[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg inzake bezoek European Committtee for the Prevention of Torture aan gesloten jeugdhulpinstellingen Nederland (Kamerstuk 31839-1060)

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2025D06384, datum: 2025-02-14, bijgewerkt: 2025-02-18 11:08, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2025D06384).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2024Z21751:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2025D06384 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Karremans) over de brief van 19 december 2024 inzake Bezoek European Committee for the Prevention of Torture aan gesloten jeugdhulpinstellingen Nederland (Kamerstuk 31 839, nr. 1060).

De voorzitter van de commissie,

Mohandis

Adjunct-griffier van de commissie,

Dooms

Inhoudsopgave

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
II. Reactie van de Staatssecretaris

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie

De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris naar aanleiding van het bezoek van een delegatie van de European Committee for the Prevention of Torture and Inhuman or Degrading Treatment or Punishment (CPT) aan diverse gesloten jeugdhulpinstellingen in Nederland en hebben hier nog enkele vragen en opmerkingen over.

In maart volgt het eindrapport van het CPT over de bezoeken die zij brachten aan de gesloten jeugdhulpinstellingen Schakenbosch (Jeugdformaat), Harreveld (IHub) en Via Icarus (Via Jeugd). Toch zijn de eerste bevindingen van het CPT zó urgent dat de Staatssecretaris het eindrapport niet afwacht en nu al enkele acties heeft uitgezet om de veiligheid in de betreffende jeugdhulpinstellingen te verbeteren. De leden vragen of deze acties ook worden gecommuniceerd aan alle jeugdhulpinstellingen, zodat die hiervan op de hoogte zijn en waar nodig preventieve maatregelen kunnen treffen?

Verder vragen de leden van de PVV-fractie zich af hoe het mogelijk is dat de meeste aanbieders van de gesloten jeugdhulp er nog niet in zijn geslaagd volledig aan de per 1 januari 2024 gewijzigde Jeugdwet te voldoen. Wat zijn hiervoor de belangrijkste oorzaken, en welke consequenties heeft dit voor instellingen die structureel achterblijven in naleving?

Uit de brief blijkt dat op één afdeling van de door de CPT-delegatie bezochte locaties de maatregel «onderzoek aan het lichaam» op een niet-toegestane wijze werd uitgevoerd, wat als vernederend werd ervaren. De leden van de PVV-fractie benadrukken echter dat deze maatregel vaak noodzakelijk is voor de veiligheid van zowel de jongeren als de medewerkers. Het is immers onacceptabel dat wapens of drugs binnen de muren van deze instellingen terechtkomen. Juist om ernstige incidenten te voorkomen, moet het personeel soms ingrijpende maatregelen nemen. In dit licht vragen de leden hoe de balans wordt gewaarborgd tussen noodzakelijke veiligheidsmaatregelen en het respecteren van de persoonlijke integriteit van jongeren. Hoe worden medewerkers ondersteund om deze moeilijke situaties professioneel en menswaardig aan te pakken?

De leden van de PVV-fractie benadrukken het belang van terughoudendheid bij het invoeren van extra bureaucratische verplichtingen, zoals verplichte medische checks na elk incident. Hoewel veiligheid vooropstaat, vragen zij zich af of er voldoende capaciteit is om dergelijke aanbevelingen uit te voeren zonder dat dit leidt tot extra werkdruk en overbelasting van medewerkers die al zwaar belast zijn. Daarnaast willen zij inzicht in hoe vaak jongeren agressief gedrag vertonen, hoeveel medewerkers hierdoor letsel oplopen en op welke manier zij in dergelijke situaties beschermd worden. Het kan en mag niet zo zijn dat medewerkers, die dagelijks hun best doen om orde en veiligheid te handhaven, slachtoffer worden van escalerend gedrag van jongeren.

