[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

36705 Advies Afdeling advisering Raad van State inzake Wijziging van de Opiumwet in verband met de verhoging van het wettelijk strafmaximum van het aanwezig hebben, de handel, de productie en de in- en uitvoer van verdovende middelen als bedoeld in lijst I bij de Opiumwet (verhoging strafmaxima grootschalige drugscriminaliteit)

Wijziging van de Opiumwet in verband met de verhoging van het wettelijk strafmaximum van het aanwezig hebben, de handel, de productie en de in- en uitvoer van verdovende middelen als bedoeld in lijst I bij de Opiumwet (verhoging strafmaxima grootschalige drugscriminaliteit)

Advies Afdeling advisering Raad van State

Nummer: 2025D10058, datum: 2025-03-10, bijgewerkt: 2025-03-10 17:33, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2025Z04325:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


No. W16.24.00300/II 's-Gravenhage, 27 november 2024

Bij Kabinetsmissive van 28 oktober 2024, no.2024002386, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Justitie en Veiligheid, mede namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel tot wijziging van wet van de Opiumwet in verband met de verhoging van het wettelijk strafmaximum van het aanwezig hebben, de handel, de productie en de in- en uitvoer van verdovende middelen als bedoeld in lijst I bij de Opiumwet (verhoging strafmaxima grootschalige drugscriminaliteit), met memorie van toelichting.

Het wetsvoorstel verhoogt de strafmaxima in de Opiumwet voor het opzettelijk aanwezig hebben, de handel, de productie en de in- en uitvoer van harddrugs. Daarnaast wordt expliciet in de Opiumwet opgenomen welke maximumstraf geldt voor het deelnemen aan een criminele organisatie die als oogmerk heeft om bepaalde misdrijven uit de Opiumwet te plegen.

De strafmaxima voor de handel, productie en in- en uitvoer van harddrugs zijn voor het laatst in 1976 gewijzigd.1 De verhoging van de strafmaxima sluit volgens de toelichting aan bij de veranderde maatschappelijke opvattingen over de gevolgen van georganiseerde drugscriminaliteit en het brengt het belang van een daadkrachtige bestrijding daarvan tot uitdrukking.

Uit de toelichting blijkt ook dat het openbaar ministerie bij het formuleren van de strafeis en in sommige gevallen de rechter bij het opleggen van de straf tegen de grenzen van bestaande strafmaxima aanlopen. Dit is vooral het geval in zaken waarin de verdachte voor meerdere strafbare feiten wordt vervolgd en de samenloopregeling toepassing vindt.2 Gelet op deze ontwikkelingen heeft de Afdeling advisering van de Raad van State begrip voor het voorstel de strafmaxima te verhogen.

In de toelichting staat dat het wetsvoorstel een belangrijke normatieve en afschrikwekkende functie heeft.3 Uit onderzoek blijkt echter dat verschillende kanttekeningen kunnen worden geplaatst bij de effectiviteit van ‘strenger straffen’.4 Voor potentiële wetsovertreders zou niet zozeer de mogelijke duur van een gevangenisstraf, maar vooral de veronderstelde pakkans doorslaggevend zijn. In dat licht is het opvallend dat de politie in 2022 (en 2023) meer harddrugsincidenten (bezit en handel) heeft geregistreerd in vergelijking met voorgaande jaren, maar dat de instroom van dergelijke zaken bij het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak in 2022 is gedaald of gelijk gebleven.5 In de toelichting wordt erkend dat het van groot belang is dat het wetsvoorstel gepaard gaat met flankerend beleid om de opsporing en vervolging van drugscriminaliteit effectiever te laten zijn. Er wordt echter weinig inzicht geboden in dat flankerend beleid, en hoe beoogd wordt om de effectiviteit te verhogen.

De Afdeling adviseert in de toelichting nader in te gaan op de effectiviteit van het verhogen van de straffen voor het opzettelijk aanwezig hebben, de handel, de productie en de in- en uitvoer van harddrugs.

De Afdeling advisering van de Raad van State heeft een opmerking bij het voorstel en adviseert daarmee rekening te houden voordat het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal wordt ingediend.

De vice-president van de Raad van State,


  1. Wet van 23 juni 1976 tot wijziging van de Opiumwet en enige daarmee verband houdende bepalingen in andere wetten, Stb. 1976, 424.↩︎

  2. Memorie van toelichting, Algemeen deel, paragraaf 2.3 Noodzaak tot aanpassing strafmaxima harddrugs Opiumwet.↩︎

  3. Memorie van toelichting, Algemeen deel, paragraaf 2.3 Noodzaak tot aanpassing strafmaxima harddrugs Opiumwet.↩︎

  4. T. Spapens e.a., Het vestigingsklimaat voor drugscriminaliteit in Nederland, Tilburg University/WODC 2022, p. 61-62.↩︎

  5. Nationale Drug Monitor, editie 2024, Drugscriminaliteit 16.5. Vervolging en afdoening Opiumwetdelicten.↩︎