transparantie is genomen of toestemming voor het hanteren van die voorschriften gedurende een overgangsperiode als bedoeld in voornoemd vierde lid is verleend. De overige leden van artikel 5:25c of 5:25d blijven buiten toepassing.
ARTIKEL II
De Wet toezicht accountantsorganisaties wordt gewijzigd als volgt:
A
Artikel 1, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:
1. In onderdeel a, wordt na «die bedrijfsmatig wettelijke controles» ingevoegd «of assurance-onderzoeken van duurzaamheidsrapportering».
2. Aan onderdeel c, wordt na «is toegelaten tot het verrichten van controles als bedoeld in artikel 2, onderdeel 1, van de richtlijn» ingevoegd «en, waar van toepassing, assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 2, onderdeel 22 van de richtlijn».
3. In onderdeel e wordt «controlecliënt» vervangen door «cliënt» en wordt na «wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
4. In onderdeel f, wordt na «wettelijke controle» ingevoegd «of voor het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
5. In de onderdelen h en i wordt na «geconsolideerde jaarrekening» ingevoegd «of, waar van toepassing, het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
6. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel q door een puntkomma worden drie onderdelen toegevoegd, luidende:
r. duurzaamheidsrapportering: de duurzaamheidsrapportering, bedoeld in artikel 2, onderdeel 18, van de richtlijn jaarrekening, die voldoet aan de krachtens artikel 391a, tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek gestelde regels;
s. assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering: onderzoek dat leidt tot een assurance-oordeel over de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 2, onderdeel 22, van de richtlijn, zoals voorgeschreven in de krachtens artikel 391a, tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek gestelde regels, van een onderneming of instelling;
t. assuranceverklaring over de duurzaamheidsrapportering: een schriftelijke mededeling houdende de uitslag van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 28 bis van de richtlijn, die voldoet aan de krachtens artikel 391a, tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek gestelde regels.
B
In artikel 4a wordt na «financiële overzichten» ingevoegd «of assuranceverklaringen over de duurzaamheidsrapporteringen of de geconsolideerde duurzaamheidsrapporteringen».
C
Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 5a
Het is verboden een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering te verrichten zonder te beschikken over een door de Autoriteit Financiële Markten op grond van artikel 5, eerste lid, verleende vergunning voor het verrichten van wettelijke controles.
D
Artikel 11 wordt gewijzigd als volgt:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. De Autoriteit Financiële Markten houdt een openbaar register waarin vergunninghoudende accountantsorganisaties, auditkantoren die voldoen aan artikel 12e, auditorganisaties van een derde land die voldoen aan artikel 12c, eerste lid, daarbij werkzame of daaraan verbonden auditors van een derde land die betrokken zijn bij het afgeven van verklaringen als bedoeld in artikel 12b, en externe accountants worden ingeschreven. Een externe accountant wordt ingeschreven op voordracht van de accountantsorganisatie of het auditkantoor waarbij hij werkzaam is of waaraan hij is verbonden en indien hij voldoet aan het bij of krachtens afdeling 3.2 bepaalde. Indien de externe accountant tevens voldoet aan artikel 27a kan de externe accountant op voordracht van de accountantsorganisatie of het auditkantoor waarbij hij werkzaam is of waaraan hij is verbonden tevens een aantekening krijgen voor het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering. Een auditor van een derde land wordt ingeschreven op voordracht van de auditorganisatie van een derde land waarbij hij werkzaam is of waaraan hij is verbonden. Indien de auditor van een derde land ook assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering verricht, kan deze auditor op voordracht van de auditorganisatie van een derde land waarbij hij werkzaam is of waaraan hij is verbonden, een aantekening krijgen voor het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering.
2. In het vierde lid wordt «tuchtrechtelijk» vervangen door «tuchtrechtelijke», wordt na «doorhaling van een inschrijving» ingevoegd «of tot doorhaling van de aantekening voor het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering», wordt na «artikel 27» ingevoegd «artikel 27a» en wordt na «artikel 2, onderdeel 1, van de richtlijn,» ingevoegd «of tot het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 1, onderdeel 22, van de richtlijn,».
3. In het zesde lid wordt na «inschrijving in het register» ingevoegd «of tot tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
4. Onder vernummering van het negende tot en met veertiende lid tot tiende tot en met vijftiende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
9. De Autoriteit Financiële Markten haalt de aantekening voor het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering van de externe accountant in het register tijdelijk door indien de accountantskamer de maatregel van tijdelijke doorhaling van de aantekening heeft opgelegd.
5. In de aanhef van het tiende lid (nieuw) wordt na «de externe accountant» ingevoegd «voor het verrichten van wettelijke controles».
6. Onder vernummering van het elfde tot en met vijftiende lid (nieuw) tot twaalfde tot en met zestiende lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
11. De Autoriteit Financiële Markten haalt de aantekening van de externe accountant voor het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering in het register door:
a. indien de inschrijving van de externe accountant voor het verrichten van wettelijke controles is doorgehaald;
b. indien de accountantskamer de maatregel tot doorhaling van de aantekening voor het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering heeft opgelegd;
c. op verzoek van de accountantsorganisatie waarbij de externe accountant werkzaam is of waaraan hij is verbonden;
d. op verzoek van de externe accountant;
e. indien de aantekening in het register, bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel j, van de Wet op het accountantsberoep, is doorgehaald; of
f. indien de externe accountant, die een wettelijke auditor is als bedoeld in artikel 27, niet langer als wettelijke auditor door de toezichthoudende instantie in een andere lidstaat is toegelaten tot het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 2, onderdeel 22, van de richtlijn.
7. In het vijftiende lid (nieuw) wordt «het achtste of negende lid» vervangen door «het dertiende of veertiende lid».
E
In artikel 12b, eerste lid, wordt na «verklaring omtrent de controle van de jaarrekening of geconsolideerde jaarrekening» ingevoegd «of, voor zover van toepassing, assuranceverklaring over de duurzaamheidsrapportering of geconsolideerde duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 28 bis van de richtlijn».
F
Artikel 12c, eerste lid, wordt gewijzigd als volgt:
1. De aanhef van onderdeel a komt te luiden:
a. zij verklaringen omtrent de controle van de jaarrekening of geconsolideerde jaarrekening of assuranceverklaringen over de duurzaamheidsrapportering of geconsolideerde duurzaamheidsrapportering afgeeft als bedoeld in artikel 12b, tenzij het betreft verklaringen omtrent de controle van de jaarrekening of geconsolideerde jaarrekening of, zover van toepassing, assuranceverklaringen over de duurzaamheidsrapportering of geconsolideerde duurzaamheidsrapportering van ondernemingen die uitsluitend effecten als bedoeld in onderdeel b van de definitie van effect in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht uitgeven die zijn toegelaten tot de handel op een in dat artikel bedoelde gereglementeerde markt in Nederland met een nominale waarde per effect op de datum van uitgifte van ten minste:
2. Onderdeel c komt te luiden:
c. de controles en assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering, bedoeld in artikel 12b, worden uitgevoerd in overeenstemming met de internationale controlestandaarden, bedoeld in artikel 26 van de richtlijn respectievelijk de assurancestandaarden, bedoeld in artikel 26 bis van de richtlijn, of gelijkwaardige standaarden en overeenkomstig regels die gelijkwaardig zijn aan het bij of krachtens de artikelen 19, 25 en 25a bepaalde; en
G
In artikel 12e, eerste lid, wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering», wordt na «de wettelijke controle» ingevoegd «of het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering» en wordt na «artikel 27» ingevoegd «respectievelijk artikel 27a».
H
Artikel 12f wordt gewijzigd als volgt:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. De artikelen 14, 19, 20 en 24e en de hoofdstukken 5 en 6, met uitzondering van de artikelen 48a en 49a, zijn van overeenkomstige toepassing op auditkantoren die overeenkomstig artikel 12e assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering verrichten.
I
In artikel 14a wordt na «wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
J
Artikel 18 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid wordt na de eerste zin een zin toegevoegd, luidende: Indien de accountantsorganisatie assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering verricht, heeft het stelsel van kwaliteitsbeheersing ook betrekking op assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering.
2. In het tweede lid wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of, zover van toepassing een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
3. In het derde lid wordt na «de accountantsverklaring» ingevoegd «en de assuranceverklaring over de duurzaamheidsrapportering».
K
In artikel 18a wordt na «belangrijke controletaken» ingevoegd «of, voor zover van toepassing, belangrijke assurancetaken».
L
In artikel 18b, eerste lid, wordt na «wettelijke controles» ingevoegd «en voor zover van toepassing, assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering».
M
Artikel 19 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid wordt «controlecliënt» telkens vervangen door «cliënt» en wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of, voor zover van toepassing, een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering», wordt na «de te controleren financiële verantwoording» ingevoegd «of, voor zover van toepassing, de duurzaamheidsrapportering» en wordt na «de wettelijke controle» ingevoegd «of, voor zover van toepassing, het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
2. In het tweede lid wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of, voor zover van toepassing, een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering» en wordt na «de controle» ingevoegd «of het assurance-onderzoek».
3. In het derde lid wordt na «tot een wettelijke controle» ingevoegd «of, voor zover van toepassing, tot een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering» en wordt na «de wettelijke controle» ingevoegd «of het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
N
Artikel 19a wordt gewijzigd als volgt:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Indien een accountantsorganisatie assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering verricht, treft deze onverwijld gepaste maatregelen indien een assuranceverklaring over de duurzaamheidsrapportering of een onderdeel daarvan niet voldoet aan de krachtens artikel 391a, tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek gestelde regels.
O
Artikel 20 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste en tweede lid wordt na «een wettelijke controle» telkens ingevoegd «of, voor zover van toepassing, een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering,».
2. In het derde lid wordt «controlecliënt» telkens vervangen door «cliënt», wordt na «een organisatie van openbaar belang,» ingevoegd «of een opvolgende opdracht tot het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering, voor zover van toepassing,» en wordt na «de meest recente wettelijke controle» ingevoegd «of het meest recente assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
3. Onder vernummering van het vierde en vijfde lid tot zevende en achtste lid, worden drie leden ingevoegd, luidende:
4. Een accountantsorganisatie kan vertrouwelijke gegevens of inlichtingen verkregen bij het verrichten van een wettelijke controle bij een cliënt verstrekken aan een accountantsorganisatie die voor dezelfde cliënt een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering verricht over dezelfde verslaggevingsperiode.
5. Een accountantsorganisatie kan vertrouwelijke gegevens of inlichtingen verkregen bij het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering bij een cliënt verstrekken aan een accountantsorganisatie die voor dezelfde cliënt een wettelijke controle verricht over dezelfde verslaggevingsperiode.
6. Een accountantsorganisatie die een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering verricht bij een cliënt, verleent aan de accountantsorganisatie die de wettelijke controle bij dezelfde cliënt verricht waarbij een oordeel moet worden gegeven als bedoeld in artikel 393, vijfde lid, onderdelen f en g, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, desgevraagd alle relevante informatie benodigd om dat oordeel te kunnen geven.
4. In het zevende lid (nieuw) wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering», wordt «controlecliënt» vervangen door «cliënt», wordt na «controlewerkzaamheden» ingevoegd «of assurancewerkzaamheden» en wordt na «de geconsolideerde financiële overzichten» ingevoegd «of het onderzoek van de geconsolideerde duurzaamheidsrapportering».