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat het Committee for the Prevention of Torture (CPT) in maart het eindrapport van het bezoek aan gesloten jeugdhulpinstellingen in Nederland vaststelt en dat de regering dit rapport inclusief kabinetsreactie binnen drie maanden met de Kamer zal delen. Waarom wordt het eindrapport niet gelijk na vaststelling met de Kamer gedeeld? Er hoeft wat betreft de leden niet op de kabinetsreactie gewacht te worden om het eindrapport te delen. De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vinden het positief dat de regering ervoor kiest alvast de eerste bevindingen met de Kamer te delen voordat het eindrapport klaar is. Zeker gezien de bevindingen van het CTP en de conclusies van het rapport1 van de inspectie van oktober 2024, is de urgentie op dit onderwerp hoog en moet er snel gehandeld worden op de aanbevelingen van de Inspectie en het CTP.

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat de delegatie van het CTP heeft geconstateerd dat instellingen nog niet in staat zijn de gewijzigde Jeugdwet volledig uit te voeren. Dit werd in oktober ook al geconcludeerd door de Inspectie. De wet rechtspositie gesloten jeugdhulp is per 1 januari 2024 in werking getreden. Dat is inmiddels al een jaar geleden. Hoe gaat de regering ervoor zorgen dat instellingen wél in staat zijn om de wet uit te voeren? Wat zegt het over het kabinetsbeleid dat zowel het Internationaal Kinderrechtenverdrag als de Jeugdwet niet uitgevoerd worden? En waarom gaat de regering nu pas stappen zetten en is dit niet eerder gedaan? Het was immers al tijden bekend dat de wet per 1 januari in zou gaan en tijdens en na de wetsbehandeling zijn er al signalen door het veld gegeven dat uitvoering van de wet op sommige punten moeilijk zou zijn. Met name rondom de maatregel insluiting op de eigen kamer, wat door de aanpassing van de wet niet meer mag. De dilemma’s die daardoor ontstaan zijn al gedeeld2 door het veld tijdens de wetsbehandeling maar ook bij de inwerkingtreding van de wet, waarom is er vanuit de regering niet eerder op deze signalen geacteerd? De regering schrijft met aanvullende afspraken te komen, wanneer komen die afspraken? De leden zijn ook benieuwd in hoeverre de afbouw van gesloten jeugdzorg hierbij ook een rol speelt, waardoor aanbieders niet meer investeren in beveiligde kamers? De Staatssecretaris schrijft dat hij in gesprek gaat met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) over het gebrek aan investeringen in beveiligde kamers. Hij begrijpt vanwege de transformatieplannen de terughoudendheid van gemeenten om hier middelen voor beschikbaar te stellen, maar vindt dat er een oplossing moet komen omdat wettelijke eisen moeten worden nagekomen. Aan welke oplossing denkt de regering? Ziet de regering dat zij hier zelf ook een rol in heeft en niet enkel de gemeenten? Dat zij gemeenten ook in staat moeten stellen om de wet uit te voeren? In hoeverre krijgen gemeenten genoeg financiële middelen om de afbouw op een verantwoorde manier te doen én de wet te handhaven? In hoeverre kan de regering gedurende de steeds verdere afbouw van de gesloten jeugdzorg de veiligheid, bescherming en de rechten van jongeren garanderen? Is de regering het met de leden eens dat de regering uiteindelijk stelselverantwoordelijk is hiervoor?

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat het CTP positief is over de samenwerking met onderwijs op de bezochte locaties. De leden zijn blij dat te lezen, al horen zijn ook nog steeds signalen dat dit niet overal het geval is. Is het onderwijs bij alle gesloten jeugdzorginstelling op orde? Krijgen leerlingen onderwijs op hun eigen niveau? Zijn er nog genoeg onderwijsfaciliteiten bij gesloten jeugdzorginstellingen, nu deze worden afgebouwd? Waar volgen de leerlingen hun onderwijs?

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat op één afdeling van de bezochte locaties onderzoek aan het lichaam op een niet-toegestane (en volgens het CTP vernederende) wijze gebeurde. De leden lezen dat de instelling na het CTP-bezoek heeft besloten de uitvoering van deze maatregel aan te passen. De Staatssecretaris heeft melding gedaan bij de inspectie, omdat hij vindt dat dit niet acceptabel is. De leden hebben echter vaker gehoord dat jongeren zich helemaal moeten uitkleden en hebben vaker aangekaart dat dit voor alle jongeren, maar met name voor slachtoffers van seksueel geweld, traumatisch kan zijn. Weet de regering of dit bij andere instellingen misschien ook nog wordt gedaan? Is dit bij alle instellingen nagevraagd naar aanleiding van dit rapport van het CTP? Breder zijn de leden benieuwd of de inspectie voldoende capaciteit heeft om goed toezicht te houden? Wordt er de komende jaren bezuinigd op de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ)? Zo ja, hoeveel en waar zullen die bezuinigingen terecht komen? Bijvoorbeeld ook bij inspecteurs?

