Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken Handel van 7 april 2025
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Brief regering
Nummer: 2025D16929, datum: 2025-04-14, bijgewerkt: 2025-04-17 14:11, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (Ooit PVV kamerlid)
- Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken Handel van 7 april 2025
- Beslisnota bij Verslag van de Raad Buitenlandse Zaken Handel van 7 april 2025
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 02-3127 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken .
Onderdeel van zaak 2025Z07441:
- Indiener: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2025-04-16 12:50: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-04-24 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Preview document (🔗 origineel)
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 3127 Brief van de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 april 2025
Hierbij bied ik u het verslag aan van de Raad Buitenlandse Zaken
Handel van
7 april 2025.
De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,
R.J. Klever
VERSLAG RAAD BUITENLANDSE ZAKEN HANDEL VAN 7 APRIL 2025
Introductie
Op maandag 7 april jl. vond een ingelaste Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) Handel plaats onder Pools voorzitterschap in Luxemburg. Tijdens de Raad werd achtereenvolgens gesproken over de handelsbetrekkingen tussen de Europese Unie (EU) en de Verenigde Staten (VS) en over de handelsbetrekkingen van de EU met China.
Voorts wordt in dit verslag ingegaan op een aantal gedane toezeggingen ten aanzien van nadere informatievoorziening over de invoerheffingen van de VS en een aantal moties ten aanzien van de (handels-)betrekkingen met de VS en de (handels-)betrekkingen met China.
Handelsrelatie met de VS
De Raad sprak over de handelsrelatie met de VS die momenteel vooral in het teken staat van de diverse aangekondigde en geïntroduceerde Amerikaanse importheffingen. Europees Commissaris voor Handel en Economische Veiligheid Maroš Šefčovič gaf een terugkoppeling van verschillende recente gesprekken die hij heeft gevoerd met de Amerikaanse regering. Vanuit de Raad was er brede steun voor en eensgezindheid over de aanpak van de Europese Commissie (Commissie) om enerzijds klaar te staan om te onderhandelen met de VS, en anderzijds waar nodig de eigen belangen te beschermen op een robuuste, proportionele en de-escalerende manier. Deze twee-sporen benadering is ook door Nederland gesteund.1
Tijdens de Raad bleek er brede steun voor de door de Commissie voorgestelde tegenmaatregelen in reactie op de Amerikaanse staal- en aluminiumhefffingen die op 12 maart jl. van kracht werden. Deze tegenmaatregelen zijn in overleg met de lidstaten vorm gegeven op basis van een concept-lijst van met een extra heffing te belasten Amerikaanse importproducten die de Commissie op 12 maart jl. publiceerde.2 Nederland had eerder al input geleverd op deze lijst (zie ook hieronder), na consultatie van het Nederlands bedrijfsleven. Tijdens de Raad is door Nederland nogmaals het belang benadrukt om producten die niet eenvoudig te substitueren zijn niet met een extra importheffing te belasten. Over de maatregelen werd op 9 april jl. door de lidstaten gestemd. De Commissie gaf aan de definitieve maatregelen naar verwachting in de week van 14 april a.s. te publiceren (zie ook hieronder).
Daarnaast is tijdens de Raad gesproken over een Europese reactie op de importheffingen die door president Trump op 2 april jl. zijn aangekondigd (zie ook hieronder) evenals op de eerder aangekondigde extra importheffingen op auto’s en auto-onderdelen. Het is aan de Commissie om een voorstel te doen voor deze reactie. Deze zal naar verwachting in de komende weken met de lidstaten gedeeld worden.
Net als veel andere lidstaten wees Nederland er tijdens de Raad op dat de economieën van de VS en de EU-lidstaten sterk met elkaar verweven zijn. Veel Europese en dus ook Nederlandse bedrijven hebben belang bij deze handelsrelatie. Vandaar dat het van groot belang is om te blijven werken aan een positieve EU-VS-handelsagenda, gericht op het verminderen van handelsbelemmeringen over en weer. Veel lidstaten, waaronder Nederland, benadrukten dat het van groot belang is dat de Commissie met de Amerikaanse regering in gesprek blijft hierover. De Commissie gaf aan deze lijn te delen. Daarbij is wel van belang dat van Amerikaanse zijde meer duidelijkheid komt over de handelsbelemmeringen waar de VS graag het gesprek over aan zou willen gaan.
