[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Toelichting uitvoeringstoets wet tegenbewijsregeling box 3

Herziening Belastingstelsel

Brief regering

Nummer: 2025D26670, datum: 2025-06-06, bijgewerkt: 2025-06-19 09:47, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 32140 -257 Herziening Belastingstelsel.

Onderdeel van zaak 2025Z11606:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


32 140 Herziening Belastingstelsel

36 706 Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 om een tegenbewijsregeling te introduceren bij het bepalen van het belastbare inkomen uit sparen en beleggen (Wet tegenbewijsregeling box 3)

Nr. 257 Brief van de staatssecretaris van Financiƫn

Zoals ik uw Kamer tijdens het debat over het wetsvoorstel Wet tegenbewijsĀ­regeling box 3 op donderdag 5 juni heb toegezegd, stuur ik u hierbij een brief met een toelichting over de uitvoeringstoets van de Belastingdienst bij het wetsvoorstel. Deze uitvoeringstoets heeft u gelijktijdig ontvangen met het wetsvoorstel.1 Daarnaast vindt u in de bijlage een toelichting op de raming bij het amendement van de heer Vermeer voor eenmalige overgangsfaciliteit voor vastgoedbeleggers waarmee hun bezit van box 3 naar box 2 kan worden overgedragen tegen een gereduceerd overdrachtsbelastingtarief van 2%.

Uitvoering arresten

In het debat van 5 juni met uw Kamer heb ik nogmaals benadrukt dat de Belastingdienst sowieso een tegenbewijsregeling moet uitvoeren als gevolg van de arresten van de Hoge Raad met betrekking tot box 3 van vorig jaar.2 De uitvoeringstoets is vormgegeven binnen de context van de arresten van de Hoge Raad. De complexiteit van de wetgeving is het gevolg van de arresten. Er was daarom beperkt ruimte voor aanpassingen om de uitvoering te vereenvoudigen. Zoals eerder aangegeven is deze ruimte maximaal gebruikt. Daarmee is dit de best mogelijke manier om het herstel te gaan uitvoeren. In het voorliggende wetsvoorstel zijn er uitvoeringsrisico’s, maar deze zijn zonder dit wetsvoorstel groter.

Betekenis vlaggen

Met de uitvoeringstoets geeft de Belastingdienst inzicht in de verwachte uitvoeringsgevolgen van nieuwe wet- en regelgeving op de Belastingdienst. Bij het opstellen van de uitvoeringstoets werkt de Belastingdienst uit welke wijzigingen binnen de organisatie nodig zijn om het getoetste voorstel tijdig en zorgvuldig te kunnen implementeren en uitvoeren. Vervolgens wordt ingeschat in hoeverre de door te voeren wijzigingen binnen ICT en personeel van de Belastingdienst inpasbaar zijn. De uitvoeringstoets bevat een samenvattend overzicht van de relevante uitvoeringsaspecten, inclusief de uitvoeringskosten en personele gevolgen.

De conclusies worden ondersteund met een score met gekleurde vlaggen op vijf deelaspecten. Waar de verwachting is dat inpassing zonder problemen realiseerbaar is, kleuren de vlaggen groen (of wordt bij het ontbreken van impact niet van toepassing aangegeven). Waar een of meer risico’s worden voorzien, kleuren vlaggen geel, of – bij grotere risico’s – rood.3 In dat geval worden de risico’s in de toets beschreven en in het eindoordeel samengevat. Dit maakt transparant dat de Belastingdienst bij de implementatie van het voorstel tegen belemmeringen kan aanlopen waar op voorhand rekening mee moet worden gehouden. Dit betekent niet dat bij een of meerdere rode vlaggen een voorstel onuitvoerbaar is. De rode vlaggen geven wel aan dat er een of meer risico’s zijn die voor de Belastingdienst niet of in beperkte mate beheersbaar zijn.

Benodigde medewerkers

Verder benadrukt de uitvoeringstoets enkele aspecten die de uitvoering van de tegenbewijsregeling compliceren. Het benodigd aantal medewerkers is in de uitvoeringstoets geraamd voor de jaren 2024-2026 op basis van een inschatting van de werkzaamheden. Het ingeschatte gemiddelde aantal fte voor deze periode ligt rond de 600, met een piek rond 975 in 2026. Door het grote aantal benodigde fte is in de uitvoeringstoets de werving en opleiding als belangrijkste risico genoemd. Op het moment dat er namelijk te weinig personeel geworven wordt, kan dit leiden tot minder toezicht, vertraging in de hersteloperatie of minder dienstverlening. Het wervingsbeleid van de Belastingdienst is over het geheel genomen succesvol geweest de afgelopen jaren: de afgelopen jaren is de doelstelling behaald. Ik heb er vertrouwen in dat ook de wervingsopgave specifiek voor box 3 volbracht gaat worden. Voor de wervingsopgave worden gericht medewerkers benaderd van afdelingen binnen en buiten de Rijksoverheid die gaan afschalen. In afwachting van start van het herstel wordt tijdelijk overbezetting bij de BelastingTelefoon in stand gehouden, zodat medewerkers direct aan de slag kunnen gaan voor de hersteloperatie. Verder heeft de Belastingdienst al een derde deel van de benodigde medewerkers geworven en wordt momenteel gekeken of werkprocessen kunnen worden vereenvoudigd of nog verder geautomatiseerd.