P
Artikel 21 wordt gewijzigd als volgt:
1. Aan het eerste lid wordt een zin toegevoegd, luidende: Indien de accountantsorganisatie ook assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering verricht, heeft de eerste zin ook betrekking op de bedrijfsvoering met betrekking tot het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering.
2. In het tweede lid, onderdeel c, wordt na «wettelijke controles» ingevoegd «of assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering» en wordt na «de wettelijke controle» ingevoegd «of het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
3. In het tweede lid, onderdeel d, wordt na «wettelijke controles» ingevoegd «of assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering».
Q
Aan artikel 24b wordt een lid toegevoegd, luidende:
5. Voor de toepassing van het eerste en tweede lid wordt onder het begrip controlediensten mede verstaan assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering.
R
Na paragraaf 3.1.3 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
Paragraaf 3.1.3a. Aanvullende voorschriften ten aanzien van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering bij organisaties van openbaar belang
Artikel 24c
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld ten aanzien van de instelling door organisaties van openbaar belang van een auditcomité of een orgaan met gelijksoortige taken met betrekking tot duurzaamheidsrapportering.
Artikel 24d
Onverminderd artikel 18 kunnen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aanvullende regels worden gesteld ten aanzien van de kwaliteitsbeheersing en het stelsel van kwaliteitsbeheersing van accountantsorganisaties die assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering verrichten bij organisaties van openbaar belang.
Artikel 24e
1. Een accountantsorganisatie die een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering verricht bij een organisatie van openbaar belang, verricht naast controlediensten geen diensten voor die organisatie en aan die organisatie gelieerde entiteiten tijdens:
a. de periode tussen de aanvang van de periode waarvoor het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering wordt uitgevoerd en het uitbrengen van de assuranceverklaring over de duurzaamheidsrapportering, en
b. het boekjaar onmiddellijk voorafgaand aan de periode bedoeld in onderdeel a, met betrekking tot de in artikel 5, eerste lid, punt e, van de EU-verordening bedoelde diensten.
2. Een accountantsorganisatie die onderdeel uitmaakt van een netwerk, verricht geen assurance-onderzoek van duurzaamheidsrapportering bij een organisatie van openbaar belang indien:
a. een ander onderdeel van het netwerk dat in Nederland is gevestigd andere werkzaamheden dan controlediensten als bedoeld in het eerste lid verricht voor die organisatie van openbaar belang, haar gelieerde entiteiten die in Nederland of in een andere lidstaat zijn gevestigd of haar gelieerde entiteiten als bedoeld in het derde lid, onderdeel a, die gevestigd zijn in een staat die geen lidstaat is; of
b. een ander onderdeel van het netwerk dat niet in Nederland is gevestigd andere werkzaamheden als bedoeld in het eerste lid verricht voor die organisatie van openbaar belang of een aan die organisatie gelieerde entiteit die in Nederland is gevestigd.
3. Voor de toepassing van het eerste en tweede lid wordt onder gelieerde entiteit verstaan:
a. de rechtspersoon of vennootschap die, alleen of samen met een andere groepsmaatschappij, aan het hoofd staat van de groep of het groepsdeel waar de organisatie van openbaar belang deel van uitmaakt alsmede een rechtspersoon of vennootschap die overheersende zeggenschap kan uitoefenen op of centrale leiding heeft over een organisatie van openbaar belang; en
b. iedere dochtermaatschappij van een organisatie van openbaar belang, andere groepsmaatschappij die onder de organisatie van openbaar belang valt, of andere rechtspersoon of vennootschap waarop een organisatie van openbaar belang overheersende zeggenschap kan uitoefenen of waarover zij de centrale leiding heeft.
4. De Staat der Nederlanden is geen gelieerde entiteit als bedoeld in het derde lid.
5. Voor de toepassing van het eerste en tweede lid wordt onder het begrip controlediensten niet mede verstaan wettelijke controles.
S
In artikel 25, onder a, wordt na «bedoeld in artikel 26» ingevoegd «en, voor zover van toepassing, artikel 26 bis».
T
Artikel 25a wordt gewijzigd als volgt:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. Een externe accountant is onafhankelijk van de cliënt waarbij hij een wettelijke controle of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering verricht en niet betrokken bij de besluitvorming van de cliënt, waarbij de onafhankelijkheid in ieder geval vereist is gedurende de periode waarop de te controleren financiële verantwoording of het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering betrekking heeft en gedurende de periode waarin de wettelijke controle of het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering wordt verricht.
2. In het tweede en derde lid wordt na «een wettelijke controle» telkens ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
In het derde lid wordt na «de wettelijke controle» ingevoegd «of het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
U
In artikel 25b wordt na «wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
V
Artikel 26 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste en vijfde lid wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
2. In het tweede lid wordt na «een organisatie van openbaar belang,» ingevoegd «of tijdens het verrichten van een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering bij een onderneming of instelling, niet zijnde een organisatie van openbaar belang,», wordt na «financiële verantwoording» ingevoegd «of de duurzaamheidsrapportering», en wordt «controlecliënt» vervangen door «cliënt».
3. In het vijfde lid wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
4. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. Ten aanzien van een externe accountant die assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering bij een organisatie van openbaar belang verricht, is artikel 7 van de EU-verordening van overeenkomstige toepassing.
W
Na artikel 27 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 27a
De externe accountant die een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering verricht is een accountant als bedoeld in artikel 27 ten aanzien van wie in het accountantsregister een aantekening is opgenomen als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel j, van de Wet op het accountantsberoep en die voldoet aan de bij of krachtens de Wet op het accountantsberoep gestelde regels voor zover deze van toepassing zijn op het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering, dan wel een wettelijke auditor als bedoeld in artikel 2, onderdeel 2, van de richtlijn, die in een andere lidstaat is toegelaten tot het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 1, onderdeel 22, van de richtlijn en die beschikt over een verklaring van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 54 van de Wet op het accountantsberoep.
