De bezuiniging op rampenbestrijding en de conclusies van het rapport van de Algemene Rekenkamer ‘De derde hoofdtaak van de krijgsmacht’ d.d. 4 maart 2025.
Schriftelijke vragen
Nummer: 2025D10456, datum: 2025-03-12, bijgewerkt: 2025-03-13 15:02, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2025Z04503).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. Heite, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
- Mede ondertekenaar: O.C. (Olger) van Dijk, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
Onderdeel van zaak 2025Z04503:
- Gericht aan: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Gericht aan: R.P. Brekelmans, minister van Defensie
- Indiener: A. Heite, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: O.C. (Olger) van Dijk, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2025Z04503
Vragen van de leden Heite en Olger van Dijk (beiden Nieuw Sociaal Contract) aan de Ministers van Defensie en van Justitie en Veiligheid over de bezuiniging op rampenbestrijding en de conclusies van het rapport van de Algemene Rekenkamer «De derde hoofdtaak van de krijgsmacht» d.d. 4 maart 2025 (ingezonden 12 maart 2025).
Vraag 1
Bent u bekend met de uitzending van EenVandaag van 6 maart 2025 over de derde hoofdtaak van defensie en de bezuiniging op rampenbestrijding?
Vraag 2
Kunt u reflecteren op de conclusies in het rapport «De derde hoofdtaak van de Krijgsmacht» van 4 maart 2025, waarin wordt aangegeven dat de voorbereiding tekortschiet, de gestelde doelen onrealistisch zijn en dat de doelen niet zijn afgestemd met de civiele diensten?
Vraag 3
Kunt u reflecteren op de aanbevelingen van het rapport, die pleiten voor betere afstemming tussen de ministeries van Defensie en Justitie en Veiligheid?
Vraag 4
Welke mogelijkheden ziet u vanuit de overheid om burgers zoveel mogelijk te steunen bij het voorbereiden op mogelijke rampen, zodat de burger niet het gevoel heeft er alleen voor te staan?
Vraag 5
Kunt u aangeven of u vindt dat weerbaarheid van de samenleving vergroot moet worden, ook ten aanzien van rampenbestrijding? Zo ja, welke mogelijkheden ziet u voor de overheid om het beleid ten aanzien van rampenbestrijding te verbeteren, indachtig de conclusies van het rapport?
Vraag 6
Kunt u aangeven welke maatregelen genomen gaan worden om de burgers weerbaarder te maken met de huidige dreigingen van conflicten en grootschalige calamiteiten?
Vraag 7
Kunt u, in opvolging van onder andere de toezegging om daarnaar te kijken tijdens de begrotingsbehandeling J&V in november 2024, en de aangenomen motie Van der Wal c.s. (Kamerstuk 36 600 X nr. 45) tijdens de begrotingsbehandeling defensie in december 2024, aangeven wanneer en in welke vorm u van plan bent om uitvoering te geven aan het verzoek vanuit de Kamer om informatie naar Zweeds model aan alle inwoners van Nederland te verschaffen?
Vraag 8
Kunt u toelichten hoe de huidige focus op defensie hoofdtaak 1 in verhouding staat met een mogelijke inzet voor defensie hoofdtaak 3 (rampenbestrijding)?
Vraag 9
Kunt u toelichten wat daardoor de gevolgen zijn voor de inzet van de krijgsmacht bij rampenbestrijding en hoe de samenwerking met de civiele diensten op dit moment geregeld is? Zijn er in de samenwerking met de veiligheidsregio’s verschillen?
Vraag 10
Kunt u aangeven waarom een aantal gegarandeerde capaciteiten onder druk staan, zoals op de schoonmaakdienst bij een chemisch ongeluk en de maritieme explosieve opruimingsdienst? Kunt u daarbij toelichten welke acute risico’s dit geeft en wat hiertegen gedaan wordt?
Vraag 11
Kunt u aangeven of en hoe het honoreren van alle verzoeken tot incidentele bijstand en steunverlening van civiele autoriteiten op termijn vol te houden is met het oog op de capaciteitstekorten?
Vraag 12
Kunt u aangeven of er tijdens de aankomende NAVO-top in juni additionele verzoeken mogelijk zijn ten aanzien van de inzet voor eventuele rampenbestrijding?
Vraag 13
Kunt u deze vragen binnen een termijn van vier weken beantwoorden?