Gewijzigd amendement van de leden Ellian en Wilders ter vervanging van nr. 10 over een maximum aantal gedetineerden in een EBI of AIT dat wordt bijgestaan door dezelfde rechtsbijstandsverlener
Wijziging van het voorstel van wet houdende wijziging van de Penitentiaire beginselenwet in verband met aanvullende maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit tijdens detentie
Amendement (gewijzigd/nader/vervangend)
Nummer: 2025D01992, datum: 2025-01-21, bijgewerkt: 2025-01-21 16:05, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: U. Ellian, Tweede Kamerlid (VVD)
- Mede ondertekenaar: G. Wilders, Tweede Kamerlid (PVV)
Onderdeel van kamerstukdossier 36583 -13 Wijziging van het voorstel van wet houdende wijziging van de Penitentiaire beginselenwet in verband met aanvullende maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit tijdens detentie.
Onderdeel van zaak 2025Z00831:
- Indiener: U. Ellian, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: G. Wilders, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (š origineel)
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL | 2 | |
Vergaderjaar 2024-2025 | ||
36 583 | Wijziging van het voorstel van wet houdende wijziging van de Penitentiaire beginselenwet in verband met aanvullende maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit tijdens detentie | |
Nr. 13 | Gewijzigd AMENDEMENT VAN de leden Ellian en wilders TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 101 | |
Ontvangen 21 januari 2025 | ||
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor: |
I
In artikel I, onderdeel A, wordt in het voorgestelde onderdeel C, subonderdeel 1, onder c, āvijfde en zesde lidā vervangen door āzesde en zevende lidā.
II
In artikel I, onderdeel D, wordt na de aanhef een onderdeel ingevoegd, luidende:
Artikel 40a wordt als volgt gewijzigd:
1. Na het eerste lid, wordt, onder vernummering van het tweede tot en met achtste lid tot derde tot en met negende lid, een lid ingevoegd, luidende:
2. Opgave door een gedetineerde in een extra beveiligde inrichting als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onderdeel d, van een rechtsbijstandverlener die reeds twee gedetineerden in die inrichting bijstaat, wordt niet aanvaard door de directeur. Opgave door een gedetineerde in een afdeling voor intensief toezicht, van een rechtsbijstandverlener die reeds een gedetineerde in een extra beveiligde inrichting als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onderdeel d, en reeds twee gedetineerde in een afdeling voor intensief toezicht bijstaat, wordt ook niet aanvaard door de directeur. In deze gevallen wordt de gedetineerde verzocht een andere rechtsbijstandverlener op te geven.
2. In het zesde lid (nieuw) wordt āHet tweede tot en met vierde lidā vervangen door āHet tweede tot en met vijfde lidā.
3. In het achtste lid (nieuw) wordt āHet eerste tot en met vijfde lidā vervangen door āHet eerste tot en met zesde lidā.
III
Aan artikel I worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:
F
In artikel I, onderdeel J, wordt āvijfde en zesde lidā vervangen door āzesde en zevende lidā.
G
Aan artikel III wordt een zin toegevoegd, luidende: Bij koninklijk besluit kan een ander tijdstip worden vastgesteld waarop het in artikel I, onderdeel F, opgenomen artikel 40a, tweede lid, in werking treedt.
Toelichting
Met dit amendement wordt een nieuw lid in het voorgestelde artikel 40a in de Pbw geĆÆntroduceerd waarmee een regel wordt geĆÆntroduceerd die een maximum stelt aan het aantal gedetineerden dat mag worden bijgestaan door een rechtsbijstandersverlener indien de gedetineerde in de Extra Beveiligde Inrichting verblijft. De directeur van de inrichting toetst of voldaan wordt aan deze regel.