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat de registratie van incidenten in dossiers nog niet altijd goed gaat. De regering schrijft dat de bestuurders gesloten jeugdhulp hebben toegezegd ervoor te zorgen dat waar dat nodig is de registratie van incidenten in dossiers wordt verbeterd. Op welke manier en termijn gaan zij hiervoor zorgen? Verder schrijft de regering gezamenlijk met de bestuurders te bezien hoe zij binnen hun mogelijkheden optimaal invulling kunnen geven aan de aanbeveling van het CTP om een medische check te doen na ieder incident of toepassing van een vrijheidsbeperkende maatregel die letsel kan veroorzaken. Wordt bij die medische check ook de impact meegenomen die zo’n maatregel mentaal kan hebben op jongeren? Kan de regering meer toelichten hoe ze dat gaan bezien? En wordt de Kamer hiervan op de hoogte gesteld?

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen ook dat – hoewel niet toegestaan – zowel jeugdigen als medewerkers aangeven dat technieken worden toegepast bij vastpakken en vasthouden die pijn veroorzaken. De leden hebben hier al vaker schriftelijke vragen3, 4 over gesteld. Medewerkers hebben bij het CTP aangegeven dat ze behoefte hebben aan heldere richtlijnen en meer training. De leden lezen dat na dit rapport bestuurders gesloten jeugdhulp gaan toezien dat alleen medewerkers die daarvoor zijn opgeleid de maatregel mogen toepassen. Op welke manier zal dat gemonitord worden? Zal dit in de praktijk ook echt lukken, gezien de grote personeelstekorten? Waarom worden niet alle medewerkers op deze manier geschoold? De leden lezen dat «waar nodig trainingen worden verbeterd». Op welke manier zal dat gebeuren? En zullen ook de richtlijnen duidelijker worden, waar ook medewerkers om vragen? In hoeverre wordt de input van de jongeren en medewerkers zelf ook meegenomen in het verbeteren van trainingen?

Tenslotte zijn de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie benieuwd hoe het staat met de opvolging van de aangenomen motie Westerveld5 uit maart 2024 waarin de regering wordt verzocht om de lessen van commissie De Winter mee te nemen in het plan voor erkenning en herstel van jongeren die slachtoffer zijn geworden van de ZIKOS instellingen, en daarbij ook de regeling voor financiële tegemoetkoming mee te nemen en de Kamer op de hoogte te houden hiervan? Hoe staat het met dit traject voor erkenning, herstel en ondersteuning? Op welke manier wordt het aangenomen amendement Westerveld6 hierin meegenomen? Hoe staat het met de uitvoering van dit amendement?

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het bezoek van de European Committee for the Prevention of Torture aan gesloten jeugdhulpinstellingen in Nederland. Zij hebben hierbij nog een vraag.

In de brief7 van 19 december jl. stelt het kabinet dat, als instellingen in verband met het gebrek aan investeringen in extra beveiligde kamers wettelijke vereisten niet kunnen nakomen, daar oplossingen voor moeten komen. De leden van de VVD-fractie vragen hoe het inmiddels met deze oplossingen staat.

Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract hebben met veel zorgen kennisgenomen van de brief van het CPT over hun bezoek aan drie Nederlandse gesloten jeugdzorginstellingen in oktober 2024. Deze leden zijn positief over het feit dat dit Europese comité, naar aanleiding van de rapporten «Eenzaam Gesloten» van Jason Bhugwandass en eerdere rapporten zoals «Onvoldoende beschermd» van Commissie-De Winter, eindelijk een bezoek heeft gebracht aan Nederland. Dit was een zaak waar de leden van de Nieuw Sociaal Contract-fractie begin 2024 in eerdere debatten al over hebben aangedrongen bij de Kamer. Door de toenmalige bewindspersonen zijn deze signalen nooit serieus genoeg genomen en daarom zijn deze leden blij dat de rapporten en signalen door het CPT wel serieus zijn genomen. Door de tomeloze inzet van de auteurs van deze rapporten, specifiek Jason Bhugwandass, heeft het bezoek eindelijk plaatsgevonden. De rode draad die we zien in de aanleiding van dit bezoek gaat terug naar 1974 toen in de gesloten inrichting Zetten al is gerapporteerd over ernstige incidenten. Keer op keer hebben diverse commissies en rapporteurs deze misstanden aan het licht gebracht en bevestigd. Dat heeft tot op heden nooit geresulteerd in verandering. Naar aanleiding van de brief van het CPT en de kabinetsreactie hebben deze leden een aantal vragen.

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract willen ten eerste aan de Staatssecretaris vragen welke concrete verbeteringen er sinds het verschijnen van alle rapporten, bijvoorbeeld het rapport «Onvoldoende beschermd» van Commissie-De Winter en eerdere rapporten, hebben plaatsgevonden in gesloten jeugdzorginstellingen? Daarnaast willen deze leden vragen hoeveel jongeren in de afgelopen vijf jaar een schadevergoeding of genoegdoening hebben ontvangen wegens onrechtmatig verblijf, mishandeling of isolatie in jeugdzorginstellingen? Zijn er naar aanleiding van de voorlopige bevindingen van het CPT maatregelen genomen tegen de onderzochte instellingen, bijvoorbeeld een tijdelijke of permanente sluiting vanwege de bevonden omstandigheden?

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract hebben geconstateerd dat het CPT eerder kritiek heeft geuit op de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen bij jongeren. Kan de Staatssecretaris aangeven hoeveel jongeren in 2024 en 2025 nog zijn geplaatst in een gesloten inrichting en hoe verhoudt zich dat tot eerdere jaren? Is de Staatssecretaris het, mede ingegeven door de bevindingen van het CPT, met deze leden eens dat een plaatsing in de gesloten jeugdzorg niet bijdraagt aan het welzijn en de ontwikkeling van kwetsbare jongeren?

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract hebben in de brief van het CPT gelezen dat deze instantie zorgen heeft geuit over mogelijke schendingen van artikel drie van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Deze zorgen hebben betrekking op professionele nalatigheid, vernederende procedures en geweld tussen jongeren onderling. Kan de Staatssecretaris uitleg geven wat zijn visie is op de naleving van de verplichtingen die het EVRM met zich meebrengt? Voldoet Nederland volgens de Staatssecretaris op dit moment aan de verplichting van dit verdrag wat betreft de behandeling van jongeren in gesloten jeugdzorginstellingen? Zo nee, wat zijn de verbeterende maatregelen die de Staatssecretaris zou willen nemen? Deze leden zouden graag aan de Staatssecretaris willen vragen of er mogelijke juridische consequenties voor bestuurders of instellingen zijn die verantwoordelijk zijn voor de gevonden misstanden en de falende zorg die zij aanbieden aan jongeren.

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract nemen de inhoud van de brief zeer serieus. Deze leden zijn van mening dat de brief aangeeft dat er helaas te veel misgaat in gesloten jeugdzorginstellingen. Zou de Staatssecretaris kunnen aangeven of er concrete stappen worden genomen om het aantal jongeren in gesloten jeugdzorg drastisch te verminderen? Zo ja, welke stappen zijn dit? Wordt er op dit moment door de Staatssecretaris, of andere instanties, gewerkt aan het ontwikkelen van alternatieven voor gesloten jeugdzorg? Deze leden vinden dat het inzetten op preventie een effectieve methode is om te voorkomen dat jongeren terecht komen in een gesloten instelling. Deze leden willen aan de Staatssecretaris vragen hoe er wordt voorkomen dat jongeren in gesloten jeugdzorg belanden door een gebrek aan passende zorg in open settingen?