X
In artikel 29 wordt na «de accountantsverklaring» ingevoegd «of de assuranceverklaring over de duurzaamheidsrapportering».
Y
Artikel 29a wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
2. In het eerste en tweede lid wordt «controlecliënt» telkens vervangen door «cliënt».
Z
In artikel 30 wordt na «een wettelijke controle» ingevoegd «of een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering» en wordt «controlecliënt» vervangen door «cliënt».
AA
Artikel 47, onderdeel a, komt te luiden:
a. zijn gedurende de periode dat zij deel uitmaken van het bestuur van de Autoriteit Financiële Markten niet verantwoordelijk voor het uitvoeren van wettelijke controles of assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering, noch zijn zij dat geweest gedurende de drie onmiddellijk aan deze periode voorafgaande jaren en zijn voldoende bekend met de vakgebieden die van belang zijn voor de wettelijke controle en het assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering;
BB
Artikel 48a wordt gewijzigd als volgt:
1. In het derde lid wordt na «controledossiers» ingevoegd «en, in voorkomend geval, assurancedossiers».
2. In het vierde lid wordt «controlecliënt» vervangen door «cliënt».
3. In het zevende lid wordt na «een controledossier» ingevoegd «of een assurancedossier» en wordt na «dat controledossier» ingevoegd «of assurancedossier».
CC
In artikel 49a, onderdeel a wordt na «wettelijke controles» ingevoegd «en voor zover van toepassing op het gebied van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering of andere duurzaamheidsgerelateerde diensten,».
DD
In artikel 53, eerste lid, wordt na «artikelen 5, eerste lid,» ingevoegd « 5a, eerste lid,» en wordt na «24b» ingevoegd «, 24d, 24e».
EE
In artikel 54, eerste lid, wordt na «artikelen 5, eerste lid,» ingevoegd « 5a,», wordt «20, eerste, derde en vijfde lid» vervangen door «20, eerste, derde, zesde en achtste lid» en wordt na «24b» ingevoegd «, 24c, 24d, 24e».
FF
Artikel 58 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid wordt na «wettelijke controles» telkens ingevoegd «of, voor zover van toepassing, assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
2. In het eerste, tweede en vijfde lid wordt «controlecliënt» telkens vervangen door «cliënt».
GG
Artikel 63j wordt gewijzigd als volgt:
1. Het eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:
a. de controles of assurance-onderzoeken bij ondernemingen die effecten hebben uitgegeven in de betrokken staat of die onderdeel uitmaken van een groep die is onderworpen aan een controle van geconsolideerde jaarrekeningen of een assurance-onderzoek van de geconsolideerde duurzaamheidsrapportering in die staat; of
2. In het eerste lid, onderdeel b, wordt na «controles» ingevoegd «of assurance-onderzoeken».
3. In het derde lid, onderdeel b, wordt «controlecliënt» vervangen door «cliënt».
HH
Artikel 67 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt na «artikel 5, eerste lid,» ingevoegd «artikel 5a,» en wordt «20, eerste of derde lid» vervangen door «20, eerste, derde of zesde lid».
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
7. Bij algemene maatregel van bestuur kan het eerste lid, onderdeel b, worden aangepast.
II
Na artikel 86a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 86b
Het vereiste in artikel 49a, onderdeel a, voor een aangewezen persoon om te beschikken over passende beroepskwalificaties en relevante beroepservaring op het gebied van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering of andere duurzaamheidsgerelateerde diensten is van toepassing vanaf 1 januari 2026.
ARTIKEL III
De Wet op het accountantsberoep wordt gewijzigd als volgt:
A
In artikel 1 wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:
– assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering: een assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel s, van de Wet toezicht accountantsorganisaties;
B
In artikel 22, tweede lid, wordt na «wettelijke controles» ingevoegd «of assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering».
C
Artikel 36 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het tweede lid wordt onder verlettering van de onderdelen j en k tot k en l een onderdeel ingevoegd, luidende:
j. indien de opleiding van de ingeschrevene voldoet aan de eindtermen voor het uitvoeren van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering, een aantekening daarvan;
2. Aan het tweede lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van dat lid door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
m. de datum van een doorhaling van een aantekening als bedoeld in onderdeel i.
3. In het vierde lid wordt na «de inschrijving» ingevoegd «of van de aantekening, bedoeld in het tweede lid, onderdeel j,».
D
Na artikel 36 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 36a
1. Het bestuur neemt in het accountantsregister een aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering op van degene die:
a. vóór 1 januari 2024 een aantekening als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel i, heeft, waaruit blijkt dat de opleiding van de ingeschrevene voldoet aan de eindtermen voor het uitvoeren van wettelijke controles; of
b. op 1 januari 2024 reeds is aangevangen met de opleiding tot accountant, mits deze persoon uiterlijk op 1 januari 2026 heeft voldaan aan de eindtermen, bedoeld in artikel 49, tweede lid, onderdeel a.
2. De aantekening die op grond van het eerste lid in het register wordt opgenomen, wordt gelijkgesteld met de aantekening bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel j.
E
Na artikel 41 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 41a
1. De accountant die een aantekening als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel i, heeft en wenst dat een aantekening als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel j, in het accountantsregister wordt opgenomen, dient daartoe een aanvraag in bij het bestuur. De beroepsorganisatie kan een vergoeding voor de kosten van het opnemen van de aantekening in het accountantsregister in rekening brengen bij de aanvrager.
