Reactie op de motie van de leden Piri en Bontenbal over een "go and see"-regeling voor Syriërs in Nederland (Kamerstuk 19637-3358)
Vreemdelingenbeleid
Brief regering
Nummer: 2025D11162, datum: 2025-03-17, bijgewerkt: 2025-03-20 09:46, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-19637-3389).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.H.M. Faber-van de Klashorst, minister van Asiel en Migratie (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 19637 -3389 Vreemdelingenbeleid.
Onderdeel van zaak 2025Z04823:
- Indiener: M.H.M. Faber-van de Klashorst, minister van Asiel en Migratie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Asiel en Migratie
- 2025-03-18 16:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-03-27 11:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Asiel en Migratie
- 2025-04-10 12:00: Reactie op de motie van de leden Piri en Bontenbal over een "go and see"-regeling voor Syriërs in Nederland (Kamerstuk 19637-3358) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Asiel en Migratie
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 3389 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ASIEL EN MIGRATIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 maart 2025
Naar aanleiding van het commissiedebat hebben de leden Piri (GL-PvdA) en Bontenbal (CDA) op 12 februari 2025 een motie ingediend (Kamerstuk 19 637, nr. 3358), die op 18 februari door uw Kamer is aangenomen. In deze motie wordt de regering verzocht om te komen met een «go and see»-regeling, waarbij Syriërs in Nederland in staat worden gesteld om op eigen gelegenheid kortdurende reizen in een beperkte periode naar Syrië af te leggen zonder dat dit effect heeft op de asielprocedure of de verblijfsvergunning. In het commissiedebat van 12 maart heb ik aangegeven om binnen twee weken met een reactie te komen op de motie.
Ik heb de motie besproken in de ministerraad van 14 maart en het kabinet heeft besloten de motie niet uit te voeren.
In bovengenoemde overleggen met uw Kamer als ook in mijn brief van 11 maart 20251 heb ik uw Kamer reeds laten weten geen voorstander van een dergelijke «go and see»-regeling te zijn. Het kabinet is van mening dat een regeling om Syrische asielzoekers en statushouders Syrië te laten bezoeken zonder gevolgen zich niet verhoudt met het asielrecht. Het asielrecht gaat in de kern om de vraag over veiligheid bij terugkeer naar het land van herkomst. Als Syrische asielzoekers of houders van een vergunning voor bepaalde tijd terugkeren naar Syrië, daar veilig zijn en vervolgens weer veilig kunnen terugkeren, is dat een indicator dat van asielgerelateerde vrees geen sprake (meer) is. Het kabinet vindt dat daar dan ook vreemdelingrechtelijke consequenties aan verbonden moeten kunnen worden.
Indien tijdens een bezoek bijvoorbeeld zou blijken dat het huis van een vreemdeling verwoest is of de infrastructuur in het land slecht is, zou dat in het algemeen namelijk geen grond zijn om asiel te verlenen of te behouden. Het past niet in het stelsel van de wet om daaroverheen te stappen. Om die reden zal het kabinet de motie niet uitvoeren.
Dat neemt niet weg dat het kabinet begrip heeft voor de gedachte achter deze motie en maximaal inzet op andere manieren om vrijwillige terugkeer naar Syrië te ondersteunen.
De Minister van Asiel en Migratie,
M.H.M. Faber-van de Klashorst
Kamerstuk 30 573, nr. 224↩︎