Reactie op de brief van Geothermie Nederland over voorstellen voor de groene groei van aardwarmte
Brief regering
Nummer: 2025D19431, datum: 2025-04-25, bijgewerkt: 2025-04-25 17:08, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2025Z08500:
- Indiener: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2025-05-13 16:45: Procedurevergadering vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei (Procedurevergadering), vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter,
In de procedurevergadering van 18 maart heeft de vaste Kamercommissie van KGG een brief besproken van Geothermie Nederland. Geothermie Nederland doet daarin voorstellen voor de groene groei van aardwarmte. De commissie heeft op 24 maart 2025 gevraagd om een reactie te geven op deze voorstellen (2025Z03831/2025D12494).
Geothermie Nederland onderstreept het belang van duurzame warmteproductie en benadrukt dat geothermie een wezenlijke rol vervult in de toekomstige energiemix en daarmee ook als congestieverzachter. Tegelijkertijd constateren zij dat de productie achterblijft bij de verwachtingen. Het kabinet herkent dit en zal – zoals aangekondigd in het Commissiedebat van 3 april jl. – voor de zomer de Kamer in een voortgangsbrief over geothermie informeren over de ontwikkeling van de warmtevraag en -aanbod, en welke stappen het kabinet daarin zet. Vooruitlopend daarop gaat deze brief specifiek in op de punten die Geothermie Nederland in haar brief aankaart.
Geothermie Nederland roept allereerst op tot het aanwijzen van versnellingsgebieden als bedoeld in REDIII, om op deze wijze snellere vergunningverlening te realiseren mits veilig en verantwoord. REDIII is de derde versie van de Europese richtlijn voor hernieuwbare energie. De herziene richtlijn heeft als doel om de energietransitie te versnellen, zodat Europa minder afhankelijk wordt van het buitenland en de Europese klimaatdoelen dichterbij komen. Onderdeel hiervan is het aanwijzen van gebieden die versneld ingezet kunnen worden voor de opwek van hernieuwbare energie en de benodigde infrastructuur. Hierbij zijn ook de provincies, waterschappen en gemeenten betrokken. In de uiteindelijke versnellingsgebieden kan, onder bepaalde voorwaarden, worden afgeweken van Europese natuur- en milieuwetgeving. Op dit moment ligt de inventarisatie van potentiële versnellingsgebieden (mapping) ter internetconsultatie tot 26 april 2025. Eenieder kan hierop te reageren. De volgende stap is het daadwerkelijk aanwijzen van versnellingsgebieden.
Daarbij is het van belang dat vergunningprocedures snel en zorgvuldig doorlopen kunnen worden. De aanwijzing van versnellingsgebieden draagt daaraan bij. In de eerdergenoemde voortgangsbrief geothermiebrief zal het kabinet hier nader op ingaan.
Tot slot roept Geothermie Nederland in haar brief op om een nieuw financieel instrument te creëren dat aansluit op de hoge investeringskosten die met geothermie gemoeid zijn. In de bijlage van het stuk wordt een voorstel uiteengezet om de SDE++ – die nu volledig een exploitatiesubsidie is – aan te passen zodat er ook een CAPEX component in wordt meegenomen. Dit voorstel is reeds bekend. In de Kamerbrief over de toekomst van de SDE++ (Kamerstuk 31239, nr. 403) heeft het kabinet geconstateerd dat er verbetering wenselijk is voor de stimulering van warmte met behulp van de SDE++. Het voorstel van Geothermie Nederland wordt hierin meegenomen en wordt de komende periode onderzocht. Het kabinet zal de bevindingen die voortkomen uit dit onderzoek in het najaar van 2025 met de Kamer delen.
Sophie Hermans
Minister van Klimaat en Groene Groei