Het kabinet heeft de motie Ellian (Kamerstuk 24 587, nr. 868) in onderhavig wetsvoorstel verwerkt door het aantal rechtsbijstandverleners dat toegang heeft tot de gedetineerde te beperken tot maximaal twee. Aldus levert voorgestelde artikel 40a, een bijdrage aan het beperken van de mogelijkheden tot voortgezet crimineel handelen in detentie. Dit wetsartikel beoogt namelijk het reĆ«le en voorstelbare risico dat gedetineerden met behulp van rechtsbijstandverleners een communicatiekanaal hebben met de buitenwereld te beperken. Om deze onaanvaardbare risicoās te beperken en rechtsbijstandverleners te beschermen tegen de druk, dwang of dreiging vanuit de georganiseerde criminaliteit om de vertrouwelijke communicatie te misbruiken voor het voortzetten van crimineel handelen vanuit detentie, achten de indieners het noodzakelijk wettelijk te regelen dat rechtsbijstandsverleners slechts twee gedetineerden in de Extra Beveiligde Inrichting tegelijkertijd mogen bijstaan. In de Extra Beveiligde Inrichting zijn de absolute kopstukken en aanverwante kopstukken van de georganiseerde criminaliteit gedetineerd. Indieners menen dat zoveel als mogelijk, binnen de geldende rechtsstatelijke grenzen, gedaan moet worden om het onmogelijk te maken dat via de weg van de advocaat gecommuniceerd wordt tussen criminele kopstukken. Nu doet de situatie zich voor dat verschillende gedetineerden, uit hetzelfde criminele samenwerkingsverband, in de Extra Beveiligde allemaal dezelfde advocaat hebben. Gelet op het feit dat het scheiden van gedetineerden in de Extra Beveiligde Inrichting en het draaien van een individueel dagprogramma zonder contact met andere gedetineerden conform de motie Ellian (Kamerstuk 24 587, nr. 969) het uitgangspunt is, is het van groot belang om het risico te beperken dat alsdan via rechtsbijstandsverleners onderlinge communicatie alsnog voortgezet wordt.
Gelet op het feit dat in de Afdelingen Intensief Toezicht ook criminele kopstukken gedetineerden kunnen zijn en juist communicatie tussen een gedetineerde aldaar en een gedetineerde in de Extra Beveiligde Inrichting, voorkomen moet worden omdat daarmee de criminele organisatie wordt voortgezet, stellen indieners voor om ook een beperking te realiseren ten aanzien van de Afdeling Intensief Toezicht. Indien een rechtsbijstandsverlener een gedetineerde in de Extra Beveiligde Inrichting bijstaat, mag deze nog maar ten hoogste twee gedetineerden in de Afdeling Intensief Toezicht bijstaan. Hiermee wordt het risico verkleind dat via de Extra Beveiligde Inrichting toch communicatie naar aanverwante kopstukken in de Afdeling Intensief Toezicht mogelijk is.
Indieners hechten eraan te benadrukken dat rechtsbijstandersverleners niet over een kam worden geschoren. Nog steeds doet zich echter de zorgwekkende situatie voor dat een rechtsbijstandverlener meerdere gedetineerden in de Extra Beveiligde Inrichting, en vaak nog de Afdeling Intensief Toezicht, bijstaat. Dit levert risicoās op voor de rechtsbijstandverlener zelf en vergroot het risico dat deze persoon gebruikt kan worden om boodschappen door te geven.
In het voorgestelde achtste lid van artikel 40a Pbw is bepaald dat bij algemene maatregel van bestuur nadere regels worden gesteld over de uitvoering van dit artikel. Deze nadere regels hebben volgens de memorie van toelichting onder meer betrekking op de wijze waarop door de directeur wordt bijgehouden welke rechtsbijstandverleners toegang hebben tot de betreffende gedetineerden. Indieners stellen op grond hiervan dat wanneer een rechtsbijstandverlener al twee gedetineerden tegelijkertijd bij staat in een extra beveiligde inrichting, hem de toegang tot andere gedetineerden in een extra beveiligde inrichting wordt ontzegd.
In het amendement wordt het mogelijk gemaakt dat de onderhavige maatregel op een later moment in werking kan treden, met het oog op eventuele uitvoeringsconsequenties. Op die manier kunnen rechtsbijstandsverleners die thans meer dan twee gedetineerden in een extra beveiligde inrichting bijstaan, in overleg met hun cliƫnten tijdig beslissen hoe en door wie rechtsbijstand kan worden verleend als de maatregel in werking treedt.
Ellian
Wilders
Vervanging in verband met een wijziging in de ondertekening.ā©ļø