[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Uitbreiding Europese Unielijst 2025 (Exotenverordening)

Biodiversiteit

Brief regering

Nummer: 2025D30789, datum: 2025-06-30, bijgewerkt: 2025-07-01 09:30, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 26407 -160 Biodiversiteit.

Onderdeel van zaak 2025Z13600:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte Voorzitter,

Hiermee informeer ik u over ontwikkelingen in het Europees beleid voor invasieve exoten (Exotenverordening nr.1143/2014). Op 20 juni jl. heeft het Europees Comité invasieve exoten gestemd voor het ontwerpbesluit van de Europese Commissie om 26 nieuwe plant- en diersoorten op de Europese Unielijst van zorgwekkende invasieve uitheemse soorten (verder: Unielijst) te plaatsen (zie bijlage 1).

In 2021 heeft toenmalig minister van LNV op verzoek van uw Kamer vier invasieve plantensoorten, te weten watercrassula en drie Aziatische duizendknopen, voorgedragen voor plaatsing op de Unielijst (Kamerstuk 33 576, nr. 222). Nederland heeft in dat jaar de Europese Commissie verzocht om de voor deze soorten opgestelde risicobeoordelingen in behandeling te nemen. De plaatsingsprocedure die is doorlopen, is een zorgvuldig proces, waarbij de besluitvorming, conform de Exotenverordening, plaatsvindt op basis van een goede onderbouwing van de schadelijkheid en invasiviteit van een soort. Met de uitbreiding van de Unielijst waar op 20 juni over is gestemd, zijn deze vier soorten op de Unielijst geplaatst.

Van de overige 22 soorten komt een aantal soorten al in Nederland voor en een aantal zal zich niet in Nederland kunnen vestigen. Zo is de grote gevlekte landplatworm in Nederland al aanwezig, voornamelijk in kassen, maar ook in tuinen. Een andere soort is de Amerikaanse nerts. Die werd in Nederland gehouden in de pelsdierhouderij maar op die pelsdierhouderij geldt al sinds 2021 een verbod.

Twee planten die in Nederland worden geteeld, pampagras (Cortaderia selloana) en vaderplant (Tradescantia fluminensis), zijn uit het aanvankelijke voorstel van de Europese Commissie gehaald. De Europese Commissie heeft aangekondigd deze twee (commerciële) soorten bij een volgende uitbreiding van de Unielijst in het nieuwe ontwerpbesluit op te nemen.

De Europese Commissie werkt nu aan de uitvoeringsverordening met daarin deze uitbreiding van de Unielijst. Deze uitvoeringsverordening wordt naar verwachting in augustus 2025 van kracht. Na de inwerkingtreding zal het Ministerie van LVVN in overeenstemming met de provincies besluiten over de verantwoordelijkheid voor uitroeiingsmaatregelen, beheersmaatregelen en herstelmaatregelen met betrekking tot de betrokken 26 soorten.

Voor soorten van de Europese Unielijst geldt een groot aantal ge- en verboden.

Zo mogen de soorten niet meer worden gehouden, gekweekt, verhandeld, geïmporteerd of vervoerd.1 Ook moeten lidstaten maatregelen nemen als de soorten zich vestigen. Een aantal van de 26 soorten is in Nederland reeds wijd verspreid. Dit kan vragen oproepen over te treffen maatregelen. De Europese Commissie heeft daarom tijdens de vergadering van 20 juni jl. herbevestigd dat lidstaten beleidsruimte hebben om zelf te bepalen hoe zij invulling geven aan de beheersmaatregelen (die volgens artikel 19 van de Exotenverordening) tegen wijd verspreide soorten getroffen worden: beheersmaatregelen zijn evenredig met de gevolgen voor het milieu en afgestemd op de specifieke omstandigheden van de lidstaten, zijn gebaseerd op een kosten-batenanalyse en worden naar prioriteit gerangschikt.

De wijze waarop het ministerie van LVVN en de provincies omgaan met het beheer van deze wijd verspreide soorten zal niet wijzigen ten opzichte van de aanpak van afgelopen jaren. Voor de in Nederland reeds wijd verspreide soorten watercrassula en de drie Aziatische duizendknopen, maar ook bijvoorbeeld uitheemse rivierkreeften op de Unielijst, zal (en kan) de ambitie ingevolge de Exotenverordening dus niet zijn om deze uit te roeien. De inzet wordt gericht op het beheersbaar houden van de problematiek van deze soorten, waarbij rijk en provincies gezien de beperkte middelen de prioriteit geven aan bescherming van de inheemse biodiversiteit en daarmee vooral aan beschermde natuurgebieden. Beheerders- en terreineigenaren zijn verantwoordelijk voor het, zo goed als mogelijk, beheersbaar houden van deze soorten op hun terreinen vanuit de juridische kaders en de belangen waarvoor zij aan de lat staan. Door verschillende samenwerkingsverbanden en medeoverheden zijn de afgelopen jaren in Nederland voor watercrassula en de drie Aziatische duizendknopen al handvatten ontwikkeld, zoals het handelingskader transport en hygiëneprotocollen, om verdere verspreiding van deze soorten te voorkomen.

Aanpassingen van de Unielijst zijn technische uitvoeringshandelingen waarvoor de Europese Commissie bevoegd is. Bij een positief advies door het (ambtelijk) comité invasieve exoten stelt de Europese Commissie het voorgesteld besluit vast.2

Gezien het toenemend belang en de impact van invasieve exoten op onze natuur en samenleving en de consequenties van plaatsing van invasieve exoten op de Europese Unielijst, zal ik ervoor zorgdragen dat de Kamer voortaan ook over dergelijke technische uitvoeringshandelingen betreffende aanpassingen van de Unielijst voorafgaand aan stemming daarover in het comité invasieve exoten wordt geïnformeerd.

Jean Rummenie

Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur


  1. T.a.v. vervoer: behalve in het kader van uitroeiing.↩︎

  2. Artikel 4 van de Exotenverordening juncto artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011.↩︎