[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Onafhankelijk onderzoek naar de kwaliteit van beoordelingsrapporten

Gaswinning

Brief regering

Nummer: 2025D10649, datum: 2025-03-13, bijgewerkt: 2025-03-17 15:50, versie: 3 (versie 1, versie 2)

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-33529-1279).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 33529 -1279 Gaswinning.

Onderdeel van zaak 2025Z04617:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

33 529 Gaswinning

Nr. 1279 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 maart 2025

Met deze brief informeer ik uw Kamer over mijn adviesvraag aan het Adviescollege Veiligheid Groningen (ACVG) over de kwaliteit van beoordelingsrapporten en stuur ik u het onderzoeksrapport van het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) naar de kwaliteitsborging van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) toe.

Terugblik

Bewoners in het aardbevingsgebied hebben recht op duidelijkheid over de veiligheid van hun woning. De NCG onderzoekt en beoordeelt alle gebouwen in haar werkvoorraad om te bepalen of deze voldoen aan de veiligheidsnorm.1 De uitkomst van deze beoordeling is de basis voor het vervolg van het versterkingstraject. Bewoners moeten kunnen vertrouwen op de zorgvuldigheid van het gehele versterkingstraject, dus ook op de uitkomsten van een beoordelingsrapport in deze bepalende fase.

De NCG heeft de afgelopen jaren verschillende stappen gezet om de kwaliteit van de beoordelingsrapporten te verbeteren en beter te borgen, dit heb ik ook toegelicht in mijn antwoorden van 28 januari jl. op de Kamervragen van het lid Beckerman.2 Een voorbeeld hiervan is dat de NCG strengere kwaliteitseisen stelt aan ingenieursbureaus. Het resultaat daarvan is dat de NCG niet meer samenwerkt met een aantal ingenieursbureaus.

Naar aanleiding van signalen over typologische beoordelingen heeft de NCG in 2023 onderzoek gedaan naar 2.300 beoordelingsrapporten. Deze selectie van beoordelingsrapporten is zorgvuldig uitgevoerd met betrokkenheid van het ACVG en TNO.3 De uitkomsten van dit onderzoek hebben ertoe geleid dat de NCG extra instructie en trainingen heeft georganiseerd met de ingenieursbureaus, extra medewerkers heeft aangetrokken voor de kwaliteitscontroles en medewerkers meer tijd heeft gegeven voor kwaliteitscontroles.

Advies kwaliteitsborging door SodM

Op 28 februari 2025 heeft het SodM haar advies naar kwaliteitsborging in de versterkingsopgave gepubliceerd.4 Daarin heeft het SodM voor de verschillende processen binnen de NCG het bestaan, de opzet en werking in de praktijk van kwaliteitscontroles onderzocht. Het SodM heeft dit advies geschreven vanuit haar rol als adviseur over de uitvoering van de versterkingsoperatie in relatie tot de veiligheid.5

Het SodM concludeert dat de NCG de volle aandacht wil geven aan het correct op norm laten beoordelen, versterken of door nieuwbouw vervangen van woningen en/of gebouwen. De kwaliteitscontroles hiervoor zijn voor het merendeel geborgd in de processen van de NCG. Het SodM concludeert ook dat bij een goede inrichting van de kwaliteitscontroles, fouten of onvolkomenheden niet kunnen worden voorkomen.

Samengevat adviseert het SodM voor de kwaliteitsborging in alle stappen van het versterkingsproces een continu leer- en verbeterproces in gang te zetten: een zogeheten plan-do-check-act-cyclus. Het is belangrijk om hierbij een goede balans te vinden tussen snelheid en zekerheid. Verder adviseert SodM klachten van bewoners snel af te handelen en te gebruiken om de kwaliteit te verbeteren.

Ten slotte adviseert het SodM te onderzoeken hoe groot het probleem is. Een externe partij zou volgens het SodM per proces steekproeven moeten doen om inzicht te krijgen in de grootte van het probleem.

Op sommige onderdelen heeft de NCG eerder dit jaar al acties ondernomen die in lijn zijn met de adviezen van het SodM. Een voorbeeld hiervan is het monitoren en aanspreken van ingenieursbureaus en aannemers op het uitvoeren van hun werkzaamheden. Daarnaast wordt bij de doorlichting van processen binnen de NCG ook de rol van de bouwtoezichthouder tegen het licht gehouden en wordt verder gewerkt aan de implementatie van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. Ik zal met de NCG en mijn adviseurs het SodM en het ACVG in gesprek gaan over alle adviezen om zo tot concrete vervolgstappen in de uitvoering te komen.

Waar staan we nu en waar werken we naartoe?

De NCG heeft verschillende kwaliteitsmechanismen om de kwaliteit van beoordelingsrapporten te waarborgen en heeft ook verbetertrajecten ingezet. Desondanks bleven mij de afgelopen maanden zorgen bereiken over de kwaliteit van de beoordelingsrapporten, zoals in de aflevering van het televisieprogramma Pointer.6

De versterkingsopgave is omvangrijk en complex, en waar mensen werken worden ook fouten gemaakt. Ik vind het belangrijk om fouten te beperken, ze op te lossen en bewoners optimaal te ondersteunen daar waar fouten zich wel voordoen. Daarom heb ik in het debat met uw Kamer op 12 september 2024 aangegeven dat er gekeken moet worden of de beoordelingen ordentelijk plaats hebben gevonden.