2. De aanvrager verstrekt één of meerdere getuigschriften waaruit blijkt dat hij een opleiding als bedoeld in artikel 46, die passend is bij de door hem aangevraagde aantekening, met goed gevolg heeft afgerond, of een verklaring van vakbekwaamheid als bedoeld in artikel 54, eerste lid, die mede strekt tot het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering, als bedoeld in dat artikel. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over de gegevens die worden verstrekt bij de aanvraag voor de opname van de aantekening.
3. De opname van de aantekening wordt geweigerd indien de aanvrager niet voldoet aan de voorwaarden, gesteld bij of krachtens het tweede lid.
4. Binnen acht weken nadat de aanvraag voor opname van de aantekening is ontvangen, neemt de beroepsorganisatie een besluit.
5. De aantekening wordt binnen drie werkdagen na het besluit tot opname daarvan in het accountantsregister door het bestuur ingeschreven in dat register.
F
Na artikel 45 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 45a
1. Het bestuur haalt een aantekening als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel j, door:
a. op verzoek van de ingeschrevene;
b. ter tenuitvoerlegging van een daartoe strekkende tuchtrechtelijke maatregel;
c. ter uitvoering van een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 41 of 44 van de Wet tuchtrechtspraak accountants.
2. Het bestuur draagt zorg voor het bekendmaken van elke doorhaling van een aantekening als bedoeld in het eerste lid in het accountantsregister. Dit geschiedt in ieder geval, voor zover mogelijk, door een mededeling aan de betrokkene en een elektronische publicatie.
3. Bij een aanvraag tot het wederom opnemen van een aantekening als bedoeld in het eerste lid, aanhef, wordt de aanvrager geacht te voldoen aan artikel 41a, tweede lid. De vorige zin is niet van toepassing indien de doorgehaalde aantekening is verkregen op grond van artikel 36a.
4. Indien de aantekening is doorgehaald ter uitvoering van een tuchtrechtelijke maatregel is het wederom opnemen van de aantekening niet mogelijk gedurende de termijn waarvoor de tuchtrechtelijke maatregel is opgelegd.
G
In artikel 46 wordt na «vakgebieden» ingevoegd «van belang voor het verrichten van wettelijke controles en, indien van toepassing, voor het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering» en wordt «controles van financiële verantwoordingen» vervangen door «deze controles en assurance-onderzoeken».
H
Artikel 47 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid wordt na de eerste zin een zin ingevoegd, luidende:
Indien degene die een praktijkopleiding volgt tevens assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering wil uitvoeren, wordt ten minste acht maanden van de duur van de praktijkopleiding besteed aan assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering of andere duurzaamheidsgerelateerde diensten.
2. In het eerste lid, laatste zin, wordt na «een getuigschrift af» toegevoegd «met, indien van toepassing, een aantekening voor het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering».
I
Artikel 54 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt na «verklaring van vakbekwaamheid» ingevoegd «en, indien van toepassing, een aantekening voor het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering op deze verklaring».
2. In het eerste lid, onderdeel a, wordt na «van voornoemde richtlijn» ingevoegd «en, indien van toepassing, tevens is toegelaten tot het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering, als bedoeld in artikel 1, onderdeel 22, van voornoemde richtlijn,».
J
Na artikel 74 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
Artikel 74a
Een accountant wordt geacht vanaf het moment van de inwerkingtreding van de Wet implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering voldaan te hebben aan de opleiding die voldoet aan de eindtermen voor het uitvoeren van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering, indien deze:
a. vóór 1 januari 2024 een aantekening als bedoeld in artikel 36, onderdeel i, heeft waaruit blijkt dat de opleiding van de ingeschrevene voldoet aan de eindtermen voor het uitvoeren van wettelijke controles; of
b. op 1 januari 2024 de opleiding tot accountant volgt en uiterlijk op 1 januari 2026 heeft voldaan aan de eindtermen, bedoeld in artikel 49, tweede lid, onderdeel a.
Artikel 74b
De verplichtingen en voorschriften bedoeld in artikel 46 wat betreft de vakgebieden en eindtermen voor het verrichten van assurance-onderzoeken van de duurzaamheidsrapportering en in artikel 47, eerste lid, tweede zin, zijn niet van toepassing op:
a. een accountant die voor 1 januari 2024 is ingeschreven in het register als bedoeld in artikel 36 met de aantekening voor het uitvoeren van wettelijke controles als bedoeld in het tweede lid, onderdeel i van dat artikel; en
b. degene die op 1 januari 2024 de opleiding tot accountant volgt, en uiterlijk op 1 januari 2026 heeft voldaan aan de eindtermen, bedoeld in artikel 49, tweede lid, onderdeel a.
ARTIKEL IV
Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt gewijzigd als volgt:
A
In artikel 129a, tweede lid, en in artikel 239a, tweede lid, wordt «de opdracht tot onderzoek van de jaarrekening» telkens vervangen door «de opdracht tot onderzoek van de jaarrekening en indien van toepassing, de opdracht tot assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering, genoemd in de desbetreffende algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 391a lid 2,».
B
In de artikelen 313, vijfde lid, en 334g, derde lid, wordt «de halfjaarlijkse financiële verslaggeving» telkens vervangen door «de halfjaarlijkse verslaggeving».
C
Aan artikel 360 wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Voor zover bepaald bij of krachtens deze titel, is deze titel eveneens van toepassing op bijkantoren.
D
Artikel 392, eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:
a. de accountantsverklaring, bedoeld in artikel 393 lid 5, een andere verklaring van de accountant zoals is voorgeschreven bij of krachtens deze titel, of, in voorkomend geval, een mededeling waarom een dergelijke verklaring ontbreekt;
E
Artikel 393 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het derde lid wordt «of het bestuursverslag overeenkomstig deze titel is opgesteld en» vervangen door «of het bestuursverslag, met uitzondering van de duurzaamheidsrapportering, genoemd in de desbetreffende algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 391a lid 2, overeenkomstig deze titel is opgesteld en het bestuursverslag».