Nederland gaf – conform de motie Boswijk-Paternotte3, die hiermee is afgedaan - aan dat de ontwikkelingen met de VS aanleiding geven om op te trekken met gelijkgestemde derde landen, zoals Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid-Korea en Japan. Voorts is – conform de motie Kamminga-Boswijk4, die hiermee is afgedaan - opgeroepen om de handelsbetrekkingen met landen als Canada en Mexico aan te halen. Tot slot heeft Nederland aangegeven dat de EU werk moet blijven maken van het versterken en verdiepen van de interne markt.
Handelsrelatie met China
De Raad sprak ook over de handelsrelatie met China. Commissaris Šefčovič gaf een terugkoppeling van zijn bezoek aan China op 27 en 28 maart jl. Tijdens dit bezoek heeft hij zorgen van de EU overgebracht over onder meer Chinese overcapaciteit en subsidies, beperkte markttoegang en het gebrek aan een gelijk speelveld. Ook zijn er afspraken gemaakt over het opzetten van een dialoog over kwesties met betrekking tot handel en investeringen in de toeleveringsketen voor elektrische voertuigen en over markttoegang voor agrolevensmiddelen. Daarnaast is tijdens het bezoek van de Commissaris afgesproken dat er gekeken wordt naar het mogelijk moderniseren van de douanesamenwerking tussen de EU en China.
Lidstaten, waaronder Nederland, gaven tijdens de Raad hun steun aan de benadering van de Commissie waarbij een balans nodig is tussen enerzijds de noodzaak van een stevige en stabiele economische relatie met China en anderzijds de risico’s en uitdagingen in deze relatie. Meerdere lidstaten, inclusief Nederland, benadrukten hierbij het belang van EU-eenheid. Ook de noodzaak tot het afbouwen van ongewenste strategische afhankelijkheden en versterking van de eigen industrie en interne markt werd door meerder lidstaten opgebracht.
De mogelijke gevolgen van de Amerikaanse importheffingen op de handelsrelatie tussen de EU en China kwam ook aan bod. Nederland pleitte voor de effectieve aanpak van problematiek rondom de grote instroom van goedkope, laagwaardige producten op de Europese markt, conform de motie De Korte,5 die hiermee is afgedaan. De Commissie beaamde de noodzaak van de aanpak van deze problematiek en benadrukte het belang van Europese douanehervorming in dit kader. Ook kondigde de Commissie de oprichting van een 'Import Surveillance Task Force' aan, die de indirecte effecten van verlegging van handelsverkeer zal monitoren.
Overig
Verzoek stand van zaken handelspolitieke maatregelen VS
Tijdens het Commissiedebat voorafgaand aan de RBZ Handel op 3 april jl. is toegezegd om uw Kamer nader te informeren over de wijze van berekening van de op 2 april jl. gepubliceerde gedifferentieerde algemene importheffingen van de VS. Voorts heeft uw Kamer op 8 april jl.6 verzocht om een brief te ontvangen over de huidige stand van zaken ten aanzien van handelspolitieke maatregelen van de VS. Met dit verslag doe ik deze toezegging gestand, en geef ik invulling aan uw verzoek.
Bij onderstaand overzicht is uitgegaan van maatregelen die officieel zijn aangekondigd en ook daadwerkelijk in werking zijn getreden. Zo worden onder andere lopende Amerikaanse onderzoeken naar hout en koper niet meegenomen in dit overzicht, evenals geuite dreigingen met importheffingen zoals richting Colombia.
