Verslag van een werkbezoek van een delegatie van de vaste commissie voor Europese Zaken aan Brussel van 2 tot en met 3 februari 2025
Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Verslag van een werkbezoek
Nummer: 2025D17229, datum: 2025-04-16, bijgewerkt: 2025-04-18 13:33, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-02-3128).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.A.M. van der Plas, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken (BBB)
- Mede ondertekenaar: A.E.A.J. Hessing-Puts, griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 02-3128 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken .
Onderdeel van zaak 2025Z07583:
- Indiener: C.A.M. van der Plas, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken
- Medeindiener: A.E.A.J. Hessing-Puts, griffier
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- 2025-04-24 11:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Europese Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken
Nr. 3128 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK VAN EEN DELEGATIE VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR EUROPESE ZAKEN AAN BRUSSEL VAN 2 TOT EN MET 3 FEBRUARI 2025
Vastgesteld 16 april 2025
Een delegatie van de vaste Kamercommissie voor Europese Zaken heeft op 2 en 3 februari 2025 een werkbezoek gebracht aan Brussel. De delegatie brengt hierbij beknopt verslag uit van dit bezoek. Het doel van het bezoek was kennismaken met de counterparts van de Europese Instellingen, geïnformeerd te worden over lopende actualiteiten en over de mogelijkheden tot het verminderen van regeldruk vanuit de Europese Unie. De delegatie bestond uit de leden Van der Plas (commissievoorzitter, BBB), Van Campen (VVD), Kahraman (NSC) en Dassen (Volt). De delegatie werd in de aanloop naar en tijdens het werkbezoek ondersteund door de parlementaire vertegenwoordiging van de Tweede Kamer in Brussel en de EU-adviseur en griffier van de commissie.
Tegelijkertijd vond een werkbezoek plaats van een delegatie uit de commissie Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp. Een aantal onderdelen uit het programma kon daardoor worden gecombineerd.
Programma
Het werkbezoek begon op zondagavond 2 februari met een dinerbriefing door de Nederlandse Permanent Vertegenwoordiger bij de Europese Unie (PVEU), de heer Pieter Jan Kleiweg de Zwaan. Bij dit diner was ook een aantal medewerkers van de PVEU aanwezig voor een nadere toelichting en het beantwoorden van vragen van beide delegaties.
De PVEU gaf een toelichting op de totstandkoming van de nieuwe Europese Commissie en de daarmee samenhangende nieuwe voorstellen, in het bijzonder: EU-uitbreiding; het Meerjarig Financieel Kader (MFK); migratie; en demografie, leefomgeving en natuur.
Er werd nog een specifieke toelichting gegeven op de voorwaarden voor EU-uitbreiding. Het voldoen aan de eisen voor rechtsstatelijkheid speelt daarin een belangrijke rol. Tegelijkertijd spelen de geopolitieke ontwikkelingen/dreigingen. Ook werd gesproken over de gevolgen van het mogelijk toetreden van nieuwe lidstaten, zoals voor de besluitvorming. Hervormingen lijken dan nodig.
Op maandag 3 februari bracht de delegatie eerst een bezoek aan SME United, een overkoepelende organisatie voor midden- en kleinbedrijven. Het Nederlandse MKB is hiervan lid, evenals soortgelijke organisaties van de meeste EU-lidstaten. SME United zet zich in voor MKB-vriendelijk beleid in de EU en begeleidt ondernemers om daaruit de maximale voordelen te behalen. Een belangrijk aandachtspunt is het verminderen van de regeldruk. Veronique Willems, directeur van SME United, lichtte toe dat aangezien 25,8 mln. midden- en kleinbedrijven minder dan 10 werknemers heeft en de overige 43.000 ondernemingen grote bedrijven zijn, wetgeving rekening zou moeten houden met kleine ondernemers en de Europese Commissie dit ook als uitgangspunt moet hanteren bij nieuwe wetgeving. Kleine bedrijven zijn met name actief op lokaal niveau en zien vaak de voordelen niet van de EU-regels. Ze ondervinden nadeel van de lasten en ervaren niet de voordelen. Bovendien, als er regels worden opgesteld moeten ze wel op naleving worden gecontroleerd. Daar hebben de autoriteiten vaak de capaciteit niet voor. En als een regel niet werkt, moet eerst worden gekeken waarom die niet werkt alvorens een nieuwe regel op te leggen. SME United is blij met het nieuwe voorstel van de Europese Commissie voor een Kompas voor Concurrentievermogen (Competitiveness Compass) en de aangekondigde voorstellen voor vereenvoudiging van regelgeving. Wel wees mevrouw Willems op de rol die nationale parlementen kunnen spelen om te voorkomen dat via nationale koppen toch extra regelgeving wordt toegevoegd. Ook wees ze er op dat er vaak rapportageverplichtingen opgenomen worden in wetgeving, wat leidt tot administratieve lastendruk voor met name kleinere bedrijven, terwijl de overheid dit eigenlijk zelf zou moeten handhaven. Het is verder van belang dat lidstaten goede ervaringen uitwisselen op dit terrein.
