[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Appreciatie nieuwe EFSD(+) evaluatie

Ontwikkelingsraad

Brief regering

Nummer: 2025D21046, datum: 2025-05-13, bijgewerkt: 2025-05-15 14:44, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 04-277 Ontwikkelingsraad.

Onderdeel van zaak 2025Z09149:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


21 501-04 Ontwikkelingsraad

Nr. 277 Brief van de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 mei 2025

Bij de beantwoording van de Kamervragen inzake de informele RBZ Ontwikkeling 10-11 februari 2025 (Kamerstuk 21501-04, nr. 268) is door mij toegezegd te komen met een appreciatie van een nieuwe EFSD(+) evaluatie (ref. antwoord 45). Hierbij bied ik u deze appreciatie aan.

Op 7 april j.l. heeft het Directoraat-Generaal International Partnerships van de Europese Commissie het eindrapport van de Study on EFSD and early EFSD+ deployment practices met de lidstaten gedeeld (zie bijlage 1). Het doel van de studie was de beoordeling van de effectiviteit van de garanties onder EFSD en EFSD+ alsook identificatie van geleerde lessen. Het onderzoek focuste zich op drie elementen:

  1. het analyseren van casestudy's van zowel succesvolle als mislukte investeringsprogramma's,

  2. het identificeren van concrete lessen en aanbevelingen om het ontwerp van financiële instrumenten te verbeteren, en

  3. het doen van aanbevelingen voor het verfijnen van EFSD-garanties in lopende onderhandelingen.

Voor de studie zijn onder meer veldbezoeken afgelegd aan Nigeria, Kenia, Tanzania, Zuid Afrika, Senegal, Ivoorkust en Ghana en is gesproken met ontwikkelingsbanken, begunstigden, lokale financiële instellingen, midden- en kleinbedrijf, alsook bedrijfsondersteunende kantoren. De studie concludeert dat de garanties een duidelijke meerwaarde hebben gehad, specifiek:

  • op de risicobereidheid van nationale (DFIs) en internationale ontwikkelingsbanken (IFIs) om marktsegmenten met een hoger risico te ondersteunen zodat ze in meer ontwikkelingsrelevante projecten kunnen investeren in markten met een hoger risico,

  • bij het verminderen van risico’s voor financiële tussenpersonen, microfinancieringsinstellingen en lokale banken,

  • op het verbeteren van de toegang tot financiering voor klanten in ontwikkelingslanden en nichesectoren die anders niet bediend zouden worden, waardoor lokale economieën en banen worden ondersteund,

  • op de leningsvoorwaarden voor het midden- en klein bedrijf (MKB) en andere begunstigden, bijvoorbeeld door lagere rentetarieven, langere looptijden of minder hoge eisen qua borg,

  • op het aantrekken van nieuwe spelers en institutionele beleggers om leningen te verstrekken aan opkomende en ontwikkelende economieën waar ze anders niet actief zouden zijn,

  • op het op grote schaal beschikbaar maken van financiering in lokale valuta zodat ze minder last hebben van schommelingen in de dollar of eurokoers.

De studie ziet vier grote uitdagingen voor EFSD+, te weten:

  • administratieve complexiteit; het opstellen, onderhandelen en afronden van een garantie kan één tot drie jaar duren vanwege administratieve uitdagingen,

  • pijplijnontwikkeling en tijdlijnplanning; de tijd om garanties goed te keuren sluit niet altijd goed aan op de investeringskansen die bij DFIs en IFIs opkomen waardoor kansen worden gemist,

  • beleid en toelatingscriteria; beleidsambities en marktontwikkelingen sluiten niet altijd goed aan, wat het moeilijk maakt om aan de toelatingscriteria te kunnen voldoen,

  • capaciteitsbeperkingen; sommige ontwikkelingsbanken hebben moeite om de voordelen van de garantie over te brengen aan lokale banken en financiële instellingen.

Het rapport geeft aan dat veel van deze uitdagingen reeds zijn geadresseerd in de uitrol van de opvolger van EFSD; EFSD+. Openstaande uitdagingen zullen zoveel mogelijk worden geadresseerd in de resterende periode van EFSD+ en worden meegenomen bij de ontwikkeling van een eventuele nieuwe opvolger.

In algemene termen geeft de studie een positief beeld van de resultaten van EFSD en EFSD+. Nederlandse spelers, zoals FMO en CFM, hebben goed gebruik kunnen maken van de mogelijkheden van EFSD+ en bijgedragen aan dit positieve resultaat. FMO wordt bijvoorbeeld op meerdere plaatsen in het rapport positief aangehaald. De EUR 660 miljoen aan garanties voor FMO gemeld in het BHO jaarverslag komen uit EFSD+ en dragen bij aan het meer gebruik kunnen maken van Delegated Cooperation, zoals verzocht door uw Kamer middels de Motie Kamminga (Kamerstuk 36550-XVII, nr. 16). De in de evaluatie genoemde uitdagingen zijn vooral van technische aard.

Het is belangrijk op te merken dat de studie al liep toen het European Court of Auditors (ECA) rapport uitkwam en dus niet kon ingaan op de zorgen geuit in dat rapport. De focus van de evaluatie lag op de effectiviteit en niet op verslagleggings- en transparantievereisten van EFSD en EFSD+. Zoals aangegeven zal het kabinet in de relevante raadsgremia erop aandringen dat deze zorgen geadresseerd worden.

De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,

R.J. Klever