Motie van de leden Kouwenhoven en Grinwis over een jaarlijkse impactanalyse van de tegenbewijsregeling
Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 om een tegenbewijsregeling te introduceren bij het bepalen van het belastbare inkomen uit sparen en beleggen (Wet tegenbewijsregeling box 3)
Motie
Nummer: 2025D26365, datum: 2025-06-05, bijgewerkt: 2025-06-06 15:01, versie: 4 (versie 1, versie 2, versie 3)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36706-16).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.J. Kouwenhoven, Tweede Kamerlid
- Mede ondertekenaar: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
Onderdeel van kamerstukdossier 36706 -16 Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 om een tegenbewijsregeling te introduceren bij het bepalen van het belastbare inkomen uit sparen en beleggen (Wet tegenbewijsregeling box 3).
Onderdeel van zaak 2025Z11466:
- Indiener: A.J. Kouwenhoven, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2025-06-05 10:16: Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 om een tegenbewijsregeling te introduceren bij het bepalen van het belastbare inkomen uit sparen en beleggen (Wet tegenbewijsregeling box 3) (36706) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2025-06-10 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2024-2025 |
36 706 Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 om een tegenbewijsregeling te introduceren bij het bepalen van het belastbare inkomen uit sparen en beleggen (Wet tegenbewijsregeling box 3)
Nr. 16 MOTIE VAN DE LEDEN KOUWENHOVEN EN GRINWIS
Voorgesteld 5 juni 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de effecten van de tegenbewijsregeling sterk afhangen van het gedrag van belastingplichtigen;
overwegende dat het een complexe, tijdelijke regeling betreft met risico's voor rechtsgelijkheid, uitvoering en rechtsherstel;
verzoekt de regering jaarlijks een integrale impactanalyse op te stellen en deze uiterlijk bij het Belastingplan aan de Kamer te sturen, met daarin:
– gebruik van de regeling;
– effecten voor burgers en uitvoering;
– de realisatie van de regeling,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kouwenhoven
Grinwis.