Gedifferentieerde importheffingen voor Canada, Mexico en China
Op 1 februari jl. werd een presidentieel decreet gepubliceerd, waarbij importheffingen voor producten uit Canada7 en Mexico8 van 25 procent werden geïntroduceerd, met heffing van 10 procent op energieproducten, evenals een heffing van 10 procent voor producten uit China9. Deze heffingen zijn een aantal maal uitgesteld,10 aangepast en opgehoogd. Zo zijn de heffingen uitgesteld voor Canada en Mexico, is het tarief voor China tussentijds met 10 procent verhoogd11, en zijn uitzonderingen gemaakt voor de auto-industrie.12 De presidentiële decreten verwijzen als onderbouwing voor deze heffingen naar de rol die deze landen zouden spelen rondom de illegale drug fentanyl.
Generieke importheffingen op staal en aluminium
In de geannoteerde agenda13 van deze RBZ Handel is een uitleg gegeven van de Amerikaanse heffingen op staal- en aluminiumproducten en de EU-tegenmaatregelen. Deze Amerikaanse maatregelen zijn gepubliceerd op 10 maart jl.14
Zoals hierboven aangegeven is tijdens de Raad op 7 april jl. verder gesproken over het finaliseren van het Europese pakket aan tegenmaatregelen in reactie op de Amerikaanse staal- en aluminiumheffingen. Over deze EU maatregelen is op 9 april jl. gestemd in comitologie door de lidstaten.15 Hongarije heeft publiekelijk aangegeven tegen deze maatregelen te hebben gestemd.16 Het pakket is op 14 april gepubliceerd17, en is in totale waarde qua getroffen Amerikaanse importproducten iets minder groot dan het Amerikaanse pakket aan tarieven op EU staal- en aluminiumexporten. Daarmee is de Europese reactie robuust en proportioneel. De Commissie heeft het Europese pakket18 op enkele punten aangepast, onder meer op enkele specifieke punten die Nederland had aangedragen. Zo wordt onder meer de introductie van rebalancerende maatregelen gefaseerd ingevoerd en worden sommige importheffingen pas in december toegepast. Hiermee wordt het de-escalerende karakter van de Europese reactie onderstreept, omdat er een belang is om voor die tijd tot succesvolle onderhandelingen over een oplossing te komen. Ook heeft Nederland gewezen op een aantal specifieke producten die mogelijk niet eenvoudig te substitueren zijn. Ook deze opmerkingen hebben geleid tot wijzigingen in het definitieve pakket. Op 10 april jl. is door de Commissie aangekondigd19 dat de toepassing van deze Europese tegenmaatregelen met 90 dagen zal worden uitgesteld gezien de aankondiging van president Trump op 9 april jl. om een aantal op 2 april jl. aangekondigde tariefverhogingen deels voor een periode van 90 dagen niet door te voeren (zie ook hieronder).
Gedifferentieerde importheffing op producten uit landen die olie afnemen van Venezuela
Op 25 maart jl. kondigde de VS aan importheffingen van 25 procent in te stellen voor producten afkomstig uit landen die – direct of indirect – olie van Venezuela inkopen. Deze tarieven zouden bovenop reeds bestaande tarieven komen en ingaan op of na 2 april.20 In de motivatie voor de tarieven wordt verwezen naar de noodtoestand die in de VS is ontstaan door de activiteit van Venezolaanse bendes als Tren de Aragua. Ook worden de aanhoudende ondermijning van democratische instituties, corruptie en humanitaire crisis in Venezuela benoemd.
Generieke importheffingen op auto’s
Op 26 maart jl. kondigde de VS een importheffing van 25 procent op auto’s en bepaalde auto-onderdelen aan21, onafhankelijk van de herkomst. Het tarief op auto’s is op 3 april jl. van kracht geworden en het tarief op auto-onderdelen zal uiterlijk op 3 mei in werking treden. Er geldt momenteel een uitzondering voor Mexico en Canada in zoverre deze producten onder de voorwaarden van het Noord-Amerikaanse handelsverdrag USMCA22 vallen.
