Verslag Milieuraad 17 juni 2025 te Luxemburg
Milieuraad
Brief regering
Nummer: 2025D31417, datum: 2025-07-02, bijgewerkt: 2025-07-04 11:35, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.A. Aartsen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 08-1003 Milieuraad.
Onderdeel van zaak 2025Z13866:
- Indiener: A.A. Aartsen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Medeindiener: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2025-07-03 14:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-09-10 10:15: Procedurevergadering IenW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
Preview document (🔗 origineel)
Geachte voorzitter,
Met deze brief ontvangt u, mede namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, het verslag van de Milieuraad die op 17 juni 2025 in Luxemburg plaatsvond.
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT – OPENBAAR VERVOER EN MILIEU
A.A. (Thierry) Aartsen
DE MINISTER VAN KLIMAAT EN GROENE GROEI
Sophie Hermans
Verslag Milieuraad 17 juni 2025
Tijdens de Milieuraad van 17 juni heeft het Pools voorzitterschap een Algemene Oriëntatie bereikt op de Circulaire Voertuigenverordening. Daarnaast heeft een gedachtewisseling plaatsgevonden over COP30. Tevens stonden verschillende diversen-punten op de agenda. Zo heeft de Europese Commissie (hierna: Commissie) een terugkoppeling gegeven van de triple conferenties Bazel (COP17), Rotterdam (COP12), en Stockholm (COP12). Ook heeft de Commissie een AOB-punt ingebracht over de problematiek in de Europese recyclingsector en heeft het een presentatie gegeven over de waterweerbaarheidsstrategie. Vervolgens hebben Frankrijk en de Commissie een terugkoppeling gegeven over de resultaten van de VN Oceaanconferentie en hebben Tsjechië, Slowakije en Litouwen een punt ingebracht over het loodverbod in ammunitie en visserij onder de Registratie, Evaluatie, Autorisatie en restrictie van Chemische stoffen (REACH) verordening. Het aankomend Deens voorzitterschap heeft een presentatie gegeven over hun werkprogramma en de Commissie heeft een punt aangedragen over het uitvragen voor nominaties voor de EU wetenschappelijke adviesraad over klimaatverandering en over de beoordeling van nationale energie- en klimaatplannen. Daarna heeft Slovenië een punt ingebracht over de vergadering tussen Milieuministers van het ‘Europa Mediterraan’ samenwerkingsverband (MED9). Ook heeft Frankrijk een AOB punt ingediend over ‘switchgears’ in het Ecodesign for Sustainable Products Regulation (ESPR)-werkprogramma.
Circulaire voertuigenverordening
Tijdens de Milieuraad is een Algemene Oriëntatie bereikt op de Circulaire Voertuigenverordening. Tijdens de discussie werd voornamelijk stilgestaan bij de hoogte van de toepassing van plastic recyclaat, de herkomst daarvan en het mechanisme dat betrekking heeft op een grensoverschrijdende kostenallocatie voor afvalbeheer. Daarnaast werd het minimaliseren van administratieve lasten benadrukt. Alle lidstaten hebben uiteindelijk met de tekst ingestemd. Naar verwachting zullen in september de onderhandelingen met het Europees Parlement starten.
Met betrekking tot de hoogte en tijdlijnen van de toepassing van plastic recyclaat is uiteindelijk een getrapte benadering opgenomen. Daarbij zal zes jaar na inwerkingtreding een percentage van 15% gelden, 8 jaar na inwerkingtreding 20% en 10 jaar na inwerkingtreding 25%. Deze percentages gelden voor alle personenauto’s en lichte bedrijfswagens die op de Europese markt worden gebracht, ongeacht waar ze zijn geproduceerd. Het krachtenveld was sterk verdeeld met een groep lidstaten, waaronder Nederland, die pleitte voor het originele Commissievoorstel van 25%, 6 jaar na inwerkingtreding, en een groep die pleitte voor lagere doelstellingen. Het compromis moest uiteindelijk worden gevonden in behoud van het percentage, maar later in de tijd, met aanvullende tussentijdse doelstellingen.
De Algemene Oriëntatie bevat daarnaast een bepaling die soortgelijke eisen stelt aan de productie van recyclaat door recyclers zowel binnen als buiten de EU. Op grond van dit artikel moeten audits worden uitgevoerd bij zowel Europese als niet-Europese recyclinginstallaties om te controleren of aan deze eisen wordt voldaan. Deze bepaling is bedoeld om de concurrentiepositie van Europese recyclers te versterken en bij te dragen aan een mondiaal gelijk speelveld. Dit werd onderschreven door het merendeel van de lidstaten. Tegelijkertijd riep een aantal lidstaten op om rekening te blijven houden met internationale handelsverdragen bij dit soort maatregelen. Nederland heeft aangegeven over het algemeen terughoudend te zijn met het stellen van productie-eisen die ook voor derde landen gelden. Het is van belang dat dergelijke maatregelen altijd proportioneel en in lijn zijn met het WTO-recht. Aangezien het compromis dit respecteert, konden uiteindelijk alle lidstaten dit voorstel steunen.