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract hebben in de brief gelezen dat het CPT zorgen uit over de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen en het gebruik van pijnlijke interventietechnieken. Kan de Staatssecretaris aangeven of er stappen worden genomen om ervoor te zorgen dat alle medewerkers van dergelijke instellingen adequaat worden opgeleid en getraind om deze maatregelen op een humane en wettelijk verantwoorde manier toe te passen? Zo ja, welke stappen zijn dit? Daarnaast hebben deze leden ook in de brief gelezen dat het CPT een aanbeveling heeft gedaan om na ieder incident of toepassing van een vrijheidsbeperkende maatregel die letsel kan veroorzaken, een medische check door een verpleegkundige of arts te laten plaatsvinden. Kan de Staatssecretaris aangeven of deze aanbeveling wordt overgenomen en zo ja, hoe deze aanbeveling wordt geïmplementeerd?

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract schrikken van de volgende passage in de brief van 22 november van het CPT aan de Staatssecretaris: «For instance, although restraint techniques causing pain are prohibited, from interviews with young persons and staff it became clear that such techniques are indeed in use. In the view of the CPT, the use of pain-inflicting restraint techniques where alternatives are available may very well qualify as a possible violation of Article 3 ECHR. In this context, the delegation notes that many of its interlocutors reported a lack of clarity as to which manual restraint techniques are considered legal and which are not (an area in which the representatives of the establishments visited, said to be open to receive guidance). This unclarity lead to hesitation, uncertainty, and reluctance on the unit floor.» Kan de Staatssecretaris aangeven welke technieken niet toegestaan zijn en wel toegepast worden in de jeugdzorg? En wat zal de Staatssecretaris er vanaf nu aan doen dit onmogelijk te maken?

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract lezen wat zij al weten: namelijk dat er in de jeugdinstellingen intieme onderzoeken plaatsvinden: «Dear Secretary of State, as we come to the end of these preliminary observations, please allow me to share with you one final issue. Under the terms of the Youth Act, a young person may be searched for contraband. To this end, they may be asked to undress, but the law stipulates that these young persons shall always remain in their underwear. Again, at times the practice was different from the letter of the law. In ViaJeugd, in case of a suspicion of possession of illicit substances, youth were required to dress a gown and subsequently to remove all other clothes. Then, they were required to repeat movements such as squatting, bending over, and jumping with spread legs, for any contraband hidden inside the body to fall out. Besides clearly being in violation of the Youth Act, such a procedure as described by the young persons spoken to could be considered as degrading.» Kan de Staatssecretaris aangeven wat er wel en niet mag bij het doorzoeken van lichaamsholtes? Kan de Staatssecretaris aangeven wat de mogelijkheden zijn voor wat een jongere kan doen mocht dit toch wel gebeuren? Kan de Staatssecretaris aangeven hoeveel klachten er het afgelopen jaar zijn binnengekomen?

De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract zouden tot slot aan de Staatssecretaris willen vragen hoe het kabinet de voortgang van mogelijke implementatie van de CPT-aanbevelingen gaat monitoren? Zou de Staatssecretaris hier de Tweede Kamer op een transparante manier over kunnen informeren? Deze leden willen graag van de Staatssecretaris horen wat de concrete vervolgstappen zijn naar aanleiding van de brief van het CPT en welke tijdslijnen en meetbare doelen zullen worden gehanteerd. Verder willen deze leden graag van de Staatssecretaris weten welke actie de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft ondernomen naar aanleiding van de brief van het CPT? Zou de Staatssecretaris de Kamer kunnen informeren over hoe is omgegaan met meldingen over verwondingen, zoals genoemd in de brief van het CPT? Verder willen deze leden graag weten hoe de regering zelf de staat van de gesloten jeugdzorg ziet en hierop reflecteert? Als laatste willen deze leden de Staatssecretaris dringend vragen om het rapport dat in maart door het CTP wordt vastgesteld direct aan de Kamer te doen toekomen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie

De leden van de BBB-fractie hebben kennisgenomen van het bezoek van de European Committee for the Prevention of Torture aan gesloten jeugdhulpinstellingen Nederland. De leden hebben de volgende vragen aan de Staatssecretaris.

