[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voorstel van wet

Wijziging van de Wet luchtvaart in verband met de bevoegdheidsverdeling voor buitenlandse luchthavens

Voorstel van wet

Nummer: 2025D35191, datum: 2025-08-15, bijgewerkt: 2025-08-19 12:37, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van kamerstukdossier 36793 -2 Wijziging van de Wet luchtvaart in verband met de bevoegdheidsverdeling voor buitenlandse luchthavens .

Onderdeel van zaak 2025Z15215:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Wijziging van de Wet luchtvaart in verband met de bevoegdheidsverdeling voor buitenlandse luchthavens

[KetenID WGK025835]

 

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is dat de bevoegdheden in titel 8A.6 van de Wet luchtvaart ten aanzien van buitenlandse militaire luchthavens bij de Minister van Defensie komen te liggen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I (Wijziging Wet luchtvaart)

De Wet luchtvaart wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 8a.54, eerste lid, vervalt onderdeel b, onder verlettering van onderdeel c tot b.

B

Artikel 8a.58 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

2. Voorts is artikel 8.9, eerste, tweede en vierde lid, van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:
a. in plaats van ’het luchthavenindelingbesluit’ wordt gelezen: het besluit beperkingengebied buitenlandse luchthaven;
b. als de verklaring van geen bezwaar betrekking heeft op het beperkingengebied van een buitenlandse militaire luchthaven Onze Minister van Defensie in de plaats treedt van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

2. Het derde lid vervalt, onder vernummering van het vierde lid tot derde lid.

C

Artikel 8a.59 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘Onze Minister van Infrastructuur en Milieu’ vervangen door ‘Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat’ en wordt ‘omtrent de wijze van meten, berekenen en registreren van het externe-veiligheidsrisico’ vervangen door ‘omtrent het externe-veiligheidsrisico ten aanzien van buitenlandse burgerluchthavens’.

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Bij regeling van Onze Minister van Defensie, in overeenstemming met Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat, worden regels gesteld omtrent de wijze van meten, berekenen en registreren van de geluidbelasting, en kunnen regels worden gesteld omtrent het externe-veiligheidsrisico ten aanzien van buitenlandse militaire luchthavens.

D

Na artikel 8a.60 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

8a.60a

Indien het besluit beperkingengebied buitenlandse luchthaven wordt vastgesteld in verband met de nabijheid van een buitenlandse militaire luchthaven is artikel 10.19 van overeenkomstige toepassing.

E

Artikel 8a.61 komt te luiden:

8a.61

De artikelen 8.31 tot en met 8.33 zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:
a. in plaats van ’het luchthavenindelingbesluit of het luchthavenverkeerbesluit’ onderscheidenlijk ’het luchthavenindelingbesluit’ wordt gelezen: het besluit beperkingengebied buitenlandse luchthaven;
b. indien het besluit beperkingengebied buitenlandse luchthaven betrekking heeft op een buitenlandse militaire luchthaven Onze Minister van Defensie in de plaats treedt van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

F

Artikel 8a.62 komt te luiden:

8a.62

1. Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat of Onze Minister van Defensie kan voor iedere buitenlandse burgerluchthaven, onderscheidenlijk buitenlandse militaire luchthaven, aangewezen bij of krachtens artikel 8a.54, een commissie regionaal overleg luchthaven instellen.

2. Indien een commissie wordt ingesteld, stelt Onze betrokken Minister regels omtrent:

a. de taak, samenstelling en werkwijze van de commissie;

b. de instelling van een secretariaat ter ondersteuning van de commissie; en

c. de mate waarin en de voorwaarden waaronder Onze betrokken Minister jaarlijks bijdraagt in de kosten van de commissie.

3. Artikel 8.37 is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat indien het een commissie voor een buitenlandse militaire luchthaven betreft, Onze Minister van Defensie in de plaats treedt van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

ARTIKEL II (Inwerkingtreding)

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

 

 

DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,

DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE,