Motie van het lid Ceder c.s. over de Rwandese regering oproepen om Europese waarnemers toe te laten om de oorsprong van grondstoffen te verifiëren
Vaststelling van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025
Motie
Nummer: 2025D05776, datum: 2025-02-11, bijgewerkt: 2025-02-12 13:44, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36600-XVII-57).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
- Mede ondertekenaar: D.G. Boswijk, Tweede Kamerlid (CDA)
- Mede ondertekenaar: P. Bamenga, Tweede Kamerlid (D66)
Onderdeel van kamerstukdossier 36600 XVII-57 Vaststelling van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025.
Onderdeel van zaak 2025Z02516:
- Indiener: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: D.G. Boswijk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P. Bamenga, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2025-02-11 16:15: Tweeminutendebat Toekomst samenwerking met maatschappelijke organisaties in ontwikkelingshulp (CD 29/1) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2025-02-18 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
36 600 XVII Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025
Nr. 57 MOTIE VAN HET LID CEDER C.S.
Voorgesteld 11 februari 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Europese Unie in 2024 het memorandum van overeenstemming over duurzame grondstoffenwaardeketens heeft gesloten met de Rwandese regering;
overwegende dat experts vermoeden dat een groot deel van de verhandelde grondstoffen op onrechtmatige wijze is verkregen uit Oost-Congo en dat dat momenteel bijdraagt aan de humanitaire ramp die momenteel plaatsvindt aldaar;
verzoekt het kabinet om in Europees verband met spoed de Rwandese
regering op te roepen om onafhankelijke Europese waarnemers toe te laten om de oorsprong van de grondstoffen die zij in het kader van het memorandum van overeenstemming over duurzame grondstoffenwaardeketens leveren aan de Europese Unie te verifiëren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ceder
Bamenga
Boswijk