Nieuwe landenspecifieke importheffingen (2 april-pakket)
Op 2 april jl. kondigde president Trump een nieuw Amerikaans tariefstelsel aan.23 Voor alle geïmporteerde producten uit een groot aantal handelspartners gaat, per handelspartner, een nieuw additioneel tarief gelden van minimaal 10 procent.24 Voor veel majeure handelspartners van de VS ligt dit additionele tarief beduidend hoger dan 10 procent, bijvoorbeeld voor de EU, Japan, China en Vietnam. De berekeningswijze van deze tarieven wordt conform de gedane toezegging25 in het commissiedebat van 4 april jl. hieronder nader toegelicht. Voor de EU komt dit neer op een additioneel tarief van 20 procent op door de VS uit de EU geïmporteerde goederen.
Hierbij gelden enkele productspecifieke uitzonderingen. Dit gaat onder andere om vijf productsectoren waar een eigen generiek tarief gehanteerd wordt, onafhankelijk van het land van herkomst. Dit gaat om metalen, auto’s, halfgeleiders, hout en farmaceutische producten. De maatregelen op staal, aluminium en auto’s zijn al aangekondigd, zoals hierboven benoemd. Voor de andere drie sectoren en voor koper zijn de maatregelen nog niet bekend. Deze productspecifieke tarieven zijn additioneel aan de bestaande VS buitentarieven maar niet cumulatief met de landenspecifieke heffingen.
Voor wat betreft de onderbouwing van de nieuwe landenspecifieke importtarieven van de VS kan het volgende worden vermeld. De handelsvertegenwoordiger van de VS (United States Trade Representative, USTR) heeft een onderbouwing voor de gehanteerde tarieven gepubliceerd.26 Deze onderbouwing bevat de volgende formule:
$$\mathrm{\Delta}\tau_{i} = \ \frac{x_{i}\ - \ m_{i}}{\varepsilon*\ \varphi*\ m_{i}}$$
Hierbij staat χ voor de totale export naar een land en m voor de totale import uit een land. USTR hanteert voor zowel de prijselasticiteit van de importvraag (ε) als voor de prijselasticiteit van de importprijzen (φ) een constante (resp. 4 en 0,25), wat tot de volgende berekeningswijze leidt. Daarbij is opgenomen dat de uiteindelijke uitkomst van deze berekening door de VS gehalveerd wordt om te komen tot het importtarief voor het betreffende derde land:
$$Gehanteerd\ tarief\ door\ VS\ voor\ derde\ land\ ( \geq 10\%) = \ \frac{handelsbalans\ van\ derde\ land\ met\ VS}{4*0,25*totale\ import\ van\ VS\ uit\ derde\ land\ }/\ 2\ $$
Hiermee wordt afgestapt van het Most Favoured Nation beginsel van de Wereldhandelsorganisatie. Deze formule houdt geen rekening met dienstenhandel. De berekening wordt toegepast bij handelstekorten. Landen waar de VS een handelsoverschot mee krijgen een verhoging van tarieven met het minimum van 10 procent. Dit geldt bijvoorbeeld voor het Verenigd Koninkrijk en Australië.
Op 9 april jl. heeft President Trump aangekondigd dat de landenspecifieke heffingen van het 2-april-pakket deels voor een groot aantal landen voor 90 dagen worden uitgesteld.27 In plaats van importheffingen voor alle producten gedifferentieerd per land wordt voor deze groep landen een algemene importheffing voor alle producten van 10 procent geïntroduceerd. De nadere uitwerking van deze schorsing voor producten afkomstig uit de EU dient nader te worden bezien. In reactie heeft de Commissie aangekondigd de toepassing van de rebalancerende maatregelen in reactie op de eerdere staal- en aluminiumheffingen van de VS met 90 dagen uit te stellen, zoals hierboven aangegeven. Hiermee hoopt de Commissie om meer ruimte te creëren voor onderhandelingen met de VS.
