Rapportage over economische missies in 2024 en andere beleidsontwikkelingen op terrein internationalisering Nederlands bedrijfsleven
Vaststelling van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025
Brief regering
Nummer: 2025D20473, datum: 2025-05-09, bijgewerkt: 2025-05-15 12:43, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36600 XVII-77 Vaststelling van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025.
Onderdeel van zaak 2025Z08925:
- Indiener: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2025-05-13 16:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-05-22 13:30: Procedurevergadering (nieuwe datum) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Preview document (🔗 origineel)
36 600 XVII Vaststelling van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2025
Nr. 77 Brief van de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 mei 2025
Met deze brief informeer ik u over de resultaten van de in 2024 georganiseerde economische missies, en schets ik een kort overzicht van afgeronde en voorgenomen missies in dit kalenderjaar.
Economische missies zijn handelsmissies geleid door mijzelf of een andere bewindspersoon. Naast economische missies ondersteunt het ministerie van Buitenlandse Zaken deelname van het Nederlandse bedrijfsleven aan handelsmissies (zonder bewindspersoon), hun deelname aan internationale beurzen, en werkbezoeken van mijzelf of andere bewindslieden aan het buitenland in het kader van economische diplomatie.
In deze brief ga ik ook in op de dwarsverbanden tussen door bewindspersonen geleide economische missies en verschillende andere aspecten van mijn handelsbevorderingsbeleid. Op dat beleid zal ik dieper ingaan in de beleidsbrief ‘Buitenlandse Handel’ die binnenkort aan de Tweede Kamer wordt toegezonden.
De kwalitatieve effectmetingen uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) liggen ten grondslag aan de evaluatie van resultaten van economische missies. De jaarrapportages van de effectmonitoring en de individuele verslagen per economische missie zijn bijgevoegd bij deze brief.
Als minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp maak ik ook andere werkbezoeken die niet onder de noemer van missies vallen. Zo bezocht ik in de tweede helft van 2024 ook Brazilië (G20), Duitsland (werkbezoek maritieme maakindustrie), de Verenigde Staten (Algemene Vergadering Verenigde Naties en Jaarvergadering Wereldbank), Uganda (werkbezoek), België (Business round table en de RBZ Handel) en Italië (werkbezoek voedselzekerheid).
Handelsmissies als onderdeel van economische diplomatie
Handelsmissies zijn een kernbestanddeel van ons bredere handelsbeleid. Ze ondersteunen zowel het huidige als toekomstige internationale verdienvermogen en versterken tegelijkertijd de weerbaarheid van onze economische structuren en handelsketens. Het effect van handelsmissies wordt alleen maar vergroot door de open structuur van de Nederlandse economie. Een derde van zowel ons nationale inkomen als onze werkgelegenheid wordt gegenereerd door internationale handel.
Onder de verantwoordelijkheid en met financiële ondersteuning van het ministerie van Buitenlandse Zaken worden verschillende soorten handelsmissies georganiseerd. Deze brief richt zich vooral op door mijzelf en andere bewindspersonen geleide handelsmissies. Deze noemen we ook wel ‘economische missies’, omdat de inzet van deze grootschalige missies vaak breder is dan alleen handelsbevordering. Vaak worden tijdens dit type missies ook bredere samenwerking, kennisdeling en bilaterale investeringsstromen bevorderd.
Economische missies staan niet op zichzelf, maar zijn onderdeel van meerjarige publiek-private samenwerking. Zo worden economische missies vrijwel altijd voorafgegaan door relevante marktstudies, verkennende evenementen en/of kleinschaligere handelsmissies, gericht op een specifieke sector of nichemarkt. Deze kleinschalige missies noemen we Business Development (BD-)missies. Een aantal van deze missies richt zich specifiek op startups en scale-ups. Zie voor meer informatie hierover box 2.
Daarnaast worden missies georganiseerd naar veertien ‘combinatielanden’. In de combinatielanden werkt het kabinet aan het versterken van de binding tussen hulp en handel door intensief met Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen samen te werken aan innovatieve oplossingen voor lokale problemen. Op basis van een meerjarige aanpak creëert deze inzet extra kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Een voorbeeld hiervan is de missie naar Kenia in oktober 2024, waaraan achttien Nederlandse bedrijven, kennisinstellingen en ngo’s in de gezondheidssector deelnamen. Tijdens de missie werd een Memorandum of Understanding (MoU) ondertekend tussen Invest International en de Kenya Commercial Bank (KCB) voor de oprichting van een zogeheten Dutch Desk, om Nederlandse bedrijven en hun lokale partners in de toekomst nog beter te kunnen ondersteunen bij hun zakelijke activiteiten in Kenia.
Economische missies en het Nederlandse bedrijfsleven
Het kabinet wil graag dat de missies zo goed mogelijk aansluiten bij de wensen van het bedrijfsleven. Om dit te bereiken plant het kabinet de organisatie en invulling van economische missies in nauwe samenwerking met vertegenwoordigers van de private en publieke sector zoals VNO-NCW en MKB NL. Daarbij wordt gekeken welke land-sector combinaties op welk moment het meest kansrijk zijn. In de aanloop naar een missie is er dan ook veel contact met de betrokken werkgeversorganisatie, brancheorganisaties, topsectoren en regionale ontwikkelingsmaatschappen. Ook het postennetwerk speelt een belangrijke rol door het in kaart te brengen van de behoeftes ter plaatse. Tot slot vindt afstemming plaats binnen het Koninkrijk en met de decentrale overheden.
Met het huidige budget specifiek voor economische missies, iets minder dan 2,5 miljoen euro, kan het kabinet ongeveer 10 tot 12 door bewindspersonen geleide missies organiseren. De kosten van een missie zijn afhankelijk van het doelland en of de missie parallel aan een uitgaand Staatsbezoek wordt georganiseerd of niet. Met het aantal van 10 tot max. 12 missies per jaar voldoen we aan de behoeften en capaciteit van het bedrijfsleven om deel te nemen aan dit type missies.
Algemeen beeld economische missies in 2024
In 2024 viel het aantal door bewindslieden geleide economische missies met zes lager uit dan gebruikelijk. Dit komt door een langere periode met een demissionair kabinet en de opstartperiode van het nieuwe kabinet. Daarnaast is de voorbereidingstijd van economische missies gemiddeld ongeveer vijf maanden.
RVO organiseerde in 2024 in opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken economische missies naar België, Vietnam, de Verenigde Staten, Polen, Zweden/Finland en het Verenigd Koninkrijk (zie box 1). Zweden/Finland en het Verenigd Koninkrijk waren de eerste twee economische missies onder mijn leiding. Economische missies worden ook deels geleid door andere bewindspersonen in het kabinet, evenals de minister-president.
Aan de zes economische missies in 2024 namen 341 deelnemers van 216 bedrijven deel, waarvan 67% afkomstig uit het midden- en kleinbedrijf. In de missieverslagen in de bijlage wordt uitgebreid ingaan op de programma's en de resultaten per missie. Andere ministeries voeren ook eigen missies uit. Zo voert het ministerie van Economische Zaken op technologie- en innovatiesamenwerking gerichte missies uit. Deze vallen buiten de effectmeting van de RVO in deze brief omdat het een ander instrument met eigen budget onder de verantwoordelijkheid van een andere bewindspersoon betreft.
Box 1: Uitgelicht – economische missie naar het Verenigd
Koninkrijk
|
---|
Resultaten economische missies 2024
RVO heeft de effecten en klanttevredenheid onder de deelnemers laten onderzoeken. De resultaten zijn bij deze brief gevoegd. De meting, gebaseerd op een gemiddelde respons van 42% (was 43% in 2023), levert een aantal inzichten en verbeterpunten op. Ook in de rest van deze brief worden de resultaten afgezet tegen de resultaten van het jaar ervoor (tussen haakjes).