Verschillende lidstaten benadrukten het belang van de kostenallocatie voor grensoverschrijdend afvalbeheer. In de verordening is een voorstel opgenomen voor een mechanisme dat de kostenallocatie moet regelen wanneer een voertuig in een andere lidstaat afval wordt dan waar het op de markt is gebracht. Dit zou moeten zorgen voor een eerlijkere verdeling van kosten van afvalbeheer voor lidstaten waar veel voertuigen afval worden. Meerdere lidstaten benadrukten dat hierbij aandacht moet zijn voor de uitvoerbaarheid.
Ondanks de langere tijdslijn voor de doelstellingen voor het toepassen van plastic recyclaat, is Nederland tevreden met het resultaat van de Algemene Oriëntatie. Hiermee wordt een belangrijke stap gezet richting verduurzaming van de voertuigenketen en draagt het bij aan de positie van de (plastic)recyclingindustrie (zie ook diversen: Europese recyclingsector). Belangrijke resultaten zijn bijvoorbeeld het verbreden van de reikwijdte, circulariteitseisen waaronder de toepassing van recyclaat, een heldere definitie van autowrak, hoogwaardiger afvalbeheer en maatregelen op de export van gebruikte voertuigen. Nederland zal in de triloog met het Europees Parlement opnieuw streven om de belangrijke circulaire ambities van het voorstel te behouden.
EU op COP30
Tijdens deze bijeenkomst van Milieu- en Klimaatministers vond een eerste gedachtewisseling plaats over COP30. De discussie werd gevoerd op basis van vooraf door het Poolse EU voorzitterschap gedeelde discussievragen. Dit jaar vindt van 10 - 21 november COP30 plaats in Belém, Brazilië. Tijdens de COP onderhandelt de EU als één partij, op basis van een gezamenlijke EU-positie. De EU-inzet voor de multilaterale onderhandelingen tijdens COP30 wordt vastgesteld tijdens de Milieuraad van 21 oktober a.s.
Het Poolse voorzitterschap vroeg lidstaten naar hun politieke prioriteiten op de zogeheten nationaal bepaalde bijdrage (Nationally Deteremined Contribution, NDC) onder het Akkoord van Parijs en hoe de EU ervoor kan zorgen dat haar volgende NDC zowel ambitieus en in lijn met de uitkomsten van de Global Stocktake (COP28) is, als haalbaar en acceptabel voor alle lidstaten.
Alle partijen bij de Overeenkomst van Parijs dienen voor COP30 een NDC in te dienen waarin ze hun klimaatinzet tot aan 2035 beschrijven. De Europese Commissie en een grote groep lidstaten gaven aan dat het van cruciaal belang is dat de EU tijdig en met voldoende ambitie haar bijdrage levert om geloofwaardig te blijven in het internationale klimaatproces. Een aantal lidstaten pleitten net als Nederland voor de klimaatwetenschappelijke basis van de NDC en dat de NDC overeen moet komen met eerdere COP-besluiten, met name de Global Stocktake die tijdens COP28 is vastgesteld.
Nederland, samen met een grote groep lidstaten, onderstreepte daarnaast het belang van coherentie tussen de NDC en het EU 2040-doel en dat het cruciaal is om eerst een politiek besluit over het 2040-doel in de EU klimaatwet te bereiken en op basis daarvan een 2035-bijdrage vast te stellen. Een aantal lidstaten, waaronder Nederland, gaf aan dat het 2035-doel afgeleid moet zijn van een netto-emissiereductiedoelstelling van 90% in 2040 (t.o.v. 1990). Dit is conform wetenschappelijk advies en in lijn met de 1,5 graden doelstelling. Daarbij gaf Nederland aan een stevig uitvoeringspakket voor het 2040 doel te willen om de industrie te helpen in de transitie.
Verschillende landen benadrukten dat technologische neutraliteit, kostenefficiëntie, en sociale rechtvaardigheid randvoorwaarden zijn voor de haalbaarheid van de doelstellingen. Een aantal lidstaten vroeg om voldoende flexibiliteit bij de invulling van het 2040 doel, onder andere via gebruik van internationale koolstofkredieten (Artikel 6 Parijsakkoord), flexibiliteit tussen sectoren en lidstaten, specifieke afspraken over het LULUCF landgebruik en ruimte voor nationale omstandigheden. Daartegenover gaf een aantal lidstaten aan dat flexibiliteit gezien moet worden als een middel om ambitie mogelijk te maken, niet om deze af te zwakken. Daarnaast uitten enkele lidstaten hun zorgen over de gevolgen van ambitieuze doelstellingen voor de concurrentiepositie van de Europese industrie, met name in een gespannen geopolitieke context.
