Lijst van vragen over de Zesde voortgangsrapportage Nationaal Programma Onderwijs (Kamerstuk 36600-VIII-135)
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025
Lijst van vragen
Nummer: 2025D02112, datum: 2025-01-22, bijgewerkt: 2025-01-22 12:02, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: L. Bromet, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: M.H.M. Huls, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2024Z20153:
- Indiener: M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-12-05 14:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-12-12 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-01-22 10:00: Zesde voortgangsrapportage Nationaal Programma Onderwijs (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
36600-VIII Zesde voortgangsrapportage Nationaal Programma Onderwijs
nr. Lijst van vragen en antwoorden
Vastgesteld (wordt door griffie ingevuld als antwoorden er zijn)
De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een aantal vragen voorgelegd aan de staatssecretaris Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de brief d.d. 4 december 2024 inzake de zesde voortgangsrapportage Nationaal Programma Onderwijs (36 600-VIII, nr. 135). De daarop door de staatssecretaris gegeven antwoorden zijn hierbij afgedrukt.
Voorzitter van de commissie,
Bromet
Adjunct-griffier van de commissie,
Huls
Nr | Vraag | Bijlage | Blz. (van) | t/m |
1 | In hoeverre kunt al reflecteren op de voor- en nadelen van de manier waarop deze subsidie is verstrekt, namelijk directer aan scholen in plaats van via schoolbesturen? | |||
2 | Wat zijn de opbrengsten van het stimuleren van scholen om evidence informed te werken? | 2 | ||
3 | Klopt de claim van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in berichtgeving van de NOS op dinsdag 17 december 2024 dat de lerarentekorten kleiner zijn dankzij de middelen van het Nationaal Programma Onderwijs?1 | 2 | ||
4 | Kan het lerarentekort verkleind worden met meer middelen voor scholen en zo ja, hoeveel middelen zijn daarvoor nodig? | 2 | ||
5 | Kunt u voorbeelden noemen van activiteiten die succesvol bijgedragen hebben aan herstel van de leerprestaties? | 2 | ||
6 | Welke belemmeringen zijn er nog meer waar schoolleiders tegen problemen aanlopen? | 2 | ||
7 | Welk deel van de 20% van het NP2 Onderwijsgeld (of minder) dat scholen besteden bij externe partijen, gaat naar commerciële instellingen, zoals uitzendbureaus? | 3 | ||
8 | Op welke wijzen stimuleert u zoal dat scholen het geld binnen de duur van het Programma – dus voor het einde van het schooljaar 2024–2025 – besteden? | 3 | ||
9 | Valt te bepalen hoe groot de sociaal-emotionele problematiek is bij scholieren, nu scholen slechts bijna 11% van het geld inzetten voor sociaal-emotionele ontwikkeling? | 3 | ||
10 | Hoe komt het dat nog niet alle schoolbesturen het geld hebben opgenomen in de jaarrekening als bestemmingsreserve NP Onderwijs? | 3 | ||
11 | In welke mate zijn de verbeterde prestaties in de basisvaardigheden rekenen-wiskunde het resultaat van de investeringen uit de NPO-gelden ten opzichte van de subsidie Verbetering basisvaardigheden? | 3 | ||
12 | Hoe verklaart u dat scholen in het voortgezet onderwijs in mindere mate verbeterde prestaties voor taal en rekenen-wiskunde realiseren? | 3 | 4 | |
13 | Wordt de verbetering van het welbevinden van leerlingen tijdens de looptijd van het NP Onderwijs, die zeven op de tien schoolleiders signaleren, behalve door het gegeven dat 12- tot 16-jarigen hun leven in 2023 gemiddeld een 7,4 geven, ook bevestigd door andere externe bronnen? | 3 | 5 | |
14 | Betekent dat er in het voortgezet onderwijs en (voortgezet)
speciaal onderwijs "veel [is] ingezet op het welbevinden van leerlingen" méér dan de slechts bijna 11 % van het geld inzetten voor sociaal-emotionele ontwikkeling? |
3 | 6 | |
15 | Heeft u er ook een verklaring voor dat leerlingen met praktisch opgeleide ouders bij begrijpend lezen in het vierde schooljaar sinds corona (in vergelijking met pre-corona) een hogere leergroei halen dan bijvoorbeeld leerlingen met theoretisch opgeleide ouders? | 4 | ||
16 | Hoe heeft, in vergelijking met pre-corona, het aantal leerlingen dat één of meer klassen in het basis- en in het voortgezet onderwijs doubleert zich ontwikkeld? | 4 | ||
17 | Hoe komt het dat bij spelling wel nog sprake is van een kleine leervertraging en bij begrijpend lezen als rekenen-wiskunde dit sneller ingehaald lijkt te worden? | 4 | ||
18 | Geldt het lagere vaardigheidsniveau op alle vakken behalve op Engelse taal? | 4 | ||
19 | Zijn er naast de schoolsluitingen nog andere factoren die invloed hebben op de verschillen per leerjaar en de snelheid van herstel? | 4 | ||
20 | In hoeverre hangt het gegeven dat onderzoekers op het vwo, vmbo-kb en vmbo-b geen significant verschil zien in vaardigheid van leerlingen ten opzichte van de situatie vóór de coronapandemie samen met de (andere) normeringssystematiek waarvan door de gevolgen van de corona-epidemie sprake was? | 5 | ||
21 | Op welke wijzen zijn gemeenten zoal bezig met de borging van de waardevolle lessen die zij hebben geleerd van het NP Onderwijs? | 6 | ||
22 | Hoe gaat u ervoor zorgen dat de effectiviteit van een aantal veelbelovende interventies zó in beeld wordt gebracht dat ook bij eventuele toekomstige epidemieën (ook van andere ziekten) het onderwijs daarmee zijn voordeel kan doen? | 6 | ||
23 | Betekent de "structurele aanpak" die u nodig acht voor herstel van de leerprestaties tevens dat scholen straks kunnen rekenen op structureel geld en zo ja, om welke bedragen gaat het dan? | 6 | ||
24 | Kunt u nader duiden op welke manier scholen samen met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap werken aan borging van de met het NPO behaalde resultaten? | 6 | ||
25 | Overweegt u nog om de subsidieperiode te verlengen als blijkt dat scholen het geld uit de regeling misschien niet op krijgen? | 7 |