Ik zet de volgende twee sporen in gang om zowel individuele bewoners op de kortere termijn een oplossing te bieden, als om zekerheid te bieden op grotere schaal.

1. Het oplossen van fouten & wegnemen van twijfels

Als een bewoner twijfels heeft over de juistheid of volledigheid van het beoordelingsrapport, dan wil ik dat zij altijd eenvoudig in gesprek kunnen met de NCG. Dan gaat de NCG met bewoners in gesprek om zorgen over uitkomsten te bespreken en waar mogelijk weg te nemen. Een bewoner kan daarin ook bouwkundig en financieel ondersteund worden door een deskundige, dit wordt uitgebreid met bodemdeskundigen, hydrologen en ecologen cf. het amendement van Bushoff/Beckerman7. De NCG zoekt samen met de bewoner naar een passende oplossing, dat is altijd maatwerk. Als een bewoner bijvoorbeeld meer tijd nodig heeft om in bezwaar te gaan, wordt daarmee coulant omgegaan.

Als alle opties uitgeput zijn en er is voor de bewoner nog geen oplossing gevonden, dan kan de bewoner altijd vragen om een aanpassing van het besluit of een review door een ander bouwtechnisch bureau.8 Ik werk deze mogelijkheden op dit moment uit met de NCG.

2. Onafhankelijk onderzoek

Gezien de aanhoudende berichten heb ik besloten onafhankelijk onderzoek te laten doen naar de kwaliteit van de beoordelingsrapporten. Ik vraag het ACVG hierover om advies. Mijn adviesvraag richt zich op het bieden van duidelijkheid aan bewoners over het oordeel (op norm/niet op norm) in het beoordelingsrapport en de kwaliteit daarvan. De hoofdvraag richt zich in de eerste plaats op het veiligheidsvraagstuk: klopt het oordeel «op norm» of «niet op norm»? Het gaat hierbij om de betrouwbaarheid van het oordeel.

Vertrouwen van bewoners en de betrouwbaarheid van de overheid bestaan uit meerdere elementen dan alleen het oordeel op norm/niet op norm. Enkel het antwoord op de technische vraag of het oordeel «veilig» of «onveilig» klopt doet daar niet volledig recht aan. Daarom zijn er naast de hoofdvraag nog twee vragen waar ik graag antwoord op wens. De aanvullende vragen zijn: Welke fouten kunnen het vertrouwen in de beoordelingsrapporten schaden? (Vertrouwensvraag); Wat constateert het ACVG over communicatie in relatie tot de beoordelingsrapporten? Met de aanvullende vragen doe ik recht aan de verschillende perspectieven.

Dit onderzoek sluit aan bij het advies van het SodM om te onderzoeken hoe groot het probleem is. Als een gebouw voldoet aan de veiligheidsnorm, moet dit eigenlijk een opluchting zijn voor de bewoners omdat ze zich veilig kunnen voelen. Ongeacht of er versterkingsmaatregelen zijn getroffen. Ik begrijp dat deze opluchting uitblijft als bewoners twijfels hebben bij de uitkomsten van de beoordeling. Ik hoop dat dit onafhankelijke onderzoek en het oordeel van het ACVG daarbij helpt.

Ik heb het ACVG tenslotte aandacht gevraagd voor de planning van het advies. Ik heb het ACVG gevraagd voor de zomer van 2025 een eerste antwoord te geven op de hoofdvraag. Daarmee wil ik de onzekerheid en onduidelijkheid wegnemen die begrijpelijkerwijs is ontstaan naar aanleiding van recente berichten.

Zo geef ik in lijn met de motie van Beckerman/Bushoff9 invulling aan de wens van de Kamer. Ik kan dan nog niet het tweede deel van het onderzoek met uw Kamer delen, omdat ik er rekening mee houd dat het ACVG voldoende tijd moet hebben om dit tweede deel ook goed uit te voeren en te onderbouwen. Ik stuur de eerste uitkomsten van dit onderzoek voor de zomer naar uw Kamer.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
E. van Marum


  1. Voor gebouwen buiten de werkvoorraad van de versterkingsoperatie ben ik in gesprek met ACVG, SodM, NCG en de gemeenten en provincie, zoals aangekondigd in de beleidsbrief (TK 2024–2025, 35 561, nr. 66)↩︎

  2. Kamerstuk 2025Z00078↩︎

  3. TK 2022–2023, 33 529, nr. 1169↩︎

  4. Rapport SodM kwaliteitsborging versterkingsopgave in Groningen, SodM (28 februari 2025)↩︎

  5. Tijdelijke wet Groningen, artikel 13d↩︎

  6. Zorgen over «grove fouten» in versterkingsadviezen, Pointer (7 februari 2025)↩︎

  7. Kamerstuk 36 566, nr. 12↩︎

  8. Conform de motie Bikker en Vedder. Kamerstuk 36 600 VII, nr. 113↩︎

  9. Kamerstuk 36 566, nr. 14↩︎