Update inwerkingtreding wetsvoorstel meer zekerheid flexwerkers
Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs en de Wet financiering sociale verzekeringen teneinde aan flexibele arbeidskrachten meer zekerheden te verschaffen over werk en inkomen (Wet meer zekerheid flexwerkers)
Brief regering
Nummer: 2025D33010, datum: 2025-07-09, bijgewerkt: 2025-08-22 11:37, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36746-5).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36746 -5 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs en de Wet financiering sociale verzekeringen teneinde aan flexibele arbeidskrachten meer zekerheden te verschaffen over werk en inkomen (Wet meer zekerheid flexwerkers) .
Onderdeel van zaak 2025Z14432:
- Indiener: Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-09-02 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-09-09 16:30: Procedures en brieven SZW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2024-2025 |
36 746 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs en de Wet financiering sociale verzekeringen teneinde aan flexibele arbeidskrachten meer zekerheden te verschaffen over werk en inkomen (Wet meer zekerheid flexwerkers)
Nr. 5 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 juli 2025
In de memorie van toelichting van het wetsvoorstel meer zekerheid flexwerkers dat op 16 mei 2025 bij Uw Kamer is ingediend, is aangegeven dat het de intentie was, om de onderdelen die zien op de gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden voor uitzendkrachten, per 1 januari 2026 in werking te laten treden. Dat was ten tijde van indiening van het wetsvoorstel de eerst mogelijke datum van inwerkingtreding – uiteraard afhankelijk van de voortgang van de parlementaire behandeling.
Inmiddels is, met de inbrengdatum voor het verslag van 10 september, duidelijk dat tijdige behandeling vóór het verkiezingsreces niet langer haalbaar is. Om Uw Kamer en partijen (zowel werkgevers als werknemers) tijdig te informeren over de voorziene inwerkingtredingsdatum stuur ik u deze brief. Mijn intentie is om, afhankelijk van de loop van de parlementaire behandeling, dit onderdeel per 1 juli 2026 in werking te laten treden. Cao-partijen bij de ABU en NBBU-cao’s hebben vooruitlopend op de wetswijziging al gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden afgesproken per 1-1-2026. Dat waardeer ik.
De voorziene inwerkingtredingsdatum van de andere onderdelen van 1 januari 2027 wijzigt niet.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Y.J. van Hijum