Daarna heeft de delegatie een gesprek gevoerd met medewerkers van de Nederlandse permanente vertegenwoordiging bij de Europese Unie. Zij gaven een toelichting op het Kompas voor Concurrentievermogen. Aangegeven werd hoe de komende jaren wordt ingezet op:
– Betere regelgeving, innovatie, decarbonisatie en veiligheid;
– Versterking interne markt;
– Versterking Kapitaalmarktunie;
– Talentontwikkeling.
Door het verschuiven van de machtsverhoudingen in de EU-lidstaten moet de Europese Commissie, veel meer dan voorheen, rekening houden met wisselende meerderheden. Ook is de positie van het bedrijfsleven veranderd. Zij worden actiever dan voorheen betrokken bij de totstandkoming van nieuwe beleidsplannen.
Er werd ook gesproken over de totstandkoming van het nieuwe MFK, EU-uitbreiding, de Russische agressieoorlog in Oekraïne en de nieuwe Trump-regering.
Tijdens de lunch hadden de delegaties een informele ontmoeting met Nederlandse leden van het Europees Parlement aan de hand van de thema’s «betere regelgeving/vereenvoudiging», «heroriëntering van het Meerjarig Financieel Kader», «buitenlandse handel» en «ontwikkelingssamenwerking».
’s Middags heeft de delegatie een gesprek bij de Europese Commissie gehad met leden van het kabinet van Dombrovskis, Europees Commissaris voor Economie, Implementatie en Vereenvoudiging.
Hier ontving de delegatie een toelichting op de Omnibus-wetgeving, een belangrijk instrument in de vereenvoudiging van regelgeving, waarvan de eerste twee voorstellen inmiddels op 26 februari zijn verschenen. Dit pakket richt zich onder andere op de rapportageverplichtingen in het kader van duurzaamheid. De Commissie is ambitieus en zal bezien of de doelen op een betere manier bereikt kunnen worden. Benadrukt werd dat er geen nieuwe regels moeten worden gemaakt, maar dat de bestaande regels moeten worden ingevoerd, uitgevoerd en vereenvoudigd. Praktische en snelle wetgeving is nodig.
Ten slotte heeft de delegatie een gesprek gevoerd met Europees Commissaris Hoekstra. Hij noemde een aantal ontwikkelingen die de komende tijd op ons af komen, zoals de oorlog in Oekraïne, die ook na een eventueel vredesakkoord nog lang niet voorbij is, de opkomst van China, de BRICS-uitbreiding, de situatie in het Midden-Oosten en de net aangetreden regering Trump. Ook AI is in opkomst en moet niet onderschat worden. Hoekstra lichtte tevens zijn portefeuille toe: Klimaat, «net zero» en schone groei. Dit moet worden verbonden aan het economisch beleid, zodat bedrijven er geld aan kunnen verdienen. Daartoe komt de Commissie met een «Clean Industrial Deal» (inmiddels verschenen op 26 februari), hetgeen in grote lijnen door Hoekstra werd toegelicht. Het doel is om de zware industrie in Europa te behouden maar deze wel te vergroenen om bestaansrecht te houden. Voor bedrijven is een gelijk speelveld en vereenvoudiging van regelgeving eveneens belangrijk, hoewel een groot deel hiervan uit de lidstaten zelf komt. Verder lichtte Hoekstra toe dat op het gebied van innovatie en technologie de VS ons ver vooruit is. In zogenaamde cleantech valt veel geld te verdienen, ook voor Nederland. Qua defensie-industrie moeten we een veel groter deel in Europa gaan produceren. Extra geld is hiervoor nodig, evenals standaardisering van materieel.
De voorzitter van de delegatie,
Van der Plas
De griffier van de delegatie,
Hessing-Puts