Herijking uitvoeringstoets

De uitvoeringstoets is gebaseerd op een inschatting van het gebruik van de tegenbewijsregeling, het beroep op de dienstverlening, het aantal bezwaren en verzoeken dat wordt ingediend en andere factoren, die onzeker zijn. Deze inschatting is in het najaar van 2024 gedaan. Een herijking van de uitvoeringstoets is daarom pas zinvol op het moment dat de hersteloperatie van start is en informatie gebruikt kan worden over het daadwerkelijk gebruik. In het najaar van dit jaar start de Belastingdienst een eerste herijking van de uitvoeringstoets, die ik uw Kamer zal toesturen als deze klaar is. Hierbij zal ik u ook informeren over het optreden van de risico’s en de cijfers die tot dan toe bekend zijn over het gebruik van de regeling.

Belang van wetgeving

Zoals aangegeven is de Belastingdienst gehouden uitvoering te geven aan arresten van de Hoge Raad. Het is een grote steun voor de uitvoering als de invulling van de hersteloperatie vooraf in de wet is vastgelegd. Als de wet vaststaat, is er zekerheid dat geen aanvullende informatie aangeleverd en verwerkt moet worden. Dit is ook in het belang van externe partijen zoals banken en verzekeraars, zodat zij weten welke vragen om informatie over het verstrekken van gegevens zij van belastingplichtigen kunnen verwachten. Als na de start nog zaken wijzigen, levert dit dubbel werk op. Ook is er duidelijkheid in de situaties binnen box 3 waarover de Hoge Raad geen uitsluitsel geeft. In deze situaties zijn keuzes gemaakt, waarbij een belangrijke overweging was om de complexiteit te verminderen.

Tot slot

Herstel op basis van de arresten van de Hoge Raad moet snel geboden worden. Vanaf juli stelt de Belastingdienst het formulier opgaaf werkelijk rendement beschikbaar, zoals is gecommuniceerd aan burgers en koepelorganisaties. De Belastingdienst is goed voorbereid op de start van deze hersteloperatie, waarbij de gesignaleerde risico’s in de uitvoeringstoets zoveel mogelijk zijn gemitigeerd. De planning binnen de diverse onderdelen van de Belastingdienst luistert vanwege de onderlinge samenhang nauw. Er wordt rekening gehouden met veel aspecten: er moeten tijdig brieven verzonden worden, de dienstverlening via BelastingTelefoon en loketten moet op het juiste moment beschikbaar zijn en de benodigde ICT moet gereed zijn. Mede hierom is het belangrijk volgens plan van start te gaan.

Ik hecht er zeer aan dat de Belastingdienst de eerder genoemde risico’s benoemt, ook om uw Kamer volledig en eerlijk te informeren. Tegelijkertijd is het door de arresten van de Hoge Raad onvermijdelijk dat de Belastingdienst het herstel gaat uitvoeren, ook als risico’s, zoals onvoldoende beschikbaarheid van medewerkers, zich voordoen. Met eigen ogen heb ik kunnen zien hoeveel werk al is verzet. Ik heb er vertrouwen in dat de hersteloperatie op een verantwoorde manier kan worden uitgevoerd. Met de Belastingdienst zal ik mij inspannen om de tegenbewijsregeling zo goed mogelijk ten uitvoer te brengen.

De staatssecretaris van Financiƫn,

T. van Oostenbruggen


  1. Bijlage bij Kamerstukken II 2024/25, 36 706, nr. 3.ā†©ļøŽ

  2. De arresten van Hoge Raad van 6 en 14 juni 2024, 2 augustus 2024 en 20 december 2024 (HR 6 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:704 en ECLI:NL:HR:2024:705, HR 14 juni 2024, ECLI:NL:HR:2024:857, HR 2 augustus 2024, ECLI:NL:HR:2024:1086 en ECLI:NL:HR:2024:1084. HR 20 december 2024, ECLI:NL:HR:2024:1788 en ECLI:NL:HR:2024:1879).ā†©ļøŽ

  3. Een nadere uitleg over de vlaggennotatie is te vinden in het Overzicht uitvoerbaarheid, bijlage bij Kamerstukken II 2024/25, 36 602, nr. 5.ā†©ļøŽ