Preview document (🔗 origineel)

---

34153 Aanbeveling voor leden van de Algemene Rekenkamer

Nr. 20 BRIEF VAN DE COMMISSIE VOOR DE RIJKSUITGAVEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 april 2025

De commissie voor de Rijkuitgaven legt de Tweede Kamer hierbij een voorstel voor om te komen tot een herziening van de benoemingsprocedure voor leden van de Algemene Rekenkamer en adviseert de Kamer om hiermee in te stemmen. De voorgestelde herziening betreft het openbare karakter van de door de Kamer vast te stellen voordracht van drie personen voor benoeming in een vacature.

Op grond van artikel 77 van de Grondwet worden de leden van de Algemene Rekenkamer bij koninklijk besluit benoemd uit een voordracht van drie personen, opgemaakt door de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Deze voordracht is, hoewel dat niet expliciet is bepaald, openbaar. Nadere regels voor de benoemingsprocedure zijn opgenomen in artikel 7.1 van de Comptabiliteitswet 2016. Ten behoeve van het opmaken van een voordracht van drie personen ontvangt de Tweede Kamer van de Algemene Rekenkamer een aanbevelingslijst met ten minste vier kandidaten. Een aanbevelingslijst van de Algemene Rekenkamer is tot en met de laatst voltooide benoemingsprocedure (in 2023) altijd openbaar gemaakt.

De openbaarheid van de aanbevelingslijst is niet wettelijk voorgeschreven.

Deze openbare benoemingsprocedure heeft op een deel van de kandidaten een afschrikkende werking. Dat is, leert de praktijk van de Algemene Rekenkamer, een verarming geweest.

Op verzoek van de Kamer heeft de Raad van State op 11 december 2024 een voorlichting vastgesteld over de mogelijkheden die de huidige Grondwet biedt om alleen de naam van de als eerste op de voordracht geplaatste kandidaat openbaar te maken, en daarbij ook in te gaan op mogelijke alternatieven die tegemoetkomen aan de bezwaren van de huidige procedure¹.

Conform de mogelijkheden die de Raad van State schetst, adviseert de commissie de benoemingsprocedure zo in te richten dat in het vervolg op de openbare voordracht van de Tweede Kamer aan de regering in principe uitsluitend de naam van de voorkeurskandidaat wordt opgenomen. De namen van de personen die als tweede en derde voorkeur voor benoeming worden voorgedragen, worden dan in principe niet meer openbaar gemaakt en vertrouwelijk aan de regering aangeboden.

Teneinde dit te bewerkstelligen, stelt de commissie aan de Tweede Kamer voor om de manier waarop de ontwerpvoordracht in stemming wordt gebracht te wijzigen. Doorgaans wordt de ontwerpvoordracht van de commissie voor de Rijksuitgaven conform het voorstel overgenomen zodat stemming achterwege blijft. Om de vertrouwelijkheid van de namen van de kandidaten te borgen, stelt de commissie voor om in het vervolg de namen op de ontwerpvoordracht vertrouwelijk voor alle leden ter inzage te leggen bij het Centraal Informatiepunt (CIP) in plaats van deze op te nemen op de stemmingslijst.

Het blijft mogelijk dat er op verzoek van een of meer leden tot schriftelijke stemming wordt overgegaan. In dat geval zullen de namen op de ontwerpvoordracht openbaar worden.

De commissie stelt tevens voor in het vervolg ook in de openbare brief van de Voorzitter waarmee de voordracht aan de regering wordt overgebracht alleen de naam van de voorkeurskandidaat te vermelden, waarbij de namen van de personen die als tweede en derde kandidaat voor benoeming worden voorgedragen alleen in een vertrouwelijk bijlage bij die brief worden opgenomen.

Namens de commissie voor de Rijksuitgaven verzoek ik u deze brief ter besluitvorming aan de Kamer voor te leggen met het advies aan de Kamer om in te stemmen met de beschreven voorstellen.

De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven,
Sneller

De waarnemend griffer van de commissie voor de Rijksuitgaven,
Weeber

---

1. Kamerstuk 34 153, nr. 17↩︎