Beweegredenen en alternatief ingetrokken wetsvoorstel inzake wijziging Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (grondslag voor maatregelen inzake het (particulier) gebruik van gewasbeschermingsmiddelen
Brief regering
Nummer: 2025D19161, datum: 2025-04-24, bijgewerkt: 2025-04-25 10:32, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35756 -28 Wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (grondslag voor maatregelen inzake het (particulier) gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.
Onderdeel van zaak 2025Z08414:
- Indiener: C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-05-21 12:15: Procedurevergadering IenW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
Preview document (🔗 origineel)
Geachte voorzitter,
Op 17 december 2024 heeft het lid Kostić gevraagd naar de redenen voor intrekking van het voorstel tot wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. In deze brief worden, mede namens de minister van LVVN, de beweegredenen uiteengezet.
Daarna wordt u geïnformeerd over een alternatief voor het ingetrokken wetsvoorstel.1
Het oorspronkelijke wetsvoorstel voorzag in de versterking en verbreding van bevoegdheden, op basis waarvan beperkingen kunnen worden gesteld aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw. Door het aannemen van de amendementen van de leden Vestering2 en Bromet3 over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen binnen de landbouw, is het wetsvoorstel ingrijpend gewijzigd.
Op verzoek van de Tweede Kamer zijn adviezen ingewonnen bij de Landsadvocaat, Wageningen UR. Ook heeft de regering advies gevraagd aan de Raad van State over het geamendeerde wetsvoorstel. Vooral het amendement Vestering zou leiden tot juridische en uitvoeringstechnische risico’s voor de Staat en de praktijk. Om deze risico’s te vermijden en tegelijkertijd het oorspronkelijke wetsvoorstel èn de bedoeling van het amendement te behouden, heeft de regering daarom wijzigingen voorgesteld. Deze wijzigingen zijn door de Tweede Kamer verworpen.
De regering draagt mede een verantwoordelijkheid voor goede wetgeving. In dit geval hebben de Landsadvocaat, Wageningen UR en de Raad van State elk gewezen op juridische en uitvoeringstechnische risico’s van het geamendeerde wetsvoorstel. De adviezen van deze erkende deskundigen wegen zwaar voor de minister van LVVN en mij; wij hebben ze vanwege onze verantwoordelijkheid niet terzijde willen schuiven. Daarom is in samenspraak met de minister van LVVN het wetsvoorstel op 20 december 2024 ingetrokken. Vanwege de aard en inhoud van de adviezen heb ik ook niet een voorstel tot wijziging van een bij de Eerste Kamer aanhangig wetsvoorstel (een ‘novelle’) willen indienen bij de Tweede Kamer, zoals het lid Kostić in overweging heeft gegeven.
Op 10 december 2024 is toegezegd de Tweede Kamer te informeren over een alternatief voor het ingetrokken geamendeerde wetsvoorstel.
Zoals tijdens het Tweeminutendebat Gewasbeschermingsmiddelen van 19 december 2024 al is gezegd, sta ik achter de doelstellingen van het oorspronkelijke wetsvoorstel. Dus een versterking en verbreding van bevoegdheden, op basis waarvan beperkingen kunnen worden gesteld aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen buiten de landbouw. Concreet gaat het vooral om een betere wettelijke grondslag voor het reeds geldende verbod op professioneel gebruik buiten de landbouw. Ik streef ernaar om rond de zomer van 2025 een gelijkluidend wetsvoorstel ter behandeling in te dienen bij de Tweede Kamer. De inhoud van de beide amendementen zal daarvan geen onderdeel uitmaken.
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT - OPENBAAR VERVOER EN MILIEU,
C.A. Jansen