[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaten van het Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2025D18382, datum: 2025-04-23, bijgewerkt: 2025-06-10 08:38, versie: 3 (versie 1, versie 2, versie 3)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36725 IV-2 Wijziging van de begrotingsstaten van het Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota).

Onderdeel van zaak 2025Z08065:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024‒2025
36 725IV Wijziging van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2025 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2025 wijzigingen aan te brengen in:

de begrotingsstaat van Koninkrijksrelaties (IV);

de begrotingsstaat voor het BES-fonds (H).

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenaamde begrotingstoelichting).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.J.M. Uitermark

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De eerste suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2025. De stand van de eerste suppletoire begroting wordt vanaf de stand van de ontwerpbegroting 2025 opgebouwd (Kamerstukken II 2024/25, 36600 IV, nr. 1).

De stand van de vastgestelde begroting 2025 is inclusief het amendement van het lid Eerdmans c.s. (Kamerstukken II 2024/25, 36600 IV, nr. 10), het amendement van het lid Bontenbal c.s. (Kamerstukken II 2024/25, 36600 IV, nr. 32)

In deze eerste suppletoire begroting wordt in de tabel budgettaire gevolgen van beleid de cijfers van zes begrotingsjaren weergegeven. In de kolom van begrotingsjaar 2030 zijn de middelen in verband met de extrapolatie gepresenteerd.

Uitgangspunt bij de tabel budgettaire gevolgen van beleid is dat per artikel de beleidsmatige en technische mutaties toegelicht worden, die groter dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) zijn opgenomen, de zogenaamde staffel. In het kader van transparantie of anderszins kan het voorkomen dat mutaties beneden deze ondergrenzen ook worden toegelicht.

Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV 2025
Begrotingsartikel Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen) Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
1. Versterken rechtsstaat Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln.
2. Slavernijverleden Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
4. Bevorderen sociaaleconomische structuur Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 2 mln.
5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 5 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 10 mln.
8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
6. Apparaat Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
7. Nog onverdeeld Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln. Ontvangsten: 1 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln.
1. BES-fonds Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln. Ontvangsten: 2 mln. Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln. Ontvangsten: 4 mln.

2 Beleid Koninkrijksrelaties

2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer Uitgaven 2025 Uitgaven 2026 Uitgaven 2027 Uitgaven 2028 Uitgaven 2029 Uitgaven 2030
Vastgestelde begroting 2025 263.150 213.988 205.655 177.595 148.787 ‒ 233
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Grensbewaking 1 ‒ 21.250 0 0 0 0 0
2) Recherche capaciteit 1 ‒ 15.312 ‒ 950 0 0 0 0
3) Rechtelijke macht 1 ‒ 8.049 0 0 0 0 0
4) Slavernijverleden, subsidies 2 ‒ 4.296 2.100 2.196 0 0 0
4) Slavernijverleden, bijdrage medeoverheden 2 ‒ 14.333 9.933 4.400 0 0 0
5) Tijdelijke Werkorganisatie 4 ‒ 12.000 ‒ 10.000 22.000 0 0 0
6) Toeslagen op pensioenen NA 4 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000
7) Voedselzekerheid 4 ‒ 5.180 1.727 1.727 1.726 0 0
8) Loon- en prijsbijstelling 2025 7 6.923 6.135 5.942 5.485 5.307 5.166
9) Extrapolaties 2030 Alle 0 0 0 0 0 139.862
10) Budgettaire invulling apparaatstaakstelling Hoofdlijnenakkoord Alle 0 ‒ 1.295 ‒ 1.938 ‒ 2.571 ‒ 2.974 ‒ 2.974
11) Eindejaarsmarge Alle 778 0 0 0 0 0
12) Overige mutaties Alle 3.523 1.773 2.098 1.504 1.505 1.508
Stand 1e suppletoire begroting 2025 189.954 219.411 238.080 179.739 148.625 139.329

Toelichting

1. Grensbewaking

In het kader van de versterking van het grenstoezicht levert de Koninklijke Marechaussee (KMar) een bijdrage. Hiertoe is een protocol opgesteld en ondertekend tussen Nederland en de Caribische landen. Circa € 21,3 mln. wordt overgeboekt van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van het ministerie van Defensie, onderdeel Koninklijke Marechaussee.

2. Recherche capaciteit

De jaarlijkse ondermijningsmiddelen ten behoeve van het Recherchesamenwerkingsteam (RST) worden beschikbaar gesteld aan het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dit betreft een overboeking van circa € 14,4 mln. van de begroting van Koninkrijksrelaties. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling van 2025 en 2026 toegevoegd aan het budget van het RST.

3. Rechtelijke macht

De beschikbaar gestelde middelen voor de ondermijningaanpak Cariben 2025 worden overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van Justitie en Veiligheid. Dit betreft middelen voor 2025 voor het Gemeenschappelijk Hof (€ 2,4 mln.), Openbaar Ministerie Aruba (€ 1,9 mln.) en het Openbaar Ministerie van Curaçao, Sint Maarten en de BES (€ 3,7 mln.).

4. Slavernijverleden, subsidies

Na publicatie van de subsidieregeling op 1 juli 2024 in de Staatscourant is vanaf de tweede helft van 2024 de regeling met de potentieel uitvoerder geoperationaliseerd. De subsidieregeling zal naar alle waarschijnlijkheid per juli 2025 worden opengesteld en er zal maar 1 aanvraagtijdvak in 2025 plaatsvinden, de andere aanvraagtijdvakken zijn na 2025. Er vindt een kasschuif plaats van 2025 naar 2026 en 2027 om zo de middelen in het juiste kasritme te zetten.

5. Slavernijverleden, bijdrage medeoverheden

Op 1 juli a.s. leveren Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten de planvorming aan waarin de op 19 december 2022 gedane toezeggingen zijn uitgewerkt tot concrete programma- en projectplannen. Rekening houdende met daaropvolgende beoordelings- en besluitvormingstermijn en de absorptiecapaciteit van de eilanden, wordt verwacht dat de meeste uitgaven pas in 2026 en 2027 worden gedaan. Er vindt een kasschuif plaats van 2025 naar 2026 en 2027 om zo de middelen in het juiste kasritme te zetten.

6. Tijdelijke werkorganisatie

De besteding van de middelen voor de ondersteuning van de uitvoering van de Landspakketten verloopt minder snel dan verwacht. Dit komt onder andere doordat het finaliseren van plannen of besluitvorming in de Landen langer duurt dan verwacht, waardoor de precieze startdata van projecten moeilijk te bepalen zijn. Om gedegen planvorming en besluitvorming te faciliteren, is het budget van 2025 en 2026 naar 2027 doorgeschoven.

7. Voedselzekerheid

In 2025 wordt een kwartiermaker aangesteld om de lijnen uit te zetten hoe de gelden besteed gaan worden, waardoor het grootste gedeelte van het beschikbare budget niet in 2025 tot besteding gaat komen. De kwartiermaker levert naar verwachting in september 2025 zijn advies op, waarna de besteding van de middelen kan starten. Er vindt een kasschuif plaats van 2025 naar de jaren 2026 tot en met 2028 om zo de middelen in het juiste kasritme te zetten.

8. Loon- en prijsbijstelling 2025

De tranche 2025 van de loon- en prijsbijstelling is toegevoegd aan de KR-begroting. Van de prijsbijstelling is 50% overgemaakt. Ook de loonbijstelling is niet volledig uitgekeerd. Het kabinet heeft besloten om de loonbijstelling voor externe inhuur tranche 2025 in te houden. Dit wordt ingezet ter dekking van rijksbrede problematiek.

9. Extrapolatie 2030

In miljoenennotajaar 2025 is het jaar 2030 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2030 zijn via de extrapolatie in de 1e suppletoire begroting toegevoegd.

10. Budgettaire invulling apparaatstaakstelling Hoofdlijnenakkoord

Een deel van de apparaatstaakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord wordt budgettair ingevuld en gedekt uit artikel 7 'Onvoorzien', artikel 4 ‘Bevorderen sociaaleconomische structuur’ en de uitgekeerde prijsbijstelling 2025 op de begroting van Koninkrijksrelaties.

11. Eindejaarsmarge

Dit betreft de ontvangen eindejaarsmarge van 2024. Er heeft een korting plaatsgevonden om generale problematiek te dekken.

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer Ontvangsten 2025 Ontvangsten 2026 Ontvangsten 2027 Ontvangsten 2028 Ontvangsten 2029 Ontvangsten 2030
Vastgestelde begroting 2025 205.344 223.831 147.608 238.753 302.955 0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Extrapolaties 2030 5 0 0 0 0 0 302.955
2) Desaldering SSO-CN 6 1.705 0 0 0 0 0
3) Diverse ontvangsten Div 150 0 0 0 0 0
Stand 1e suppletoire begroting 2025 207.199 223.831 147.608 238.753 302.955 302.955

Toelichting

1. Extrapolatie 2030

In miljoenennotajaar 2025 is het jaar 2030 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2030 zijn via de extrapolatie in de 1e suppletoire begroting toegevoegd.

2. Desaldering SSO-CN

De ontvangen middelen voor de basisdienstverlening SSO-CN van de verschillende opdrachtgevende departementen worden via een desaldering toegevoegd aan het budget eigen personeel.

3 Beleidsartikelen Koninkrijksrelaties

3.1 Artikel 1. Versterken rechtsstaat

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Versterken rechtsstaat (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1) Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Art. Verplichtingen 69.706 800 70.506 ‒ 44.540 25.966 ‒ 929 19 19 10 91.967
Uitgaven 69.706 800 70.506 ‒ 44.540 25.966 ‒ 929 19 19 10 91.967
1.0 Versterken rechtsstaat 69.706 800 70.506 ‒ 44.540 25.966 ‒ 929 19 19 10 91.967
Opdrachten 0 0 0 50 50 0 0 0 0 0
Diverse opdrachten 0 0 0 50 50 0 0 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 1.180 0 1.180 11 1.191 11 9 9 0 0
Detentie - Algemeen 1.180 0 1.180 11 1.191 11 9 9 0 0
Bijdrage aan medeoverheden 1.102 0 1.102 10 1.112 10 10 10 10 1.112
Bestuurlijke aanpak 1.102 0 1.102 10 1.112 10 10 10 10 1.112
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken 67.424 800 68.224 ‒ 44.611 23.613 ‒ 950 0 0 0 90.855
Grensbewaking (Defensie) 30.961 800 31.761 ‒ 21.250 10.511 0 0 0 0 31.646
Recherchecapaciteit (JenV) 18.531 0 18.531 ‒ 18.312 219 ‒ 950 0 0 0 42.594
Rechterlijke macht (JenV) 12.805 0 12.805 ‒ 5.049 7.756 0 0 0 0 11.488
Douane (Financiën) 5.127 0 5.127 0 5.127 0 0 0 0 5.127
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 5 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 1
2025
juridisch verplicht 3%
bestuurlijk gebonden 92%
beleidsmatig gereserveerd 5%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 0%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 1 is 3% juridisch verplicht.

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

Grensbewaking (Defensie)

In het kader van de versterking van het grenstoezicht levert de Koninklijke Marechaussee (KMar) een bijdrage. Hiertoe is een protocol opgesteld en ondertekend tussen Nederland en de Caribische landen. Circa € 21,3 mln. wordt overgeboekt van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van het ministerie van Defensie, onderdeel Koninklijke Marechaussee.

Recherchecapaciteit (JenV)

De jaarlijkse ondermijningsmiddelen ten behoeve van het Recherchesamenwerkingsteam (RST) worden beschikbaar gesteld aan het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dit betreft een overboeking van circa € 14,4 mln. van de begroting van Koninkrijksrelaties. Daarnaast is de loon- en prijsbijstelling 2025 en 2026 toegevoegd aan het budget van het RST.

Verder is er een reallocatie van € 3 mln. naar de rechterlijke macht (JenV) om zo van het juiste onderdeel te kunnen overboeken naar het ministerie van Justitie en Veiligheid.

Rechterlijke macht (JenV)

De beschikbaar gestelde middelen voor de ondermijningaanpak Cariben 2025 worden overgeheveld van de begroting van Koninkrijksrelaties naar de begroting van Justitie en Veiligheid. Dit betreft middelen voor 2025 voor het Gemeenschappelijk Hof (€ 2,4 mln.), Openbaar Ministerie Aruba (€ 1,9 mln.), het Openbaar Miniserie van Curaçao, Sint Maarten en de BES (€ 3,7).

Verder is er is een reallocatie van € 3 mln. van recherchecapaciteit (JenV) om zo van het juiste onderdeel te kunnen overboeken naar het ministerie van Justitie en Veiligheid.

3.2 Artikel 2. Slavernijverleden

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Slavernijverleden (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1) Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Art. Verplichtingen 27.799 ‒ 800 26.999 8.758 35.757 ‒ 1.733 ‒ 1.768 ‒ 2.982 ‒ 1.982 0
Uitgaven 27.799 ‒ 800 26.999 ‒ 18.575 8.424 12.200 6.632 18 18 0
2.0 Slavernijverleden 27.799 ‒ 800 26.999 ‒ 18.575 8.424 12.200 6.632 18 18 0
Subsidies (regelingen) 6.666 0 6.666 ‒ 4.296 2.370 2.100 2.196 0 0 0
Maatschappelijke initiatieven 6.666 0 6.666 ‒ 4.296 2.370 2.100 2.196 0 0 0
Opdrachten 800 ‒ 800 0 0 0 0 0 0 0 0
Maatschappelijke initiatieven 800 ‒ 800 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijdrage aan medeoverheden 20.333 0 20.333 ‒ 14.279 6.054 10.100 4.436 18 18 0
Maatregelen bewustwording, betrokkenheid en doorwerking slavernijverleden 20.333 0 20.333 ‒ 14.279 6.054 10.100 4.436 18 18 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Tabel 7 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 2
2025
juridisch verplicht 0%
bestuurlijk gebonden 100%
beleidsmatig gereserveerd 0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 0%

Juridisch verplicht

De middelen zijn 0% juridisch verplicht, maar wel 100% bestuurlijk gebonden.

Uitgaven

Subsidies (regelingen)

Maatschappelijke initiatieven

Na publicatie van de subsidieregeling op 1 juli 2024 in de Staatscourant is vanaf de tweede helft van 2024 de regeling met de potentieel uitvoerder geoperationaliseerd. De subsidieregeling zal naar alle waarschijnlijkheid in de zomer van 2025 worden opengesteld en er zal maar 1 aanvraagtijdvak in 2025 plaatsvinden, de andere aanvraagtijdvakken zijn na 2025. Er vindt een kasschuif plaats van 2025 naar 2026 en 2027 om zo de middelen in het juiste kasritme te zetten.

Bijdrage aan medeoverheden

Maatregelen voor bewustwording, betrokkenheid en doorwerking slavernijverleden

Op 1 juli a.s. leveren Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten de planvorming aan waarin de op 19 december 2022 gedane toezeggingen zijn uitgewerkt tot concrete programma- en projectplannen. Rekening houdende met daaropvolgende beoordelings- en besluitvormingstermijn en de absorptiecapaciteit van de eilanden, wordt verwacht dat de meeste uitgaven pas in 2026 en 2027 worden gedaan. Er vindt een kasschuif plaats van 2025 naar 2026 en 2027 om zo de middelen in het juiste kasritme te zetten.

3.3 Artikel 4. Bevorderen sociaaleconomische structuur

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Bevorderen sociaaleconomische structuur (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1) Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Art. Verplichtingen 99.952 0 99.952 ‒ 13.147 86.805 ‒ 5.976 30.111 6.642 4.667 8.364
Uitgaven 100.746 0 100.746 ‒ 18.886 81.860 ‒ 11.715 20.372 ‒ 3.458 ‒ 5.433 8.364
4.1 Curaçao, Sint Maarten en Aruba 46.796 0 46.796 ‒ 15.932 30.864 ‒ 13.811 18.176 ‒ 5.264 ‒ 5.514 1.639
Subsidies (regelingen) 33.670 0 33.670 ‒ 11.835 21.835 ‒ 9.794 22.196 36 0 0
Diverse subsidies 250 0 250 27 277 30 33 36 0 0
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) 22.754 0 22.754 ‒ 11.862 10.892 ‒ 9.824 22.163 0 0 0
Onderwijshuisvesting Curaçao 10.666 0 10.666 0 10.666 0 0 0 0 0
Opdrachten 5.604 0 5.604 ‒ 27 5.577 ‒ 30 ‒ 33 ‒ 1.301 ‒ 1.515 115
Opdrachten landen 604 0 604 ‒ 27 577 ‒ 30 ‒ 33 ‒ 1.301 ‒ 1.515 115
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) 5.000 0 5.000 0 5.000 0 0 0 0 0
Inkomensoverdrachten 5.268 0 5.268 ‒ 4.050 1.218 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000 1.268
Toeslagen op pensioenen NA 5.268 0 5.268 ‒ 4.050 1.218 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000 ‒ 4.000 1.268
Bijdrage aan medeoverheden 2.000 0 2.000 ‒ 21 1.979 12 12 0 0 0
Tijdelijke Werkorganisatie (TWO) 2.000 0 2.000 ‒ 21 1.979 12 12 0 0 0
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 254 0 254 1 255 1 1 1 1 256
Diverse bijdragen 254 0 254 1 255 1 1 1 1 256
4.2 Caribisch Nederland 47.950 0 47.950 915 48.865 8 108 80 81 6.725
Subsidies (regelingen) 846 0 846 1.768 2.614 928 1.000 1.000 1.000 1.846
Subsidies Caribisch Nederland 846 0 846 1.768 2.614 928 1.000 1.000 1.000 1.846
Opdrachten 2.350 0 2.350 ‒ 238 2.112 ‒ 238 ‒ 238 ‒ 238 ‒ 238 2.120
Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht 1.758 0 1.758 ‒ 238 1.520 ‒ 238 ‒ 238 ‒ 238 ‒ 238 1.520
Opdrachten Caribisch Nederland 592 0 592 0 592 0 0 0 0 600
Inkomensoverdrachten 1.349 0 1.349 0 1.349 0 0 0 0 1.349
Pensioenen en uitkeringen politieke ambtsdragers 1.349 0 1.349 0 1.349 0 0 0 0 1.349
Bijdrage aan medeoverheden 43.405 0 43.405 ‒ 615 42.790 ‒ 682 ‒ 654 ‒ 682 ‒ 681 1.410
Sociaaleconomische initiatieven 34.000 0 34.000 0 34.000 0 0 0 0 0
Versterken bestuurs- en uitvoeringskracht 9.405 0 9.405 ‒ 615 8.790 ‒ 682 ‒ 654 ‒ 682 ‒ 681 1.410
4.3 Stimuleringsregelingen 6.000 0 6.000 ‒ 3.869 2.131 2.088 2.088 1.726 0 0
Subsidies (regelingen) 6.000 0 6.000 ‒ 5.180 820 1.727 1.727 1.726 0 0
Voedselzekerheid 6.000 0 6.000 ‒ 5.180 820 1.727 1.727 1.726 0 0
Garanties 0 0 0 1.311 1.311 361 361 0 0 0
Borgstelling MKB 0 0 0 1.311 1.311 361 361 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 150 150 0 0 0 0 0

