Voorstel van wet
Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan
Voorstel van wet
Nummer: 2025D35174, datum: 2025-08-15, bijgewerkt: 2025-08-19 11:43, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van kamerstukdossier 36792 -2 Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan .
Onderdeel van zaak 2025Z15212:
- Indiener: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-09-09 16:30: Procedures en brieven SZW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (đ origineel)
Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan [KetenID WGK026705] |
---|
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het mogelijk te maken dat een nieuwe werkgever voor de resterende duur van een loonkostenvoordeel hier recht op heeft;
Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel I
De Wet tegemoetkomingen loondomein wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 1.1 wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
k. nieuwe werkgever: een werkgever bij wie een werknemer in dienstbetrekking is, aan welke werknemer het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen een doelgroepverklaring heeft verstrekt op grond van artikel 2.7, eerste lid, of artikel 2.15, eerste lid, ten behoeve van een eerder aangegane dienstbetrekking met een andere werkgever.
B
Artikel 2.6 wordt als volgt gewijzigd:
Het eerste lid, onderdeel c, wordt als volgt gewijzigd:
âartikel 2.7â wordt vervangen door âartikel 2.7, eerste lid,â.
â, die door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen aan de werknemer is verstrekt ten behoeve van een dienstbetrekking met die werkgeverâ wordt toegevoegd.
Onder vernummering van het derde tot en met vijfde lid tot vierde tot en met zesde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
3. Een nieuwe werkgever, die een verzoek als bedoeld in artikel 2.1 heeft gedaan, heeft voor de resterende duur van het loonkostenvoordeel recht op een loonkostenvoordeel arbeidsgehandicapte werknemer indien bij deze werkgever een werknemer in een of meerdere dienstbetrekkingen is die een geldige doelgroepverklaring als bedoeld in artikel 2.7, derde lid, aan de nieuwe werkgever heeft verstrekt.
In de aanhef van het vierde lid (nieuw) wordt âHet eerste lid isâ vervangen door âHet eerste en derde lid zijnâ.
In het zesde lid (nieuw) wordt na âwerknemerâ ingevoegd â, of onderbrekingen tussen dienstbetrekkingen van dezelfde werknemer bij een werkgever en een nieuwe werkgever,â.
C
Artikel 2.7 wordt als volgt gewijzigd:
Het eerste lid, eerste zin, wordt als volgt gewijzigd:
âartikel 2.6, derde tot en met vijfde lid,â wordt vervangen door âartikel 2.6, vierde tot en met zesde lid,â.
Na âop diens verzoekâ wordt ingevoegd âen ten behoeve van een dienstbetrekking met die werkgeverâ.
Onder vernummering van het derde tot vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
3. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen verstrekt uitsluitend aan degene die in een dienstbetrekking met een nieuwe werkgever is, die is aangevangen voordat de maximale duur van het loonkostenvoordeel, bedoeld in artikel 2.8, is verstreken, en op diens verzoek, ten behoeve van de dienstbetrekking bij de nieuwe werkgever en met inachtneming van artikel 2.6, vierde en zesde lid, een verklaring dat aan de werknemer een doelgroepverklaring is verstrekt als bedoeld in het eerste lid. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen vermeldt daarbij de datum met ingang waarvan het loonkostenvoordeel ten laatste eindigt. De tweede tot en met vierde zin van het eerste lid zijn van overeenkomstige toepassing.
In het vierde lid (nieuw) wordt âbedoeld in het eerste lidâ vervangen door âbedoeld in het eerste en derde lidâ.
D
Artikel 2.14 wordt als volgt gewijzigd:
Het eerste lid, onderdeel b, wordt als volgt gewijzigd:
âartikel 2.15â wordt vervangen door âartikel 2.15, eerste lid,â.
â, die door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen aan de werknemer is verstrekt ten behoeve van een dienstbetrekking met die werkgeverâ wordt toegevoegd.
Onder vernummering van het tweede tot en met vierde lid tot derde tot en met vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
2. Een nieuwe werkgever, die een verzoek als bedoeld in artikel 2.1 heeft gedaan, heeft voor de resterende duur van het loonkostenvoordeel recht op een loonkostenvoordeel herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer indien bij deze werkgever een werknemer in een of meerdere dienstbetrekkingen is die een geldige doelgroepverklaring als bedoeld in artikel 2.15, derde lid, aan de nieuwe werkgever heeft verstrekt.
In de aanhef van het derde lid (nieuw) wordt âHet eerste lid isâ vervangen door âHet eerste en tweede lid zijnâ.
In het vijfde lid (nieuw) wordt na âwerknemerâ ingevoegd â, of onderbrekingen tussen dienstbetrekkingen van dezelfde werknemer bij een werkgever en een nieuwe werkgeverâ.
E
Artikel 2.15 wordt als volgt gewijzigd:
Het eerste lid, eerste zin, wordt als volgt gewijzigd:
âartikel 2.14, tweede tot en met vierde lid,â wordt vervangen door âartikel 2.14, derde tot en met vijfde lid,â.
Na âop diens verzoekâ wordt ingevoegd âen ten behoeve van een dienstbetrekking met die werkgeverâ.
Onder vernummering van het derde tot vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
3. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen verstrekt uitsluitend aan degene die in een dienstbetrekking met een nieuwe werkgever is, die is aangevangen voordat de maximale duur van het loonkostenvoordeel, bedoeld in artikel 2.16, is verstreken, en op diens verzoek, ten behoeve van de dienstbetrekking bij de nieuwe werkgever en met inachtneming van artikel 2.14, derde en vijfde lid, een verklaring dat aan de werknemer een doelgroepverklaring is verstrekt als bedoeld in het eerste lid. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen vermeldt daarbij de datum met ingang waarvan het loonkostenvoordeel ten laatste eindigt. De tweede, derde en vijfde zin van het eerste lid zijn van overeenkomstige toepassing.
In het vierde lid (nieuw) wordt âbedoeld in het eerste lidâ vervangen door âbedoeld in het eerste en derde lidâ.
F
In artikel 4.1, eerste lid, onderdeel a, vervalt âof het college van burgemeester en wethoudersâ.
G
In artikel 4.6, eerste lid, wordt âen het college van burgemeester en wethouders zijnâ vervangen door âisâ.
H
Na artikel 6.2a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 6.2b Overgangsrecht nieuwe werkgever
De artikelen 2.6, 2.7, 2.14 en 2.15, zoals deze luidden op de dag voor de datum van inwerkingtreding van artikel I, onderdelen B tot en met D, van de Wet van ..., houdende wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan, zijn van toepassing op de verstrekking van een loonkostenvoordeel arbeidsgehandicapte werknemer en op de verstrekking van een loonkostenvoordeel herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer indien die loonkostenvoordelen worden verstrekt voor een dienstbetrekking die is aangevangen voor die datum van inwerkingtreding.
Een nieuwe werkgever heeft uitsluitend recht op een loonkostenvoordeel op grond van artikel 2.6, derde lid, of 2.14, tweede lid, indien de datum van aanvang van diens dienstbetrekking met de betrokken werknemer is gelegen op of na de datum van inwerkingtreding van de Wet van âŚ, houdende wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan.
Op een recht op een loonkostenvoordeel doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden dat bestaat op grond van artikel 6.2, eerste lid, aanhef en onderdeel a, zijn het tweede lid en de artikelen 1.1, onderdeel k, 2.6, derde, vierde en zesde lid, en 2.7, derde lid, van overeenkomstige toepassing.
Artikel II
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J.N.J. Nobel |
---|