Tot slot was er steun van diverse lidstaten dat tijdens COP30 bijzondere aandacht moet uitgaan naar mitigatie. Nederland steunt dit uitgangspunt. Daarnaast werd het belang onderstreept van een geloofwaardige internationale strategie en diplomatie richting andere grote uitstoters. Klimaatfinanciering was ook een terugkerend punt. Verschillende lidstaten riepen op tot versterking van het internationale financiële systeem, inclusief hervorming van de architectuur en vergroting van publieke en private investeringsstromen.
Diversen: terugkoppeling triple conferenties
De Commissie heeft een terugkoppeling gegeven van de bijeenkomst van de zogeheten ‘triple COP’ aangaande de Conventie van Bazel, Stockholm en Rotterdam. De Commissie benadrukte dat er een aantal successen zijn geboekt waardoor de productie en het gebruik van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen en pesticiden verboden wordt. Het blijft echter lastig om alle adviezen van wetenschappelijke experts over te nemen in besluiten van de Conventies.
Diversen: Europese recyclingsector
Tijdens de Milieuraad is door de Commissie een diversen-punt ingebracht over de problematiek binnen de Europese recyclingsector, waar specifiek werd ingezoomd op de penibele situatie van Europese textiel- en plasticrecyclers. Deze sector lijdt momenteel onder goedkoper geïmporteerd ‘virgin’ plastic (uit fossiele brandstoffen), het overschot aan te recyclen materialen, oneerlijke concurrentie uit derde landen en de hoge energieprijzen. Ook in Nederland zijn in de afgelopen jaren verschillende recyclingbedrijven failliet gegaan. De Commissie, en Nederland ook, benadrukte dat een sterke recyclingsector noodzakelijk is voor de transitie naar een circulaire economie. De Commissie gaf daarbij aan dat vanuit het Cohesiefonds wordt gekeken naar steun voor de sector. Ook benadrukte ze het belang van uitgebreide producenten verantwoordelijkheid (UPV) en de EU Kaderrichtlijn Afval.
Verschillende lidstaten gingen in hun interventie in op het belang van het creëren van een goed-functionerende interne markt voor recycling en financiële steun aan de sector. Ook Nederland onderstreepte het belang van financiële steun aan de sector. Verschillende lidstaten benadrukten in hun interventie het belang van het verband tussen recycling van kritieke grondstoffen, en het verminderen van afhankelijkheden en verbeteren van de concurrentiekracht van de EU. Tevens werd door een klein aantal lidstaten het belang benadrukt van preventiemaatregelen en voldoende informatievoorziening naar de consument. Daarnaast werd door een klein aantal lidstaten ingegaan op het belang van uitgebreide producenten verantwoordelijkheid, o.a. in het kader van het aanpakken van online platforms.
Diversen: Waterweerbaarheidsstrategie
Tijdens de Milieuraad heeft de Commissie informatie gedeeld over de Waterweerbaarheidsstrategie (hierna: de strategie), die op 4 juni is gepubliceerd. Op het moment van schrijven wordt nog een kabinetsappreciatie geschreven over de strategie. U ontvangt de appreciatie middels het reguliere BNC-fiche. Via de strategie beoogt de Commissie de kwaliteit, beschikbaarheid en betaalbaarheid van water te verbeteren. Daarnaast zet de Commissie middels de strategie in op het verbeteren van klimaatadaptatie praktijken om zodoende beter bestendig te zijn tegen de gevolgen van klimaatverandering, zoals overstromingen en periodes van droogte.
Een groot aantal lidstaten verwelkomde in hun interventie de strategie en benadrukte daarbij het belang van efficiënt waterbeheer, specifiek ook in het kader van klimaatverandering en klimaatadaptie. Een klein aantal lidstaten benadrukte daarnaast het belang van goede waterkwaliteit en een verbod op PFAS.
Diversen: VN Oceaanconferentie (‘UNOC-3’)
Frankrijk en de Commissie keken terug op een geslaagde conferentie, die plaatsvond van 9-13 juni jl. in Nice. Men noemde ondermeer het groot aantal (aangekondigde) ratificaties van het verdrag voor het behoud en duurzame gebruik van de mariene biodiversiteit van gebieden voorbij de grenzen van de nationale rechtsmacht (BBNJ) en de brede steun voor een moratorium of voorzorgspauze op diepzeemijnbouw. Recent heeft de Commissie het richtlijnvoorstel gepubliceerd voor de implementatie van de BBNJ-overeenkomst voor de EU, waarvan een kabinetsappreciatie op 28 mei jl. naar de Kamer is verzonden.1 Tevens is er naar aanleiding van schriftelijke vragen meer duiding gegeven over onder andere de Nederlandse implementatie en de samenhang van de BBNJ-overeenkomst met andere zeerechtaspecten.2 Commissievoorzitter Von der Leyen presenteerde tijdens UNOC-3 het op 5 juni jl. gepubliceerde EU Oceaanpact. Op het moment van schrijven wordt nog een kabinetsappreciatie geschreven over het EU Oceaanpact. U ontvangt de appreciatie middels het reguliere BNC fiche.
