Resultaten Onderzoek AcICT naar IA HLD
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025
Brief regering
Nummer: 2025D19835, datum: 2025-05-01, bijgewerkt: 2025-05-08 11:13, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit PVV kamerlid)
- Beslisnota bij Resultaten Onderzoek AcICT naar IA HLD
- Voorlopig conceptadvies AcICT op programma IA HLD
- Advies Programma IA HLD
Onderdeel van kamerstukdossier 36600 A-58 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025.
Onderdeel van zaak 2025Z08624:
- Indiener: B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Digitale Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-05-21 12:15: Procedurevergadering IenW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
Preview document (🔗 origineel)
36600 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025
26643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Nr. 58 Brief van de minister van Infrastructuur en Waterstaat
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 mei 2025
Bijgevoegd vindt u het adviesrapport van het Adviescollege ICT-toetsing (AcICT) over het ‘programma IA HLD’ van Rijkswaterstaat. Het programma IA HLD werkt plannen uit om centrale bediening te realiseren van de meeste beweegbare kunstwerken op de hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl. Deze planfase omvat de aanleg van glasvezel, de realisatie van tijdelijke centrale bediening voor één brug nadat de industriële automatisering (IA) ervan is vervangen en het maken van het ontwerp en realisatieplan voor de verdere uitrol. In deze brief wordt de hoofdlijn van het advies beschreven en komen de maatregelen aan bod die worden genomen.
In 2014 heeft het Rijk de hoofdvaarweg tussen Lemmer en Delfzijl (HLD) overgenomen van de provincies Groningen en Friesland. In het decennium daaropvolgend is het beheer en de bediening in stappen overgegaan naar Rijkswaterstaat. Op de HLD bevinden zich 28 beweegbare bruggen, waarvan 8 deel uitmaken van 4 sluiscomplexen. De techniek van de bruggen en sluizen is veelal verouderd of heeft het einde van de levensduur bereikt. Daarbij is de gebruikte techniek voor bediening en besturing divers, verouderd en niet voorbereid op corridor-management.
In het najaar van 2020 is tijdens het BO-MIRT besloten te investeren in vervanging van de industriële automatisering in de bruggen en sluizen op de HLD, als onderdeel van het MIRT-project HLD-fase 2 (Kamerstuk 35 570-A, nr. 45). Hiertoe is juli 2021 het programma IA HLD gestart met als doel om centrale bediening van de objecten op de HLD te realiseren. De eerste stappen om dit te realiseren zijn inmiddels gezet. Het betreft de aanleg van glasvezel om de objecten op aan te kunnen sluiten voor de centrale bediening en de ontvlechting van de bediening van de objecten in beheer bij het Rijk en bij de provincie en de overdracht van de bediening van de objecten in beheer van het Rijk.
Het AcICT vindt dat de aanpak van Rijkswaterstaat met het programma IA HLD niet voldoende bijdraagt aan vraagstukken die spelen op de vaarweg. Hiertoe heeft zij een tweetal argumenten. Ten eerste is zij van mening dat de industriële automatisering op de hoofdvaarweg HLD verouderd is, er sprake is van achterstallig onderhoud en dat cyber- en bedienveiligheidsproblemen zijn die met prioriteit opgelost moeten worden. Ten tweede vindt het adviescollege dat de gekozen aanpak in het programma niet voldoende slagvaardig is.
Door verdere veroudering van de bruggen en sluizen op de HLD is het aantal verstoringen de afgelopen jaren toegenomen. AcICT heeft geconstateerd dat het oplossen van de verstoringen een hogere prioriteit moet hebben dan het op termijn realiseren van centrale bediening. AcICT adviseert daarom een evolutionaire, doelgerichte aanpak te kiezen waarin de meest urgente problemen op de bruggen en sluizen prioriteit krijgen en gaandeweg ook aan uniformering wordt gewerkt. Daarin geeft zij aan dat een ontwerpproces wordt gevolgd dat recht doet aan de variaties tussen de kunstwerken en de dynamiek in de tijd. Tenslotte geeft AcICT aan dat deze aanpak gevolgen kan hebben voor de wijze van uitbesteden van (externe) inzet.
Rijkswaterstaat onderschrijft de bevindingen in het advies en kan deze aanbevelingen nog goed toepassen omdat het programma nog in de voorbereidingsfase is. Dit betekent dat in navolging van het advies het programma IA HLD in de huidige vorm wordt aangepast. Rijkswaterstaat is daarom gestart met een kritische analyse van de lopende en komende werkzaamheden die gericht zijn op vernieuwing en onderhoud van de bruggen en sluizen op de HLD. Op basis hiervan zal een aangepaste samenhangende aanpak worden geformuleerd met als doel de industriële automatisering versneld en geüniformeerd aan te pakken en hiermee toekomstige verstoringen te voorkomen.
De verschillende werkzaamheden zullen in samenhang worden gecoördineerd om de urgente problemen op de vaarweg met als eerste op te pakken. Een deel hiervan wordt opgepakt als onderdeel van het ontwikkelprogramma die voor een zestal bruggen op de HLD reeds in voorbereiding is.
Voor de bruggen die geen onderdeel van de ontwikkelopgave zijn, zal een separaat project gestart worden om de besturingssystemen van deze bruggen en sluizen te vervangen. Hierin wordt geprioriteerd aan de hand van technische noodzaak. In alle werkzaamheden aan de industriële automatisering op de HLD zal standaardisatie van IA-componenten plaatsvinden.
Voor alle trajecten geldt dat het realiseren van centrale bediening op één locatie in de toekomst mogelijk gemaakt wordt door het werken onder een uniforme architectuur voor de besturingssystemen van alle bruggen en sluizen op de HLD. De uitgangspunten voor deze architectuur worden uitgewerkt en voorgeschreven. Door deze volgtijdige aanpak met prioriteit op de urgente problemen, ontstaat er eveneens ruimte om de ontwerpwerkzaamheden uit te besteden aan gespecialiseerde partijen en het ontwerp evolutionair aan te passen op de variaties in bruggen en sluizen op de HLD.
De minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener