Antwoord op vragen van de leden Saris en Postma over de ‘crisismodus’ bij Apollo Vredestein in Enschede
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2025D20786, datum: 2025-05-12, bijgewerkt: 2025-05-15 10:11, versie: 6 (versie 1, versie 2, versie 3, versie 4, versie 5)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken
- Mede namens: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2025Z08443:
- Gericht aan: Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Gericht aan: D.S. Beljaarts, minister van Economische Zaken
- Gericht aan: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
- Indiener: I.G. Saris, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: W.L. Postma, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
AH 2158
2025Z08443
Antwoord van minister Beljaarts (Economische Zaken), mede namens de minister van Klimaat en Groene Groei (ontvangen 12 mei 2025)
1
Heeft u kennisgenomen van het krantenartikel '‘Crisismodus’ bij
Vredestein: fabriek plat, 500 medewerkers bijeen geroepen'?
Antwoord
Ja, ik heb kennisgenomen van het betreffende bericht. Ik begrijp de
zorgen van de medewerkers van Apollo Vredestein goed. Voor hen en hun
gezinnen breekt een ingrijpende en onzekere periode aan. Ook voor
Enschede en de regio is dit een verdrietig besluit.
2
Herinnert u zich de antwoorden op eerder gestelde Kamervragen over
eerdere ontslagrondes bij Apollo/Vredestein?
Antwoord
Ja. In de afgelopen vijf jaar zijn er meerdere keren Kamervragen gesteld
over dit onderwerp. De beantwoording daarvan is mij bekend.
3
Heeft u signalen ontvangen van een dreigende sluiting en hebt u contact
met de directie van Apollo/Vredestein met betrekking tot de recente
ontwikkelingen?
Antwoord
In 2020 en 2021 zijn wij intensief in gesprek geweest met zowel de
Indiase eigenaren als het bestuur van Vredestein. Minister-president
Rutte heeft tweemaal persoonlijk contact gehad, en ook verschillende van
mijn voorgangers hebben zich hiervoor ingezet. Vervolgens is het contact
overgedragen aan de regionale ontwikkelingsmaatschappijen, die ons
sindsdien regelmatig op de hoogte hebben gehouden van ontwikkelingen.
Recentelijk is er op ambtelijk niveau contact geweest met een lid van de
Raad van Commissarissen van Apollo Vredestein.
Wij hebben geprobeerd het bedrijf te overtuigen van de voordelen van productie in Nederland, met name door te focussen op hoogwaardige, innovatieve productie. Daarbij hebben wij ondersteuning aangeboden om de business case hier aantrekkelijker te maken.
De eigenaren hebben echter steeds benadrukt dat het bedrijf zich, vanwege de ervaren concurrentiedruk, genoodzaakt ziet vooral op kosten te sturen. Deze aanpak sluit niet aan bij de Nederlandse strategie, die gericht is op een hoogwaardige, kennisintensieve maakindustrie. Uiteindelijk bleek het verschil in visie te groot om tot een gezamenlijke oplossing te komen. Om die reden hadden wij dan ook verwacht dat dit besluit vroeg of laat genomen zou worden.
4
Zo ja? Wat waren de grootste uitdagingen waar het bedrijf mee te maken
had?
Antwoord
Het is primair aan het bedrijf zelf om inzicht te geven in de
overwegingen achter de voorgenomen reorganisatie. Het bedrijf noemt als
voornaamste redenen macro-economische verstoringen, fors gestegen
energie- en loonkosten, en een afnemende vraag naar de banden die in
Enschede worden geproduceerd.
5
Heeft u gesprekken gehad over de hoge personeelskosten en hoge
energiekosten?
Antwoord
Ja, deze onderwerpen zijn circa vijf jaar geleden, in de nasleep van een
eerdere ontslagronde, besproken met de directie van het bedrijf. In die
periode is vanuit mijn ministerie, in samenwerking met de provincie
Overijssel, de gemeente Enschede, de Netherlands Foreign Investment
Agency (NFIA) en de regionale ontwikkelingsmaatschappij Oost NL, actief
meegedacht over mogelijkheden om kosten te reduceren, onder meer door
inzet op innovatie en efficiëntere productieprocessen.
6
Bent u het met ons eens dat bedrijven als deze belangrijk zijn voor de
regio?
Antwoord
Ja, bedrijven zoals Apollo Vredestein spelen een belangrijke rol in de
regionale economie. Ze zorgen voor directe en indirecte werkgelegenheid
en leveren een bijdrage aan de economische vitaliteit en sociale cohesie
in de regio. Tegelijkertijd moeten we realistisch zijn over de
uitdagingen waar de sector mee te maken heeft, zoals wereldwijde
concurrentie en de toenemende druk op kostenbeheersing.