De leden achten het onacceptabel dat er wel een nieuwe wet8 is aangenomen, maar dat het vervolgens wordt getolereerd dat deze niet wordt nageleefd. De leden begrijpen dat deze situatie nu zal worden verholpen. Hoe wil de Staatssecretaris er in de toekomst voor zorgen dat de wet daadwerkelijk wordt uitgevoerd in plaats van dat wordt getolereerd dat deze niet wordt nageleefd?

De leden van de BBB-fractie zien het als positief dat de bestuurders van gesloten jeugdhulp er beter op gaan toezien dat alleen opgeleide medewerkers de maatregel vastpakken en vasthouden zullen toepassen. Echter, de leden vragen zich af welke acties er concreet zullen worden genomen om te voorkomen dat onopgeleide medewerkers deze maatregel uitvoeren. Kan de Staatssecretaris die vraag beantwoorden?

De leden steunen het besluit van de Staatssecretaris om niet het eindrapport af te wachten, maar gelijk maatregelen te nemen om misstanden aan te pakken. De Staatssecretaris beschrijft echter nog geen plan om te zorgen dat er direct een onderzoek kan worden gestart na toepassing van de maatregel vastpakken en vasthouden waarbij letsel is veroorzaakt. Wat is het plan van de Staatssecretaris hiervoor?

De bestuurders gesloten jeugdhulp hebben toegezegd ervoor te zorgen dat de registratie van incidenten in dossiers verbetert. Hoe gaat dit concreet gerealiseerd worden en hoe gaat de Staatssecretaris erop toezien dat dit daadwerkelijk gebeurd? Is de Staatssecretaris bereid om op korte termijn een verklarende analyse verplicht te maken?

Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris over het bezoek van de European Committee for the Prevention of Torture (CPT) aan gesloten jeugdhulpinstellingen in Nederland. Zij benadrukken dat de uitkomsten van dit bezoek het zoveelste bewijs zijn dat er dringend forse verbeteringen nodig zijn in de jeugdzorg en hebben hier nog een aantal vragen en opmerkingen over.

De leden van de SP-fractie vragen de Staatssecretaris in hoeverre het ministerie en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd reeds op de hoogte waren van de punten die het CPT naar voren bracht naar aanleiding van hun bezoek. De leden van de SP-fractie merken op dat financiële afwegingen bij een deel van de geschetste problemen een rol lijken te spelen. Hoe kijkt de Staatssecretaris hiernaar? In hoeverre zit de financiële druk op jeugdzorgaanbieders en gemeenten in de weg van de aanpak van deze problemen?

De leden van de SP-fractie vragen ten slotte hoe het staat met de uitvoering van de motie Dobbe9 die de regering verzoekt «om excuses te maken aan jongeren die in de gesloten jeugdzorg zijn geplaatst, of eerder civielrechtelijk in jeugdgevangenissen zijn geplaatst, en te werken aan herstel voor deze jongeren».

II. Reactie van de Staatssecretaris


  1. Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, 2024, Zorgen om hulpaanbod voor jongeren met complexe problematiek, Zorgen om hulpaanbod voor jongeren met complexe problematiek- eindrapport met jongerenversie | Rapport | Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd↩︎

  2. Jeugdzorg Nederland, 4 januari 2024, Aanbieders gesloten jeugdhulp: dilemma «wet versus veiligheid», Aanbieders gesloten jeugdhulp: dilemma «wet versus veiligheid» Jeugdzorg Nederland↩︎

  3. Aanhangsel handelingen II, vergaderjaar 2024–2025, nr. 2025Z02393.↩︎

  4. Aanhangsel handelingen II, vergaderjaar 2024–2025, nr. 512.↩︎

  5. Kamerstuk 31 839, nr. 1001.↩︎

  6. Kamerstuk 36 600 XVI, nr. 113.↩︎

  7. Kamerstuk 31 839, nr. 1060.↩︎

  8. Rijksoverheid, 18 december 2023, Per 1 januari wet voor betere bescherming kinderen in gesloten jeugdhulp, Per 1 januari wet voor betere bescherming kinderen in gesloten jeugdhulp | Nieuwsbericht | Rijksoverheid.nl↩︎

  9. Kamerstuk 31 839, nr. 1004.↩︎