Deelnemers geven unaniem aan dat de missie hen substantiële meerwaarde biedt. 78% (was 75%) verwacht vervolgstappen na de missie te kunnen zetten. De meest genoemde soort vervolgstap is het zoeken naar partnerschappen, gevolgd door het sluiten van zakelijke contracten. De totale waarde van de verwachte overeenkomsten onder de respondenten bedraagt circa EUR 357 mln.1 Gezien het responspercentage van 42% zal de werkelijke verwachte waarde waarschijnlijk ruim hoger uitvallen. Dat komt gemiddeld per missie overeen met de cijfers van 2023.
Ook geeft 92% (was 89%) van de respondenten aan dat de missie significant bijdroeg aan het verwerven van relevante contacten en netwerken, terwijl 71% (was 66%) waardevolle kennis en informatie opdeed. 61% (was 55%) van de respondenten acht zich dankzij de missie goed voorbereid op internationaal ondernemen.
De dienstverlening van RVO wordt gewaardeerd met een gemiddeld rapportcijfer van een 8,1 (was 8,0). Van de deelnemers die een vervolgstap verwachten te zetten, geeft 86% (was 81%) aan dat de ondersteuning van de Nederlandse overheid heeft bijgedragen aan het nemen van vervolgstappen.
De meest genoemde positieve punten van economische missies zijn communicatie, begeleiding en matchmaking. Zo zijn deelnemers zeer tevreden over de logistieke uitvoering van de missies (94%), en ook over het voorbereidingstraject en de inhoud van het programma (89%).
Het afgelopen jaar is er hard gewerkt om dat voorbereidingstraject te verbeteren. Er wordt op voorhand uitgebreid via e-mail gecommuniceerd met deelnemers en in een speciaal daarvoor ontwikkelde missie-app wordt het programma gedeeld, worden gesprekspartners toegelicht en andere deelnemers vermeld. Enkele weken voor de start van de missie vindt een speciale deelnemersbijeenkomst plaats, waar de missie wordt doorlopen, aandachtspunten worden benoemd en vragen worden beantwoord. Inhoudelijk worden meestal brancheorganisaties of bijvoorbeeld topsectoren aangehaakt bij de voorbereiding, vanwege hun specifieke kennis en netwerk binnen een bepaalde sector.
De RVO effectenrapportage signaleert ook verbeterpunten voor toekomstige economische missies. Een aantal deelnemers benoemt dat ze graag nog specifieker gematcht zouden willen worden, zodat de gesprekken meer toegevoegde waarde hebben. Om daar aan tegemoet te komen zou informatie over het programma en de matchmaking eerder gedeeld kunnen worden zodat er meer speling is om nog aanpassingen door te voeren en specifieke verzoeken mee te nemen. Om daar ruimte voor te creëren dient de uiterste aanmelddatum voor missies iets te worden vervroegd.
Iets meer dan de helft van de bedrijven ziet toegevoegde waarde in de inzet van bewindspersonen tijdens missies, wat ongeveer gelijk is aan vorig jaar. Deelnemers zien graag meer mogelijkheden voor persoonlijke interactie met de bewindspersonen. Ze geven aan dat bewindspersonen zich meer zouden kunnen informeren over de context van de missie en de specifieke deelnemende bedrijven. Dit zijn punten waar ik mij het komende jaar specifiek op zal richten. Bij de voorbereidende bijeenkomsten op de missies zal de rol van de bewindspersoon beter worden toegelicht aan de deelnemers, en in het programma zal meer rekening worden gehouden met mogelijkheden voor interactie tussen de bewindspersoon en de deelnemers. Tot slot zal het voorbereidende dossier duidelijke informatie bevatten over de deelnemers en de context waarin zij opereren.
