Motie van het lid Westerveld c.s. over een financieringsregeling voor het onderzoeksdeel, de organisatie en de kennisdeling binnen de topreferente ggz
Initiatiefnota van het lid De Korte over een kritische reflectie op euthanasie bij psychisch lijden van jonge mensen
Motie
Nummer: 2025D28160, datum: 2025-06-16, bijgewerkt: 2025-06-24 15:57, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36624-13).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: M.H. Bikker, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
- Mede ondertekenaar: S.E.M. Dobbe, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van kamerstukdossier 36624 -13 Initiatiefnota van het lid De Korte over een kritische reflectie op euthanasie bij psychisch lijden van jonge mensen.
Onderdeel van zaak 2025Z12335:
- Indiener: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.E.M. Dobbe, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.H. Bikker, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2025-06-16 13:00: Initiatiefnota van het lid De Korte over een kritische reflectie op euthanasie bij psychisch lijden van jonge mensen (TK 36624) (Notaoverleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2025-06-25 14:10: Aanvang middagvergadering: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
36 624 Initiatiefnota van het lid De Korte over een kritische reflectie op euthanasie bij psychisch lijden van jonge mensen
Nr. 13 MOTIE VAN HET LID WESTERVELD C.S.
Voorgesteld tijdens het notaoverleg van 16 juni 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er 100.000 wachtplekken zijn in de ggz;
constaterende dat er enorme wachtlijsten zijn voor gespecialiseerde hulp en er onvoldoende behandelcapaciteit is voor mensen met multiproblematiek, met uitzichtloosheid en ondraaglijk lijden tot gevolg;
constaterende dat topreferente zorg, inclusief onderzoek en consultatie, een essentiële rol kan spelen in het verminderen van wachttijden in de ggz;
constaterende dat alleen het behandeldeel van de topreferente ggz wordt gefinancierd, maar niet het onderzoeksdeel, de organisatie en het delen van kennis;
verzoekt de regering om, net zoals bij topreferente kankerzorg, ook een afzonderlijke financieringsregeling te maken voor het onderzoeksdeel, de organisatie en kennisdeling binnen de topreferente ggz, en de Kamer voor de begroting van 2026 te informeren over de plannen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Westerveld
Dobbe
Bikker