Joint Letter of Intent AnQore
Industriebeleid
Brief regering
Nummer: 2025D33002, datum: 2025-07-09, bijgewerkt: 2025-07-09 13:33, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A.A. Aartsen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit VVD kamerlid)
- Advies over de conceptJLoI tussen AnQore en de Rijksoverheid
- Beslisnota bij Kamerbrief Joint Letter of Intent AnQore
- Gezamenlijke intentieverklaring over CO2reductie
Onderdeel van kamerstukdossier 29826 -262 Industriebeleid.
Onderdeel van zaak 2025Z14430:
- Indiener: S.T.M. Hermans, minister van Klimaat en Groene Groei
- Medeindiener: A.A. Aartsen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2025-09-02 17:00: Procedurevergadering vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei (Procedurevergadering), vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter,
Met de maatwerkaanpak verduurzaming industrie wil het kabinet de grootste industriële uitstoters die ambitieuze plannen hebben, faciliteren om te verduurzamen in Nederland. In dat kader informeren de minister van Klimaat en Groene Groei en de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat u, conform het gefaseerde proces van de matwerkafspraak, over de Joint Letter of Intent (JLoI) die op 8 juli jl. met AnQore en de Provincie Limburg is getekend.1 Een JLoI is voor alle betrokken partijen een belangrijke tussenstap op weg naar een bindende maatwerkafspraak.
U treft de JLoI bijgevoegd bij deze brief. Dit is de derde JLoI die is gesloten met een maatwerkbedrijf, na Nobian2 en Cosun3. Deze bedrijven hebben in hun JLoI ook bevestigd versneld toe te werken naar verduurzaming van hun productie-processen. Met deze mogelijke financiële ondersteuning vanuit maatwerk, geeft het kabinet uitvoering aan de motie van het lid Thijssen4 die oproept maatwerk-bedrijven die een Klimaatplan hebben in lijn met het Parijsakkoord (indien nodig) financieel tegemoet te komen.
Ambitie JLoI
Het maatwerktraject met AnQore op Chemelot is gericht op één
verduurzamingsproject. Het gaat om de bouw van een nieuwe Thermal
Oxidizer (TO). Deze nieuwe ketel zal de lachgasemissie van AnQore
grotendeels reduceren. Hierdoor kan AnQore haar jaarlijkse emissie per
2029 met 68% (minimaal 365 kton CO2 eq.) reduceren ten
opzichte van het jaar 2020. Daarnaast levert het project positieve
bijdragen op het gebied van de leefomgeving. Zo wordt de emissie van
stikstof (NOx) gereduceerd met minimaal 50% (100 ton) in 2030 ten
opzichte van 2020. Ook worden Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) extra
gereduceerd, is er 17% (100.000 m³ per jaar) verminderd zoetwatergebruik
en 25% (4 mln m³) minder gasverbruik. De realisatie van het project is
dus een belangrijke investering in de kwaliteit van de leefomgeving en
gezondheid van omwonenden rondom Chemelot, wat bij hen een zorgpunt is.
Tot slot draagt het project bij aan de versterking van het sterk
geïntegreerde cluster Chemelot, waar AnQore één van de grotere spelers
is.
Met ondersteuning vanuit de maatwerkaanpak kan dit project met 11 jaar worden versneld, van 2040 naar 2029. Afgezet tegen het reductiepad van de Nederlandse CO2-heffing in 2030, levert dit project met 365 kton CO2 eq. reductie een additionele reductie van 101 kton per 2029.
Dit project is dus positief voor zowel het klimaat, omwonenden als de industrie.
Planning en inspanningen van partijen
Met de ondertekening van de JLoI gaan het Rijk, AnQore en de Provincie
Limburg inspanningen aan om bovengenoemde ambities uit te werken tot een
bindende maatwerkafspraak in september 2025.
De inspanningen van AnQore betreffen onder andere het verder uitvoering geven aan het project, de financiering rondkrijgen van het project met een totaal investeringsbedrag van 122 mln euro en het aanvragen van de benodigde vergunningen.
De Staat zal zich inspannen om de lachgasemissie bij productie van acrylonitril – waaronder die van AnQore – onder het EU-ETS te brengen. Daarnaast spant de Staat zich in om financiële steun voor de onrendabele top (maximaal 46 mln euro) mogelijk te maken en – binnen haar bevoegdheden – bij te dragen aan een zo soepel mogelijk vergunningstraject. Voor de tijdige toekenning van de benodigde middelen worden bij Miljoenennota middelen overgeheveld uit het Klimaatfonds ten behoeve van AnQore. Mocht blijken dat de middelen eerder nodig zijn, dan zullen deze worden opgevraagd met een Incidentele Supplementaire Begroting (ISB).
Tot slot spant de Provincie Limburg zich in voor een tijdige
afronding van de vergunningstrajecten en onderzoekt zij een mogelijke
rol in de financiering.
Adviescommissie Maatwerkafspraken Verduurzaming Industrie
Om de kwaliteit van de voorgenomen maatwerkafspraken te borgen, is de
onafhankelijke adviescommissie maatwerkafspraken verduurzaming industrie
(AMVI) ingesteld5. Hiermee is invulling gegeven aan de
wens van de Kamer om de maatwerkafspraken te laten toetsen op onder
andere haalbaarheid, doelmatigheid en ambitieniveau. De AMVI adviseert
over een concept JLoI. Dit is het moment dat de beoogde maatwerkaanpak
voldoende gedetailleerd is uitgewerkt, maar er tegelijkertijd nog ruimte
is om de overwegingen van de AMVI mee te nemen in de uitwerking van de
definitieve JLoI en/of bindende maatwerkafspraak.