2. In het vijfde lid, onderdeel e, wordt «of het bestuursverslag overeenkomstig deze titel is opgesteld» vervangen door «of het bestuursverslag, met uitzondering van de duurzaamheidsrapportering, genoemd in de desbetreffende algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 391a lid 2, overeenkomstig deze titel is opgesteld».
F
Aan afdeling 9 wordt na artikel 393 een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 393a
1. De rechtspersoon verleent, indien van toepassing, opdracht tot assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering, genoemd in de desbetreffende algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 391a lid 2, aan een registeraccountant of Accountant-Administratieconsulent ten aanzien van wie in het accountantsregister een aantekening is geplaatst als bedoeld in artikel 36, tweede lid, onderdeel j, van de Wet op het accountantsberoep of aan een wettelijke auditor als bedoeld in artikel 27a van de Wet toezicht accountantsorganisaties. Artikel 393 lid 1, met uitzondering van de eerste zin, en lid 2 is van overeenkomstige toepassing. Een verschil van mening over assuranceprocedures met betrekking tot de duurzaamheidsrapportering, genoemd in de desbetreffende algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 391a lid 2, is geen gegronde reden voor intrekking van de opdracht als bedoeld in artikel 393 lid 2.
2. Iedere belanghebbende kan van de rechtspersoon nakoming van de in lid 1 omschreven verplichting vorderen.
G
Aan artikel 394, vierde lid, wordt toegevoegd: De vorige zin is voor zover dit het bestuursverslag betreft niet van toepassing op:
a. een vennootschap waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht van een lidstaat en die niet op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a lid 1 en lid 2, eerste volzin;
b. een vennootschap als genoemd in artikel 360 leden 1 en 2, die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 397 lid 1 en lid 2, eerste volzin, voor zover h onderdeel a niet van toepassing is;
c. ongeacht haar rechtsvorm een organisatie van openbaar belang als bedoeld in artikel 398, lid 7, onderdelen b en c:
1°. Waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht van een lidstaat en die niet op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a lid 1 en lid 2, eerste volzin; of
2°. Die of op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 397, lid 1 en lid 2, eerste volzin, voor zover het voorafgaande subonderdeel 1° niet van toepassing is;
d. een vennootschap als genoemd in artikel 360 leden 1 en 2 of een organisatie van openbaar belang als bedoeld in artikel 398 lid 7, onderdelen b en c, die aan het hoofd staat van een groep als bedoeld in artikel 24b, indien die groep op geconsolideerde basis op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata van de vennootschap of organisatie die aan het hoofd staat van de groep, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten, bedoeld in artikel 397 lid 1 en lid 2, eerste volzin. De vennootschappen en rechtspersonen, bedoeld in de onderdelen a tot en met d, maken hun bestuursverslag tevens kosteloos openbaar op hun website. Indien zij niet over een website beschikken, verstrekken zij op verzoek kosteloos een volledig of gedeeltelijk afschrift van het bestuursverslag.
H
In artikel 408, eerste lid, onderdeel c, wordt na «de voorschriften van richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad (PbEU 2013, L 182)» ingevoegd «met uitzondering van artikel 29bis van deze richtlijn».
I
Artikel 447 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid wordt «Wet toezicht financiële verslaggeving» vervangen door «Wet toezicht verslaggeving effectenuitgevende instellingen».
2. In het tweede lid wordt na «niet voldoen aan de bij of krachtens artikel 3 van verordening (EG) 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 19 juli 2002 betreffende de toepassing van internationale standaarden voor jaarrekeningen (PbEG L 243),» ingevoegd «bij of krachtens de artikelen 29ter, 29quater en 40ter van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad (PbEU 2013, L 182),»
J
In de artikelen 448, tweede lid, en 449 wordt «Wet toezicht financiële verslaggeving» telkens vervangen door «Wet toezicht verslaggeving effectenuitgevende instellingen».
K
Artikel 450 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het vierde lid wordt wordt «Wet toezicht financiële verslaggeving» vervangen door «Wet toezicht verslaggeving effectenuitgevende instellingen».
2. In het vijfde lid wordt «de accountant die belast is geweest met het onderzoek van de jaarrekening» vervangen door «de accountant die met het onderzoek van de jaarrekening of van de duurzaamheidsrapportering, genoemd in de desbetreffende algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 391a lid 2, belast is geweest».
L
In de artikelen 452, eerste en tweede lid, 453, eerste lid, 454 eerste, tweede en vierde lid, en 455 vierde lid, wordt «Wet toezicht financiële verslaggeving» telkens vervangen door «Wet toezicht verslaggeving effectenuitgevende instellingen».
ARTIKEL V
In artikel 1, onder 4°, van de Wet op de economische delicten wordt in de zinsnede met betrekking tot het Burgerlijk Wetboek, Boek 2 (Rechtspersonen) «391a, tweede lid, 393, eerste lid» vervangen door «391a, tweede lid, voor zover het de openbaarmaking betreft, 393, eerste lid, 393a, eerste lid, eerste zin».
ARTIKEL VI
De Wet tuchtrechtspraak accountants wordt gewijzigd als volgt:
A
In artikel 1, onderdeel a, wordt na «controles als bedoeld in artikel 2, onderdeel 1, van de richtlijn» ingevoegd «en indien van toepassing assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering als bedoeld in artikel 2, onderdeel 22, van de richtlijn,».
