Motie van het lid Kostic c.s. over een onderbouwde visie en bijbehorend actieplan voor de toekomst van de Nederlandse industrie
Industriebeleid
Motie
Nummer: 2025D12193, datum: 2025-03-20, bijgewerkt: 2025-03-21 16:21, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29826-250).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I. Kostic, Tweede Kamerlid (PvdD)
- Mede ondertekenaar: I. Rooderkerk, Tweede Kamerlid (D66)
- Mede ondertekenaar: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
- Mede ondertekenaar: M. Koekkoek, Tweede Kamerlid (Volt)
- Mede ondertekenaar: J. Thijssen, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: S.M. Beckerman, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van kamerstukdossier 29826 -250 Industriebeleid.
Onderdeel van zaak 2025Z05339:
- Indiener: I. Kostic, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J. Thijssen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: I. Rooderkerk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.M. Beckerman, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. Koekkoek, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2025-03-20 16:45: Debat over het bericht dat verduurzaming vóór 2030 geen harde voorwaarde meer is voor financiële steun aan industriebedrijven (Plenair debat (debat)), TK
- 2025-03-25 15:10: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
29 826 Industriebeleid
Nr. 250 MOTIE VAN HET LID KOSTIĆ C.S.
Voorgesteld 20 maart 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat verschillende economen deze week een oproep aan het kabinet deden niet langer te dralen, maar keuzes te maken over de toekomst van de Nederlandse industrie, met name de basisindustrie;
overwegende dat Nederland het zich niet kan permitteren fundamentele keuzes over toekomstbestendige industrie uit te stellen;
overwegende dat de Raad van State het kabinet onlangs ook heeft geadviseerd met een visie op de industrie te komen;
overwegende dat geld, ruimte, netcapaciteit, duurzame energie en arbeid schaars zijn en strategisch moeten worden ingezet;
overwegende dat de geopolitieke veranderingen en de extra nadruk op Europese strategische autonomie kansen en relevante context bieden voor slimme keuzes;
verzoekt de regering uiterlijk in Q4 van 2025 met een onderbouwde visie en bijbehorend actieplan te komen voor de toekomst van de Nederlandse industrie en daarbij een integrale afweging te maken in het licht van Europese strategische autonomie, de Clean Industrial Deal, circulaire doelen, gezondheid, schaarse ruimte, woonopgave, natuur, energie, water, arbeidsmarkt en grondstoffen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kostić
Koekkoek
Thijssen
Rooderkerk
Beckerman
Grinwis