Diversen: loodverbod in ammunitie en (sport)visserij onder de REACH verordening
Tevens is door Tsjechië, Litouwen en Slowakije een diverse punt ingediend waarin deze landen de Commissie oproepen om het verbod op lood in ammunitie en (sport)visserij binnen de REACH herziening terug te trekken. Specifiek werd door verschillende lidstaten de huidige geopolitieke situatie aangehaald en de impact van het verbod op de defensie-industrie. De Commissie benadrukte echter dat onder andere de politie, defensie en bescherming van kritieke infrastructuur vrijgesteld zijn van het verbod in het voorstel waardoor de reikwijdte van het verbod beperkt blijft.
Diversen: Presentatie werkprogramma Deens voorzitterschap
Het aankomend Deens voorzitterschap heeft een presentatie gegeven over hun werkprogramma. Het voornaamste doel op het gebied van milieu en klimaat is de groene transitie vooruithelpen en tegelijkertijd concurrentiekracht en weerbaarheid te verhogen. Dit zal met name betrekking hebben op de voorstellen die voortkomen uit het concurrentievermogen kompas3 en de Clean Industrial Deal4.
Diversen: Wetenschappelijke adviesraad klimaatverandering
Het EU Milieuagentschap (EEA) die het secretariaat huisvest van de European Scientific Advisory Board on Climate Change (ESABCC) riep kandidaten op zich te melden voor het bestuur voor de periode 2026-2030 en vroeg lidstaten dit te verspreiden onder hun nationale wetenschappelijke contacten.
Diversen: Nationale energie- en klimaatplannen
De Commissie gaf een update over de analyse van de definitieve Integrale Nationale Energie en Klimaatplannen (INEKs) waaruit bleek dat de EU goed op weg is om de totale netto broeikasgasemissies in 2030 met ongeveer 54% te verminderen ten opzichte van 1990, mits alle bestaande en aanvullende beleidsmaatregelen worden uitgevoerd. Hiermee is de EU dichtbij het doel van 55% dat in de EU klimaatwet staat vastgelegd. Daarnaast riep de Commissie enkele lidstaten die nog geen plannen hebben ingediend, op dit zo snel mogelijk te doen.
Diversen: MED9 samenwerkingsverband
Een groep Zuid-Europese lidstaten heeft teruggeblikt op hun 3e MED9 energiebijeenkomst en 2e MED9 milieubijeenkomst waar ze spraken over o.a. samenwerking op interconnecties, hernieuwbare energieprojecten en klimaatadaptatie.
Diversen: Switchgears
Frankrijk, gesteund door enkele lidstaten riepen de Commissie op om zo snel mogelijk met een gedelegeerde handeling te komen en een levenscyclusanalyse van ‘switchgears’5 vast te stellen die nodig is om onder de F-gas verordening een derogatie aan te vragen. De F-gas verordening regelt het gebruik van SF6 (zwavelhexafluoride, het zwaarste broeikasgas op aarde). Er is een verbod op het in bedrijf stellen van elektrische schakelinrichtingen die gefluoreerde broeikasgassen gebruiken. De verordening kent echter diverse soorten flexibiliteit, onder andere op basis van de biedingen in aanbestedingen. De verboden worden stapsgewijs voor diverse midden- en hoogspanning voltageniveaus ingevoerd. Enkele lidstaten, waaronder Nederland, zien voldoende flexibiliteit in de huidige F-gas verordening. De Commissie bevestigde de reeds bestaande flexibiliteit en zegde toe de situatie te blijven monitoren en open te staan voor een gesprek met netbeheerders, leveranciers van schakelapparatuur en overige stakeholders.
Kamerstukken II, 2024-25, 22 112, nr. 4072↩︎
Kamerstukken II, 2024-25, 21 501-08-1000↩︎
Kamerstukken II, 2024-25, 22 112, nr. 4004↩︎
Kamerstukken II, 2024-25, 22 112, nr. 4020↩︎
‘Switchgears’ zijn elektrische middenspanning en hoogspanning schakel- en beveiligingssystemen die essentieel zijn voor het betrouwbaar functioneren van energienetten.↩︎