[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Publicatie CBS-monitor Fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest, eerste kwartaalrapportage 2025

Mestbeleid

Brief regering

Nummer: 2025D32212, datum: 2025-07-03, bijgewerkt: 2025-07-04 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 33037 -605 Mestbeleid.

Onderdeel van zaak 2025Z14175:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte Voorzitter,

Met deze brief informeer ik de Kamer dat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op 3 juli 2025 de eerste kwartaalrapportage 2025 over de fosfaat- en stikstofexcretie door de Nederlandse veestapel1 heeft gepubliceerd.

Ook dit jaar stelt het CBS op mijn verzoek na afloop van ieder kwartaal een berekening samen van de verwachte fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel. De eerste kwartaalrapportage 2025 geeft een momentopname van de verwachte fosfaat- en stikstofexcretie over geheel 2025 op basis van de op 1 april 2025 beschikbaar gekomen nieuwe en actuele gegevens over de omvang van de rundveestapel, de melkproductie per koe en de beschikbaarheid en samenstelling van krachtvoer en ruwvoer.

De voor 2025 verwachte fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel is weergegeven in tabel 1.

Tabel 1: Momentopname van de verwachte fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel over 2025 (in miljoen kg)

Fosfaat Stikstof

Plafond

2025

1e kw 2025

Plafond

2025

1e kw 2025
Nationaal 135,0 142,7 440,0 433,7
Melkvee 71,8 73,6 267,8 252,8
Varkens 27,8 32,3 70,3 80,1
Pluimvee1 20,3 20,7 48,4 48,5
Overig2 15,1 16,1 53,5 52,4

N.B. Door afrondingen kan de som van de cijfers afwijken van het totaal.

1) Het sectoraal plafond voor de pluimveehouderij heeft alleen betrekking op de mestproductie van die diersoorten waarop het stelsel van pluimveerechten van toepassing is, te weten kippen en kalkoenen.

2) Voor ‘overig’ is in de Msw geen sectoraal plafond opgenomen.. Het hier vermelde plafond is de voor ‘overig’ beschikbare mestproductieruimte die is afgeleid van het nationale plafond en de plafonds voor melkvee, varkens en pluimvee.

Uit tabel 1 blijkt dat het CBS verwacht dat in 2025 de fosfaatexcretie van de Nederlandse veestapel boven het nationale plafond uitkomt (+5,7%). Daarentegen zal de totale stikstofexcretie naar verwachting lager zijn dan het nationale plafond (-1,4%).

De onzekerheid in de prognose van het CBS is relatief groot. Het CBS baseert zich voor de omvang van de melkveestapel op I&R-gegevens einde eerste kwartaal 2025 en voor de andere landbouwhuisdieren op de landbouwtelling van vorig jaar. Dit betekent dat het effect van deelname aan de LBV en LBV-plus slechts ten dele in deze cijfers is meegenomen. Ik verwacht hier echter een aanmerkelijk effect van, in het bijzonder voor de sectoren varkens en pluimvee. De definitieve cijfers over de mestproductie in 2025 volgen in juni 2026.

Met de melkveesector is in het kader van de stikstofproblematiek afgesproken om op sectorniveau te streven het ruweiwitgehalte in het melkveevoerrantsoen te verlagen en deze in 2025 niet hoger te laten zijn dan 160 gr RE/kg droge stof2. Om de voortgang hierop te monitoren is de monitor van het CBS uitgebreid met een prognose van het ruweiwitgehalte in het melkveevoerrantsoen. Voor de eerste kwartaalrapportage 2025 zijn echter onvoldoende gegevens beschikbaar over de samenstelling van krachtvoer en ruwvoer om een indicatie te kunnen geven van het verwachte ruweiwitgehalte in het melkveevoerrantsoen 2025. Dit zal bij de tweede kwartaalrapportage 2025 naar verwachting wel het geval zijn.

Hoogachtend,

Femke Marije Wiersma

Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur


  1. https://www.cbs.nl/nl-nl/longread/aanvullende-statistische-diensten/2025/monitor-fosfaat-en-stikstofexcretie-in-dierlijke-mest-eerste-kwartaal-2025↩︎

  2. Kamerstukken II, 2020-2021, 35 334 nr. 159↩︎