[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Position paper P. Malcontent t.b.v. rondetafelgesprek Nederlands mensenrechtenbeleid d.d. 5 juni 2025

Position paper

Nummer: 2025D25402, datum: 2025-05-29, bijgewerkt: 2025-06-02 12:10, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2025Z11099:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


Een geloofwaardig en effectief mensenrechtenbeleid brengt meer op dan de bevordering en bescherming van de mensenrechten alleen

Peter Malcontent

Mensenrechtenbevordering dient het Nederlandse eigenbelang, juist in een veranderende geopolitieke context waarin de sinds de Tweede Wereldoorlog opgebouwde internationale rechtsorde steeds verder onder druk komt te staan. Zowel de AIV en de IOB wijzen daar terecht op in hun meest recente rapporten over het Nederlandse mensenrechtenbeleid.

De terugkeer naar een op totale anarchie gebaseerd internationaal politiek systeem zoals we dat in de 19de eeuw kenden, zou een ramp zijn voor een relatief klein en geografisch kwetsbaar land als Nederland dat zijn geld voor een niet onbelangrijk deel verdient met handel. Nederland kan niet zonder internationale stabiliteit gebaseerd op internationale regels en afspraken. Ook spelregels op het terrein van de mensenrechten zijn daarbij van belang omdat veel recente conflicten nou juist hun oorsprong vinden in mensenrechtenproblemen. Soms gaat het daarbij om het recht op zelfbeschikking zoals de oorlog in Oekraïne of het voortwoekerende Israëlisch-Palestijnse conflict laten zien. Soms gaat het om schendingen van mensenrechten met een etnisch karakter, zoals de onderdrukking van de bevolking van Darfur in Soedan of die van de Rohingya in Myanmar.

Mensenrechtenbevordering als geĆÆntegreerd onderdeel van het buitenlands beleid dient niet alleen Nederlandse economische en veiligheidsbelangen, maar versterkt ook de Nederlandse positie op het internationale toneel, die vervolgens weer kan worden aangewend ter bevordering van het Nederlandse eigenbelang. Nederland genoot decennia lang een goede naam in Afrika vanwege de middelen die via ontwikkelingssamenwerking werden vrijgemaakt voor de bevordering van sociaaleconomische rechten. Wanneer Nederland en de EU de competitie met China en Rusland in Afrika willen aangaan en samen met Afrikaanse landen problemen willen oplossen die Nederland en de EU direct raken – zoal op het terrein van migratie – dan is geloofwaardigheid cruciaal.

Effectieve mensenrechtenbevordering vereist wel het durven stellen van prioriteiten. Zoals de IOB in haar mensenrechtenevaluatie Tussen paper en praktijk vaststelt, zijn de inspanningen als onderdeel van het bilaterale landenbeleid vaak te versnipperd. Nu doen we eigenlijk overal een beetje van alles. Met andere woorden: selectiviteit mag en is zelfs noodzakelijk, zolang daar maar niet de geloofwaardigheid van het beleid als geheel mee wordt ondergraven. En dat blijft wel een achilleshiel van het Nederlandse beleid. Bij schendingen van mensenrechten door bondgenoten wordt soms weggekeken. En een actief beleid ten aanzien van andere landen wordt soms opzichtig ingeruild voor passiviteit wanneer andere belangen gaan spelen zoals gebeurde in het geval van Tunesiƫ, Egypte of Marokko toen migratiebelangen om de hoek kwamen kijken.

In haar recente rapport over Nederland in een fragmenterende wereld stelt de WRR terecht dat een afweging tussen de drie W’s waarop het Nederlandse buitenlands beleid gebaseerd zou moeten zijn – weerbaarheid, welvaart en waarden – mag schuren. De snel veranderende internationale context zal Nederland soms tot moeilijke keuzes dwingen die niet per definitie gunstig zullen uitpakken voor de mensenrechten. De WRR onderstreept wel dat afwegingen zorgvuldig zullen moeten worden gemaakt. Weerbaarheid en welvaart mogen geen goedkope excuses worden om waarden al te gemakkelijk op een zijspoor te plaatsen. Want wie de bijl zet in de waarden op basis van waarvan de eigen samenleving is ingericht, zet uiteindelijk de bijl in zichzelf. Maak keuzes transparant, maar doe dat ook met de doelstellingen van het beleid. Te vaak wordt binnen het landenbeleid onvoldoende aangegeven wat op de middellange termijn wordt beoogd. Wanneer het ā€˜wat’ niet goed gedefinieerd is en voor interpretatie open blijft, ligt teleurstelling al snel op de loer.

Geloofwaardigheid en effectiviteit vereisen tegelijkertijd blijvende assertiviteit. Het adagium dat een zichtbare rol op het internationale podium kleine landen niet past en slechts de wraakzuchtige toorn van ander spelers oproept, wordt niet geboekstaafd door de feiten. In de VN-Mensenrechtenraad maakte Nederland zich in 2017 sterk voor een resolutie die onderzoek naar schendingen van mensenrechten in Jemen mogelijk zou maken. Ondanks dreigende repercussies vanuit Saudi-Arabiƫ en de Verenigde Arabische Emiraten zette Nederland door. De resolutie werd aangenomen terwijl sancties vanuit de Golstaten uitbleven.

Nederland bereikte dit resultaat door samenwerking met gelijkgezinden. Assertiviteit hoeft dus geen alleingang te betekenen. Integendeel, effectiviteit is gebaat bij samenwerking met anderen. Samenwerking met anderen dient bij voorkeur plaats te vinden binnen de EU als machtspool Ʃn waardengemeenschap stelt de WRR terecht. Samenwerking binnen de EU moet echter geen excuus worden om te wachten tot grotere landen het initiatief nemen. Voor wat betreft het dossier over het Israƫlisch-Palestijnse conflict hebben opeenvolgende regeringen decennia lang volgehouden dat Nederland als een van de kleineren geen potten kon breken in Brussel en terughoudendheid daarom gepast bleef. Onlangs bewees minister Veldkamp het tegendeel toen hij er met succes in slaagde een duidelijke meerderheid van de lidstaten achter zich kreeg met zijn verzoek aan de Europese Commissie een onderzoek te starten naar de mensenrechtensituatie in Gaza als eerste formele stap op weg naar een mogelijke bevriezing van het associatieakkoord met Israƫl.

Tot slot, een geloofwaardig en effectief mensenrechtenbeleid staat of valt bij de expertise van de mensen die het voorbereiden en uitvoeren. Kennis en kunde genereren autoriteit. Zowel in de literatuur als door de IOB is vastgesteld dat Nederland internationaal respect geniet vanwege de expertise die het op het terrein van de mensenrechten aan de dag weet te leggen. Dat wil zeggen tot nu toe. Beperktere financiële middelen en een snelle personeelsroulatie binnen Buitenlandse Zaken kunnen de Nederlandse expertise en daarmee autoriteit negatief beïnvloeden.