[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op het advies van het Adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding (ACOI) inzake een bemiddeling tussen het ministerie LVVN en journalisten van Follow the Money, NRC en Omroep Gelderland d.d. 19 mei 2025

Toepassing van de Wet open overheid

Brief regering

Nummer: 2025D25270, datum: 2025-05-30, bijgewerkt: 2025-06-03 14:52, versie: 3 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 32802 -131 Toepassing van de Wet open overheid.

Onderdeel van zaak 2025Z11030:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


32 802 Toepassing van de Wet open overheid

Nr. 131 Brief van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 mei 2025

Op 23 mei 2025 heeft de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken mij verzocht om te reageren op het advies van het ACOI inzake een bemiddeling tussen het ministerie van LVVN en journalisten van Follow the Money, NRC en Omroep Gelderland1 (kenmerk: 2025Z10226/2025D23836). Mij is gevraagd dit nog in de maand mei te doen. Met deze brief voldoe ik aan uw verzoek.

Allereerst wil ik erop wijzen dat het bemiddelingsadvies is gericht aan de minister van LVVN. Zij heeft als verantwoordelijk bestuursorgaan zelf reeds gereageerd op dit advies en zal, zoals zij ook in haar brief aangeeft, het bemiddelingsadvies betrekken in haar nadere besluitvorming op de Woo-verzoeken.2 Het is de verantwoordelijkheid van elk bestuursorgaan om zorgvuldig uitvoering te geven aan de Woo met inachtneming van alle plichten die een bestuursorgaan heeft. Vanuit mijn stelselverantwoordelijkheid voor de Woo bevorder ik een goede uitvoering door bestuursorganen te stimuleren en te ondersteunen.

Openbaarmaking van emissiegegevens

Als stelselverantwoordelijke voor de Woo sta ik uiteraard voor de doelstellingen van de wet en de maatschappelijke belangen die gediend zijn met openbaarmaking van overheidsinformatie. Zoals het ACOI terecht concludeert, kunnen in ons huidige wettelijke stelsel bij de openbaarmaking van emissiegegevens geen uitzonderingsgronden uit de Woo worden toegepast. Daar waar emissiegegevens samenvallen met woonadressen, kan dit aspect van ons stelsel knellen. Ik vind het van groot belang dat mensen in vrijheid en veiligheid kunnen wonen en wil daarom toewerken naar een goede balans, waarin de persoonlijke levenssfeer van burgers wordt beschermd zonder daarbij voorbij te gaan aan de fundamentele waarden van een open overheid. Daarbij kijk ik ook naar juridische mogelijkheden.

Zoals toegezegd tijdens het mondeling vragenuur van 19 november 2024 en in het commissiedebat over de Woo van 20 maart jl. zal ik een brief naar uw Kamer sturen over de omgang met de openbaarmaking van emissiegegevens. In deze brief zal ik ingaan op hoe de Woo zich verhoudt tot het Verdrag van Aarhus en Richtlijn 2003/4/EG inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie. Daarnaast ga ik in de brief in op hoe omliggende landen omgaan met de openbaarmaking van emissiegegevens, specifiek in relatie tot de adresgegevens van boeren. In de brief zal ook worden ingegaan op de vraag of de uitzonderingsgronden met betrekking tot emissiegegevens die onder de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) bestonden ook in de Woo opgenomen kunnen worden. De motie van het lid Van der Plas (BBB) verzoekt de regering om - aanvullend op het ACOI bemiddelingsadvies - de Autoriteit Persoonsgegevens om advies te vragen over Woo-verzoeken met betrekking tot emissiegegevens van veehouderijen.3 Zoals aangegeven tijdens het tweeminutendebat op 21 mei jl., heeft het aanvragen van dit advies wel tot gevolg dat de toegezegde Kamerbrief enige vertraging oploopt en dus na de zomer verstuurd zal worden. Ik kan op dit moment nog niet verder vooruitlopen op de inhoud van de brief omdat hiervoor nog verschillende zaken onderzocht moeten worden.

Tot slot ben ik, zoals tijdens het commissiedebat toegezegd, met het ACOI in gesprek over eventueel aanvullend advies over de openbaarmaking van emissiegegevens.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J.J.M. Uitermark


  1. ACOI - Advies na bemiddeling Follow the Money, NRC en Omroep Gelderland inzake intrekking Woo-besluit RVO↩︎

  2. Kamerstukken II 2024/25, 32 802, nr. 127.↩︎

  3. Kamerstukken II 2024/25, 32 802, nr. 112.↩︎