Motie van het lid Koops over lessen trekken uit het experiment met de zaaksgebonden strafrechter en gerechtsjurist
Vaststelling van het nieuwe Wetboek van Strafvordering (Wetboek van Strafvordering)
Motie
Nummer: 2025D11867, datum: 2025-03-19, bijgewerkt: 2025-03-20 11:52, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36327-67).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.J. Koops, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
Onderdeel van kamerstukdossier 36327 -67 Vaststelling van het nieuwe Wetboek van Strafvordering (Wetboek van Strafvordering).
Onderdeel van zaak 2025Z05157:
- Indiener: W.J. Koops, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2025-03-19 14:00: Vaststelling van het nieuwe Wetboek van Strafvordering (Wetboek van Strafvordering) (36327) + Tweede vaststellingswet Wetboek van Strafvordering (36 636) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2025-03-25 15:10: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2024-2025 |
36 327 Vaststelling van het nieuwe Wetboek van Strafvordering (Wetboek van Strafvordering)
Nr. 67 MOTIE VAN HET LID KOOPS
Voorgesteld 19 maart 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat in het wetsvoorstel verscheidene bevoegdheden worden toegekend aan de «voorzitter», om ervoor te zorgen dat het strafproces efficiënt blijft verlopen en om regie te houden, ofwel om vorm te geven aan de gewenste beweging naar voren;
overwegende dat dit naar verwachting alleen efficiënt werkt als iedere strafzaak een duidelijke probleemeigenaar heeft die de regie houdt over het verloop van de strafzaak en die ook toegankelijk is voor alle procespartijen;
constaterende dat de rechtbank Rotterdam gaat experimenteren met een zaaksgebonden strafrechter en gerechtsjurist, waarbij een strafzaak bij binnenkomst in de rechtbank in een zo vroeg mogelijk stadium wordt gekoppeld aan een koppel bestaande uit een strafrechter en gerechtsjurist dat de regie voert over de zaak en in contact staat met de andere procespartijen;
verzoekt de regering in overleg te treden met de Raad voor de rechtspraak om te kijken welke lessen uit dit experiment kunnen worden getrokken en om de resultaten van dit experiment landelijk als vast beleid te laten implementeren indien de ervaringen in Rotterdam positief zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
Koops