Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de brief houdende intrekking van het wetsvoorstel Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven (Kamerstuk 35247, nr. 12)
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2025D17717, datum: 2025-04-17, bijgewerkt: 2025-04-18 13:31, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken (VVD)
- Mede ondertekenaar: R.D. Reinders, griffier
Preview document (🔗 origineel)
Inbreng verslag van een schriftelijk overleg
Binnen de vaste commissie voor Economische Zaken hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de minister van Economische Zaken over de brief houdende intrekking van het wetsvoorstel Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven (Kamerstuk 35247, nr. 12).
De voorzitter van de commissie,
Michon-Derkzen
De griffier van de commissie,
Reinders
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV–fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA–fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC–fractie
II Antwoord / Reactie van de minister
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie zijn het eens met het intrekken van de Wetsvoorstel Duurzaamheidsinitiatieven en hebben hier verder geen vragen over.
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief over het intrekken van het wetsvoorstel Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven. Deze leden hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vinden de uitleg over het intrekken van de wet wat summier. Kan de minister een nadere toelichting geven over waarom de wet is ingetrokken? Kan hierbij duidelijk uiteengezet worden waarom het wetsvoorstel volgens de minister inmiddels nog maar beperkt van toegevoegde waarde is? Welke delen van het wetsvoorstel worden overbodig door het Europese mededingingskader? Zijn er ook aspecten van het wetsvoorstel die nog niet Europees verband worden geregeld en dus wel aanvullend zouden zijn? Zo ja, welke aspecten zijn dit?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vragen hoe de beperkte toegevoegde waarde van het wetsvoorstel, zoals de minister aangeeft, zich verhoudt tot het argument dat het wetsvoorstel wordt ingetrokken in het kader van het verminderen van regeldruk voor bedrijven. Kan de minister dit nader toelichten? Welke regels zouden er in het kader van dit wetsvoorstel voor het bedrijfsleven gaan gelden, die niet nu al geregeld wordt in andere (Europese) wetgeving?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vragen of de doelen zoals beoogd met het wetsvoorstel nu inderdaad ook zonder het wetsvoorstel worden bereikt. Kan de minister een aantal voorbeelden geven van duurzaamheidsinitiatieven die in het wetsvoorstel worden genoemd en daarbij aangeven of deze initiatieven met de huidige wetgeving doorgang kunnen vinden? Kan hij daarbij ook toelichten hoe deze initiatieven op dit moment worden omgezet in beleid? Zou de ‘Kip van de Morgen’1 bijvoorbeeld, met de huidige wetgeving inderdaad mogelijk zijn? Zou dit initiatief in dat geval worden vertaald naar wetgeving, zoals dit wetsvoorstel ook beoogd?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie begrijpen dat de Autoriteit Consument en Markt (ACM) op dit moment meer toestaat dan voorheen als het gaat om samenwerking op het gebied van duurzaamheid, maar dat dit vooral informeel is geregeld. Onderschrijft de minister dit? Zou de Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven de ruimte die de ACM nu informeel geeft formeel vastleggen en zou dit niet veel meer duidelijkheid geven aan bedrijven? Welke afspraken zouden met de Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven toegestaan worden, waar de ACM op dit moment geen toestemming voor geeft? Deze leden vragen hoe het intrekken van het wetsvoorstel zich verhoudt tot de oproep van een aantal grote Nederlandse bedrijven die vragen om meer sectorverantwoordelijkheid. Recent riepen tien grote Nederlandse bedrijven, waaronder bol, IKEA en Zeeman op, om met meer en beter beleid te komen ter bevordering van circulair ondernemerschap.2 Eén van de zes maatregelen die zij voorstellen aan het kabinet is het stimuleren van het ontwikkelen en opschalen van sectorbrede oplossingen om circulariteit niet slechts door pioniers te laten dragen. Er zijn al tal van sectorinitiatieven, maar vaak ontbreekt de wettelijke grondslag om gezamenlijk te innoveren en dat op grote schaal te organiseren. Onderschrijft de minister dat de Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven hieraan bij zou kunnen dragen? Wat zijn de gevolgen van het intrekken van de wet voor het stimuleren van sectorbrede oplossingen op het gebied van circulariteit?