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 9 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 4
2025
juridisch verplicht 67%
bestuurlijk gebonden 30%
beleidsmatig gereserveerd 2%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 1%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 4 is 67% juridisch verplicht.

Artikel 4.1 Curaçao, Sint Maarten en Aruba

Subsidies (regelingen)

Tijdelijke Werkorganisatie (TWO)

De besteding van de middelen voor de ondersteuning van de uitvoering van de Landspakketten verloopt minder snel dan verwacht. Dit komt onder andere doordat het finaliseren van plannen of besluitvorming in de Landen langer duurt dan verwacht, waardoor de precieze startdata van projecten moeilijk te bepalen zijn. Om gedegen planvorming en besluitvorming te faciliteren, is het budget van 2025 en 2026 naar 2027 doorgeschoven.

Inkomensoverdrachten

Toeslagen op pensioenen NA

Er vindt een structurele ramingsbijstelling plaats vanaf 2025. Met dit budget wordt geld gereserveerd voor de verrekening van wisselkoersfluctuaties op pensioenen van voormalig Nederlands-Antilliaanse en Arubaanse pensioengerechtigden. Omdat het aantal pensioengerechtigden steeds kleiner wordt kan de raming worden verlaagd met € 4 mln. structureel.

Artikel 4.2 Caribisch Nederland

Subsidies (regelingen)

Subsidies Caribisch Nederland

Er is een overboeking van € 0,6 mln. voor 2025 van de begroting van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties (hoofdstuk 7) voor de actieagenda goed bestuur Caribisch Nederland zoals is opgenomen in het Hoofdlijnenakkoord voor goed bestuur en democratische rechtsstaat. Voor 2026 wordt er € 0,6 mln. overgeboekt en voor de jaren 2027 tot en met 2030 wordt er jaarlijks € 1,0 mln. overgeboekt.

Verder is er een overboeking van € 1,1 mln. in 2025 en € 0,3 mln. in 2026 van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat ten behoeve van versterking Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) voor de taakuitvoering op Caribisch Nederland. Het doel is om te komen tot een professionele uitvoering van de VTH-taken op de eilanden, die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving.

Artikel 4.3 Stimuleringsregelingen

Subsidies (regelingen)

Voedselzekerheid

In 2025 wordt een kwartiermaker aangesteld om de lijnen uit te zetten hoe de gelden besteed gaan worden, waardoor het grootste gedeelte van het beschikbare budget niet in 2025 tot besteding gaat komen. De kwartiermaker levert naar verwachting in september 2025 zijn advies op, waarna de besteding van de middelen kan starten. Er vindt een kasschuif plaats van 2025 (- € 5,2 mln.) naar de jaren 2026 tot en met 2028 om zo de middelen in het juiste kasritme te zetten.