Aanpassing landenspecifieke importheffing voor China
In reactie op de voorgestelde landenspecifieke importheffing van 34 procent op producten afkomstig uit China heeft de Chinese regering aangekondigd een importheffing van 34 procent op producten afkomstig uit de VS in te voeren. In reactie hierop is door de VS een presidentieel decreet gepubliceerd dat de generieke heffing van 34 procent verhoogt met 50 procent tot 84 procent.28 Deze heffing is cumulatief met de eerder ingevoerde en voornoemde heffing van 20 procent voor producten uit China uit februari jl., waarmee deze optellen tot 104 procent. Als onderdeel van het uitstellen van het 2-aprilpakket voor een groot aantal landen is ook aangekondigd dat de heffingen voor Chinese producten verder zullen worden verhoogd naar, op moment van schrijven, 145 procent.29 Op 11 april jl. heeft het Witte Huis een verduidelijking gepubliceerd, waarin is aangegeven dat halfgeleiders uitgezonderd zijn van deze heffing.30
Afschaffing de-minimisuitzondering import
Op 2 april jl. is een presidentieel decreet31 gepubliceerd waarbij aangekondigd is dat per 2 mei de de minimis uitzondering voor heffingsvrije import van producten met een waarde van minder dan 800 dollar voor China vervalt. Deze maatregel is eerder in februari ook geïntroduceerd,32 maar werd destijds uitgesteld33 vanwege onvoldoende voorbereidingstijd bij de uitvoerende diensten.
Toezegging en motie De Korte-Ceder over uitvoeren nader onderzoek impact heffingen van de VS en rebalancerende maatregelen van de EU
Tijdens het commissiedebat voorafgaand aan deze RBZ Handel is de toezegging 34 gedaan om de doorrekening van de gevolgen van de Amerikaanse tarieven met uw Kamer te delen zodra deze beschikbaar zijn. Hierover is ook de motie De Korte-Ceder35 aangenomen die vraagt in kaart te brengen wat de impact is van de importheffingen van Amerika en de eventuele tegenmaatregelen van Europa op de Nederlandse sectoren, en de Kamer hierover binnen twee maanden te informeren. Deze motie zal samen met de toezegging worden behandeld. Het kabinet zal het CPB verzoeken dit onderzoek zo snel mogelijk uit te voeren en uw Kamer zal over de uitkomsten van dit onderzoek worden geïnformeerd zodra deze gereed is. Daarbij dient te worden opgemerkt dat het CPB een onafhankelijke instelling is, die niet gebonden is aan verzoekstermijnen van uw Kamer voor de ontvangst van dergelijk onderzoek. Het CPB heeft aangegeven op 1 mei een publicatie te doen over de impact van handelsmaatregelen.36 Voorts is de Europese Commissie gevraagd om het snel maken van een impact assessment van de verwachte economische schade voor Europese sectoren, waarmee ik de motie Ceder-Boswijk als uitgevoerd beschouw.37
Moties van de leden Hirsch en Ceder
In dit verslag worden verder de moties Eerdmans-Wilders38 en Hirsch39 afgedaan.
Conform de motie Eerdmans-Wilders is een integraal onderdeel van de inzet van het kabinet het actief zoeken van samenwerking met de VS op onder meer het gebied van handel, zoals bijvoorbeeld ook aangegeven in antwoord op vragen van het lid Kamminga40 over het gesprek met de handelsvertegenwoordiger van de VS, dhr. Jamieson Greer. Het kabinet blijft zich inspannen voor een constructieve samenwerking en dialoog met de VS om onze standpunten over het voetlicht te brengen.
In lijn met motie Ceder41 en voornoemde motie Hirsch wordt in EU-verband de impact van de bezuinigingen op USAID besproken. En wordt er onder andere bekeken of en hoe de EU kan bijdragen aan het oplossen van daardoor ontstane acute noden. Ook wordt bezien wat de mogelijkheden zijn om de impact van de stopzetting en pauzering op te vangen op het gebied van de versterking van democratie en rechtsstaat. De herziening van de Amerikaanse buitenlandse hulp – die grotendeels via USAID verliep – heeft wereldwijd gevolgen, onder andere op het gebied van stabiliteit en veiligheid, migratie en opvang in de regio, humanitaire hulp, internationale rechtsorde, mensenrechten, rechtsstaatontwikkeling en democratie. In (Zuid-)Oost-Europa wordt waarschijnlijk zo’n 80 procent van het maatschappelijk middenveld getroffen. Dit zijn met name organisaties die zich richten op democratie, rechtsstaat, media en minderheden. Ook directe capaciteitsopbouw van overheden wordt getroffen, met name als het gaat om justitie en energie. De komende tijd zal het beeld van de gevolgen duidelijker worden. Duidelijk is wel dat Nederland of de EU niet alles kan oplossen. Daarvoor zijn de financiële gaten te groot. Andere EU-lidstaten bezuinigen ook op ontwikkelingshulp. In EU-verband wordt momenteel gesproken over wat de EU kan doen.