B
Artikel 2 wordt gewijzigd als volgt:
1. Onder vervanging van de punt aan het slot van het eerste lid, onderdeel e, door een puntkomma worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:
f. tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering in de registers voor ten hoogste drie jaren;
g. doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering in de registers.
2. In het tweede lid wordt «onder a, b, d, en e» vervangen door «onder a, b en d tot en met g».
3. In het vierde lid wordt na «tijdelijke doorhaling van de inschrijving van de accountant» ingevoegd «of tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
C
Artikel 41 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt «het opleggen een tijdelijke doorhaling van de inschrijving van de betrokkene in de registers» vervangen door «het opleggen van een tijdelijke doorhaling van de inschrijving van de betrokkene in de registers of van een tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering in de registers».
2. In het vierde lid wordt na «tijdelijke doorhaling van de inschrijving» ingevoegd «of tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
3. Het zevende lid komt te luiden:
7. In het geval de inschrijving of de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering tijdelijk wordt doorgehaald blijft betrokkene ter zake van handelingen en gedragingen, die plaats hebben gehad gedurende de tijd dat hij ingeschreven stond of de aantekening had, aan tuchtrechtspraak onderworpen.
D
Artikel 44 wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt na «tijdelijke doorhaling van de inschrijving» ingevoegd «of van tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
2. In het vierde lid wordt na «tijdelijke doorhaling van de inschrijving» ingevoegd «of tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
3. In het vijfde lid wordt na «een tijdelijke doorhaling van de inschrijving» ingevoegd «of een tijdelijke doorhaling van de aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering».
4. Het zevende lid komt te luiden:
7. In het geval de inschrijving of aantekening voor het uitvoeren van assurance-onderzoek van de duurzaamheidsrapportering tijdelijk wordt doorgehaald blijft betrokkene ter zake van handelingen en gedragingen, die hebben plaats gehad gedurende de tijd dat hij ingeschreven stond of de aantekening had, aan tuchtrechtspraak onderworpen.
ARTIKEL VII
De Wet toezicht financiële verslaggeving wordt gewijzigd als volgt:
A
In de artikelen 1, onderdeel d, aanhef en onder 5° en onder 7°, en 1a, tweede lid, het opschrift van hoofdstuk 2, en de artikelen 2, eerste lid, 3, eerste lid en tweede lid, onderdelen a en b, 4, vierde lid, en 6, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, wordt «financiële verslaggeving» telkens vervangen door «verslaggeving».
B
In artikel 6, derde lid, wordt na «standaarden voor de jaarrekening» ingevoegd «of van de standaarden voor de duurzaamheidsrapportering».
C
Artikel 30a wordt gewijzigd als volgt:
1. In het eerste lid wordt na de eerste zin een zin toegevoegd, luidende: Met betrekking tot deze verslaggeving blijft het recht zoals dat gold voor 31 december 2006 van toepassing.
2. Het tweede lid komt te luiden:
2. Voor verslaggeving die betrekking heeft op boekjaren die zijn aangevangen voor de inwerkingtreding van de Wet implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering blijft het recht van toepassing zoals dat gold voor de inwerkingtreding van die wet.
D
In artikel 32 wordt «financiële verslaggeving» vervangen door «verslaggeving effectenuitgevende instellingen».
ARTIKEL VIII
De Wet op de ondernemingsraden wordt gewijzigd als volgt:
A
Aan artikel 23, tweede lid, wordt toegevoegd: In aanvulling op artikel 31a, tweede en derde lid, bespreekt de onderneming die in stand wordt gehouden door een vennootschap of rechtspersoon als bedoeld in artikel 394, vierde lid, derde zin, onderdelen a tot en met d, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, ten minste eenmaal per jaar in een overlegvergadering in ieder geval de relevante informatie uit de duurzaamheidsrapportering respectievelijk de geconsolideerde duurzaamheidsrapportering en de manier waarop duurzaamheidsinformatie wordt verkregen en geverifieerd. De ondernemingsraad is bevoegd omtrent de bedoelde aangelegenheden standpunten kenbaar te maken.
B
In artikel 35c, derde lid, wordt na «De artikelen 7, 13, 17, 18, eerste en tweede lid, 21, 22, eerste lid, tweede lid, voor zover het betreft de kosten van het voeren van rechtsgedingen, derde en vierde lid, 22a,» ingevoegd «23, tweede lid, laatste zin».
ARTIKEL IX
1. De artikelen 5:25c, 5:25d en 5:25v van de Wet op het financieel toezicht, zoals die luiden na de inwerkingtreding van artikel I, onderdelen A, B en C, van deze wet, zijn voor het eerst van toepassing op bestuursverslagen van een uitgevende instelling die worden opgesteld over de boekjaren die aanvangen op of na:
a. 1 januari 2024 indien:
1⁰. het gemiddeld aantal werknemers van deze uitgevende instelling over het boekjaar meer dan 500 bedraagt; en
2⁰. deze uitgevende instelling op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste een van de vereisten, bedoeld in artikel 397, eerste lid, onderdelen a en b, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
b. 1 januari 2024 indien de uitgevende instelling aan het hoofd staat van een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek waarvan het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar meer dan 500 bedraagt, indien die groep op geconsolideerde basis op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata van de uitgevende instelling die aan het hoofd staat van de groep, niet heeft voldaan aan ten minste een van de vereisten, bedoeld in artikel 397, eerste lid, onderdelen a en b, tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
c. 1 januari 2025 indien de uitgevende instelling op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten, bedoeld in artikel 397, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover een van de voorafgaande onderdelen niet van toepassing is;
d. 1 januari 2025 indien de uitgevende instelling aan het hoofd staat van een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien die groep op geconsolideerde basis op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata van de uitgevende instelling die aan het hoofd staat van de groep, niet heeft voldaan aan ten minste een van de vereisten, bedoeld in artikel 397 eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover een van de voorafgaande onderdelen niet van toepassing is;
e. 1 januari 2026 indien de uitgevende instelling niet op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover een van de voorafgaande onderdelen niet van toepassing is;
f. 1 januari 2026 indien de uitgevende instelling een kleine en niet-complexe instelling als bedoeld in artikel 4, eerste lid, punt 145, van de verordening kapitaalvereisten, bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht, is die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
g. 1 januari 2026 indien de uitgevende instelling een verzekeringscaptive als bedoeld in artikel 13, punt 2, van de richtlijn solvabiliteit II bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht of een herverzekeringscaptive als bedoeld in artikel 13, punt 5, van die richtlijn is die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
2. Op bestuursverslagen van een uitgevende instelling die zijn opgesteld over boekjaren die zijn aangevangen voor de in het eerste lid bedoelde data, blijven de artikelen 5:25c, 5:25d en 5:25v van de Wet op het financieel toezicht, zoals die luidden voor de inwerkingtreding van artikel I, onderdelen A, B en C, van deze wet, van toepassing.