3.4 Artikel 5. Schuldsanering/lopende inschrijving/leningen

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 10 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Schuldsanering/ lopende inschrijving/ leningen (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1) Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Art. Verplichtingen 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Uitgaven 28.517 0 28.517 0 28.517 0 0 0 0 9.811
5.1 Schuldsanering Curaçao en Sint Maarten 28.517 0 28.517 0 28.517 0 0 0 0 9.811
Leningen 28.517 0 28.517 0 28.517 0 0 0 0 9.811
Schuldsanering 28.517 0 28.517 0 28.517 0 0 0 0 9.811
Ontvangsten 205.344 0 205.344 0 205.344 0 0 0 0 302.955

Geschatte budgetflexibiliteit

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 5 is 100% juridisch verplicht en dit betreft volledig het instrument leningen.

Leningen

Het totale uitgavenbudget op artikel 5 is bestemd voor de leningen vanuit de schuldsanering van Curaçao en Sint Maarten via de begroting Koninkrijksrelaties. Dit is terug te voeren naar de bestuurlijke afspraken die zijn gemaakt in aanloop naar de nieuwe staatkundige verhoudingen per 10 oktober 2010. Daarbij heeft Nederland een oplossing geboden voor de toenmalige schuldenproblematiek door de verplichting op zich te nemen een belangrijk deel van de schulden van Curaçao en Sint Maarten over te nemen. Deze leningen zijn voor 100% juridisch verplicht.

3.5 Artikel 8. Wederopbouw Bovenwindse Eilanden

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 11 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 8 Wederopbouw Bovenwindse Eilanden (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1) Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Art. Verplichtingen 722 0 722 778 1.500 0 0 0 0 0
Uitgaven 722 0 722 778 1.500 0 0 0 0 0
8.1 Wederopbouw 722 0 722 778 1.500 0 0 0 0 0
Subsidies (regelingen) 0 0 0 460 460 0 0 0 0 0
Diverse subsidies 0 0 0 460 460 0 0 0 0 0
Opdrachten 722 0 722 318 1.040 0 0 0 0 0
Wederopbouw op Sint Maarten 722 0 722 318 1.040 0 0 0 0 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 12 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 8
2025
juridisch verplicht 100%
bestuurlijk gebonden 0%
beleidsmatig gereserveerd 0%
nog niet ingevuld/vrij te besteden 0%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget op artikel 8 is 100% juridisch verplicht.

Subsidies (regelingen)

Diverse subsidies

Er wordt uit de eindejaarsmarge € 0,5 mln. toegevoegd aan artikel 8 om overlopende posten die in 2024 begroot stonden maar niet tot uitbetaling zijn gekomen. Deze posten worden in 2025 betaald.

Opdrachten

Wederopbouw op Sint Maarten

Er wordt uit de eindejaarsmarge € 0,3 mln. toegevoegd aan artikel 8 om overlopende posten die in 2024 begroot stonden maar niet tot uitbetaling zijn gekomen zoals de aanbesteding voor de stormwaterpompen Sint Maarten in het kader van wederopbouw. Deze posten worden in 2025 betaald.

4 Niet-beleidsartikelen Koninkrijksrelaties

4.1 Artikel 6. Apparaat

Budgettaire gevolgen

Tabel 13 Budgettaire gevolgen artikel 6 Apparaat (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1) Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Art. Verplichtingen 35.021 0 35.021 1.312 36.333 1.303 1.458 1.538 1.583 24.138
Uitgaven 35.021 0 35.021 1.312 36.333 1.303 1.458 1.538 1.583 24.138
6.0 Apparaat 35.021 0 35.021 1.312 36.333 1.303 1.458 1.538 1.583 24.138
Personele uitgaven 22.937 0 22.937 669 23.606 2.334 3.057 3.706 3.978 16.767
Eigen personeel 21.775 0 21.775 642 22.417 2.285 2.986 3.613 3.876 16.224
Inhuur externen 1.162 0 1.162 27 1.189 49 71 93 102 543
Materiële uitgaven 12.084 0 12.084 643 12.727 ‒ 1.031 ‒ 1.599 ‒ 2.168 ‒ 2.395 7.371
Overige materiële uitgaven 12.084 0 12.084 643 12.727 ‒ 1.031 ‒ 1.599 ‒ 2.168 ‒ 2.395 7.371
Ontvangsten 0 0 0 1.705 1.705 0 0 0 0 0

Toelichting

Personele uitgaven

Eigen personeel

De grootste mutaties worden hieronder toegelicht.