Op 8 mei jl. is de concept JLoI met AnQore voorgelegd aan de AMVI. De
AMVI heeft ten behoeve van de advisering relevante
achtergronddocumentatie ontvangen, zoals de vertrouwelijke business
case. De AMVI is bij AnQore op werkbezoek geweest en heeft vervolgens
meerdere gesprekken gevoerd met de teams van AnQore, de Rijksoverheid en
de Provincie. Op 23 juni jl. heeft de AMVI haar advies aangeboden, welke
als bijlage bij deze brief is gevoegd.
Het advies van de AMVI
De AMVI adviseert positief over de JLoI en hoopt met haar advies bij te dragen aan het tot stand komen van een definitieve afspraak met AnQore. De AMVI geeft in haar advies een positief oordeel over de haalbaarheid en de doelmatigheid. De AMVI onderschrijft het belang van AnQore voor de Nederlandse industrie. Zij stelt vast dat de beoogde bijdrage aan het reduceren van uitstoot van CO2 en stikstof en vermindering van gebruik van aardgas significant zijn. De AMVI geeft richting de bindende maatwerkafspraak een voorwaarde, twee adviezen en een overweging mee:
De AMVI stelt als voorwaarde dat de Europese Commissie goedkeuring aan Nederland moet geven om de lachgasemissie bij productie van acrylonitril, waarvan AnQore in Nederland de enige producent is, onder EU-ETS te brengen. Hierdoor kan AnQore een deel van deze verduurzamingsinvestering terugverdienen via de verkoop van vrije EU-ETS rechten. Naast de financiële steun van de Staat, zijn deze opbrengsten uit EU-ETS noodzakelijk om de business case sluitend te krijgen. Daarom zijn partijen het met de AMVI eens dat dit een essentiële voorwaarde is voor AnQore om een positief investeringsbesluit te nemen. Op basis van gesprekken met de Europese Commissie verwacht de Staat in september duidelijkheid te krijgen over EU-ETS.
Begin april 2025 is door de Europese Commissie besloten dat lachgas, naast de status van broeikasgas (CO2 eq.), ook de status van ZZS krijgt6. Dit betekent dat er in de toekomst mogelijk maximale grenzen komen voor emissie en immissie en voor het lachgas een ZZS-minimalisatieplicht gaat gelden. De AMVI concludeert, net als het stelselverantwoordelijke ministerie van IenW en de Provincie Limburg als bevoegd gezag, dat maatwerk tot een eerder investeringsbesluit en dus versnelde reductie zal leiden. Daarnaast adviseert de AMVI om richting een bindende maatwerkafspraak een inschatting te maken van de impact van de aanstaande ZZS-classificatie van lachgas als ZZS en mogelijke gevolgen voor de financiële steun vanuit de Staat voor dit project. Dit advies neemt het kabinet over. Dat betekent dat in de verdere uitwerking samen met de relevante betrokken partijen een inschatting zal worden gemaakt. Hiervoor is reeds een traject gestart. Deze ZZS-classificatie maakt de versnelde reductie van AnQore's lachgas via maatwerk niet alleen van belang vanuit het perspectief van versnelde reductie van broeikasgassen, maar ook vanuit het perspectief van de leefomgeving.
De AMVI adviseert, mede gezien de financiële positie van AnQore, om bij een eventuele subsidie de financiële risico's van de Staat als gevolg hiervan voldoende te mitigeren. In de gesprekken met AnQore over de JLoI is vanuit de Staat aangegeven dat bij een eventuele bindende maatwerkafspraak financiële zekerheden voor de Staat nodig zijn in de verschillende fases van het project. Aanvullend is, na het advies van de AMVI, met de aandeelhouders van AnQore afgesproken om in het vervolgtraject in gesprek te gaan over hun mogelijke rol bij het bieden van financiële zekerheden aan de Staat. Voldoende financiële zekerheden blijft voor de Staat een voorwaarde voor een eventuele maatwerksubsidie. Dit punt zal verder worden uitgewerkt richting een bindende maatwerkafspraak.
Tot slot, geeft de AMVI als overweging mee om de onafhankelijk door het bedrijf AFRY vastgestelde gas-, elektriciteits- en ETS-prijzen die in het financiële model zijn gebruikt, richting een bindende maatwerkafspraak te actualiseren omdat deze afkomstig zijn uit het laatste kwartaal van 2024. Tot nu toe is een ritme gehanteerd om de prijzen jaarlijks te actualiseren. In overleg met AFRY en betrokken maatwerkbedrijven, zal bekeken worden of er reden is om hiervan af te wijken.
Conclusie
De JLoI met AnQore is ambitieus en realisatie van het project draagt bij
aan de toekomst van het bedrijf, klimaatwinst en verbetering van de
leefomgeving.
Het ondertekenen van de JLoI is een mooie tussenstap die, ondersteund door het advies van de AMVI, laat zien dat we op de goede weg zijn. Om daadwerkelijk tot realisatie te komen, moet tegelijkertijd nog het nodige werk worden verzet. Dat is uitdagend, zeker in de huidige context waarin industriële bedrijven zoals AnQore het (financieel) minder ruim hebben. Maar met deze uitdaging zijn én gaan we de komende maanden, samen met alle betrokken partijen, hard aan de slag.
Sophie Hermans
Minister van Klimaat en Groene Groei
A.A. (Thierry) Aartsen
Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat – Openbaar Vervoer en Milieu
Kamerstuk 29826 nr. 197 is proces opgenomen over wanneer de Kamer te informeren.↩︎
Kamerbrief Joint Letter of Intent Maatwerk Nobian | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl↩︎
Kamerbrief Joint Letter of Intent Coöperatie Koninklijke Cosun UA | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl↩︎
Kamerstuk 29 826, nr. 236.↩︎