Preview document (🔗 origineel)

---

36502 Initiatiefnota van het lid Inge van Dijk over bescherming van de rechten van belastingbetalers en toeslagontvangers

Nr. 9 Brief van de staatssecretaris van Financiën

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 april 2025

In het notaoverleg over de initiatiefnota van Kamerlid Inge van Dijk (CDA) op 17 maart 2025 heb ik uw Kamer toegezegd in een brief terug te komen op de aandacht voor het benutten van discretionaire ruimte in het HR-beleid en in bijzonder het bespreken hiervan in de personeelsgesprekken. Met deze brief geef ik – mede namens de staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit, Belastingdienst en Douane - invulling aan deze toezegging.

In het notaoverleg is onder meer gesproken over het belang van het benutten van discretionaire ruimte door medewerkers. Daarbij is de vraag gesteld in hoeverre hieraan aandacht wordt besteed via het HR-beleid. Voor zowel de Belastingdienst als Dienst Toeslagen geldt dat voor de uitvoering van het dagelijkse werk veel vaktechnische kennis noodzakelijk is. Tot die kennis behoren bij het adequaat toepassen van wet- en regelgeving in individuele casussen ook het benutten van de discretionaire ruimte, en het daarbij betrekken van de beginselen van behoorlijk bestuur. In de personeelsgesprekken is de vaktechnische kennis vanzelfsprekend één van de onderwerpen van gesprek.

Van belang is dat de aandacht voor deze onderwerpen onderdeel is van het dagelijkse werk. Dit wordt onder meer bereikt door de wijze waarop de vaktechnische lijn bij de casusbehandeling betrokken is, de aandacht voor ruimte in het recht in opleidingen, casusbesprekingen en leercirkels. Ook is geïnvesteerd in signaalmanagement. Een andere manier om de aandacht voor de menselijke maat te versterken. Deze opsomming is niet uitputtend, maar geeft wel een goed inzicht in de wijze waarop het centraal stellen van burgers en bedrijven steeds meer vorm krijgt.

Het zoeken naar ruimte in het recht en eventuele dilemma’s hierbij zijn onderwerpen waarvoor geldt dat instrumentele aansturing niet de aangewezen vorm is. Het heeft te maken met de cultuur van de organisatie. Dit begint al bij de beëdiging van nieuwe medewerkers (waarin aandacht is voor integriteit en zeker met de nieuwe ambtseed voor wat wordt verstaan onder het zijn van een goed ambtenaar en het werken in het algemeen belang voor onze samenleving). Daarnaast proberen directie en management dit dagelijks voor te leven, en voeren zijn hierover zowel onderling als binnen de eigen teams regelmatig het goede gesprek over. Zij zijn hier ook aanspreekbaar op.

De staatssecretaris van Financiën,

S.T.P.H. Palmen