ARTIKEL X
1. Artikel 394, vierde lid, derde tot en met vijfde zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en artikelen 23, tweede lid, laatste zin, en 35c, derde lid, tweede zin, van de Wet op de ondernemingsraden, zoals die luiden na de inwerkingtreding van artikel IV, onderdeel G, en VIII, zijn van toepassing op bestuursverslagen die worden opgesteld over de boekjaren die aanvangen op of na:
a. 1 januari 2024 voor een vennootschap waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht van een lidstaat of voor een organisatie van openbaar belang als bedoeld in artikel 398, zevende lid, onderdelen b en c, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, indien:
1°. het gemiddeld aantal werknemers van deze vennootschap of rechtspersoon over het boekjaar meer dan 500 bedraagt; en
2°. deze vennootschap of rechtspersoon op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste een van de vereisten, bedoeld in artikel 397, eerste lid, onderdelen a en b, en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
b. 1 januari 2024 voor een vennootschap waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht van een lidstaat of voor een organisatie van openbaar belang als bedoeld in artikel 398, zevende lid, onderdelen b en c, die aan het hoofd staat van een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek waarvan het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar meer dan 500 bedraagt, indien die groep op geconsolideerde basis op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata van de moedermaatschappij, niet heeft voldaan aan ten minste een van de vereisten, bedoeld in artikel 397, eerste lid, onderdelen a en b, en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;
c. 1 januari 2025 voor een vennootschap als genoemd in artikel 360, eerste en tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of voor een organisatie van openbaar belang als bedoeld in artikel 398, zevende lid, onderdelen b en c, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten, bedoeld in artikel 397, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover een van de voorafgaande onderdelen niet van toepassing is;
d. 1 januari 2025 voor een vennootschap als genoemd in artikel 360, eerste en tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of voor een organisatie van openbaar belang als bedoeld in artikel 398, zevende lid, onderdelen b en c, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, die aan het hoofd staat van een groep als bedoeld in artikel 24b, indien die groep op geconsolideerde basis op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata van de vennootschap of organisatie die aan het hoofd staat van de groep, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten, bedoeld in artikel 397, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover een van de voorafgaande onderdelen niet van toepassing is;
e. 1 januari 2026 voor een vennootschap waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht van een lidstaat en die niet op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover een van de voorafgaande onderdelen niet van toepassing is;
f. 1 januari 2026 voor kleine en niet-complexe instellingen als bedoeld in artikel 4, eerste lid, punt 145, van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PbEU 2013, L 176):
i. waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht van een lidstaat en die niet op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; of
ii. die of op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 397, eerste en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover het voorafgaande onderdeel niet van toepassing is;
g. 1 januari 2026 voor verzekeringscaptives als bedoeld in artikel 13, punt 2, van Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II) (herschikking) (PbEU 2009, L 335) en herverzekeringscaptives als bedoeld in artikel 13, punt 5, van die richtlijn:
i. waarvan effecten zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht van een lidstaat en die niet op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 395a, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; of
ii. die of op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de drie vereisten als bedoeld in artikel 397, eerste lid en tweede lid, eerste zin, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover het voorafgaande onderdeel niet van toepassing is.
2. Op bestuursverslagen van een vennootschap of rechtspersoon die zijn opgesteld over boekjaren die zijn aangevangen voor de in het eerste lid bedoelde data, blijft artikel 394, vierde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding van artikel IV, onderdeel G, van deze wet, van toepassing.
ARTIKEL XI
In bijlage 2 van de Algemene wet bestuursrecht wordt «Wet toezicht financiële verslaggeving» telkens vervangen door «Wet toezicht verslaggeving effectenuitgevende instellingen».
ARTIKEL XII
In de bijlage bij artikel 8.8 van de Wet open overheid wordt «Wet toezicht financiële verslaggeving» vervangen door «Wet toezicht verslaggeving effectenuitgevende instellingen».
ARTIKEL XIII
Met betrekking tot het eerste boekjaar dat aanvangt op of na 1 januari 2024 en het eerste boekjaar dat aanvangt op of na 1 januari 2025 kan de opdracht, bedoeld in artikel 393a van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, worden verleend door de raad van commissarissen. Indien een raad van commissarissen ontbreekt, kan deze opdracht worden verleend door het bestuur. De daaropvolgende algemene vergadering is bevoegd tot verlening van de opdracht als bedoeld in artikel 393, tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
ARTIKEL XIV
1. Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld, met uitzondering van artikel XIII dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst.
2. Artikel XIII werkt terug tot en met 1 januari 2024 en vervalt met ingang van 1 januari 2027.
ARTIKEL XV
Deze wet wordt aangehaald als: Wet implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,