[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Appreciatie van de motie van het lid Podt over de overheid als launching customer voor nieuwe eiwitproducten (Kamerstuk 30252-198)

Toekomstvisie agrarische sector

Brief regering

Nummer: 2025D15244, datum: 2025-04-07, bijgewerkt: 2025-04-09 17:19, versie: 3 (versie 1, versie 2)

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30252-202).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 30252 -202 Toekomstvisie agrarische sector.

Onderdeel van zaak 2025Z06631:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

30 252 Toekomstvisie agrarische sector

Nr. 202 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, VISSERIJ, VOEDSELZEKERHEID EN NATUUR

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 april 2025

Hierbij stuur ik u mijn appreciatie op de aangehouden motie van het lid Podt, die op 27 maart 2025 werd ingediend bij het tweeminutendebat Landbouw, Klimaat en Voedsel (Kamerstuk 30252–198). In deze aangehouden motie wordt de regering verzocht te verkennen of het Innovatiekrediet zo aangepast kan worden dat de lening conditioneel wordt toegekend vóór volledige financiering, om meer privaat kapitaal aan te trekken en wordt de regering verzocht een rol te nemen als launching customer voor nieuwe eiwitproducten, zoals in Denemarken en Duitsland.

Ik wil de motie na overleg met mijn collega van Economische Zaken «Oordeel Kamer» meegeven, mits ik hem op de hiervolgende manier kan interpreteren.

Innovatiekrediet

Het Innovatiekrediet richt zich op risicovolle technische en klinische ontwikkelingsprojecten. Met het Innovatiekrediet kan een deel van het ontwikkelrisico worden afgedekt, zodat de drempel voor de onderneming zelf en haar investeerders wordt verlaagd. De mogelijkheid bestaat al om conditioneel toe te kennen (met ontbindende voorwaarde voor financiering in de verleningsbeschikking) als er bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) voldoende vertrouwen is dat de financiering door private investeerders in afzienbare tijd rond komt. Aan de ontbindende voorwaarde dient normaliter binnen 4–8 weken te worden voldaan (met mogelijkheid tot uitstel). Voor zover is de motie overbodig. Wel is het zo dat veel ondernemers nog niet bekend zijn met deze mogelijkheid en daardoor wellicht niet aan een aanvraag beginnen, waardoor mogelijk minder privaat kapitaal wordt aangetrokken. Wanneer ik de motie zo mag interpreteren dat we met RVO in gesprek gaan over het beter informeren van de doelgroep, dan kan ik de motie voor wat betreft dit verzoek «Oordeel Kamer» geven.

De overheid als launching customer

Het inkoopbeleid van de overheid is een belangrijk instrument waarmee bijvoorbeeld ondernemers, boeren en ketenpartijen worden gemotiveerd om grotere maatschappelijke bijdragen te leveren. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) constateert dat voor tal van ondernemingen in de catering de overheid een belangrijke klant is1. Het inkoopbeleid is namelijk een instrument om een meer verantwoorde bedrijfsvoering te stimuleren. Daarnaast stelt de WRR dat de overheid voedselaanbieders kan faciliteren bij de marktintroductie van potentieel interessante producten die een maatschappelijke impact hebben. De overheid treedt hier dan op als launching customer en neemt hiermee een deel van de onzekerheden bij de eerste opschaling weg. Wanneer ik de motie zo mag interpreteren dat we vanuit de rijksoverheid, als opdrachtgever, het gesprek aangaan met cateraars over de inkoop van meer innovatieve eiwitproducten, dan kan ik de motie ook voor dit verzoek «Oordeel Kamer» geven. Het is uiteindelijk aan cateraars zelf, om binnen de gestelde ambities en doelen, specifieke producten in te kopen.

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,
F.M. Wiersma


  1. Naar een grotere maatschappelijke bijdrage van ondernemingen (WRR-rapport nr. 107, 2023).↩︎