7
Herinnert u zich dat in de beantwoording van eerdere Kamervragen
aangegeven wordt dat door middel van inzet van onder andere Netherlands
Foreign Investment Agency (NFIA) en regionale ontwikkelmaatschappijen,
getracht wordt hoogwaardige industriële bedrijven zoveel mogelijk te
binden aan de regio, door het scheppen van juiste voorwaarden?
8
Hoe heeft u hier opvolging aan gegeven en is dit in uw ogen voldoende
geweest? Zo ja waarom?
Antwoord vraag 7 en 8
Ja, die beantwoording ken ik. In zijn algemeenheid kan ik u zeggen, dat de NFIA en haar regionale partners van het Invest in Holland-netwerk zich richten op het aantrekken van buitenlandse bedrijven die waarde toevoegen aan nationale, regionale en lokale ecosystemen en de Nederlandse economie. Daarnaast proberen ze dit soort bedrijven, na hun vestiging in Nederland, te verankeren in onze ecosystemen. Daartoe horen ook inspanningen voor behoud van deze bedrijven voor Nederland als het vestigings- en ondernemingsklimaat onder druk komt te staan.
De bovenstaande werkwijze geldt zeker voor hoogwaardige industriële bedrijvigheid. De NFIA en haar regionale partners hebben hiertoe verschillende instrumenten. Het verstrekken van feitelijke informatie over vergunningsprocedures, wet- en regelgeving, financiering, subsidies en regelingen en het makelen en schakelen tussen relevante partijen als gemeenten, provincies, departementen, netbeheerders, toezichthouders en andere uitvoeringsorganisaties als RVO zijn hiervan voorbeelden.
Specifiek in de casus van Apollo Vredestein hebben de NFIA en Oost NL de afgelopen jaren gezamenlijk contact onderhouden met het bedrijf. In de periode 2020-2021 is door NFIA, OostNL, provincie Overijssel en EZ een voorstel gedaan waarin werd uitgewerkt hoe Apollo Vredestein haar hoogwaardige industriële activiteiten in Nederland zou kunnen voortzetten en ontwikkelen, met gebruik van beschikbare instrumenten van de Nederlandse overheid. Zoals eerder genoemd in de beantwoording van vraag 3, gaf het bedrijf echter aan zich vanwege de hoge concurrentiedruk vooral te moeten richten op kostenbeheersing. Hierdoor is het niet gelukt om gezamenlijk tot een duurzame oplossing te komen.
Oost NL heeft sinds dit traject intensief contacten onderhouden met de directie van de fabriek in Enschede. Zo is er onder meer informatie uitgewisseld over technieken om energie te besparen en andere mogelijk relevante innovaties. Ook heeft Oost NL, samen met NFIA in New Delhi, in 2023 de directie van het moederbedrijf in India bezocht om de waardering voor de fabriek in Enschede uit te spreken en om over vestigingsklimaatfactoren te praten.
9
Kunt u aangeven in hoeverre de hoge energiekosten onderdeel zijn geweest
van de hogere kosten die het bedrijf heeft?
Antwoord
Volgens Apollo Vredestein hebben de hoge energiekosten een belangrijke
rol gespeeld in de stijgende bedrijfskosten en daarmee bijgedragen aan
het besluit om de fabriek in Enschede te sluiten. Het bedrijf noemt als
voornaamste redenen macro-economische verstoringen, fors gestegen
energie- en loonkosten, en een afnemende vraag naar de banden die in
Enschede worden geproduceerd.
10
Kunt u aangeven wat de energiekosten zijn in Hongarije en kunt u
aangegeven of en welke daar steun maatregelen worden gegeven?
Antwoord
Het geven van een algemeen antwoord over energiekosten in verschillende
landen is complex, vooral als het gaat om de kosten voor bedrijven. De
elektriciteitskosten voor burgers en bedrijven bestaan uit drie
componenten: 1) de elektriciteitsprijs/gasprijs 2) de nettarieven en 3)
belastingen en overige heffingen.
Volgens gegevens van Eurostat1 bedroegen in de tweede helft van 2024 de elektriciteitsprijzen voor niet-huishoudelijke verbruikers (bedrijven) in Hongarije €0,21 per kWh, terwijl die in Nederland €0,16 per kWh waren. De gasprijzen lagen in Hongarije op €0,055 per kWh en in Nederland op €0,043 per kWh.
Een volledige vergelijking van de energiekosten, inclusief nettarieven en heffingen, is echter zeer complex. Hiervoor zijn vaak uitgebreide studies nodig waarbij gegevens uit uiteenlopende bronnen worden samengebracht. Deze informatie hebben wij op dit moment niet beschikbaar.
Wat betreft de steunmaatregelen is er, op 12 april 2020, in antwoord op Kamervragen door mijn voorganger informatie verstrekt over de steunmaatregelen die destijds zijn toegekend aan de Hongaarse vestiging van Apollo Tyres. Bij de opening van de nieuwe fabriek in 2017 heeft de Hongaarse overheid, volgens de Europese Commissie, 48,2 miljoen euro aan directe subsidie verleend, 2,8 miljoen euro aan werkgelegenheidssubsidie toegekend en daarnaast belastingvoordelen verstrekt die kunnen oplopen tot 44,7 miljoen euro. In totaal komt dit neer op een maximale steun van circa 95,7 miljoen euro.
11
Welke steunmaatregelen/subsidie heeft dit bedrijf de afgelopen vijf jaar
ontvangen?
Antwoord
Apollo Vredestein heeft in de afgelopen vijf jaar gebruikgemaakt van
diverse generieke Nederlandse coronasteunmaatregelen. In 2020 ontving
het bedrijf ruim 6 miljoen euro via de NOW-regeling (Tijdelijke
Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid). Daarnaast kreeg het
bedrijf bijzonder uitstel van belastingbetaling in het kader van de
coronamaatregelen.
Verder ontving Apollo Vredestein circa 2 miljoen euro aan subsidies via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), specifiek binnen de regelingen Circular Plastics NL (CPNL) en Praktijkleren (PL).
RVO mag niet rapporteren over fiscale instrumenten op individueel bedrijfsniveau. Daarom kunnen wij geen uitspraken doen over eventuele steun die Apollo Vredestein via bijvoorbeeld de WBSO (Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk) heeft ontvangen.
12
Kunt u aangeven of Apollo Vredestein aan het wachten was op een
aansluiting op het elektriciteitsnet?
Antwoord
Deze informatie is niet openbaar en is niet bij mij bekend.
13
Bent u bereid om de komende week naar Enschede af te reizen, om in
overleg te treden met betreffende partijen? Zo nee? Waarom niet?
Antwoord
Voordat ik een dergelijk bezoek overweeg, is het van belang dat er eerst
meer duidelijkheid ontstaat over de verdere stappen die de directie van
Apollo Vredestein voornemens is te nemen. Het kabinet wil hier niet op
vooruitlopen.
14
Kunt u aangegeven of u anticipeert op eventuele ontslagen en wat kunt u
doen om de klap op te vangen?
Antwoord
Een bedrijfssluiting betreft een bedrijfseconomische beslissing die,
rekening houdende met geldende wet- en regelgeving, in beginsel behoort
tot de verantwoordelijkheid van de ondernemer. Dat geldt ook in geval
van de voorgenomen beëindiging van de bedrijfsactiviteiten bij Apollo
Vredestein in Enschede.
Het is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de ondernemer om als werkgever met werknemers, vaak vertegenwoordigd door de ondernemingsraad en de vakbonden, afspraken te maken over de gevolgen van een sluiting, vermindering van werk of verlies van werkgelegenheid. Ander werk, omscholing en herplaatsing zijn onderwerpen die thuishoren in het gesprek tussen werkgever en werknemer. Hierover zijn, naar ik begrepen heb, reeds gesprekken gaande.
In aansluiting op de afspraken tussen werkgever en werknemers kan het vinden van nieuw werk worden ondersteund door de werkgeversdienstverlening vanuit UWV en gemeenten. Vanuit het Werkplein en op termijn het Werkcentrum Twente (dit Werkcentrum is in oprichting) is goed zicht op de vraag naar personeel binnen de desbetreffende arbeidsmarktregio en kan ook dienstverlening aan werkzoekenden worden geboden. Binnen het Werkcentrum werken werkgeversorganisaties, werknemersorganisaties, gemeenten, UWV, onderwijsinstellingen en de samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) samen. Zij kunnen binnen het Werkcentrum gebruik maken van elkaars expertise gericht op het ondersteunen naar nieuw werk.
15
Bent u bereid om, samen met de provincie Overijssel, naar Brussel af te
reizen om Europese middelen aan te vragen?
Antwoord
Voordat we verdere stappen overwegen, is het belangrijk om eerst goed in
kaart te brengen welke verdere stappen genomen gaan worden door de
directie. Zolang daarover nog geen uitsluitsel is, wil het kabinet niet
op de zaken vooruitlopen.
16
Kunt u deze vragen een voor een beantwoorden en zo spoedig mogelijk,
liefst binnen een week aan de Kamer doen toekomen?
Antwoord
Ik begrijp het belang van een snelle beantwoording en hecht eraan om de
Kamer tijdig te informeren. Wij hebben alles in het werk gesteld om zo
spoedig mogelijk te antwoorden, maar vanwege het voorjaarsreces en de
benodigde interdepartementale afstemming is het helaas niet gelukt om
binnen de gevraagde termijn van een week te antwoorden.