Motie van het lid Van Nispen over uitspreken dat Kamerleden hun taken serieus moeten nemen
Voorstel van het lid Bontenbal tot wijziging van het Reglement van Orde in verband met het beperken van de mogelijkheid om moties in te dienen
Motie
Nummer: 2025D03540, datum: 2025-01-30, bijgewerkt: 2025-01-31 11:43, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36537-8).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. van Nispen, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van kamerstukdossier 36537 -8 Voorstel van het lid Bontenbal tot wijziging van het Reglement van Orde in verband met het beperken van de mogelijkheid om moties in te dienen.
Onderdeel van zaak 2025Z01594:
- Indiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2025-01-30 10:45: Voorstel van het lid Bontenbal tot wijziging van het Reglement van Orde in verband met het beperken van de mogelijkheid om moties in te dienen (36537) antwoord 1e termijn + 2e TK (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2025-01-30 13:55: Voorstel van het lid Bontenbal tot wijziging van het Reglement van Orde in verband met het beperken van de mogelijkheid om moties in te dienen (36537) dupliek (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2025-02-04 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
36 537 Voorstel van het lid Bontenbal tot wijziging van het Reglement van Orde in verband met het beperken van de mogelijkheid om moties in te dienen
Nr. 8 MOTIE VAN HET LID VAN NISPEN
Voorgesteld 30 januari 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het initiatief van de heer Bontenbal voortkomt uit de analyse dat er te veel moties zouden worden ingediend door Kamerleden;
van mening dat het onwenselijk en onjuist is om Kamerleden reglementair te maximeren op het aantal moties dat zij in mogen dienen;
voorts van mening dat een veel groter probleem is dat er Kamerleden zijn die nauwelijks of zelfs in het geheel geen moties indienen;
constaterende dat er Kamerleden zijn, met name in de PVV-fractie, die al meer dan een jaar Kamerlid zijn en niet of nauwelijks aan debatten meedoen, geen Kamervragen of moties indienen, en daarmee hun parlementaire taken verzaken en verwaarlozen, terwijl zij vorstelijk betaald worden met belastinggeld;
spreekt uit dat Kamerleden hun taken serieus moeten nemen, dat zij behoren te werken voor het belastinggeld dat zij krijgen en dat dit soort «spook-Kamerleden» negatief afstralen op het gehele parlement;
verzoekt het presidium te laten onderzoeken, bijvoorbeeld door staatsrechtsdeskundigen, wat de mogelijkheden zijn om in de toekomst iets te kunnen ondernemen tegen Kamerleden die hun wetgevende en controlerende taken niet uitvoeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Nispen