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vragen of de minister zonder dit wetsvoorstel kan voorkomen dat een kleine minderheid van bedrijven in een sector die niet duurzamer willen produceren, duurzaamheidsinitiatieven van de meerderheid van bedrijven in diezelfde sector frustreert.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie begrijpen dat er in de UPV-systematiek (uitgebreide producentenverantwoordelijkheid) veel verantwoordelijkheid bij het bedrijfsleven wordt neergelegd om gezamenlijke afspraken te maken om maatschappelijke problemen op te lossen, en dat er in de doorontwikkeling van de UPV-systematiek alleen maar een groter deel van de uitvoering van de circulaire transitie bij bedrijven wordt belegd. Hoe verhoudt dit zich tot het intrekken van de Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven? Onderschrijft de minister dat de Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven hiervoor van toegevoegde waarde zou zijn?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben ook nog enkele vragen over hoe de minister, met de intrekking van dit wetsvoorstel, beoogt duurzaamheidsinitiatieven alsnog te stimuleren. Mochten boeren of andere initiatiefnemers een duurzaamheidsinitiatief starten, waar kunnen zij dan terecht om dit initiatief te laten vertalen naar wet- en regelgeving? Komt de minister met het intrekken van dit wetsvoorstel met een alternatieve manier waarop zulke maatschappelijk wenselijke initiatieven breder kunnen worden uitgerold? Hoe zorgt de minister dat bedrijven die willen verduurzamen minder last hebben van het zogenaamde ‘first mover disadvantage’? Op welke (andere) manieren gaat het kabinet bottom-up klimaat- en duurzaamheidsinitiatieven stimuleren?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vragen hoe het wetsvoorstel zich verhoudt tot normerend klimaatbeleid. Uit onderzoek van CE Delft blijkt dat de overheid de afgelopen jaren te veel heeft ingezet op het subsidiëren van bedrijven om te verduurzamen en wordt geadviseerd om de komende tijd meer in te zetten op normeren. Het kabinet geeft in het Klimaatplan 2025-2035 aan dit advies ter harte te nemen. Zou dit wetsvoorstel bij kunnen dragen aan het normeren en daarmee verduurzamen van bedrijven en sectoren? Zo ja, hoe? Wat zijn de gevolgen van het intrekken van dit wetsvoorstel voor eventuele nieuwe normeringen die bijdragen aan de transitie naar een duurzame en eerlijke economie?
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vragen hoe het intrekken van dit wetsvoorstel zich verhoudt met het WRR (Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid) -rapport ’Goede zaken. Naar een grotere maatschappelijke bijdrage van ondernemingen’. De WRR concludeert dat de overheid een sleutelrol kan vervullen als het gaat om goed ondernemerschap, maar dat nu niet genoeg doet. Het kabinetsbeleid houdt gevestigde ondernemingen te veel uit de wind: dat maakt hen afwachtend en belemmert vernieuwing vanuit het bedrijfsleven. De WRR adviseert goede zaken te laten lonen door in te zetten op ambitieuze combinaties van beprijzing en normering en versterking van regie over regulering en toezicht. Zou het wetsvoorstel niet juist bij kunnen dragen aan versterkt de regie gericht op duurzaamheid?
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van onderhavige stukken en hebben op dit moment geen verdere vragen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de fractie van Nieuw Sociaal Contract hebben kennisgenomen van de brief houdende intrekking van het wetsvoorstel Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven en hebben hierover een enkele aanvullende vraag.
De leden van de NSC-fractie vragen welke reacties uit het veld zijn ontvangen op deze intrekking, met name vanuit maatschappelijke initiatieven, brancheorganisaties en het bedrijfsleven.
II Antwoord / Reactie van de minister
ACM, Analyse ACM van duurzaamheidsafspraken Kip van Morgen (Analyse ACM van duurzaamheidsafspraken Kip van Morgen | ACM.nl)↩︎
MVO Nederland, Grote Nederlandse bedrijven en MVO Nederland roepen op tot opschaling circulaire economie (https://www.mvonederland.nl/nieuws-opinie/grote-nederlandse-bedrijven-en-mvo-nederland-roepen-op-tot-opschaling-circulaire-economie)↩︎