Er vindt een overboeking plaats naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van € 2,9 mln. naar artikel 11 centraal apparaat voor de dekking van de apparaatskosten van de Tijdelijke Werkorganisatie.

De ontvangen middelen (€ 1,7 mln.) voor de basisdienstverlening SSO-CN van de verschillende opdrachtgevende departementen worden via een desaldering toegevoegd aan het budget eigen personeel.

Ontvangsten

De ontvangen middelen voor de basisdienstverlening SSO-CN van de verschillende opdrachtgevende departementen worden via een desaldering toegevoegd aan het budget eigen personeel.

4.2 Artikel 7. Nog onverdeeld

Budgettaire gevolgen

Tabel 14 Budgettaire gevolgen artikel 7 Nog onverdeeld (bedragen x € 1.000)
Ontwerpbegroting t (1) Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Art. Verplichtingen 872 ‒ 233 639 6.715 7.354 4.564 3.944 4.027 3.660 5.282
Uitgaven 872 ‒ 233 639 6.715 7.354 4.564 3.944 4.027 3.660 5.282
7.0 Nog onverdeeld 872 ‒ 233 639 6.715 7.354 4.564 3.944 4.027 3.660 5.282
Nog te verdelen 872 ‒ 233 639 6.715 7.354 4.564 3.944 4.027 3.660 5.282
Onvoorzien 852 ‒ 233 619 6.735 7.354 4.584 3.964 4.047 3.680 5.282
Wisselkoersreserve 20 0 20 ‒ 20 0 ‒ 20 ‒ 20 ‒ 20 ‒ 20 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0

Toelichting

Nog te verdelen

Onvoorzien

De loon- en prijsbijstelling van 2025 is toegevoegd aan het artikel nog onverdeeld. De prijsbijstelling is voor 50% overgemaakt. Ook de loonbijstelling is niet volledig uitgekeerd. Het kabinet heeft besloten om de loonbijstelling voor externe inhuur tranche 2025 in te houden. Dit wordt ingezet ter dekking van rijksbrede problematiek.

Doorverdeling vindt later in 2025 plaats.

Voor dekking van amendement Bontenbal (Kamerstukken II 2024/25, 36600 VII, nr. 121) heeft er een overboeking van H7 BZK plaatsgevonden.

5 Beleid BES-fonds

5.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

Tabel 15 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer Uitgaven 2025 Uitgaven 2026 Uitgaven 2027 Uitgaven 2028 Uitgaven 2029 Uitgaven 2030
Vastgestelde begroting 2025 88.642 89.320 89.839 91.174 92.518 0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Uitbetaling restant 2024 1 2.840 0 0 0 0 0
2) Indexatie BBP cijfers 1 616 1.152 1.721 2.328 2.927 5.692
3) Prijsbijstelling 2025 volgens BBP-indexatiesystematiek 1 3.217 3.242 3.261 3.309 3.358 3.358
4) Wisselkoersactualisatie 1 779 812 817 829 841 841
5) Extrapolaties 2030 1 0 0 0 0 0 92.518
6) Overige mutaties 1 1.282 1.282 1.282 1.282 1.282 1.282
Stand 1e suppletoire begroting 2025 97.376 95.808 96.920 98.922 100.926 103.691

Toelichting

1. Uitbetaling restant 2024

In 2024 is abusievelijk een deel van de Vrije Uitkering (VU) niet uitbetaald aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Bij elkaar gaat het om € 2,8 mln. Dit bedrag wordt in 2025 alsnog betaald.

2. Indexatie BBP cijfers

Het BES-fonds is per 2024 overgestapt naar een nieuwe indexatie-systematiek op basis van BBP-cijfers. Dit in plaats van indexatie op basis van loon- en prijsontwikkeling. Hiermee sluit de indexatie-systematiek aan op de systematiek van het Gemeente- en Provinciefonds. Deze reeks betreft de mutatie van tranche 2025 en van de reservering voor toekomstige tranches.

3. Prijsbijstelling 2025 volgens BBP-indexatiesystematiek

De tranche 2025 van de prijsbijstelling wordt overgemaakt naar het BES-fonds. Dit is het prijsdeel van de nieuwe BBP-indexatiesystematiek.

