[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 24 februari 2025

Landbouw- en Visserijraad

Brief regering

Nummer: 2025D05580, datum: 2025-02-10, bijgewerkt: 2025-02-17 14:41, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-32-1698).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 32-1698 Landbouw- en Visserijraad.

Onderdeel van zaak 2025Z02435:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1698 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, VISSERIJ, VOEDSELZEKERHEID EN NATUUR

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 februari 2025

Op 24 februari a.s. vindt de Landbouw- en Visserijraad (hierna: Raad) plaats in Brussel. Met deze brief informeer ik de Kamer over de agenda en de Nederlandse inbreng. Ik ben voornemens om deze vergadering bij te wonen.

Marktsituatie in het bijzonder na de invasie van Oekraïne

Het Pools voorzitterschap agendeert de komende Raad de reguliere marktsituatie in de verschillende landbouwsectoren. Er is nog geen document beschikbaar, maar de Europese Commissie (hierna: Commissie) zal zoals gebruikelijk een overzicht geven van de situatie op de landbouwmarkten en haar verwachtingen uitspreken voor de ontwikkelingen op kortere en langere termijn. Waarschijnlijk zijn deze gebaseerd op de in december 2024 verschenen vooruitzichten voor 2024–20351. Verwacht wordt dat de Europese Unie een netto exporteur van landbouwproducten blijft en zo bijdraagt aan de wereldwijde voedselzekerheid. Daarbij blijven landbouwmarkten kwetsbaar voor klimaatverandering en extreme weersomstandigheden, negatieve gevolgen van dier- en plantenziektes, geopolitieke onrust en handelspolitieke spanningen.

Ik zal tijdens de Raad de Commissie bedanken voor haar inspanningen om het belang van Europese landbouwsectoren te verdedigen. Daarbij ziet Nederland dat de markten zich voor het grootste deel gestabiliseerd hebben. De opbrengstprijzen zijn in veel sectoren redelijk tot goed en inputkosten zijn gedaald in vergelijking met de situatie in de afgelopen jaren. Er zijn daarnaast uitdagingen voor de verschillende landbouwsectoren om te verduurzamen en om te gaan met klimaatverandering. Ik zal wijzen op het belang van blijvende inzet op innovatie en ondernemerschap om het verdienvermogen van de boer te vergroten, net als de noodzaak voor een gemeenschappelijke aanpak van specifieke problemen zoals uitbraken van verschillende dierziektes.

Implementatie van het beginsel van rural proofing

Tijdens dit agendapunt zal het Pools voorzitterschap de Raad informeren over de implementatie van het rural proofing-principe, waarna een gedachtewisseling zal plaatsvinden. Rural proofing gaat over het beschouwen en beoordelen van beleid door een «rurale lens» om ervoor te zorgen dat beleid beter aansluit bij de opgave en context van het landelijk gebied. Het doel van rural proofing is om de bijdrage van beleid aan de vitaliteit van het landelijk gebied te vergroten. Rural proofing kan uit verschillende elementen bestaan, zoals een plattelandstoets, een goede informatiepositie van de staat van het landelijk gebied, inzichten in de kansen en krachten en een continue dialoog met beleidstrajecten die van belang zijn voor het landelijk gebied. Het Pools voorzitterschap heeft vragen gedeeld die richtinggevend zijn voor het gesprek in de Raad. Deze vragen gaan in op het verbeteren van de inzet op rural proofing en hoe plattelandsontwikkeling beter geïntegreerd kan worden in Europees beleid.

Ik steun de aandacht die uitgaat naar rural proofing. De opgaven en ontwikkelingen in het landelijk gebied hebben impact op de sociale en economische vitaliteit. Tegelijkertijd kent het landelijk gebied al sociale en economische uitdagingen, zoals de beschikbaarheid van voorzieningen. Ik vind het belangrijk dat Europees beleid bijdraagt aan een vitaal landelijk gebied. De inzet op rural proofing kan hier een belangrijke bijdrage aan leveren.

Tijdens de Raad zal ik aandacht vragen voor een aantal elementen die van belang zijn om het Europees beleid goed te laten bijdragen aan een vitaal landelijk gebied in Nederland. Namelijk, aandacht voor de diversiteit van plattelandsgebieden, voortbouwen op bestaande structuren zoals territoriale effectbeoordelingen2, het versterken van de betrokkenheid van verschillende beleidsterreinen bij de Commissie bij plattelandsthema’s en de voortzetting van het Plattelandspact3 om lokale en regionale stakeholders te betrekken. Ten aanzien van plattelandsontwikkeling binnen de Europese structuur- en investeringsfondsen wil ik aandacht vragen voor synergie tussen fondsen, zoals de tweede pijler van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (hierna: GLB) en fondsen van het Cohesiebeleid zoals het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling. Specifiek voor het GLB vind ik het voor een goede implementatie van de tweedepijlerregelingen belangrijk om naast vereenvoudiging ook voldoende tijd te hebben om regelingen open te zetten. Generatievernieuwing, onder andere door het ondersteunen van jonge boeren en zij-instromers, is ook een prioriteit voor mij in het toekomstige GLB.

Nationaal gaat het kabinet conform de motie-Van der Plas (BBB) (Kamerstuk 36 410, nr. 111) onderzoeken hoe rural proofing (waar een plattelandstoets tot een van de opties behoort) een rol kan spelen bij overheidsbeleid en wet- en regelgeving. Ook voert het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een verkenning uit naar een regio-effectentoets. Begin 2025 informeer ik de Kamer conform het Regeerakkoord over de inzet op de sociale en economische vitaliteit van het landelijk gebied.

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,
F.M. Wiersma


  1. EU agricultural outlook 2024-35↩︎

  2. Sinds het Europees Comité van de Regio’s (CvdR) in 2013 een advies over territoriale effectbeoordeling uitbracht, maakt het gebruik van territoriale effectbeoordelingen (TEB’s) om de potentiële asymmetrische territoriale effecten van EU-beleids- en wetgevingsvoorstellen te analyseren.↩︎

  3. In 2021 lanceerde de Europese Commissie het Plattelandspact als onderdeel van haar langetermijnvisie voor de plattelandsgebieden van de EU. Het plattelandspact biedt een kader voor samenwerking tussen overheden, het maatschappelijk middenveld, bedrijven, de academische wereld en burgers op Europees, nationaal, regionaal en lokaal niveau.↩︎