Conform de motie Ceder-Boswijk, Kamerstuk 21 501-02, nr. 3089.↩︎
https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/ip_25_740↩︎
Kamerstuk 21 501-02, nr. 3098.↩︎
Kamerstuk 21 501-02, nr. 3092.↩︎
Kamerstuk 21 501-02, nr. 3097.↩︎
2025Z06766, Verzoek om een brief over de door president Trump aangekondigde importtarieven voor de EU.↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/02/imposing-duties-to-address-the-flow-of-illicit-drugs-across-our-national-border/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/02/imposing-duties-to-address-the-situation-at-our-southern-border/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/02/imposing-duties-to-address-the-synthetic-opioid-supply-chain-in-the-peoples-republic-of-china/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/02/progress-on-the-situation-at-our-northern-border/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/03/further-amendment-to-duties-addressing-the-synthetic-opioid-supply-chain-in-the-peoples-republic-of-china/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/03/amendment-to-duties-to-address-the-flow-of-illicit-drugs-across-our-northern-border-0c3c/↩︎
Kamerstuk 21 501-02, nr. 3085.↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/02/adjusting-imports-of-steel-into-the-united-states/↩︎
https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/statement_25_1025↩︎
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=OJ:L_202500778 en https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=OJ:L_202500786↩︎
https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/ip_25_740↩︎
https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/statement_25_1036↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/03/imposing-tariffs-on-countries-importing-venezuelan-oil/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/03/adjusting-imports-of-automobiles-and-autombile-parts-into-the-united-states/↩︎
United States-Mexico-Canada Agreement↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/04/regulating-imports-with-a-reciprocal-tariff-to-rectify-trade-practices-that-contribute-to-large-and-persistent-annual-united-states-goods-trade-deficits/↩︎
Vooralsnog zijn er voor een aantal landen nog geen landenspecifieke additionele tarieven aangekondigd, bijvoorbeeld de Russische federatie.↩︎
TZ202504-022.↩︎
https://ustr.gov/issue-areas/reciprocal-tariff-calculations↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/04/modifying-reciprocal-tariff-rates-to-reflect-trading-partner-retaliation-and-alignment/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/04/amendment-to-recipricol-tariffs-and-updated-duties-as-applied-to-low-value-imports-from-the-peoples-republic-of-china/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/04/modifying-reciprocal-tariff-rates-to-reflect-trading-partner-retaliation-and-alignment/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/04/clarification-of-exceptions-under-executive-order-14257-of-april-2-2025-as-amended/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/04/further-amendment-to-duties-addressing-the-synthetic-opioid-supply-chain-in-the-peoples-republic-of-china-as-applied-to-low-value-imports/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/02/imposing-duties-to-address-the-synthetic-opioid-supply-chain-in-the-peoples-republic-of-china/↩︎
https://www.whitehouse.gov/presidential-actions/2025/02/amendment-to-duties-addressing-the-synthetic-opioid-supply-chain-in-the-peoples-republic-of-china/↩︎
TZ202504-023.↩︎
Kamerstuk 21 501-02, nr. 3096.↩︎
https://www.cpb.nl/aankondiging-1-mei-cpb-publicatie-over-impact-handelstarieven↩︎
Kamerstuk 21 501-02, nr. 3089.↩︎
Kamerstuk 21 501-20, nr. 2206.↩︎
Kamerstuk 21 501-02, nr. 3051.↩︎
Aanhangsel Handelingen II 2024/25, nr. 1744.↩︎
Kamerstuk 36 600 XVII, nr. 73.↩︎