4. Wisselkoersactualisatie

Omdat de begrotingskoers is gewijzigd van EUR/USD 1,11 in 2024 naar EUR/USD 1,1 in 2025 zijn er meer euro's benodigd om aan de verplichting in vreemde valuta te kunnen voldoen. Om deze reden wordt er voor de jaren 2025 tot en met 2030 jaarlijks € 0,8 mln. toegevoegd aan de begroting.

5. Extrapolatie 2030

In miljoenennotajaar 2025 is het jaar 2030 toegevoegd aan de begroting. De middelen voor 2030 zijn in deze 1e suppletoire begroting toegevoegd.

Tabel 16 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Artikelnummer Ontvangsten 2025 Ontvangsten 2026 Ontvangsten 2027 Ontvangsten 2028 Ontvangsten 2029 Ontvangsten 2030
Vastgestelde begroting 2025 88.642 89.320 89.839 91.174 92.518 0
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba 1 8.734 6.488 7.081 7.748 8.408 103.691
Stand 1e suppletoire begroting 2025 97.376 95.808 96.920 98.922 100.926 103.691

Toelichting

1. Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES) dienen de uitgaven en ontvangsten over ieder uitkeringsjaar voor het BES-fonds gelijk te zijn. Ten behoeve van de dekking van deze uitgaven is een post ontvangsten geraamd.

6 Beleidsartikel BES-fonds

6.1 Artikel 1. BES-fonds

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 17 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 BES-fonds (bedragen x € 1.000)
Art. Omschrijving Ontwerpbegroting 2025 (1) Mutaties via NvW, ISB, moties en amendementen (2) Vastgestelde begroting 2025(3)=(1)+(2) Mutaties 1e suppletoire begroting (4) Stand 1e suppletoire begroting (5)=(3)+(4) Mutatie 2026 Mutatie 2027 Mutatie 2028 Mutatie 2029 Mutatie 2030
Verplichtingen 88.642 0 88.642 8.734 97.376 6.488 7.081 7.748 8.408 103.691
Uitgaven 88.642 0 88.642 8.734 97.376 6.488 7.081 7.748 8.408 103.691
Bijdrage aan medeoverheden
1 Vrije uitkering 88.642 0 88.642 8.734 97.376 6.488 7.081 7.748 8.408 103.691
Ontvangsten 88.642 0 88.642 8.734 97.376 6.488 7.081 7.748 8.408 103.691

Toelichting

Het BES-fonds kent geen budgetflexibiliteit. De openbare lichamen ontvangen middelen voor de aan hen wettelijk en toebedeelde taken.

Bijdrage aan medeoverheden

Vrije uitkering

In 2024 is abusievelijk een deel van de Vrije Uitkering (VU) niet uitbetaald aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Bij elkaar gaat het om € 2,8 mln. Dit bedrag wordt in 2025 alsnog betaald.

Omdat de begrotingskoers is gewijzigd van EUR/USD 1,11 in 2024 naar EUR/USD 1,1 in 2025 zijn er meer euro's benodigd om aan de verplichting in vreemde valuta te kunnen voldoen. Om deze reden wordt er voor de jaren 2025 tot en met 2030 jaarlijks € 0,8 mln. toegevoegd aan de begroting.

De tranche 2025 van de prijsbijstelling wordt overgemaakt naar het BES-fonds. Dit is het prijsdeel van de nieuwe BBP-indexatiesystematiek. Voor 2025 € 0,6 mln. oplopend naar € 5,7 mln. in 2030.

Het BES-fonds is per 2024 overgestapt naar een nieuwe indexatie-systematiek op basis van BBP-cijfers. Dit in plaats van de indexatie op basis van loon- en prijsontwikkeling. Hiermee sluit de indexatie-systematiek aan op de systematiek van het Gemeente- en Provinciefonds. Deze reeks betreft de mutatie van tranche 2025 en van de reservering voor toekomstige tranches. Voor 2025 is er € 3,2 mln. aan de begroting toegevoegd, oplopend naar € 3,4 mln. in 2030.

Ontvangsten

Artikel 88, derde lid van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (FinBES) regelt dat bij (begrotings-)wet voor ieder uitkeringsjaar middelen van het Rijk worden afgezonderd ten behoeve van het BES-fonds. De uitgaven en de afgezonderde inkomsten over ieder uitkeringsjaar zijn aan elkaar gelijk. Gelet hierop is ten behoeve van de dekking van de uitgaven ten laste van het BES-fonds een post ontvangsten geraamd.