Een CBS-onderzoek uit 2024 toonde aan dat economische missies met bewindspersonen substantieel rendement opleveren.2 De resultaten uit dit rapport laten overtuigend zien dat bestaande handelaren baat hebben bij deelname aan missies onder leiding van bewindspersonen. De kans dat incidentele exporteurs uitgroeien tot structurele exporteurs groeit met een factor 1,6 en de kans dat een structurele handelaar een buitenlandse markt verlaat halveert door missiedeelname.
Inzet Koning en Koningin bij economische werkbezoeken
Economische missies onder leiding van bewindspersonen worden met regelmaat, maar niet per definitie, georganiseerd en marge uitgaande Staatsbezoeken. In 2024 was dit niet het geval. Leden van het Koninklijk Huis spelen echter ook een belangrijke rol bij handelsbevordering door middel van economische werkbezoeken. Het Koninklijk Paar zorgt daarbij voor een grote betrokkenheid bij alle stakeholders en opent deuren op het hoogste niveau. Daarmee ondersteunt hun inzet het halen van concrete doelen, zoals het ondertekenen van MoU’s en andere overeenkomsten.
Afgelopen november bracht Zijne Majesteit de Koning (ZMK) een werkbezoek aan Denemarken en Noorwegen met als thema waterstof. Dit bezoek was van strategisch belang voor de verdere ontwikkeling van de waterstofmarkt in Noordwest-Europa en de positionering van Nederland hierin. In Denemarken zijn vijf MoU’s en een Joint Declaration getekend op het gebied van waterstofopslag en -transport tussen overheden, netbeheerders, brancheorganisaties en bedrijven. Ook in Noorwegen zijn vijf MoU’s ondertekend, o.a. op koolstofopvang- en opslag. De deelname van ZMK aan het bezoek bracht Nederlandse bedrijven in een betere uitgangspositie voor handel met belangrijke Deense en Noorse partijen.
Deelname aan economische missies door Invest International en Atradius Dutch State Business (ADSB)
Deelname van Invest International en Atradius Dutch State Business (ADSB) aan economische missies stelt deelnemers in staat om optimaal kennis te nemen van hun uiteenlopende financierings- en exportkredietverzekeringsproducten.
In 2024 nam Invest International niet alleen deel aan de economische missie naar Vietnam, maar ook aan andere soorten handelsmissies zoals een waterstofmissie naar Namibië. Invest International speelt een sleutelrol in de ontwikkeling van de waterstofsector in Namibië door een investering van €40 miljoen. Deze investering ondersteunt het opstarten van de waterstofsector, wat kansen biedt voor Nederlandse bedrijven, de versterking van onze energieleveringszekerheid én economische groei en werkgelegenheid in Namibië. Invest International werkt hierbij nauw samen met partners zoals Havenbedrijf Rotterdam.
ADSB biedt essentiële ondersteuning aan Nederlandse bedrijven bij het zakendoen in landen met verhoogde betalingsrisico's, waar commerciële verzekeraars doorgaans geen dekking bieden. In voorbereiding op economische missies wordt de dienstverlening van ADSB nadrukkelijk onder de aandacht gebracht bij deelnemende bedrijven. ADSB neemt gericht deel aan missies en bezoeken naar markten met verhoogde betalingsrisico’s, zoals de recente economische missie naar Kenia. Ook nam ADSB deel aan de mijnbouwbeurs in Canada, waarmee het Nederlandse bedrijven ondersteunt bij de toegang tot kritieke grondstoffen.
Vrouwelijke deelnemers aan economische missies
Het percentage vrouwelijke deelnemers aan economische missies bedroeg in 2024 25%, wat hoger ligt dan het gemiddelde van de afgelopen jaren (21%). Daarmee is het streefpercentage van 25% voor het eerst gehaald. De economische missie naar het VK (zie box 1) kende een hoog percentage vrouwelijke participatie van 38%.
Deze cijfers hangen samen met de specifieke sectoren waar de
economische missies op focussen. Via de Groei over Grenzen-campagne
wordt internationaal vrouwelijk ondernemerschap bevorderd, ondersteund
door de RVO vanuit mijn handelsbevorderingsbudget. Binnen deze campagne
wordt middels vlogs specifiek aandacht geschonken aan de
mogelijkheden die missies bieden voor vrouwelijke ondernemers en bij de
werving voor missies worden specifieke netwerken van en voor vrouwelijke
ondernemers aangeschreven.
Box 2: Business Development en
Startup-missies
|
---|
Internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO)
Het onderschrijven van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen inzake maatschappelijk verantwoord ondernemen vormt – ook voor het deelnemende MKB – een voorwaarde voor bedrijfsdeelname aan economische missies. De overheid verwacht van bedrijven dat zij handelen conform deze richtlijnen. Voorafgaand aan missies wordt hier aandacht aan besteed om bedrijven op weg te helpen en te ondersteunen.
Als onderdeel van het geactualiseerde IMVO-uitvoeringsbeleid met betrekking tot het handelsinstrumentarium zijn navolgende aanpassingen voor handelsmissies doorgevoerd. Deze zijn gericht op grotere effectiviteit en betere uitvoerbaarheid.4
Voor handelsmissies is gekozen voor een risico-gestuurde en proportionele aanpak. Dit betekent dat er in hoog-risicogebieden meer aandacht wordt besteed aan IMVO, bijvoorbeeld door inzet op land- en sectorspecifieke voorlichting, het meenemen van IMVO-risico’s in marktstudies, presentaties en/of bijeenkomsten, en door de inzet van een proportionele IMVO-toets in lijn met het IMVO-toetsingskader5. Deze risico-benadering betekent ook dat bij laag-risico land-sector combinaties een check d.m.v. de IMVO-zelfscan alleen wordt uitgevoerd als dit gezien het opgestelde risicoprofiel voor de hand ligt. Er zal, ook bij een laag-risico land-sector combinatie, blijvend worden ingezet op algemene informatievoorziening over het belang van IMVO.
Economische missies en werkbezoeken in 2025
Tot op heden hebben in 2025 economische missies naar Kenia en Italië plaatsgevonden. Nog voor het zomerreces geef ik leiding aan de economische missie naar Indonesië, en geven mijn collega’s van EZ en VWS leiding aan economische missies naar Japan in het kader van de Expo. Na het zomerreces staan in ieder geval Zwitserland, Frankrijk, India, Vietnam en Saudi-Arabië op de planning.
Naast deze economische missies staan er ook diverse werkbezoeken in mijn agenda voor 2025. Zo reis ik dit jaar o.a. naar de Verenigde Arabische Emiraten, China, Turkije, de G20 in Zuid-Afrika en diverse Europese Raden.
De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,
R.J. Klever
Er zijn veel factoren die van invloed zijn op de verwachte contractwaarde. Het succes van een economische missie kan niet slechts aan deze waarde worden afgemeten. Een economische missie kan ook succesvol zijn als bedrijven kennis hebben opgedaan en hun netwerk hebben vergroot. Contractwaardes zijn bovendien sterk verschillend per sector en afhankelijk van in welke fase van een potentiële deal bedrijven zich bevinden ten tijde van de economische missie. Soms kunnen missies bijvoorbeeld meer verkennend van aard zijn.↩︎
https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2024/17/vervolgonderzoek-economische-missies-onder-leiding-van-bewindspersonen↩︎
Daarbij moet worden opgemerkt dat het responspercentage voor deze types missies in de regel laag was en de evaluatie van veel missies daarom niet wordt meegeteld.↩︎
https://www.rvo.nl/onderwerpen/wat-verwacht-rvo-van-ondernemers↩︎
Missiekader zoals beschreven in Kamerstuk 26 485, nr. 307↩︎