Verslag van de informele EPSCO-Raad gelijkheid 16 april 2025
Raad voor de Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken
Brief regering
Nummer: 2025D22579, datum: 2025-05-20, bijgewerkt: 2025-05-22 13:13, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 31-786 Raad voor de Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken.
Onderdeel van zaak 2025Z09826:
- Indiener: M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-05-22 14:14: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-06-05 10:15: Procedurevergadering (geannuleerd) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-06-19 11:15: Extra procedurevergadering commissie OCW (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (š origineel)
21501-31 Raad voor de Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken
Nr. 786 Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 mei 2025
Hierbij zend ik uw Kamer het verslag van de informele Raad
Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken
(EPSCO) van 16 april 2025 in Warschau voor het onderdeel āsociaal
beleid: gelijkheidā.
De informele Raad werd georganiseerd door het Poolse voorzitterschap van de Raad van de EU. Het bracht ministers van gelijkheid uit EU-lidstaten, Schengenlanden en vertegenwoordigers van relevante EU-instellingen en maatschappelijke organisaties samen. Ik nam deel als coƶrdinerend bewindspersoon voor emancipatiebeleid.
En marge van de informele Raad heb ik bilaterale gesprekken gevoerd met onder andere de Deense minister voor Milieu en Gelijkheid, met de Belgische minister van Personen met een handicap en gelijke kansen, met de Franse minister van Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen en de Strijd tegen Discriminatie, en met de Spaanse Staatssecretaris voor Gelijkheid en de Uitbanning van Geweld tegen Vrouwen. Uitwisselingen over de aanpak van femicide en Europese samenwerking op het gebied van emancipatie stonden centraal in al deze gesprekken.
De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M.L.J. Paul
Op de agenda van de informele Raad van 16 april jl. in Warschau stonden drie gedachtewisselingen geagendeerd.
Aanpak van genderongelijkheden in de digitale omgeving
Het Poolse Voorzitterschap organiseerde een gedachtewisseling over genderongelijkheid in de digitale omgeving, waarbij de nadruk lag op de invloed van kunstmatige intelligentie op vooroordelen en stereotypen.
Veel lidstaten benadrukten dat online geweld tegen vrouwen en meisjes onaanvaardbaar is en krachtig moet worden aangepakt, onder meer door de EU-richtlijn ter bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld om te zetten in nationale regelgeving en de mogelijkheden ervan ten volle te benutten. De ministers van de EU-lidstaten spraken hun steun uit voor samenwerking op dit gebied. Daarbij werd benadrukt dat digitale technologieĆ«n, zoals kunstmatige intelligentie, zowel kansen als risicoās met zich meebrengen. Ook werd breed onderstreept dat het betrekken van mannen en jongens essentieel is om schadelijke stereotypen te doorbreken. De Roadmap voor vrouwenrechten van de Europese Commissie werd genoemd als een belangrijke leidraad voor krachtig optreden binnen de toekomstige EU-strategieĆ«n. Tot slot benadrukten verschillende lidstaten het belang van goed onderwijs en het versterken van digitale vaardigheden bij jongeren als sleutelelementen in de strijd tegen online haat.
Nederland heeft ingebracht dat het zich inzet voor een Europa waar iedereen veilig is en volwaardig kan meedoen, ook online. Daarbij wees Nederland ook op de toenemende online polarisatie en de schadelijke invloed van de zogenoemde āmanosphereā. Nederland heeft ingebracht dat mannen en jongens actief betrokken moeten worden bij het bevorderen van gendergelijkheid. Daarnaast heeft Nederland het belang van preventie onderstreept. Dit begint onder andere met goed onderwijs en een herzien curriculum waarin mediawijsheid en digitale geletterdheid een belangrijke rol spelen, zodat jongeren beter in staat zijn om desinformatie te herkennen en kritisch na te denken over online content. Tot slot benadrukte Nederland dat online platforms ook verantwoordelijk zijn voor de inhoud die ze aanbieden en het weren van schadelijke content.
Roma en misinformatie
Het Poolse Voorzitterschap organiseerde een gedachtewisseling over misinformatie gericht tegen de Romagemeenschap in Europa. De organisatie Dom na Pograniczu gaf een presentatie over haar onderzoeksrapport āRoma Shieldā en het belang van het bestrijden van stereotypen over de Roma-gemeenschap. Na de presentatie merkte het Voorzitterschap op hoe deze schadelijke beeldvorming haat, geweld en uitsluiting normaliseert. Het Voorzitterschap toonde ook belangstelling voor een versterkte aanpak op Europees niveau, in aanvulling op het huidige strategische kader voor de gelijkheid, inclusie en participatie van de Roma in de EU-landen tot 2030. Deze uitkomsten werden gedeeld met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het ministerie dat verantwoordelijk is voor het beleid rondom de Roma en Sinti gemeenschap.
Ambitie en knelpunten in het Europese gelijkheidsbeleid
Het Poolse Voorzitterschap organiseerde een gedachtewisseling om te bespreken hoe de wettelijke bescherming tegen discriminatie op EU-niveau kan worden verbeterd en hoe de Europese kernwaarden kunnen worden beschermd, waaronder op het gebied van seksuele oriƫntatie.
Veel lidstaten noemden nationale voorbeelden van ongelijkheid en kijken met belangstelling uit naar de Europese strategieƫn op dit gebied. Sommige lidstaten constateren knelpunten in het EU-rechtskader tegen discriminatie, ook specifiek op het gebied van seksuele oriƫntatie, door het gebrek aan overeenstemming over het EU Richtlijnvoorstel Gelijke Behandeling buiten de arbeid. Sommige EU-lidstaten erkennen intersectionele discriminatie al in de wetgeving en passen het toe in de rechtspraktijk.
Nederland heeft benadrukt dat gelijkheid een fundamentele waarde van de Europese Unie is en dat de EU vooruitgang heeft geboekt met onder andere de ratificatie van het Verdrag van Istanbul, de publicatie van de Europese Roadmap voor vrouwenrechten, en de EU-richtlijnen over loontransparantie en versterking van de rol van organen voor gelijke behandeling in de hele EU. Tegelijkertijd maakt Nederland zich zorgen over de toename van wetten en wetswijzigingen die afgelopen jaren zijn voorgesteld en geĆÆntroduceerd in diverse Europese landen, die zich richten op de inperking van de gelijke behandeling van lhbtiq+ personen. Nederland heeft daarom namens achttien lidstaten een verklaring afgegeven waarin bezorgdheid wordt geuit over recent aangenomen wetgeving in Hongarije die de rechten van lhbtiq+ personen ondermijnt en de vrijheid van vergadering en meningsuiting beperkt. Volgens deze groep van achttien lidstaten is het respecteren van mensenrechten, waaronder die van lhbtiq+ personen, essentieel in de Europese Unie. Tot slot heeft Nederland het belang onderstreept van de doelstellingen van het EU Richtlijnvoorstel Gelijke Behandeling buiten de arbeid en benadrukt dat Nederland grote waarde hecht aan de bescherming van fundamentele rechten, waaronder het recht op gelijke behandeling. Nederland heeft overgebracht dat het zal aandringen op alternatieve manieren om de doelstellingen uit de Verdragen op het gebied van gelijkheid en non-discriminatie te bereiken, mocht het richtlijnvoorstel daadwerkelijk worden ingetrokken.